Provinciaal blad van Groningen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Groningen | Provinciaal blad 2020, 180 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Groningen | Provinciaal blad 2020, 180 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen houdende regels omtrent EBG ArbeidsplaatsenregelinG (EBG ArbeidsplaatsenregelinG provincie Groningen 2020)
In deze regeling wordt verstaan onder:
Arbeidsovereenkomst: een arbeidsovereenkomst of arbeidscontract is een afspraak tussen werkgever en werknemer, waarbij de werknemer zich verplicht werk te verrichten gedurende een aantal uren per week in dienst van de werkgever. Belangrijke aspecten in de overeenkomst zijn de betaling en hoogte van het loon, de omschrijving van de functie en de gezagsverhouding. Deze aspecten zijn verplicht om in een arbeidscontract op te nemen. Een stagecontract wordt niet gezien als arbeidsovereenkomst;
AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard en Verordening EU 2017/1084 van de Commissie van 14 juni 2017 tot wijziging van Verordening EU Nr. 651/2014 wat betreft steun voor haven- en luchthaveninfrastructuur, aanmeldingsdrempels voor steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed en voor steun voor sportinfrastructuur en multifunctionele recreatieve infrastructuur, en regelingen inzake regionale exploitatiesteun voor ultraperifere gebieden, en tot wijziging van Verordening EU Nr. 702/2014 wat betreft de berekening van de in aanmerking komende kosten, PbEU L 156/1 van 20 juni 2017;
Innovatieproject: een project gericht op bedrijfsinvesteringen in onderzoek en ontwikkeling voor het ontwikkelen van producten, diensten of procedés die in technologisch opzicht nieuw zijn of een wezenlijke verbetering inhouden ten opzichte van de huidige stand van de techniek in de betreffende sector, en die een risico op technologische of industriële mislukking inhouden;
De regeling heeft als doel steun te verlenen voor nieuwe arbeidsovereenkomsten bij MKB-ondernemingen die projecten uitvoeren in het werkingsgebied.
Onverminderd de artikelen 4:25 en 4:35 Awb en de artikelen 2.5 en 2.6 van de Procedureregeling wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 6 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
het project leidt tot minimaal 2 nieuwe arbeidsovereenkomsten bij een aanvrager waar minder dan 10 fte’s werkzaam zijn, minimaal 3 nieuwe arbeidsovereenkomsten bij een aanvrager waar minimaal 10 tot 30 fte’s werkzaam zijn en minimaal 5 nieuwe arbeidsovereenkomsten bij een aanvrager waar 30 of meer fte’s werkzaam zijn.
het project leidt tot een netto toename van het aantal arbeidsovereenkomsten in de betrokken vestiging, in vergelijking met het gemiddelde van de voorbije 12 maanden. Alle verloren gegane arbeidsovereenkomsten worden in mindering gebracht op het tijdens deze periode aantal bruto geschapen arbeidsovereenkomsten.
In afwijking van artikel 2.4 van de Procedureregeling beslist het Gedeputeerde Staten binnen een termijn van 8 weken op een aanvraag tot subsidieverlening.
Artikel 15 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Indien het subsidiebedrag € 25.000,- of hoger is rapporteert aanvrager één keer per 12 maanden over de voortgang van het project. Deze rapportage kan digitaal worden ingediend bij het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) met gebruik van het E-loket van het SNN. Deze is bereikbaar via www.snn.nl.
Groningen, 7 januari 2020
Gedeputeerde Staten voornoemd:
F.J. Paas, voorzitter.
H. Schrikkema, secretaris.
Toelichting behorende bij de Subsidieregeling EBG ArbeidsplaatsenregelinG provincie Groningen 2020
Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017 (Kaderverordening) en de Procedureregeling subsidies Groningen (Procedureregeling). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Kaderverordening en Procedureregeling. In de Procedureregeling staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht.
Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Kaderverordening en Procedureregeling noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.
Centraal in de regeling staat het tot stand brengen van investeringsprojecten in het werkingsgebied en daarbij het vergroten van de duurzame werkgelegenheid in het werkingsgebied.
De arbeidsovereenkomst dient ten minste 32 uur per week te bedragen. Een arbeidsovereenkomst die voor minder dan 32 uur wordt aangegaan komt niet als arbeidsplaats in aanmerking. De voorwaarde dat de arbeidsplaats ten minste voor 12 maanden in de projectperiode moet worden gerealiseerd kan door meerdere personen worden ingevuld. Stel werknemer A begint voor 32 uur per week, maar vertrekt na een half jaar en wordt vervangen door werknemer B onder dezelfde voorwaarden, dan is na een half jaar voor werknemer B voldaan aan het 12 maanden criterium. Beide dienstverbanden tellen dus samen voor de 12 maanden termijn. Wel blijft de verplichting bestaan dat werknemer B ook nadat aan de twaalf maandstermijn is voldaan nog ten minste 12 maanden in dienst blijft.
Criteria beoordeling aanvragen Subsidieregeling EBG ArbeidsplaatsenregelinG provincie Groningen 2020
De subsidie wordt bepaald in de volgende stappen:
Om het belang van een aanvraag en het project waarop de aanvraag betrekking heeft voor de regionale economie te beoordelen, wordt het project beoordeeld op tevoren vastgestelde criteria. Drie clusters van criteria worden daarbij onderscheiden:
De score op dit criterium wordt berekend aan de hand van het aantal arbeidsplaatsen dat wordt gecreëerd als onderdeel of direct gevolg van het project:
De minimum drempelscore van 20, 24 of 25 punten op dit onderdeel moet borgen dat projecten die niet scoren op dit onderdeel geen gebruik kunnen maken van de regeling.
