2e partiele wijziging Natuurbeheerplan 2020, provincie Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

 

Gelet op artikel 7 van de Subsidieregeling kwaliteitsimpuls natuur en landschap Noord-Brabant en artikel 2.1 van de Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant en het Besluit Subsidieregeling Natuur- en landschap 2016;

 

Overwegende dat jaarlijks verzoeken ingediend kunnen worden tot wijziging van het natuurbeheertype zoals dat voor een perceel is vastgelegd in het natuurbeheerplan;

 

Overwegende dat jaarlijks fouten worden gecorrigeerd en dat periodiek de begrenzing van het natuurbeheerplan wordt aangepast aan de wijzigingen die vanuit het ruimtelijke spoor hebben plaatsgevonden in het Natuur Netwerk Brabant (NNB, dit is de voormalige EHS en EVZ).

 

Overwegende dat vanwege de Coronacrisis de werkwijze voor de totstandkoming van dit dossier niet geheel doorlopen kon worden. Hiermee is het mogelijk dat in de kaartweergave behorend bij deelbesluiten in dit dossier een geringe kans op een fout bestaat. Wij zullen dit, indien voorkomend, herstellen in het GS besluit Natuurbeheerplan 2021 van september 2020.

 

Besluiten vast te stellen,

 

 

Artikel I Wijziging van het natuurbeheertype op verzoek door externe organisaties of personen.

 

besluiten:

het Natuurbeheerplan 2020 overeenkomstig de bijbehorende stukken opgenomen als tekstbijlage en kaartbijlage gewijzigd vast te stellen.

 

Art. 1.1 (nr. 1) Gemeente Bergeijk. Begrenzing poel.

 

De gemeente Bergeijk verzoekt een poel aan de Vlieterdijk/Diepveldenweg op andere wijze te willen begrenzen. De toegevoegde kaart geeft een ring van N10.02 Vochtig hooiland aan rondom de aanwezige poel. Verder zou het overgrote deel van het perceel het natuurbeheertype N14.02 Hoog- en laagveenbos moeten krijgen.

 

Reactie GS:

Het gekozen ambitietype voor het perceel aan de Vlieterdijk betreft bos, met uitzondering van de poel. Rondom de poel zou een beperkte zone van N10.02 Vochtig hooiland moeten liggen om de poel voldoende zonlicht te laten houden. Het bos sluit aan op de ambitie voor het meer noordelijke perceel, waar eveneens deels N14.02 Hoog- en laagveenbos is toegekend.

Wij wijzigen de ambitiekaart naar de gevraagde natuurbeheertypes, waarbij de poel gehandhaafd blijft.

Ambtshalve wijzigen wij de ambitie van het meer noordelijke perceel van Zoekgebied 10 Nader in te vullen, naar N10.02 Vochtig hooiland, zoals al op de beheertypenkaart staat aangegeven.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 1.2 (nr. 2) Gemeente Cranendonck. Gastel. Stichting Beekenbos.

 

De Stichting Beekenbos verzoekt om de ambitie van een perceel in Gastel te willen omzetten naar een natuurbostype. De Stichting heeft natuurbosrealisatie tot doelstelling. De huidige ambitie is Droog schraalland. De gemeente Cranendonck is eigenaar en het perceel is momenteel verpacht voor aspergeteelt. Er wordt intensief bemest, nu en in het verleden. De Stichting wenst een lindenbos aan te leggen en zal de randen van het perceel inrichten als overgangszone naar naastgelegen natuurgebied. Het perceel is onderdeel van Natura 2000 gebied Groote Heide-Leenderbos. De beheerder van de omliggende natuur, Staatsbosbeheer, steunt de omzetting naar een natuurbostype, vanwege de grote fosfaatverzadiging van het perceel, waardoor tot grotere diepte afgegraven zou moeten worden om Droog schraalland te kunnen bereiken. Er zijn mogelijkheden de pacht te beeindigen.

 

Reactie GS:

De Stichting kan nu tot handelen overgaan door aankoop. Daarmee kan een perceel in Natura 2000 gebied gerealiseerd worden. Vanuit ecologisch oogpunt is omzetting van Droog schraalland naar natuurbos een mogelijkheid, die leidt tot realisatie. Het verregaand afgraven van de toplaag is geen realistische optie. In de omgeving is al voldoende Droog schraalland aanwezig om dit habitattype te kunnen borgen. We maken de volgende opmerkingen: de randen van het aan te leggen bos zullen een meer open karakter kunnen krijgen, met als doel de knoflookpad meer leefgebied te geven. Verder kan gestreefd worden naar een gemengd natuurbos, waarin linde dan de hoofdmoot kan vormen. Groepsgewijze aanplant van andere rijkstrooiselsoorten in een menging heeft de voorkeur.

Wij wijzigen de ambitie naar N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos. Zoals waarschijnlijk bekend mag voor maximaal 20% van de oppervlakte afgeweken worden van bos, dus bestaat ruimte voor meer open natuur inrichting langs de randen van het perceel.

 

Wij hebben de ambitiekaart gewijzigd.

 

Art. 1.3 (nr. 3) Gemeente Cranendonck. Natuurmonumenten. Loozerheide. Wijzigen beheertypen.

Natuurmonumenten verzoekt voor het natuurterrein Loozerheide een aantal wijzigingen van de beheertypenkaart.

Het gaat met name om een aanpassing van het totale oppervlak van het type N06.05 Zwakgebufferd ven om de begrenzing overeen te laten komen met de situatie in het veld. Tevens worden de typen N06.04 Vochtige heide, N07.01 Droge heide en N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos in het wijzigingsverzoek van Natuurmonumenten gedetailleerder ingetekend dan momenteel in de beheertypenkaart het geval is.

 

Reactie GS:

Uit de onderbouwing en luchtfoto’s is duidelijk dat de huidige beheertypenkaart niet overeenkomt met de werkelijke situatie. De beheertypenkaart en ambitietypenkaart worden daarom beide gewijzigd. De aanpassing van de beheertypen heeft een lichte daling van beheervergoeding tot gevolg.

