Provinciaal blad van Zuid-Holland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2020, 2467 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zuid-Holland | Provinciaal blad 2020, 2467 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland van 21 april 2020 [DOS-2020-0001063 [PZH-2020-735019399]] houdende regels omtrent projectsubsidie soortenbeleid leefgebied en maatregelen verbetering natuurwaarden Zuid-Holland 2020 (Openstellingsbesluit projectsubsidie verbetering biotoop grutto en patrijs 2020)
Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;
Gelet op artikel 2.3.3 van de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016;
Overwegende dat het wenselijk is om investeringen voor herstel- en inrichtingsmaatregelen voor boerenlandvogels te stimuleren, zodat bijgedragen wordt aan de doelen van het Zuid-Hollandse Actieplan Boerenlandvogels: een verbetering van de leefgebieden voor boerenlandvogels;
Besluiten vast te stellen het volgende besluit:
Openstellingsbesluit projectsubsidie soortenbeleid leefgebied en maatregelen verbetering natuurwaarden Zuid-Holland 2020
Artikel 3 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten die bijdragen aan het versterken van de biotopen en de populaties van de icoonsoorten grutto en patrijs:
Naast de gegevens, bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Asv, gaat een aanvraag voor subsidie vergezeld van een plan van aanpak dat ten minste bestaat uit:
In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 3 Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016 geweigerd indien:
Artikel 7 Niet Subsidiabele kosten
Geen subsidie wordt verstrekt voor de kosten van:
In aanvulling op artikel 1.4 van de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016 is de subsidieontvanger verplicht om de activiteit als bedoeld in artikel 3, onder a, b en d, vijf jaar na vaststelling van de subsidie in stand te houden.
Met de nieuwe Wet natuurbescherming is de zorg voor en bescherming van beschermde soorten gedecentraliseerd van het Rijk naar de provincies. Op grond van paragraaf 2.3, Soortenbeleid leefgebied en maatregelen verbetering natuurwaarden, van de Subsidieregeling groen Zuid-Holland 2016, kan subsidie worden verstrekt voor maatregelen gericht op het versterken en beschermen van populaties van bedreigde dier- of plantensoorten of op het verhogen van de natuurwaarden. Door actief treffen van maatregelen ten behoeve van biotopen van kwetsbare soorten te stimuleren, kunnen we een bijdrage leveren aan het behoud van deze soorten binnen de provincie.
Het soortenbeleid wordt vorm gegeven aan de hand van Zuid-Hollandse icoonsoorten. Dit zijn soorten die gezamenlijk symbool staan voor landschappelijke en ecologische kwaliteiten in Zuid-Holland én/of voor maatschappelijke kwaliteiten en ecosysteemdiensten. Gedachte achter deze lijst met icoonsoorten is het idee dat de natuur van Zuid-Holland in volle breedte gaat profiteren van maatregelen die worden genomen ten faveure van deze icoonsoorten (‘paraplu-functie’). In deze openstelling wil de provincie Zuid-Holland ruimte bieden voor het versterken van de populaties van de boerenlandvogels. Hiermee geven we invulling aan het Actieplan Boerenlandvogels. De provincie Zuid-Holland zet al ruimschoots in op het beheer van weide-, akker- en bollenvogels. Middels deze openstelling komt er ruimte voor investeringen ter versterking van het biotoop en de populaties van de icoonsoorten grutto en patrijs.
Onder het versterken van de biotopen en de populaties worden de volgende activiteiten verstaan:
Projectleiding is onderdeel van uitvoeringsprojecten en is daarom ook subsidiabel. Specifiek overgangsbeheer valt niet onder de SNL of onder het ANLb. Daarom kan overgangsbeheer, net als onderhoud en het plaatsen en verwijderen van rasters, voor maximaal 3 jaar mee worden begroot in de aanvraag.
Niet-subsidiabele activiteiten
De aanleg van natuurvriendelijke oevers is niet subsidiabel, omdat deze onvoldoende bijdragen aan het doel van de regeling. De aanleg van weidevogeloevers is wel subsidiabel.
Investeringen gericht op het voorkomen van predatie zoals rasters zijn wel subsidiabel. Investeringen voor de uitvoering van predatiebeheer zijn niet subsidiabel.
Monitoring en onderzoek is niet subsidiabel binnen deze openstelling. Een uitzondering hierop vormt onderzoek direct ten behoeve van de uitvoering van het project. Monitoring is wel van belang binnen projecten, omdat dat zicht biedt op het bereiken van de gewenste resultaten. Daarom worden aanvragers wel gevraagd om te benoemen wat er aan monitoring nodig is. Monitoring is echter niet subsidiabel binnen deze openstelling.
Het is de ambitie van de provincie Zuid-Holland om bij keuzes in de programmering van initiatieven het maatschappelijk rendement van de geïnvesteerde ‘groene euro’s’ te vergroten. Dit rendementsdenken wordt vormgegeven door enerzijds aan de voorkant handvatten te bieden voor het voeren van het goede gesprek daarover, anderzijds door bij de gunningscriteria voor deze subsidieregeling duidelijk te zijn over de criteria waarop de ingediende subsidies worden afgewogen. Door aan de voorkant duidelijkheid te geven over de criteria hopen wij daarnaast de initiatiefnemers al in een vroeg stadium te stimuleren om de beoogde projecten zo goed mogelijk te laten bijdragen aan de doelen van het (soorten)beleid.
Om de subsidiegelden zo effectief mogelijk te benutten is voor de huidige subsidieregeling gekozen voor een methode waarbij de subsidieaanvragen onderling met elkaar worden vergeleken en op basis van kwaliteit van de aanvraag gerangschikt. Indien een aanvraag bestaat uit meerdere afzonderlijke projecten, worden de onderliggende projecten individueel beoordeeld. Afzonderlijk houdt in ieder geval in dat het terrein danwel de uit te voeren werkzaamheden verschillend zijn. Per afzonderlijk project moeten alle kosten benoemd worden, dus ook de indirecte kosten zoals projectleiding en administratie. Per criteria waarop projecten gescoord worden, wordt hieronder aangegeven welke elementen worden betrokken bij de inhoudelijke beoordeling.
Mate van verbetering biotoop (omvang en kwaliteit) in relatie tot gevraagde subsidiebedrag: hoe sterker de mate van verbetering van het biotoop en hoe lager het gevraagde subsidiebedrag, des te hoger de score. Aandachtspunten hierbij zijn de omvang van het project, de mate van kwaliteitsverbetering en de totale som van de gevraagde subsidie. Het gaat hier feitelijk om het rendement van de subsidie.
Mate van draagvlak: hoe hoger het lokale en maatschappelijke draagvlak, des te hoger de score. Maatregelen die in het Actieplan Boerenlandvogels of in de onderliggende vijf gebiedsplannen zijn opgenomen, zijn afgestemd met betrokken partijen. Aanvragen die zijn opgenomen in het Actieplan Boerenlandvogels of de onderliggende gebiedsplannen, worden derhalve geacht op draagvlak te kunnen rekenen. Draagvlak kan daarnaast worden aangetoond wanneer bijvoorbeeld sprake is van een samenwerkingsverband met meerdere partijen, van cofinanciering, van de inzet van vrijwilligers en ondernemers.
Beoordeling punten criteria a en b:
1= slecht; 2 = matig; 3 = voldoende; 4 = goed; 5 = zeer goed
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2020-2467.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.