Wijziging Verordening rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers provincie Drenthe 2019

 

Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 19 december 2019, kenmerk BC/2019002815, team Bestuur en Concernzaken, tot bekendmaking van het besluit van Provinciale Staten tot vaststelling van de Wijziging Verordening rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers provincie Drenthe 2019

 

Gedeputeerde Staten van Drenthe maken bekend dat Provinciale Staten in hun vergadering van 18 december 2019 het volgende hebben besloten.

 

 

Besluit G-2

 

Provinciale Staten van Drenthe;

 

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 8 oktober 2019, kenmerk 41/5.2/2019002160;

 

BESLUITEN:

 

de Verordening rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers provincie Drenthe 2019 te wijzigen:

 

 

A

Artikel 11 komt te luiden:

 

Artikel 11 Vergoeding voor werkzaamheden

  • 1.

    Een commissielid ontvangt een vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen van de commissie overeenkomstig het Besluit.

  • 2.

    Er zijn commissieleden als bedoeld in artikel 2.4.2, tweede lid, onder a en b, van het Besluit die een hogere vergoeding ontvangen. Deze hogere vergoeding is een percentage van de in het eerste lid genoemde vergoeding en bedraagt:

  • a.

    voor de leden en de voorzitter van de Commissie rechtsbescherming 250%;

  • b.

    voor de leden en de voorzitter van de Bezwarencommissie Personele Aangelegenheden 250%;

  • c.

    voor de leden van de Adviescommissie Cultuur 175% en voor de voorzitter van deze commissie 250%.

B

Artikel 12 komt te luiden:

Artikel 12 Reis- en verblijfskostenvergoeding

Een commissielid ontvangt reis- en verblijfskostenvergoeding overeenkomstig het Besluit en de Regeling.

 

C

In de Artikelsgewijze Toelichting wordt, onder vernummering van de toelichting op artikel 5 tot en met 14 tot artikel 6 tot en met 15, een toelichting op artikel 5 ingevoegd, luidende:

 

Artikel 5 Verzekering arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden

 

Statenleden zijn vaak een significant deel van de werkweek voor Provinciale Staten bezig en kunnen daardoor in hun hoofdfunctie minder pensioen opbouwen. Statenleden hebben bovendien niet allemaal een hoofdfunctie in loondienst. In artikel 2.1.9 van het Besluit is daarom de grondslag gecreëerd om het mogelijk te maken bij verordening te bepalen dat de statenleden een bedrag per jaar ontvangen ter hoogte van één maandbedrag van hun vergoeding voor de werkzaamheden, waarmee zij voorzieningen kunnen treffen ter zake van arbeidsongeschiktheid, ouderdom en overlijden.

 

D

In de artikelsgewijze toelichting op artikel 8 (nieuw) wordt 'artikel 7' vervangen door 'artikel 8'

 

E

In de artikelsgewijze toelichting op artikel 11 (nieuw) wordt 'artikel 10, eerste lid' vervangen door 'artikel 11, eerste lid'

 

F

In de artikelsgewijze toelichting op artikel 11 (nieuw) wordt 'artikel 10, vierde lid' vervangen door 'artikel 11, tweede lid'

 

G

De artikelsgewijze toelichting op artikel 13 tot en met 15 (nieuw) wordt als volgt gewijzigd:

 

1. '(artikel 12)' wordt vervangen door '(artikel 13)'

2. '(artikel 13)' wordt vervangen door '(artikel 14)'

3. '(artikel 14)' wordt vervangen door '(artikel 15)'

 

H

De artikelsgewijze toelichting op artikel 12 (nieuw) komt te luiden:

 

Artikel 12 Reis- en verblijfskostenvergoeding

Het gaat om de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke kosten.

 

 

 

Assen, 18 december 2019

 

Provinciale Staten voornoemd,

 

mevrouw drs. J. Klijnsma, voorzitter

mevrouw mr. drs. S. Buissink, griffier

 

 

Gedeputeerde Staten voornoemd,

namens deze,

 

mevrouw drs. C. J. Q. C. de Keijzer

teammanager Bestuur en Concernzaken

 

 

Uitgegeven: 23 december 2019

 

 

 

 

Naar boven