Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent de regionale samenwerking op het gebied van cultuur (Uitvoeringsregeling subsidie stimulering regionale samenwerking cultuur Noord-Holland 2019)

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

 

Overwegende dat het wenselijk is meer regionale samenwerking op het gebied van cultuur tussen gemeenten en tussen culturele instellingen te stimuleren om een breed cultureel aanbod bereikbaar en toegankelijk te houden en de cultuurparticipatie te bevorderen ten behoeve van een breed publiek;

 

 

Besluiten vast te stellen:

 

Uitvoeringsregeling subsidie stimulering regionale samenwerking cultuur Noord-Holland 2019

Artikel 1  

Op deze regeling is titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht van overeenkomstige toepassing.

Artikel 2  

Subsidie wordt verstrekt aan:

  • a.

    een gemeente in Noord-Holland die op het gebied van cultuur samenwerkt met tenminste twee andere gemeenten in Noord-Holland;

  • b.

    een gemeenschappelijke regeling van gemeenten in Noord-Holland;

  • c.

    een rechtspersoon die eigenaar of exploitant is van een culturele instelling gelegen binnen de grenzen van de provincie Noord-Holland die op het gebied van cultuur samenwerkt met ten minste twee andere rechtspersonen, waar onder rechtspersoon uitsluitend wordt verstaan:

    • 1°.

      10 archief: archief opgenomen in bijlage 1 behorende bij deze regeling;

    • 2°.

      20 bibliotheek: bibliotheek aangesloten bij de Vereniging van Openbare Bibliotheken;

    • 3°.

      30 filmhuis: filmtheater aangesloten bij de Nederlandse Vereniging van Bioscopen en Filmtheaters dat subsidie van een overheidsorgaan ontvangt;

    • 4°.

      40 museum: museum dat op het moment van de subsidieaanvraag voorlopig of definitief is opgenomen in het Museumregister of lid is van de Museumvereniging;

    • 5°.

      50 poppodium: poppodium aangesloten bij de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals;

    • 6°.

      60 theater: schouwburg die of concertgebouw dat lid is van de Vereniging van Schouwburg- en Concertzaaldirecties;

    • 7°.

      70 theatergroep: theatergroep aangesloten bij de Nederlandse Associatie voor Podiumkunsten.

Artikel 3  

  • 1.

    Subsidie aan een gemeente kan worden verstrekt voor:

    • a.

      het opstellen van een regionaal cultureel actieplan ter uitvoering van de regionale visie op het gebied van cultuur binnen de betrokken gemeenten of;

    • b.

      de uitvoering van een regionaal cultureel actieplan als bedoeld in onderdeel a.

  • 2.

    Subsidie aan een rechtspersoon, genoemd in artikel 2, onder c, kan worden verstrekt voor activiteiten die voortkomen uit de samenwerking tussen de rechtspersonen met als doel:

    • a.

      het verrijken van het culturele aanbod;

    • b.

      het vergroten van het publieksbereik;

    • c.

      het bereiken van een meer divers publiek; of

    • d.

      het delen van kennis en expertise.

Artikel 4  

Een aanvraag om subsidie bevat ten minste:

  • a.

    een begroting van de kosten van de activiteit;

  • b.

    een financieringsplan van de kosten van de activiteit;

  • c.

    een inhoudelijke beschrijving van de activiteit;

  • d.

    een samenwerkingsverklaring van de betreffende gemeenten, genoemd in artikel 2, onder a, indien een subsidie wordt aangevraagd voor een van de activiteiten, genoemd in artikel 3, eerste lid;

  • e.

    een samenwerkingsverklaring van de betreffende rechtspersonen, genoemd in artikel 2, onder c, indien een subsidie wordt aangevraagd voor een van de activiteiten, genoemd in artikel 3, tweede lid;

  • f.

    een regionale visie op het gebied van cultuur, indien een subsidie wordt aangevraagd voor de activiteit in artikel 3, eerste lid, onderdeel a;

  • g.

    een regionaal cultureel actieplan, indien een subsidie wordt aangevraagd voor de activiteit in artikel 3, eerste lid, onderdeel b.

Artikel 5  

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie is tijdig ingediend indien de aanvraag uiterlijk op 15 oktober is ontvangen.

  • 2.

    Een aanvraag om subsidie die buiten de in het eerste lid genoemde periode wordt ontvangen, wordt niet in behandeling genomen.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag om subsidie.

Artikel 6  

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks een subsidieplafond vast.

Artikel 7  

  • 1.

    Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 2.

    Wanneer een aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag, de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 3.

    Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt door loting bepaald welke aanvraag als eerste in behandeling wordt genomen.

Artikel 8  

Subsidie wordt in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    de activiteit financieel niet haalbaar is;

  • b.

    de activiteit is afgerond voordat de subsidieaanvraag is ontvangen;

  • c.

    op het tijdstip van de indiening van de aanvraag het een bestaande samenwerking betreft op het gebied van de activiteit waarvoor subsidie is aangevraagd.

Artikel 9  

  • 1.

    Subsidie wordt niet verstrekt voor:

    • a.

      kosten gemaakt in de reguliere bedrijfsvoering van de subsidieontvanger;

    • b.

      exploitatiekosten.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten verstrekken geen subsidies van minder dan € 5.000,-.

Artikel 10  

  • 1.

    De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten tot maximaal € 25.000,-.

  • 2.

    Bij subsidies van minder dan € 10.000,- gaat aan de beschikking tot subsidievaststelling geen beschikking tot subsidieverlening vooraf.

Artikel 11  

Aan de subsidieontvanger wordt de volgende verplichting opgelegd:

in de beschikking tot subsidieverlening wordt een termijn gesteld waarbinnen de activiteit moet zijn afgerond.

Artikel 12  

  • 1.

    Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van de activiteit.

  • 2.

    Indien de subsidieontvanger een gemeente, of een openbaar lichaam dat is ingesteld op grond van hoofdstuk I, II of IV van de Wet gemeenschappelijke regelingen is, wordt de aanvraag tot vaststelling van de subsidie ingediend uiterlijk 1 augustus van het jaar volgend op het jaar waarin de activiteit is voltooid.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten stellen voor de aanvraag tot vaststelling een formulier beschikbaar op www.noord-holland.nl/Loket/Subsidies.

  • 4.

    Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 13  

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2.

    Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2021.

  • 3.

    De Uitvoeringsregeling stimulering regionale samenwerking culturele infrastructuur gemeenten Noord-Holland 2017 wordt ingetrokken.

  • 4.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling subsidie stimulering regionale samenwerking cultuur Noord-Holland 2019

     

Haarlem, 10 september 2019

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

A.Th.H. van Dijk, voorzitter.

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris

Bijlage 1 Archievenlijst

 

Gemeente Archief Texel

Regionaal Archief Alkmaar

Westfries Archief

Waterlands Archief

Gemeentearchief Zaanstad

Noord-Hollands Archief

Stadsarchief Amsterdam

Gemeentearchief Gooise Meren en Huizen

Streekarchief Gooi en Vechtstreek

Gemeentearchief Weesp

Gemeentearchief Diemen

 

 

Naar boven