Mandaatbesluit commissaris van de Koning aan secretarissen hoor- en adviescommissie voor de behandeling van bezwaarschriften en klachten, provincie Noord-Brabant

De commissaris van de Koning van Noord-Brabant,

 

Gelet op de Algemene wet bestuursrecht en op de Verordening hoor- en adviescommissie voor bezwaarschriften en klachten Noord-Brabant;

 

besluit:

 

  • 1.

    Aan de secretarissen van de hoor- en adviescommissie voor de behandeling van bezwaarschriften en klachten mandaat te verlenen voor de volgende bevoegdheden:

    • a.

      het voeren van correspondentie betreffende de doorzendplicht, bedoeld in artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

    • b.

      het voeren van correspondentie betreffende de ontvangstbevestiging, bedoeld in de artikelen 6:14, 9:6 en 9:9 van de Awb, al dan niet met inbegrip van het bieden van gelegenheid tot het herstellen van het verzuim, bedoeld in artikel 6:6 van de Awb of het verzoeken om informatie over een eventueel verschoonbare termijnoverschrijding als bedoeld in artikel 6:11 van de Awb;

    • c.

      het nemen van besluiten en het voeren van correspondentie betreffende verdaging, respectievelijk verder uitstel van de beslissing op bezwaar als bedoeld in de artikelen 7:10 en 7:24 van de Awb;

    • d.

      het bieden van gelegenheid tot het herstellen van een verzuim ten aanzien van de vereisten, bedoeld in artikel 9:4 van de Awb.

  • 2.

    In te trekken het besluit Mandaat secretarissen hoor- en adviescommissie voor de behandeling van bezwaar- en beroepschriften, voor zover het zijn bevoegdheden betreft.

  • 3.

    In te trekken het besluit Mandaat inzake klachtenbehandeling d.d. 26 oktober 1999 (Provinciaal blad, 1999, 151).

’s-Hertogenbosch, 24 maart 2020

De commissaris van de Koning voornoemd,

prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

Naar boven