Monitoring van het effect op de werkgelegenheid vindt plaats door een goede onderbouwing door de aanvrager vooraf en een gedegen verantwoording bij indiening van de eindvaststelling. Tijdens de beoordeling wordt dit gekwantificeerd als ‘nieuw’ ten opzichte van bestaande werkgelegenheid. Bij de aanvraag ligt de bewijslast bij de aanvrager om aannemelijk te maken hoeveel arbeidsplaatsen gecreëerd worden.
Deze criteria worden in eerste instantie kwalitatief beoordeeld waarbij verschillende gradaties mogelijk zijn: zeer goed, voldoende of neutraal/onvoldoende. Deze beoordeling wordt per criterium omgezet in een puntenbeoordeling met de volgende verdeling:
(Verwachte) verankering in de regio
Verankering van het bedrijf als gevolg van de investering ziet op de aannemelijkheid dat het bedrijf als gevolg van de investering voor lange(re) tijd in de regio blijft gevestigd. Verankering kan betrekking hebben op de huidige situatie, maar ook op de verwachte toekomstige situatie in geval van nieuwvestiging in het gebied. De mate van verankering kan onder andere blijken uit relaties met toeleveranciers in de regio. Hiermee ontstaan indirecte werkgelegenheidseffecten, waarmee de economische structuur wordt versterkt. Er wordt naar de volgende zaken gekeken.
Zijn medewerkers regionaal gebonden? Voert de medewerker zijn werkzaamheden uit binnen de muren van het bedrijf, of werkt deze plaats onafhankelijk (bijvoorbeeld monteurs die bij klanten op de locatie werkzaamheden verrichten)? Is er sprake van een specifieke expertise en vaardigheden van regionaal gebonden medewerkers?
Opleidingsfaciliteiten voor werknemers, inclusief aanbieden (praktijk)stages en/of samenwerking met lokale/regionale opleidingsinstellingen
De bereidheid tot het investeren in (opleiding van) het personeel draagt bij aan versterking van de economische structuur. Er wordt naar de volgende zaken gekeken:
Het opleidingsbudget per medewerker. Meer dan € 900,- per medewerker (ondernemingen met 10 fte’s of meer dan 10 fte’s) en minimaal € 500,- (ondernemingen met minder dan 10 fte’s) per jaar scoort als zeer goed Ook intern gegeven opleidingsuren tellen mee voor een maximaal uurtarief van € 39,- per uur. Hiervan moet een goede en volledige administratie worden bijgehouden. Urenregistraties moeten door leidinggevende en medewerker worden geparafeerd.
Of er sprake is van samenwerking met lokale/regionale opleidingsinstellingen. De samenwerking met opleidingsinstituten moet projectmatig en actueel zijn. Als men bijvoorbeeld vanuit het bedrijf zitting heeft in adviserende organen of gastcolleges geeft, wordt dat positief beoordeeld. Hiermee worden niet de reguliere contacten i.v.m. stages bedoeld. Op dit onderdeel hoeft voor ondernemingen met minder dan 10 fte’s niet gescoord te worden.
Wordt er voldoende gescoord op twee of meer van deze 3 aspecten dan worden 15 punten gegeven, bij score op één aspect 7,5 punten en anders 0 punten.
Er wordt ingezet op het bewerkstelligen van een transitie naar een meer kennisintensief en innovatief bedrijfsleven.
De criteria worden in eerste instantie kwalitatief beoordeeld waarbij verschillende gradaties mogelijk zijn: zeer goed, voldoende of neutraal/onvoldoende. Deze beoordeling wordt per criterium omgezet in een puntenbeoordeling met de volgende verdeling:
Project heeft betrekking op een of meer van de benoemde thema’s
Door Economic Board Groningen wordt ingezet op bedrijfsactiviteiten of projecten die vallen onder een of meer van de volgende thema’s:
Het thema “de volgende generatie mobiele communicatietechnologie (5G)" gaat over ontwikkeling, integratie en praktijktoetsing van nieuwe, draadloze en mobiele netwerktechnologie, waarbij er sprake is van het online/realtime kunnen verzenden van data via 5G. Alleen het gebruik van wifi in producten voegt niet voldoende toe, omdat wifi een beperkt bereik heeft en alleen gebruikt kan worden als men in de buurt is van een Wifi-spot. Wifi is dan meer een vervanger van een kabel dan dat het online/realtime gegevens overdraagt. Dat laatste “het online/realtime overdragen van gegevens” is bepalend voor het mobiele communicatietechnologie-gehalte.
Project speelt in op duurzaamheid (CO₂-reductie, biobased economy, circulaire economie)
In de sectoren wordt ingezet op trends als biobased, circulaire economie en CO₂-reductie. Deze zijn samen te vatten als duurzaamheid. Indien een project hierop is gericht wordt dat positief gewaardeerd. Dit kan gaan om verduurzaming van het product of productieproces, maar ook voor het verduurzamen van het bedrijfspand en bedrijfsmiddelen door het nemen van energiezuinige maatregelen kan men punten scoren. Voorbeelden hiervan zijn onder andere de aanleg van zonnepanelen, aardwarmte, led verlichting, dubbel glas etc.
Investering ten behoeve van onderzoek, ontwikkeling en/of vermarkting van de voor de regio nieuwe producten en/of processen.
Innovatie als bron voor bestendigheid in de economische structuur, of als basis voor toekomstige structuren, wordt gewaardeerd met punten voor nieuwe producten of nieuwe processen (op schaal van de aanvrager).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2020-180.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.