Provinciaal blad van Gelderland
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gelderland | Provinciaal blad 2019, 4614 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Gelderland | Provinciaal blad 2019, 4614 | Verordeningen |
22e wijziging van de regels Ruimte voor Gelderland 2016
Bekendmaking van het besluit van 25 juni 2019- zaaknummer 2019-005863 tot wijziging van een regeling
[Dit wijzigingsbesluit zal vanwege de verschillende data van inwerkingtreden in 2 verschillende publicaties verwerkt worden. In dit Provinciaal Blad zullen de wijzigingen van artikel I onder J, K, L, N en O verwerkt worden.]
Gedeputeerde Staten van Gelderland
Gelet op artikel 6 van de Algemene subsidieverordening Gelderland;
vast te stellen de regeling tot 22e wijziging van de regels Ruimte voor Gelderland 2016
De regels Ruimte voor Gelderland 2016 worden als volgt gewijzigd:
Het achtste lid, onderdeel c, van artikel 1.3.9 komt te luiden:
Artikel 2.10.6 Weigeringsgronden komt te luiden:
Artikel 2.10.7 Weigeringsgronden
Artikel 4.4.3 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 4.4.6 wordt als volgt gewijzigd:
Het tweede lid komt te luiden.
De subsidie als bedoeld in artikel 4.4.1, onder b, bedraagt ten hoogste 100% van de subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 4.4.3, tweede lid, onder a en b. De subsidie voor de kosten als bedoeld in artikel 4.4.3, tweede lid, onder c bedraagt 90% van de loonkosten, bedoeld in artikel 1.3.8, met uitzondering van het eerste lid, onder c van artikel 1.3.8, of 90% van de kosten van derden.
Het tijdvak tot verlening van subsidie bedraagt:
Artikel 4.10.5 komt te luiden:
Onverminderd artikel 1.2.3 wordt bij de aanvraag een kaart gevoegd waarop de locatie van de werkzaamheden is aangeduid.
Artikel 4.17.8 wordt als volgt gewijzigd:
In artikel 4.17.8, derde lid wordt “artikel 4.17.1, onder a” vervangen door: artikel 4.17.1, onder b.
Artikel 5.3.1 Subsidiabele activiteit
Subsidie als bedoeld in artikel 11 van de AsG kan worden verstrekt voor het verrichten van vervoer in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning in de vorm van regiotaxi en de bijbehorende kosten voor het beheer van de regiotaxi.
Subsidie voor het verrichten van openbaar vervoer wordt slechts verstrekt als de aanvrager met de provincie een Samenwerkingsovereenkomst basismobiliteit heeft gesloten.
Artikel 5.3.4 Hoogte van de subsidie
De subsidie bedraagt het bedrag zoals is overeengekomen in artikel 8 van de Samenwerkingsovereenkomst basismobiliteit.
Het eerste lid van artikel 5.11.7 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 6.1.1 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 6.2.1 Subsidiabele activiteit
Artikel 6.2.2 Subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 1.3.5, eerste lid onder a en b, zijn kosten voor het opstellen van de aanvraag en kosten voor het rondkrijgen van de financiering van het project die zijn gemaakt voordat de aanvraag is ingediend subsidiabel.
Subsidie wordt alleen verstrekt als:
Artikel 6.2.5 Hoogte van de subsidie
Artikel 6.3.1 Subsidiabele activiteit
Subsidie voor het verwijderen van een route wordt alleen verstrekt als:
Artikel 6.3.3 Subsidiabele kosten
Voor subsidie voor het opstellen van een businesscase voor een route komen alleen in aanmerking de kosten voor het inhuren van een externe adviseur.
Onverminderd artikel 1.2.3 wordt bij de aanvraag om subsidie voor het verwijderen van een route in elk geval een kaart verstrekt waarop de te verwijderen route is aangegeven.