 

Wij hebben de beheertypenkaart en ambitiekaart aangepast.

 

Art. 1.4 (nr. 4) Gemeente Eindhoven. Brabant Water. Inrichtingsplan Klotputten.

 

Brabant Water verzoekt om de ambitiekaart voor het waterwingebied de Klotputten in Eindhoven te willen wijzigen. Naast het winnen van drinkwater is de ontwikkeling van hoogwaardige natuur hier de doelstelling van deze organisatie. In opdracht van Brabant Water heeft Stichting Bargerveen een inrichtingsplan opgeleverd, wat recht doet aan de ecologische potenties van het gebied.

Uit onderzoek blijkt dat door het betrekkelijk kortdurende agrarische gebruik de fosfaatverzadiging in de percelen in agrarisch gebruik beperkt is. Daarnaast is de kwelpotentie van kalkrijk en ijzerrijk grondwater tot in maaiveld groot. Het gebied kent een hoogteverschil van 2 tot 2,5 meter. Door het verwijderen van de drainage, het dempen van veel sloten en het gedeeltelijk afgraven van de toplaag en het daarmee terug laten keren van kwel kunnen vegetaties zich gaan herstellen. Het aanwezige grotezeggenmoeras in de strook langs de Dommel is nog redelijk ontwikkeld, wat verdere kansen biedt. Het natuurlijk relief zal worden versterkt. Hiervoor is het nodig het eind 90er jaren aangelegde soortenarme loofbos gedeeltelijk te verwijderen. De oude aanwezige singel in het gebied kenmerkt zich door specifieke soorten en blijft in stand.

 

Reactie GS:

Wij stemmen in met het inrichtingsplan. Het is goed om te zien dat Brabant Water de natuurontwikkeling in hun eigendom een stevige impuls wil geven. Wij nemen de begrenzing van de aangepaste ambitietypen over op de ambitiekaart. Ten aanzien van het te verwijderen laagwaardige bos is het duidelijk dat hier een open beekdalgebied ontwikkeld dient te worden, waarin bos in de lagere delen ecologisch gezien niet past. Vanuit de doelstelling om te komen tot hoogwaardige natuur in de Klotputten stemmen wij in met de boskap van 1 a 2 ha. ten behoeve van de ontwikkeling van Nat schraalland en Vochtig hooiland. Hier geldt daardoor vrijstelling van verplichting tot herplant vanuit de doelstelling verhogen van biodiversiteit.

In nader overleg zal worden bepaald waar rijks NNB en waar provinciaal NNB van toepassing is. Wij handhaven voorlopig de nu geldende verdeling.

Het gedeelte aan de oostzijde waar bos zal verdwijnen zetten wij om in nieuwe natuur. Hiermee neemt de oppervlakte nieuwe natuur toe met ongeveer 1 ha.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 1.5 (nr. 5) Gemeente Nuenen. Buitenplaats Soeterbeek. Wijzigen ambitie.

 

De eigenaren van buitenplaats Soeterbeek verzoeken het natuurbeheertype van de aanwezige bospercelen in het parkgedeelte van de buitenplaats te willen wijzigen naar N01.17 Park- of stinzenbos. Het huidige natuurbeheertype is N14.01 Rivier- en beekbegeleidend bos.

Benoemd wordt dat de aanleg van de buitenplaats als park heeft plaatsgevonden en dat overstroming met beekwater niet goed zou zijn voor de aanwezige begroeiing. Er zijn naast inheemse soorten eveneens diverse exoten aanwezig. Het park kent een nauwe samenhang met de aanwezige gebouwen.

 

Reactie GS:

De aangegeven motivatie om het natuurbeheertype te wijzigen en meer in overeenstemming te brengen met de aanwezige percelen parkbos, in plaats van rivier- en beekbegeleidend bos is juist. Echter hebben wij in 2014 vanwege bezuinigingen op het beheerbudget besloten geen N01.17 Park- of stinzenbos open te stellen voor beheervergoeding. Als argument voor dit besluit is benoemd dat in onze provincie, in tegenstelling tot sommige andere provincies, geen ecologisch belangwekkende stinzeflora aanwezig is. Ook voor het extra onderhoud van parkbos kunnen wij geen beheervergoeding beschikbaar stellen.

Het type N14.01 is onjuist. Wij stellen voor het type N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos op te nemen. Dit type komt het dichtste bij het aanwezige type op de buitenplaats. Het gevolg is dat de beheervergoeding voor dit aanwezige type hoger is dan voor het nu gesubsidieerde type Rivier- en beekbegeleidend bos.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 1.6 (nr. 6) Gemeente Oisterwijk. Natuurmonumenten. Kampina. Perceel naar nieuwe natuur.

 

Natuurmonumenten verzoekt om een perceel om te willen zetten in nieuwe natuur, zodat het snel verworven kan worden. Het betreft een laatste perceel in het noordwesten van de Kampina. OTW01 G1816.

 

Reactie GS:

Het betreft een perceel in het Natura 2000 gebied, dicht tegen de spoorlijn Boxtel-Oisterwijk en ligt net oostelijk van de Rosep. Het staat onjuist als ingericht aangegeven. Het is in landbouwkundig gebruik.

Wij wijzigen de aanduiding bestaande natuur in nieuwe natuur, waarmee het direct subsidiabel wordt voor functiewaardedaling en inrichting. De omvang van het perceel is 0,42 ha.

Wij wijzigen de beheertypenkaart naar N00.01 Nog in te richten landbouwgrond naar natuur.

 

Wij hebben het label gewijzigd in nieuwe natuur en de beheertypenkaart aangepast.

 

Art. 1.7 (nr. 7) Gemeente Tilburg. TWM terrein.

 

Bosgroep Zuid Nederland verzoekt de ambitie voor een deel van de Sijsten in het TWM gebied te willen wijzigen. Voor dit deel is subsidie Leefgebieden vanuit de provincie verstrekt. De Bosgroep heeft het meest kansrijke gebied bepaald waar de subsidie ingezet kan worden. Dit leidt tot de verschuiving van percelen voor de ambitie.

