Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022

Gedeputeerde Staten van Limburg

maken ter voldoening aan het bepaalde in de Provinciewet en het bepaalde in de Algemene Subsidieverordening Provincie Limburg 2017 e.v. bekend dat zij in hun vergadering van 14 juli 2020 hebben vastgesteld:

 

Wijzigingsbesluit Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022

Artikel I Wijziging Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022

De Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 worden als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    In artikel 1 (Begripsomschrijvingen), wordt het derde lid, luidende: ‘Erfgoedensemble: een ruimtelijk en functioneel samenhangend geheel, met vanuit het historisch gebruik van gronden en gebouwen een logische ordening van functies rondom een hoofdmonument, zoals een kasteel, boerderij of molen.’

     

    vervangen door:

     

    • ‘3.

      Erfgoedensemble: een ruimtelijk en functioneel samenhangend geheel van monumenten, met vanuit het historisch gebruik van gronden en bouwwerken een logische ordening van functies rondom één of meerdere monumenten.’

  • B.

    In artikel 1 (Begripsomschrijvingen), komt in het vijfde lid de zinsnede: ‘of een zelfstandig onderdeel daarvan’, te vervallen.

     

  • C.

    In artikel 1 (Begripsomschrijvingen), komt in het elfde lid de zinsnede: ‘(en voorzien van een uniek nummer in het rijksmonumentennummer)’, te vervallen.

     

  • D.

    In artikel 1 (Begripsomschrijvingen), komt het zestiende lid in zijn geheel te vervallen

     

  • E.

    In artikel 4 (Subsidiecriteria), wordt een zevende lid toegevoegd, luidend als volgt: ‘Binnen deze regeling wordt per tranche per monument slechts éénmaal subsidie verstrekt. Voor erfgoedensembles kunnen meerdere subsidies per tranche worden verstrekt voor zover daardoor het maximale subsidiebedrag van € 400.000,00 per tranche voor het betreffende erfgoedensemble niet wordt overschreden.’.

     

  • F.

    In artikel 6 (Afwijzingsgronden), wordt onderdeel h, luidende: ‘voor het betreffende monument reeds subsidie is verstrekt op grond van deze subsidieregeling.’

     

    vervangen door:

     

    • ‘h.

      voor het project een SIM onderhoudssubsidie van het rijk is/wordt ontvangen.’

  • G.

    In artikel 8 (Subsidiebedrag) wordt het eerste lid luidende: ‘Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 400.000,00.‘

     

    vervangen door:

     

    • ‘1.

      Het subsidiebedrag bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 400.000,00 per monument of per erfgoedensemble per tranche.‘

  • H.

    In de ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING vervalt de toelichting op artikel 1, vierde lid.

     

  • I.

    In de ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING wordt een toelichting op artikel 1, derde lid, toegevoegd, luidend als volgt: ’Artikel 1, derde lid: Erfgoedensembles zijn bijvoorbeeld: een kasteel of een landhuis met bijgebouwen, tuin, park, bossen, landerijen en boomgaarden. Een boerderij met bijgebouwen, erf, meidoornhagen, boomgaard, tuin en landerijen. Een molen met molenaarsgebouw, waterloop, erf, boomgaard en molenbiotoop. In deze voorbeelden zijn de bijgebouwen gegroepeerd rond één hoofdmonument. Een erfgoedensemble kan ook bestaan uit een verzameling van meerdere rijksbeschermde dan wel gemeentelijk beschermde monumenten (zonder een hoofdmonument) en als complex geregistreerd staan in het rijksmonumentenregister, met een uniek complexnummer.’ 

     

  • J.

    In de ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING wordt de toelichting op Artikel 9 eerste lid, luidende ‘Voor de vaststelling van de subsidiabele kosten van aanvragen in het kader van de Nadere Subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 gebruiken van het STABU begrotingsformat.’

     

    vervangen door:

     

    ‘Voor de specificatie van de subsidiabele kosten van aanvragen in het kader van de Nadere Subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 dient u het STABU begrotingsformat te gebruiken.’

Artikel II Overgangsrecht

  • 1.

    Voor besluiten die zijn genomen vóór de inwerkingtreding van deze wijzigingen blijven de bepalingen van de versie van de Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 op basis waarvan het betreffende besluit is genomen (PB. 2 maart 2020, nr. 1176 dan wel PB. 27 mei 2020, nr. 3210) van kracht zoals die golden vóór de inwerkingtreding van deze wijzigingen, ook voor de volgende stappen in het subsidietraject.

  • 2.

    Aanvragen die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze wijzigingen en waarover bij inwerkingtreding van deze wijzigingen nog niet is beslist, worden geacht op basis van de Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 te zijn ingediend met inachtneming van deze wijzigingen, tenzij Gedeputeerde Staten van oordeel zijn dat de aanvrager in zijn belangen wordt geschaad. In dat laatste geval handelen Gedeputeerde Staten overeenkomstig de Nadere subsidieregels Restauratie Monumenten 2020-2022 (PB. 27 mei 2020, nr. 3210).

Artikel III Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de dag van publicatie in het Provinciaal Blad.

 

Aldus besloten in de vergadering van Gedeputeerde Staten, gehouden op 14 juli 2020.

Gedeputeerde Staten voornoemd

de voorzitter,

dhr. drs. Th.J.F.M. Bovens

secretaris,

dhr. drs. G.H.E. Derks MPA

Naar boven