Artikel 6.3.6 Hoogte van de subsidie
Paragraaf 6.7 Sociale Innovatie
Artikel 6.7.1 Begripsbepalingen
In deze paragraaf wordt verstaan onder:
Artikel 6.7.2 Subsidiabele activiteit
Subsidie als bedoeld in artikel 11 van de AsG kan worden verstrekt voor het opstellen en uitvoeren van een sociaal innovatieplan.
Subsidie wordt slechts verstrekt als de ondernemingsraad heeft ingestemd met de aanvraag.
Artikel 6.7.5 Subsidiabele kosten
Voor subsidie komen in aanmerking de kosten als bedoeld in artikel 31, derde lid, van de Algemene groepsvrijstellingsverordening.
Artikel 6.7.6 Niet-subsidiabele kosten
Onverminderd artikel 1.3.5 en artikel 6.7.5 komen niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 6.7.7 Hoogte van de subsidie
Artikel 6.7.10 Communautair toetsingskader
Subsidie aan onderwijsinstellingen wordt uitsluitend verstrekt voor zover dat in overeenstemming is met hoofdstuk I en artikel 31 van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening.
Aan artikel 6.25.2 wordt een lid toegevoegd, dat luidt:
In artikel 7.8.1, aanhef en onder b, wordt “artikel 7.2.1, aanhef en onder d” vervangen door: artikel 7.11.1, aanhef en onder c en artikel 7.12.1, aanhef en onder c.
In artikel 7.9.1, aanhef en onder c, wordt, onder vervanging van een punt aan het slot door een komma, toegevoegd: niet zijnde festivals als bedoeld in artikel 7.11.1, aanhef en onder c en in artikel 7.12.1, aanhef en onder c.
In het eerste lid, onderdeel a, van artikel 7.10.1 wordt “Advies-fase” vervangen door: coachingsfase en wordt “voor advies” geschrapt.
Artikel 7.10.3 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 7.11.3, tweede lid, onder b, komt te luiden:
Artikel 7.11.4, eerste lid, komt te luiden:
Onder vernummering van de artikelen 7.11.7 en 7.11.8 tot artikelen 7.11.8 en 7.11.9 wordt na artikel 7.11.6 een artikel ingevoegd dat luidt:
Artikel 7.11.7 Wijze van verdeling
Artikel 7.11.8 (nieuw), tweede lid, komt te luiden:
Artikel 7.12.2, tweede lid, komt te luiden:
Onverminderd het bepaalde in het eerste lid, wordt subsidie slechts verstrekt indien de subsidiabele activiteit:
Artikel 7.12.3, onder b, komt te luiden:
Artikel 7.12.6, tweede lid, komt te luiden:
De toelichting wordt als volgt gewijzigd:
De algemene toelichting wordt onder het kopje “staatssteun” als volgt gewijzigd:
Na de artikelsgewijze toelichting Algemeen bij hoofdstukken 3 en 6 wordt de volgende artikelsgewijze toelichting ingevoegd:
Artikel 6.2.1 Subsidiabele activiteit
Onder het aanleggen van een routenetwerk wordt naast bijvoorbeeld het maken van kaarten of het plaatsen van routeaanduidingen (bordjes), ook het digitaal beschikbaar maken van een route verstaan. Het digitaal beschikbaar maken kan in verschillende vormen, bijvoorbeeld door het maken van een app of het bouwen van een website.
Onder het verbeteren van een routenetwerk wordt onder andere verstaan het uitbreiden of verplaatsen, en daarmee gedeeltelijk verwijderen, van een routenetwerk.
Artikel 6.2.2 Subsidiabele kosten
Met kosten voor het rondkrijgen van de financiering van het project wordt bedoeld kosten die gemaakt worden voor het regelen van de eigen bijdrage.
Deze subsidieregeling is niet bedoeld voor het subsidiëren van infrastructuur, waaronder bijvoorbeeld fietspaden en bruggen. Daarnaast is deze subsidieregeling niet bedoeld voor recreatieve voorzieningen, zoals bankjes, picknicktafels, speeltuinen en parkeerplaatsen.