 

Reactie GS:

Uit de ecologische onderbouwing blijkt op welke plekken het beste bos aanwezig kan zijn en op welke plekken droge heide.

Wij passen de ambitiekaart aan, waarbij bos en heide verwisseld worden, met een vergelijkbare oppervlakte. Wij hebben tevens de beheertypenkaart aangepast. We gaan ervan uit dat de bosomzetting naar heide spoedig zal plaatsvinden.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 1.8 (nr. 8) Gemeente Waalwijk. Ambitietypen voor Westelijke Langstraat.

 

De projectgroep Westelijke Langstraat verzoekt naar aanleiding van uitvoerig onderzoek naar de mogelijkheden in het gebied om de ambitiekaart aan te passen voor grote delen van het Natura 2000 gebied en natte natuurparel Westelijke Langstraat. Er is uitvoerig gekeken naar de haalbaarheid van de zwaardere ambitietypen in relatie tot bijvoorbeeld fosfaatonderzoek en kwelpotenties.

Typen die worden voorgesteld zijn:

  • N05.04 Dynamisch moeras

  • N10.01 Nat schraalland

  • N10.02 Vochtig hooiland

  • N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland

  • N14.02 Hoog- en laagveenbos

Reactie GS:

Wij stemmen in met de wijzigingen van de ambitiekaart. Het uitvoerige onderzoek is hiervoor de aanleiding. Met de gewijzigde ambities hebben we naar verwachting een realistisch beeld van de mogelijkheden in dit gebied.

 

Naast een wijzigingsverzoek voor de ambitietypen werd er ook een wijziging van de begrenzing ingediend. Aangezien de grenswijziging onderdeel is van een Provinciaal Inpassings Plan wachten wij de vaststelling van dit PIP af.

 

Wij hebben de ambitiekaart de beheertypenkaart gewijzigd.

Artikel II Wijziging van het natuurbeheertype op verzoek van het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB).

 

besluiten:

het Natuurbeheerplan 2020 overeenkomstig de bijbehorende stukken opgenomen als tekstbijlage en kaartbijlage gewijzigd vast te stellen.

 

Art. 2.1 (nr. 9) Gemeente Grave. Project Esters Broek. Vogelshoek.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) verzoekt een perceel als ingericht te willen aangeven. Het is in eigendom van Brabants Landschap. Het betreft perceel GVE00 M86 van 2,4 ha. Het is ingericht met N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland en een aantal landschapselementen. Met de invulling wordt extra habitat voor de kamsalamander gecreeerd. De zoete plas zorgt voor voortplantingswater en het struweel voor geschikt landhabitat. Het perceel ligt op 115 tot 300 meter van omliggende voortplantingswateren, waardoor de kamsalamander zich makkelijk kan verplaatsen.

 

Reactie GS:

Wij stemmen in met de inrichting voor de kamsalamander. Wij nemen de aangegeven inrichting over op de ambitiekaart en de beheertypenkaart inclusief de landschapselementen. Deze bestaan uit N04.02 Zoete plas, L01.02 Houtwal en houtsingel, en een strook N12.06 Ruigteveld. Het is inrichting van nieuwe natuur, zodat deze het label subsidiabel ja krijgt.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 2.2 (nr. 10) Gemeente Heusden. Project Vlijmens Ven.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) meldt dat een perceel in het Vlijmens Ven in bezit van Natuurmonumenten inmiddels is ingericht. Het betreft perceel VMN00 P386 van 0,5 ha. aan de Vendreef. Het natuurbeheertype is N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland.

 

Reactie GS:

Het betreft het laatste nog niet ingerichte perceel in een groot blok NNB. Zowel de ambitie als het type na inrichting op de beheertypenkaart is N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland.

Het betreft Natura 2000 gebied. Rondom zijn de percelen eveneens in eigendom van Natuurmonumenten. De inrichting voor dit perceel hoeft niet specifiek te voldoen aan de 5% eis voor landschapselementen, aangezien het hier om een grotere al aanwezige gebiedsinrichting door dezelfde eigenaar gaat.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd en het label subsidiabel ja aangebracht.

 

Art. 2.3 (nr. 11) Gemeente Nuenen. Project Nuenens Broek. Paaihurken II.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) verzoekt perceel NNN00 D3697 in eigendom van Brabants Landschap te willen aangeven als ingericht. Voor een deel zal de ambitie verhoogd worden naar N10.02 Vochtig hooiland.

 

Reactie GS:

Het perceel ligt te midden van eigendommen van Brabants Landschap in het Nuenens Broek. We nemen N10.02 Vochtig hooiland op de beide kaarten op. Voor een deel van het perceel bestond een lagere ambitie. Het perceel staat open voor beheervergoeding.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 2.4 (nr. 12) Gemeente Oisterwijk. Project Oisterwijk. B3493.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) meldt dat perceel Oisterwijk B3493 is ingericht. Het betreft N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland, dus zijn landschapselementen opgenomen bij de inrichting.

 

Reactie GS:

Wij wijzigen de beheertypenkaart naar N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland en nemen de landschapselementen op beide kaarten op. Het perceel nieuwe natuur wordt opengesteld voor beheervergoeding.

De gekozen landschapselementen passen prima op deze locatie. Er zijn echter enkele landelijke tekenregels van toepassing. De beide stroken met L01.06 Struweelhaag zijn in het veld breder dan 1 meter, wat ook de bedoeling is, maar mogen slechts als strook van 1 meter ingetekend worden. De hagen mogen breed uitgroeien. Voor L01.01 Poel en klein historisch water geldt ongeveer hetzelfde. De poel is ingetekend maar de ecologisch belangrijke natte overgangszone eromheen niet.

