Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 16 juli 2019 (PZH-2019-698248767) tot wijziging van de Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

 

Overwegende dat het wenselijk is de subsidieregeling te actualiseren;

 

Besluiten:

 

Artikel I

De Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017 wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

In artikel 5.1, eerste lid, vervalt ‘stichtingen dan wel’.

 

B.

In artikel 5.2 vervalt ‘of stichtingen’.

 

C.

In artikel 5.9, eerste lid, wordt ‘100%’vervangen door ‘80%’.

 

D.

Na artikel 7.2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

 

Artikel 7.2a Aanvraagperiode

In afwijking van artikel 26, eerste lid, van de Asv kan een aanvraag voor subsidies als bedoeld in artikel 7.1, worden ingediend tot 1 oktober in het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

E.

Artikel 10.3 komt te luiden:

 

Artikel 10.3 Aanvraagperiode

In afwijking van artikel 26, eerste lid, van de Asv kan een aanvraag voor subsidies als bedoeld in artikel 10.1, worden ingediend tot 1 oktober in het jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

 

F.

In artikel 11.3 wordt ’1 oktober 2016’ vervangen door ‘1 oktober 2019’.

 

G.

In artikel 11.6, vijfde lid, wordt ‘€ 5.000,00’ vervangen door ‘€ 10.000,00’.

 

H.

Artikel 11.7 komt te luiden:

 

Artikel 11.7 Verdeling

Indien door verstrekking van subsidie voor de aanvragen die zijn ontvangen het subsidieplafond wordt overschreden, bedraagt het deel van het totaal beschikbare bedrag dat per regio maximaal kan worden verstrekt voor Holland-Rijnland 41%, voor Midden-Holland 17%, voor Goeree-Overflakkee 5%, voor Alblasserwaard-Vijfheerenlanden 7%, voor Drechtsteden 22% en voor Hoeksche Waard 8%.

 

I.

Artikel 16B.2 komt te luiden:

 

Artikel 16B.2 Doelgroep

Subsidie als bedoeld in artikel 16B.1 wordt uitsluitend verstrekt aan wegbeheerders die zijn gelegen buiten het regiegebied van de Vervoersautoriteit Metropoolregio Rotterdam Den Haag, of aan rechtspersonen die met toestemming van de hiervoor genoemde wegbeheerder de subsidiabele activiteit kunnen uitvoeren.

 

 

ARTIKEL II

De Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017, zoals deze luidde op de dag voor inwerkingtreding van dit besluit blijft van kracht voor subsidies die voor de inwerkingtreding van dit besluit zijn aangevraagd.

 

 

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit is geplaatst.

 

Den Haag, 16 juli 2019

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland,

drs. H.M.M. Koek, secretaris

drs. J. Smit, voorzitter

 

 

Toelichting

 

Algemeen

De Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland 2017 (SRM 2017) is de subsidieregeling waarmee de provincie activiteiten subsidieert op het terrein van infrastructuur en openbaar vervoer. Doelstelling van de regeling is het realiseren van het verkeer- en vervoerbeleid op regionaal niveau in samenhang met het beleid op landelijk niveau.

De regeling is door Gedeputeerde staten vastgesteld op grond van de bevoegdheid die voortvloeit uit de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 (Asv). Op de meeste paragrafen is hierdoor ook het uniform subsidiekader (USK) van toepassing. Het USK is gebaseerd op de uitgangspunten: proportionaliteit, sturing op prestaties en hoofdlijnen, uniformering en vereenvoudiging en verantwoord vertrouwen. De administratieve lasten voor burgers, bedrijven, instellingen en de uitvoeringslasten voor de overheid worden hierdoor fors teruggedrongen.

 

Met dit vierde wijzigingsbesluit wordt de SRM 2017 op een aantal onderdelen geactualiseerd. De actualisaties hebben betrekking op het vertrek van Vijfheerenlanden (Leerdam en Zederik) naar provincie Utrecht per 1 januari 2019 en de daarmee samenhangende wijzigingen die betrekking hebben op de subsidiëring in de regio Alblasserwaard-Vijfheerenlanden en de aansluiting op het nieuwe rijksbeleid Strategisch Plan Verkeersveiligheid. Andere wijzigingen zijn van redactionele aard om de aanvraagprocedure te actualiseren.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel I

 

 

A en B.

Er is geen stichting meer die in aanmerking moet komen voor subsidieaanvragen op grond van paragraaf 5, aangezien sinds de Stichting CVV Midden-Holland met ingang van 1 januari 2019 is opgeheven. Hierdoor kan het begrip stichting in de betreffende bepalingen van paragraaf 5 komen te vervallen.

 

C.

In artikel 5.9. eerste lid werd voorheen ‘standaard 100% bevoorschot en werd (en wordt) steeds (veel) lager vastgesteld. Met een bevoorschottingspercentage van 80% wordt voorkomen dat jaarlijks grote delen van de subsidie moeten worden teruggevorderd.

 

D.

In het toegevoegde artikel 7.2a wordt nu een aanvraagperiode bepaald. Hiervoor was er geen einddatum opgenomen waarvoor aanvragen jaarlijks moesten worden ingediend.

 

E.

In het gewijzigde artikel 10.5 wordt nu bepaald dat de aanvraagperiode voor het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft eindigt op 1 oktober van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft. Dit om te voorkomen dat er jaarlijks een wijziging moet plaatsvinden van het genoemde jaartal (zoals voorheen gebruikelijk).

 

F.

In het gewijzigde artikel 11.3 wordt het jaartal van de aanvraagperiode aangepast. Het gaat hier nu om een tweejarige aanvraag, waar het normaal gesproken een driejarige aanvraag betrof. Het betreft een overbruggingsperiode om de nieuwe regionale actieplannen Verkeersveiligheid & gedragsbeïnvloeding te laten aansluiten op het nieuwe rijksbeleid Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030.

 

G.

In artikel 11.6, vijfde lid, wordt de instandhoudingsbijdage per regio aangepast. De instandhoudingsbijdrage is lange tijd ongewijzigd gebleven, terwijl de uitvoeringskosten in de afgelopen decennia wel zijn gestegen.

 

H.

Door het vertrek van Vijfheerenlanden (Leerdam en Zederik) naar provincie Utrecht per 1 januari 2019, wijzigen in artikel 11.7 de percentages van de verdeling van de subsidie. In het vervolg verstrekt de Provincie alleen subsidie aan de regio voor activiteiten die plaatsvinden binnen het grondgebied van de Alblasserwaard.

 

I.

In artikel 16B.1wordt nu evenals in veel andere paragrafen van de SRM 2017 bepaald dat aanvragen uit vanuit het gebied van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag niet voor subsidie in aanmerking komen. De reden hiervoor is dat de provincie binnen dit gebied niet is aangewezen als Vervoersautoriteit.

 

 

 

 

Naar boven