In het kader van de ‘Gebiedsopgave Veluwe op 1’ zijn al middelen beschikbaar gesteld voor de routenetwerken op de Veluwe. Vandaar dat deze regeling alleen is bedoeld voor het aanleggen en verbeteren van routenetwerken buiten de Veluwe.
Artikel 6.3.1 Subsidiabele activiteit
De provincie wil haar stimulering van kwaliteitsverbetering van routes focussen op de ondersteuning van initiatiefnemers bij de uitwerking van een sluitende business case voor hun route. In die business case wordt ingezoomd op alle aspecten die een route sterk maken en duurzaam in stand houden. Het gaat dan om de aspecten (door)ontwikkeling, beheer en onderhoud, monitoring en marketing, waarbij naar een meerjarige financiering wordt gestreefd. Een model business case is beschikbaar op de website van Provincie Gelderland.
Deze subsidieregeling is niet bedoeld voor het subsidiëren van infrastructuur, waaronder het verwijderen van fietspaden en bruggen. Daarnaast is deze subsidieregeling niet bedoeld voor het verwijderen van recreatieve voorzieningen, zoals bankjes, picknicktafels, speeltuinen en parkeerplaatsen.
In het kader van de ‘Gebiedsopgave Veluwe op 1’ zijn al middelen beschikbaar gesteld voor routes op de Veluwe. Vandaar dat deze subsidieregeling niet voor deze routes is bedoeld.
Paragraaf 6.7 Sociale Innovatie
Voor het groei- en verandervermogen van de Gelderse economie is een productiever en innovatiever werknemersbestand nodig. De belemmeringen die Gelderse werkgevers ervaren om mee te gaan met deze veranderingen zitten in tijd, kennis en financiën. Uit het onderzoek blijkt dat tijd, financiën en kennis de drie grootste belemmeringen zijn voor investeringen in sociale innovatie.
Een voorbeeld van een belemmering is een ondernemer die niet investeert in menselijk kapitaal, omdat er geen tijd is voor investeringen, een ondernemer die de betreffende medewerker niet kan missen of een ondernemer die niet weet waar hij moet beginnen of hoe hij beleid op het gebied van menselijk kapitaal moet inrichten.
Om deze reden wordt het mogelijk gemaakt subsidie aan te vragen voor een sociaal innovatieplan waarbij nieuwe investeringen in menselijk kapitaal door middel van opleidingen mogelijk worden gemaakt. Nieuw is iedere investering in menselijk kapitaal die nog niet werd gedaan binnen de organisatie. Nieuwe investeringen zijn investeringen die leiden tot slimmer werken, dynamisch managen, flexibel organiseren en externe samenwerking. In die zin kan de term opleidingen ruim worden uitgelegd.
Artikel 6.7.2 subsidiabele activiteit:
Er kan subsidie worden aangevraagd voor het opstellen en uitvoeren van een sociaal innovatieplan. Voorbeelden van sociale innovatie zijn:
Het beleidskader Onderwijs- en Arbeidsmarkt is een generiek kader waarbinnen de Human Capital Infrastructuur binnen regio’s vormgegeven kan worden. Het kader zet in op het leveren verkleinen c.q. opheffen van de huidige of toekomstige (regionale) discrepanties op de onderwijs- en arbeidsmarkt in triple helix verband. Middels deze regeling krijgen deze partners ook de mogelijkheid om te investeren in hun eigen personeel.
Eén van de doelen van deze regeling is het bevorderen van de betrokkenheid van werknemers bij sociale innovatie. Het is de bedoeling dat voor het sociaal innovatieplan draagvlak is onder werknemers. Om deze reden is als criterium gesteld dat de ondernemingsraad instemming moet verlenen.