Als laatste is de bomenrij aan de zuidzijde van het perceel, die binnen het kadastrale perceel staat, opgenomen als L01.02 Houtwal en houtsingel, aangezien een bomenrij geen benoembaar landschapstype is in het landelijk gebruikte systeem (Index). De L01.08 Knotbomenrij is opgenomen zoals ingetekend. Door bovenstaande tekenregels zal de oppervlakte van 5% landschapselementen niet geheel bereikt worden. De afwijking is akkoord.

De uiterste noordwesthoek van het perceel is bestaand bos en valt buiten de inrichting.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd en het label subsidiabel ja voor het perceelgedeelte nieuwe natuur aangegeven.

 

Art. 2.5 (nr. 13) Gemeente Oss. Project MeerMaas. Diedense Uiterdijk.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) verzoekt op basis van een definitieve subsidiebeschikking voor project Meer Maas om de natuurbeheertypen op de beheertypenkaart aan te passen van N00.01 Nog om te vormen landbouwgrond naar natuur naar N01.03 Rivier- en moeraslandschap. Dit verzoek heeft betrekking op in totaal 17 percelen die liggen in de Maasuiterwaard bij Dieden en Demen.

 

Besluit GS:

In het kader van projectplan Meer Maas Diedensche Uiterdijk-Demen van Natuurmonumenten is door het GOB een functiewijziging subsidie afgegeven voor 17 percelen. Het project beoogt natuur te realiseren langs de oevers van de bedijkte maas. In totaal gaat het om 127 ha. Een deel van deze percelen is onderdeel van het project natuurlijke oeverzone Diedensche uiterdijk waar reeds aan gewerkt wordt. Het andere stuk maakt deel uit van het project natuurinrichting Demen-Dieden. In het het projectgebied Diedensche uiterdijk vindt stapsgewijze afgraving van klei plaats met als doel realisatie van een nevengeul en verlaging van uiterwaarden tot op zand voor de ontwikkeling van stroomdalflora. In het andere deelgebied gaat een meestromende nevengeul worden gerealiseerd. De natuurambitie voor deze 17 percelen is natuurbeheertype N01.03 Rivier- en moeraslandschap. Hoewel natuur nog niet daadwerkelijk gerealiseerd is nemen wij als natuurbeheertype op de beheertypekaart al wel de beheertype N01.03 Rivier- en Moeraslandschap op. Financiering van de inrichting gebeurd met inkomsten vanuit kleiwinning. De percelen staan open voor beheervergoeding.

 

Wij hebben de beheertypenkaart aangepast en het label subsidiabel ja toegekend.

 

Art. 2.6 (nr. 14) Gemeente Son en Breugel. Blije Big.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) verzoekt op basis van een definitieve subsidiebeschikking na inrichting om voor de percelen met kadastrale nummers SON00 D2575 en SON00 D3244 het natuurbeheertypen op de beheertypenkaart te wijzigen naar N10.01 Nat Schraalland.

 

Reactie GS:

Op 06-11-2019 is de definitieve subsidiebeschikking vastgesteld op basis van de afgeronde inrichting van bovengenoemde percelen. De percelen zijn ingericht ten behoeve van de realisatie van het natuurbeheertype N10.01 Nat schraalland. Dit natuurbeheertype zal niet direct na inrichting ook aanwezig zijn. Hiervoor is nog een aantal jaren verschralingsbeheer noodzakelijk. Hiervoor is inzet van speciaal materieel noodzakelijk ter voorkoming van verdichting bodem. Hoewel het natuurbeheertype dus niet gelijk gerealiseerd zal zijn dienen nu wel de kosten gemaakt te worden voor het benodigde beheer. Om deze reden passen wij voor deze percelen de natuurbeheertype op de beheertypekaartkaart aan van N00.01 Nog om te vormen landbouwgrond naar natuur naar N10.01 Nat schraalland.

 

Wij hebben de beheertypenkaart aangepast

Artikel III Ambtshalve wijzigingen

 

besluiten:

het Natuurbeheerplan 2020 overeenkomstig de bijbehorende stukken opgenomen als tekstbijlage en kaartbijlage gewijzigd vast te stellen.

 

Art. 3.1 (nr. 15) Gemeente Bergen op Zoom. Halsters Laag. Opnemen landschapselementen.

 

In het besluit 1e partiele wijziging Natuurbeheerplan 2020 van december 2019 zijn de percelen van een particuliere eigenaar in het Halsters Laag gewijzigd naar de ingerichte status. Omdat op dat moment bij de provincie informatie ontbrak over de tevens aangelegde landschapselementen provincie, zijn deze elementen niet meegenomen in het genoemde besluit. Aangezien de eigenaar heeft voldaan aan alle gestelde voorwaarden, herstellen wij deze fout als provincie.

Wij nemen de elementen nu op, waarbij is afgesproken dat de beheervergoeding ingaat vanaf 1 januari 2020, dus met terugwerkende kracht. Het betreft L01.02 Houtwal en houtsingel, L01.03 Elzensingel, L01.08 Knotbomenrij en L01.01 Poel en klein historisch water. De subsidieverlening vindt plaats onder voorbehoud van toepassen van de normale beoordelingsregels voor het verlenen van beheervergoeding.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd en het label subsidiabel voor de toegevoegde landschapselementen aangebracht.

 

Art. 3.2 (nr. 16) Gemeente Boxmeer. De Vilt. Perceel omzetten naar nieuwe natuur.

 

Perceel Boxmeer BMR00 R894 betreft een graslandperceel in agrarisch gebruik. Het perceel wordt als zodanig in de gewasregistratie opgegeven. Aan de randen heeft het perceel een populierenopstand. In het verleden is de westelijke rand bestaande uit meerdere rijden populieren daarom als bos aangemerkt. Dit is onjuist. De populieren zijn geen bosecosysteem.

Ten behoeve van de functiewaardedaling en inrichting van het gehele perceel wijzigen wij de strook bos op de ambitiekaart en de beheertypenkaart naar N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland met de aanduiding nieuwe natuur, zodat de betreffende subsidies mogelijk worden.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

 

Art. 3.3 (nr. 17) Gemeente Deurne. PIP Leegveld Deurnse Peel.

 

Wij hebben een Provinciaal Inpassings Plan (PIP) over de aanpassing van de ambitietypen voor het gebied Leegveld als onderdeel van de Deurnse Peel vastgesteld. Het betreft één van de Natura 2000 gebieden waar herstelmaatregelen worden genomen om de bestaande natuur als hoogveengebied te herstellen en te herontwikkelen. Belangrijke ingrepen hierbij zijn het vernatten van de bestaande natuur en het inrichten van de nog te realiseren nieuwe natuur. Door de inrichting van een deel van het NNB en enkele herstelmaatregelen worden in het gebied ecologische doelen gerealiseerd. Ten behoeve van deze realisatie worden enkele wijzigingen van ambitietypen van nog in te richten NNB in het gebied Leegveld onderbouwd. De voorgestelde inrichtingsmaatregelen hebben rekening gehouden met de haalbaarheid van de ecologische doelen. In sommige gevallen zijn bestaande natuurdoeltypen niet mogelijk door fosfaat verzadiging.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 3.4 (nr. 18) Gemeente Oisterwijk. Natuurmonumenten. Begrenzing bij Voorste en Achterste Stroom.

 

De provincie heeft overleg gevoerd met de gemeente Oisterwijk over percelen bij de samenvloeiing van Voorste en Achterste Stroom in de kern Oisterwijk. Wij komen tot de conclusie dat de percelen inmiddels voldoende als NNB zijn ingericht om als gereed op de beheertypenkaart te worden aangegeven. Het betreft voornamelijk N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland met verspreid struiken- en bomenopslag. De gemeente heeft als eigenaar van de percelen de natuurrealisatie geleidelijk ontwikkeld.

Wij wijzigen de ambitiekaart en de beheertypenkaart naar N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland. Voor nieuwe natuur in eigendom van een overheidsorganisatie kan geen beheervergoeding worden toegekend.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 3.5 (nr. 19) Gemeente Reusel-de Mierden. Percelen in landgoed de Utrecht.

 

Ambtshalve is geconstateerd dat een in het Natuurbeheerplan begrensd landschapselement aan de Slingerdijk in Landgoed de Utrecht niet aanwezig blijkt te zijn. Het betreft het beheertype L01.07 Laan waar in werkelijkheid het type N16.04/3 Vochtig/Droog productiebos of zandpad aanwezig is. Deze kaartfout is in deze ronde met wijzigingen Natuurbeheerplan 2020 ambtshalve hersteld.

 

Wij hebben de Beheertypenkaart en ambitiekaart aangepast en verzorgen dat een eventuele subsidiebeschikking wordt aangepast.

Artikel IV periodieke aanpassing natuurbeheerplan aan grenswijzigingen in het ruimtelijke spoor.

 

besluiten:

het Natuurbeheerplan 2020, volgend op de wijziging van de Verordening ruimte 2014 of de Wijziging Interim Omgevingsverordening kaartaanpassingen 2, overeenkomstig de bijbehorende stukken opgenomen als tekstbijlage en kaartbijlage gewijzigd vast te stellen.

 

Art. 4.1 (nr. 20) Gemeente Alphen-Chaam. Bestemmingsplan Boswachterij Chaam.

 

In de Interim Omgevings Verordening is de kaartlaag natuur en landschap gewijzigd als afstemmingsresultaat voor bestemmingsplan Boswachterij Chaam. Wij wijzigen nu vervolgens het NNB. In totaal wordt 1,7 Ha uit het NNB verwijderd ten behoeve van de aanleg van een parkeerplaats behorend bij een Welnesscentrum. Als compensatie wordt elders 1,7 ha aan het NNB toegevoegd en voor een oppervlakte van 0.9 ha ingericht als N12.02 Kruiden-en faunarijk grasland en voor een oppervlakte van 0,8 ha ingericht als N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos. Daarnaast wordt 1,97 ha landbouwgrond gelegen binnen de begrenzing van het NNB als natuur ingericht. Hiervan wordt 1 ha benoemd als N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland en 0,97 ha als N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos. De totale natuurcompensatie opgave bedraagt 3,67 ha, waarvan dus 1,97 ha de omvorming van begrensde Nieuwe Natuur betreft. De aanduiding van de gehele natuurcompensatie oppervlakte is als Bestaande Natuur-natuurcompensatie. Hiermee neemt de oppervlakte Nieuwe Natuur af met 1,97 ha. De natuurcompensatie staat niet open voor beheervergoeding.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart en de kaartlaag natuurcompensatie gewijzigd.

 

Art. 4.2 (nr. 21) Gemeente Oisterwijk. Bestemmingsplan Landgoed Reuseldal. Moergestel.

 

In Moergestel is in het beekdal van de Reusel in de Interim Omgevings Verordening de kaartlaag natuur en landschap gewijzigd ten behoeve van de aanleg van een nieuw landgoed. GS hebben hiermee in december 2019 ingestemd. In voorliggend besluit wijzigen wij het NNB conform dit GS besluit.

Het betreft een wijziging ten behoeve van het bestemmingsplan Nieuw Landgoed Reuseldal. Dit bestemmingsplan heeft inmiddels een openbare procedure doorlopen. De ligging is direct ten zuiden van de Oirschotseweg en op de oostflank van de Reusel in Moergestel. Het plangebied is 15 ha. Hiervan wordt 14,05 ha natuur ontwikkeld en 0,75 ha benut voor de ontwikkeling van 3 woningen. Deze 0,75 ha zijn nu uit het NNB verwijderd om de ontwikkeling van het landgoed mogelijk te maken. Het betreft een kleinschalige ingreep. De kwaliteit en kwantiteit van het NNB worden per saldo verbeterd. Het nieuwe landgoed krijgt de bestemming “natuur”.