Artikel 6.7.5 subsidiabele kosten en artikel 6.7.6 niet-subsidiabele kosten:
Voor deze regeling geldt rechtstreekse toepassing van de in artikel 31 van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening genoemde in aanmerking komende kosten. Materiële activa komen echter niet in aanmerking. Dat betekent dat de kostensoorten “materiaal en benodigdheden die rechtstreeks met het project verband houden en de afschrijving van werktuigen en uitrusting voor zover deze uitsluitend voor het opleidingsproject worden gebruikt” niet subsidiabel zijn.
Artikel 6.7.7 hoogte subsidie en 6.7.10 communautair toetsingskader
De verstrekking van subsidies onder deze paragraaf zijn voor zover de ontvanger gemeenten zijn, niet aan te merken als staatssteun. Voor wat betreft MKB-ondernemingen en onderwijsinstellingen is dit echter wel het geval. Voor MKB-ondernemingen wordt subsidie slechts verstrekt voor zover deze niet in strijd is met de De-minimisverordening. Dat betekent dat een aanvrager een de minimisverklaring zal moeten kunnen overleggen bij de aanvraag. Onderwijsinstellingen kunnen in de praktijk doorgaans geen de minimisverklaring overleggen, daar zij het plafond waarschijnlijk reeds overschreden hebben. Om de regeling wel toegankelijk te maken voor onderwijsinstellingen wordt gebruik gemaakt van de vrijstelling van artikel 31 van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening. Vanwege toepassing van dit artikel is de hoogte van de subsidie voor onderwijsinstellingen maximaal 50%.
De verklaring van de ondernemingsraad is vormvrij. De instemming kan bijvoorbeeld blijken uit notulen, een verklaring of een brief van de ondernemingsraad.
In de artikelsgewijze toelichting komt de toelichting op Paragraaf 6.10 ‘Versterking routes voor fietsen, wandelen, mountainbiken, paardrijden, mennen en varen’ te vervallen.
In de artikelsgewijze toelichting wordt de toelichting op paragraaf 7.10 als volgt gewijzigd:
Met deze regeling willen Gedeputeerde Staten het veld van de cultuurparticipatie, in al zijn diversiteit, nog meer mogelijkheden bieden om nieuwe terreinen te exploreren, het experiment op te zoeken en van onderop vernieuwing te brengen. Activiteiten kunnen bijvoorbeeld gericht zijn op het experimenteren met een ongebruikelijke aanpak, het aangaan van een verrassend partnerschap of het verdiepen van een bijzondere cross-over. Activiteiten die vallen onder de reguliere activiteiten van een organisatie zijn niet subsidiabel. Tijdens de uitvoering van het project kan de expertise en begeleiding van respectievelijk door professionals worden ingeroepen, waarbij de regie vanuit en het ontwikkelproces van de betrokken deelnemende amateurs voorop blijven staan.
Vernieuwing wordt daarnaast gezocht in de inzet van de nieuwe participatie- en presentatiemogelijkheden die het provinciale forum ‘www.cultuurenerfgoed.gelderland.nl biedt. Dit forum is een interactief digitaal platform voor potentiële aanvragers op een provinciale website waar (concept)aanvragen ingediend, behandeld en beoordeeld worden. Met dit digitaal platform creëren Gedeputeerde Staten een directere communicatie tussen de provincie en de aanvragers en tussen aanvragers onderling. Ook betrekt de provincie het publiek bij het tot stand komen van initiatieven en bij de beoordeling daarvan.
In de artikelsgewijze toelichting wordt de toelichting bij artikel 7.11.3, tweede lid, en bij artikel 7.12.3, als volgt aangevuld:
De regeling voor artistieke producties en festivals beoogt vernieuwing en doorontwikkeling te stimuleren.
Producties en festivals die in dezelfde vorm al zijn uitgevoerd en die behoren tot een standaard repertoire of programma voldoen hier niet aan. Bijvoorbeeld de jaarlijkse uitvoering van de Matthäus Passion. Deze past alleen in de regeling indien de uitvoering op de een of andere manier getuigt van een doorontwikkeling of vernieuwing op artistieke kwaliteit of toegankelijkheid.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2019-4614.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.