Ten behoeve van de natuurontwikkeling van 14,05 ha zal 8,25 ha ontwikkeld worden door de eigenaar in verband met de realisering van het landgoed. (bestaande uit 7,5 ha en 0,75 ha natuurcompensatie, dit is compensatie voor 0,95 ha die uit het NNB verdwijnt). De overige 5,8 ha wordt gerealiseerd op basis van subsidieverlening door het GOB.

Alternatieve locaties voor de woonkavels zijn in het bestemmingsplan afgewogen. Daarbij is het uitgangspunt dat alternatieven zo veel mogelijk aan de oostzijde van het plangebied gezocht moeten worden, om afstand te houden tot beekdalontwikkeling richting de Reusel.

De verplichte natuurcompensatie komt tot stand binnen het plangebied en ligt tegen de Reusel aan met het natuurbeheertype N05.04 Dynamisch moeras (dit is de nieuwe aanduiding voor het vroegere N05.01 Moeras).

Tijdens de planvorming is uitgebreid gesproken over het al dan niet kunnen instemmen met de woningbouw als onderdeel van de ontwikkeling van een nieuw landgoed. Uiteindelijk is door GS voor instemming gekozen.

De locatie van de woningen wordt opgehoogd waarvoor gronden uit het gebied worden gebruikt. Door het afgraven kan natuurontwikkeling worden versterkt en blijft het volume voor waterberging in stand. Er worden wandelpaden aangelegd.

Ten aanzien van de keuze voor een ambitietype heeft vooroverleg met het GOB plaatsgevonden. Dit heeft nog niet tot een definitief besluit geleid. Daarmee handhaven wij de huidige ambitie in het Natuurbeheerplan N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland. Vanuit aan te voeren ecologische argumenten kan dit type indien gewenst nog gewijzigd worden. Voor het ambitietype voor het natuurcompensatieperceel is N05.04 Dynamisch moeras verplicht.

Aangezien het een nieuw landgoed betreft staan de percelen van dit landgoed na inrichting niet open voor beheervergoeding. Het betreft realisatie van nieuwe natuur. In het geval van realisatie van een nieuw landgoed leidt dit niet tot openstelling voor beheervergoeding.

De omvang van nieuwe natuur vermindert hierdoor met afgerond 1 ha.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd.

 

Art. 4.3 (nr. 22) Gemeente Reusel–de Mierden en gemeente Bladel. Bestemmingsplan Windpark Agro-Wind Reusel.

 

Ten behoeve van de te verlenen Omgevingsvergunning voor de realisatie van Windpark Agro-Wind in Reusel-de Mierden door de gemeente wordt de begrenzing van het NNB aangepast. Er worden 11 windturbines ontwikkeld, waarvan één locatie ligt in het NNB. Voor 9 van de windturbines is sprake van overdraai van de wieken over NNB, waarvoor gecompenseerd moet worden als externe werking. Voor de locatie van Turbine T2.3 wordt de NNB begrenzing aangepast, hier wordt NNB verwijderd over 0,14 ha. De overdraai van 9 turbines geeft een natuurcompensatieverplichting van ongeveer 6,27 ha. Het betreft een zogenaamde kleinschalige ingreep in de IOV.

De natuurcompensatie wordt grotendeels gerealiseerd in begrensde nieuwe natuur in de omgeving van de 4 oostelijk gelegen windturbines. Daarnaast bevindt zich een compensatieperceel in de gemeente Bladel.

Het ambitietype dat voor de nieuwe natuur is aangegeven, namelijk Droog schraalland, heeft enkele nadelen. Ten eerste dient een grote diepte aan fosfaatverzadigde bouwvoor te worden afgegraven, wat leidt tot hoge inrichtingskosten. Maar belangrijker nog is dat dit afgraven leidt tot verstoring van de waterhuishouding voor de nabijgelegen Kroonvennen. Daarmee is afgraven geen goede optie. Er wordt gekozen voor een lager natuurbeheertype, waarvoor als tegemoetkoming voor kwaliteitseisen een extra perceel wordt ingericht met een oppervlak van 1,9 ha.

De verplichte natuurcompensatie bedraagt 6,3 ha. Verder komt onder de wiekoverslag van turbine T2.3 extra natuur voor rekening van de initiatiefnemer, Agrowind b.v. ter grootte van 1,5 ha. Dit gedeelte wordt met N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland ingericht. In het natuurcompensatieplan is de inspanningsverplichting opgenomen om in de strook van de turbines T2.1, T2.2 en T2.3 in de gemeente Reusel-de Mierden te komen tot een extensivering van de landbouw, bijvoorbeeld door het toepassen van strokenteelt.

De percelen voor de natuurcompensatie van 6,3 ha en de extra compensatie van 1,9 ha wordt grotendeels ingericht met N15.02 Dennen-, eiken- en beukenbos, waarbij het plantmateriaal bestaat uit boomvormers met gedeeltelijk rijkstrooiselsoorten en struikvormers, zodat een rijk en gevarieerd loofbos kan ontstaan. Het oostelijke perceel in de gemeente Bladel wordt ingericht met N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland. Hier is bos vanwege het landschap minder gewenst. Zowel de bospercelen als het perceel Kruiden- en faunarijk grasland krijgt een houtsingel met mantel en zoom om de biodiversiteit te verhogen.

Alle percelen worden opgenomen als bestaande natuur-natuurcompensatie en toegevoegd aan de kaartlaag natuurcompensatie. Hierdoor wijzigt 1,5 ha + 6,3 ha = 7,8 ha van nieuwe natuur in bestaande natuur en wordt 1,9 ha aan het NNB (bestaande natuur-natuurcompensatie) toegevoegd. De oppervlakte nieuwe natuur neemt met 7,8 ha af. De percelen staan vanwege gemeentelijk initiatief niet open voor beheervergoeding.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart gewijzigd, het label bestaande natuur-natuurcompensatie toegevoegd en het label subsidiabel nee toegevoegd.

 

Art. 4.4 (nr. 23) Gemeente Rucphen. Bestemmingsplan Omleiding om de kern Rucphen.

 

In de Interim Omgevings Verordening is de kaartlaag natuur en landschap gewijzigd als afstemmingsresultaat voor bestemmingsplan Trace zuid Rucphen. Wij wijzigen nu vervolgens het NNB. In totaal wordt 1,06 ha uit NNB verwijderd ten behoeve van aanleg randweg Rucphen en wordt 3,4 ha aan het NNB toegevoegd als natuurcompensatie. Als natuurambitie wordt natuurbeheertype N12.02 Kruiden- en faunarijk grasland aan de ambitiekaart en beheertypenkaart toegevoegd. Verder worden enkele landschapselementen gerealiseerd. De totale natuurcompensatie opgave bedraagt 3,4 ha en wordt als bestaande natuur-natuurcompensatie aangegeven. Dit NNB staat niet open voor beheervergoeding aangezien het een gemeentelijk initiatief betreft.

 

Wij hebben de ambitiekaart en de beheertypenkaart en de kaartlaag natuurcompensatie gewijzigd.

Artikel V Inwerkingtreding.

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel VI Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: 2e partiële wijziging natuurbeheerplan 2020.

 

’s-Hertogenbosch, 21 april 2020

Gedeputeerde Staten van Noord Brabant,

de voorzitter

prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Bezwaar

Bezwaren tegen dit besluit kunnen binnen zes weken na de bekendmaking van dit besluit worden ingediend bij:

 

Het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Secretariaat van de hoor- en adviescommissie

Postbus 90151

5200 MC 's-Hertogenbosch

 

Wij verzoeken u om op de linkerbovenhoek van de envelop het woord "bezwaarschrift" te vermelden.

 

Het bezwaarschrift moet zijn voorzien van een handtekening, de naam en adres van de indiener, de dagtekening en ons kenmerk van het besluit, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is en de gronden van het bezwaar.

Daarnaast vragen wij u vriendelijk om uw telefoonnummer te vermelden. Zo kan de provincie, indien aan de orde, u bellen om samen de beste aanpak van behandeling van uw bezwaarschrift te bespreken.

 

Voor meer informatie over de behandeling van bezwaarschriften verwijzen wij u naar www.brabant.nl/rechtsmiddelen.

 

Het secretariaat van de Hoor- en adviescommissie is bereikbaar op telefoonnummer (073) 680 83 04, faxnummer (073) 680 76 16 en e mailadres bezwaar@brabant.nl. Wij wijzen u erop, dat het op dit moment nog niet mogelijk is om bezwaarschriften per e mail in te dienen, omdat dan de wettelijk voorgeschreven handtekening op het bezwaarschrift ontbreekt.

 

 

 

Voorlopige voorziening

Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een bezwaarschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een bezwaarschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij: de Voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 70584, 5201 CZ 's Hertogenbosch.

 

Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om zo’n voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van spoedeisend belang.

 

Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.

 

 

Toelichting algemeen

 

  • 1.

    Beleidskader Natuurbeheerplan.

 

Wij toetsen wijzigingsverzoeken aan de meerwaarde voor de kwaliteit van het Natuur Netwerk Brabant (NNB, voorheen EHS).

Een eventueel nieuw verzoek tot uitbreiding van het NNB zal in principe vergezeld moeten gaan van een evenredig verzoek tot vermindering elders. Daarbij valt het toevoegen van NNB in principe in de categorie provinciale NNB. Uitbreiding van het rijksdeel van het NNB is maar beperkt mogelijk.

Verder toetsen wij wijzigingsverzoeken op de hoogte van de (toekomstige) beheerkosten. Deze zullen realistisch dienen te zijn. De beschikbare middelen voor beheer dienen efficiënt door ons ingezet te worden.

 

Het Natuurbeheerplan omschrijft de actuele waarde en het kwaliteitsstreefbeeld voor de bestaande en nog te ontwikkelen natuurgebieden binnen de provincie

Noord-Brabant. Dit plan vormt de basis voor verwerving en inrichting van het NNB en het gesubsidieerde Natuurbeheer in de provincie.

Ook geeft het Natuurbeheerplan inzicht in de mogelijkheden voor het gesubsidieerde agrarisch natuur- en landschapsbeheer in onze provincie.

Door middel van regelmatige wijzigingen, zoals via dit besluit, passen wij met name de bijbehorende kaarten van het Natuurbeheerplan aan.

 

Het provinciale beleid voor subsidies voor behoud en ontwikkeling van natuurgebieden en landschappen is te vinden in de “Subsidieregeling natuur- en landschapsbeheer Noord-Brabant 2016” (SNL 2016 van 11 november 2017).

Het algemene beleid voor het natuurbeheer en het agrarische natuurbeheer is te vinden in “Natuurbeheerplan Noord-Brabant 2016”.

Onderdelen van dit “Natuurbeheerplan Noord-Brabant 2016” zijn de volgende:

De beheertypenkaart bevat de actueel voorkomende natuur in Brabant in het veld en vormt de grondslag voor de beheersubsidie in het kader van de subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL). Aangezien veranderingen optreden door beheer en ontwikkeling moet de beheertypenkaart periodiek worden geactualiseerd. Het verkrijgen van beheervergoeding is mogelijk via collectieven of een individuele aanvraag van minimaal 200 ha.

De ambitiekaart geeft het gewenste eindbeeld (ambitie) van het NNB in Brabant aan. Ook in deze kaart kunnen wijzigingen optreden.

Zoekgebieden zijn een onderdeel van de ambitiekaart. In dergelijke zoekgebieden bestaat de keuze uit (meestal) 3 mogelijke ambitietypen.

Voor agrarisch natuurbeheer bestaan 2 kaartlagen die aangeven welke subsidiemogelijkheden in welk gebied beschikbaar kunnen zijn. Deze mogelijkheden verlopen alle via een Agrarisch natuurcollectief.

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB) verleent functieveranderings- en inrichtingssubsidie ten behoeve van de realisatie van nieuwe natuur in het NNB. Het Groen Ontwikkelfonds Brabant heeft de bevoegdheid binnen een vastgesteld kader (zie de site van het GOB) functieveranderings- en inrichtingssubsidie te mogen verlenen voor een perceel met gewijzigde ambitie ten opzicht van het geldende Natuurbeheerplan. Tevens is het Groen Ontwikkelfonds Brabant bevoegd dergelijke subsidie te verlenen voor percelen tot 5 ha. aansluitend aan het rijksdeel van het NNB en voor percelen tot 25 ha. aansluitend aan het provinciale deel van het NNB.

Wij voeren de wijzigingen volgend op de subsidieverlening door het Groen Ontwikkelfonds Brabant door in het Natuurbeheerplan (en in de Interim Omgevings Vergunning (IOV), zie hiervoor artikel 2.

 

  • 2.

    Indienen wijzigingsverzoek en subsidie voor beheer.

 

De kaarten van het Natuurbeheerplan worden 3 keer per jaar aangepast. Het is voor eenieder mogelijk wijzigingsverzoeken in te dienen. De wijzigingsverzoeken zullen een ecologische of hydrologische onderbouwing moeten hebben.

De perioden van indienen zijn als volgt:

  • Indienen tot 1 januari van grenswijzigingen. Ontwerp besluit GS in april en definitief besluit GS in september. Beide besluiten zijn in samenhang met de Interim Omgevings Vergunning.

  • Indienen tot 1 januari van wijziging natuurbeheertypen op de ambitiekaart en/of de beheertypenkaart. Besluit GS in april.

  • Indienen tot 1 mei van wijziging natuurbeheertypen op de ambitiekaart en/of de beheertypenkaart. Besluit GS in september.

  • Indienen tot 1 september van wijziging natuurbeheertypen op de ambitiekaart en/of de beheertypenkaart. Besluit GS in december.

Het GS besluit van september van ieder jaar is de basis voor het verlenen van beheersubsidie voor natuurbeheer in het daaropvolgende kalenderjaar. Het is mogelijk door GS nog een latere wijziging te laten vaststellen in december (met gevolg voor de te verlenen subsidie), maar de samenloop met de aanvraagperiode voor beheersubsidie van ½ november tot eind december maakt het in dit geval nodig in vooroverleg met de provincie te treden.

Het verlenen van subsidie is afhankelijk van o.a. cumulatie van beheervergoeding, continuatie van beheervergoeding en het op subsidiabel ja staan van het perceel in het Natuurbeheerplan ( een zogenaamd label ). De regelgeving voor continuatie en cumulatie is te vinden in het genoemde SNL 2016 van de provincie.

 

  • 3.

    Samenhang met de procedure Interim Omgevings Verordening.

 

De Interim Omgevings Verordening biedt ons de mogelijkheid de begrenzing van het NNB aan te passen ten einde de ecologische samenhang te verbeteren,

("wijziging op basis van ecologische gronden"). De ecologische beoordeling van verzoeken van derden die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben op een wijziging (lees: uitbreiding of verkleining) van de begrenzing van het NNB vindt plaats in het Natuurbeheerplan. Daar waar aanleiding bestaat aan de verzoeken tegemoet te komen, wordt gelijktijdig besloten tot aanpassing van de grenzen van de NNB begrenzing in de Interim Omgevings Verordening. Deze grenzen zijn te vinden op de themakaart “natuur en landschap” in deze Verordening en in de viewer van het Natuurbeheerplan in de map Overige kaarten en daarbinnen de kaartlaag Natuur Netwerk Brabant. Omdat aan het besluit tot wijziging van de Verordening ruimte vanuit wetgeving andere eisen worden gesteld is dit een apart besluit met een eigen procedure. De besluiten zijn inhoudelijk geheel op elkaar afgestemd. De wijzigingen in de NNB-begrenzing in de Interim Omgevings Verordening zijn dan ook direct overgenomen c.q. gehanteerd in het Natuurbeheerplan 2020.

Voor alle duidelijkheid is in voorliggend besluit ook steeds vermeld of er sprake is van een wijziging in de Interim Omgevings Verordening. Dit biedt duidelijkheid aan belanghebbenden doordat er een op elkaar afgestemd standpunt in het kader van beide besluiten is. Het besluit tot wijziging van de NNB grens heeft daardoor zowel ruimtelijke betekenis als een bindende werking voor subsidie aanvragen. Het besluit leidt tot een grenswijziging op de themakaart “natuur en landschap”, behorende bij de Interim Omgevings Verordening ruimte en op de ambitiekaart in het Natuurbeheerplan.

 

  • 4.

    Ondernemend Natuur Netwerk Brabant (ONNB).

 

Het Groen Ontwikkelfonds Brabant heeft de bevoegdheid om voor percelen functieveranderingssubsidie en inrichtingssubsidie te verlenen binnen het door de provincie vastgestelde kader voor Ondernemend Natuur Netwerk Brabant (ONNB). Een belangrijk onderdeel van dit kader is dat de functie van de grond in het NNB agrarisch blijft, met de toevoeging “natuur en landschapswaarden” en dus niet wordt omgezet naar de functie natuur. Een ander belangrijk aspect is dat de ONNB status bij het kadaster in een Kwalitatieve Verplichting op het perceel wordt vastgelegd. Na het inrichten van het perceel bestaat geen mogelijkheid voor beheersubsidie. Doel van het ONNB dat er voor 50% natuurwaarden ontstaan en voor 50% landbouwkundige of andere economische productie plaatsvindt. De natuurwaarden geven wij aan in het passende natuurbeheertype op de ambitiekaart en de beheertypenkaart. Op de beheertypenkaart wordt een B-nummer opgenomen in plaats van een N-nummer. Door een B-nummer te gebruiken blijft recht bestaan op agrarische subsidies.

De overeenkomsten die het Groen Ontwikkelfonds Brabant onder de aanduiding ONNB voor percelen afsluit registreren wij in een aparte aanduiding in het Natuurbeheerplan, zie hiervoor de legenda. Daarmee zijn de percelen ingericht voor het NNB en is realisatie een feit.

Naar boven