Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 20 juni 2019 (PZH-2019-695961161, DOS-2019-0004570) tot aanwijzing bevoegde autoriteit op grond van het Binnenvaartpolitiereglement (Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit op grond van Binnenvaartpolitiereglement Zuid-Holland)

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

Gelet op artikel 5, lid 1, sub b van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement, alsmede het Mandaatbesluit van 11 december 2018 van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland voor de provinciale organisatie 2019 (Pb. 2018, 9438);

Overwegende dat zij bij besluit van 5 juni 2007, nr. DBI/2007/2556, provinciale medewerkers hebben aangewezen als bevoegde autoriteit als bedoeld in art. 5 lid 1 sub b van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement en dat dit besluit door wijzigingen in de provinciale organisatie en het Binnenvaartpolitiereglement actualisatie behoeft;

Overwegende dat het besluit tot het geven van verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen op grond van Scheepvaartverkeerswet van 5 juni 2007, nr. DBI/2007//2551 kan worden ingetrokken in verband met het vervallen van het Besluit verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen Scheepvaartverkeerswet en het in werking treden van het Besluit Opleidingen en bevoegdheden nautische beroepsbeoefenaren (Stb. 2013,553);

Besluiten:

Artikel 1

De volgende functionarissen aan te wijzen als bevoegde autoriteit voor verschillende taken die betrekking hebben op de vaarwegen omschreven in diverse artikelen van het Binnenvaartpolitiereglement (hierna: BPR) conform onderstaande opsomming.

Artikel in het BPR	Omschrijving taak	Bevoegde autoriteit
1.01 A8	aanwijzen schip als bovenmaats schip	Hoofd Eenheid*
1.01 A14	aanmerken schip als veerpont	‘’
1.09 lid 2	verlenen ontheffing in verenigingsverband deelname aan wedstrijd met snelle motorboten	‘’
1.10 lid 4	vorderen scheepsbescheiden ter controle	Medew. belast met toezicht BPR**
1.12 lid 3	ontvangen melding verlies voorwerp waardoor gevaar voor scheepvaart ontstaat	‘’
1.12 lid 4	ontvangen melding van hindernis	‘’
1.13 lid 2	ontvangen melding verplaatsen of beschadigen verkeersteken	‘’
1.13 lid 3	ontvangen melding van ongerede of beschadigd verkeersteken	‘’
1.14	ontvangen melding van schade aan kunstwerk	‘’
1.15 lid 2	ontvangen melding te water geraken voorwerpen	‘’
1.17 lid 1	ontvangen melding van schip of drijvend voorwerp is vast gevaren of gezonken	‘’
1.17 lid 1	geven van toestemming om van boord te gaan	‘’
1.20	medewerking geven/krijgen bij controle schip	‘’
1.21 lid 2	vergunning geven voor een bijzonder transport	Hoofd Eenheid
1.23 lid 1	ontvangen melding voor evenement	‘’
1.23 lid 2	toestemming geven hinderlijk evenement	‘’
1.23 lid 3	toestemming hinderlijk zwemevenement	‘’
3.15 lid 2	aanwijzen vaarwegen geen gele ruit vereist	‘’
3.20 lid 5 sub a jo e	aanwijzen vakken/plaats geen stillig tekens nodig	‘’
3.25 lid 3	ontheffing geven verplichting tekens werktuigen	‘’
3.27	toestemming verlenen schijnen blauw flikkerlicht voor reddingsvaartuig bij reddingsoperatie	‘’
3.28	toestemming voeren geel zwaailicht bij werkzaamheden	‘’
3.29 lid 2 sub b	toestemming voeren teken tegen hinderlijke beweging	‘’
4.05 lid 6	ontheffing marifoongebruik bij reddingen van mensen	‘’
4.05 lid 7	ontheffing verplichting dubbel marifoongebruik	‘’
4.06 lid 5	ontheffing hebben radarpatent niet-vrije veerpont	‘’
4.07 lid 2 sub a	toestaan niet inschakelen van het Inland AIS-apparaat voor wateren die bouwkundig van het vaarwater zijn gescheiden	‘’
6.08	plaatsen tekens 1-richting verkeer	‘’
6.19 lid 6	ontvangen melding horen blijf-weg sein	Medew. belast met toezicht BPR
6.21a lid 1	voorschrijven van assistentie voor duwstel	Hoofd Eenheid
6.21a lid 4	toestaan varen duwstel zonder kopbak	‘’
6.26 lid 1	geven verkeeraanwijzingen bij doorvaren brug	Medew. belast met toezicht BPR
6.26 lid 2	toestemming ligplaats innemen op wachtplaats beweegbare brug	‘’
6.26 lid 3 sub c	verkeersaanwijzingen geven voorbijlopen bij brug	‘’
6.26 lid 3 sub e	toestemming brandstof innemen bij wachtplaats brug	‘’
6.26 lid 6	niet herhalen verzoek tot brugbediening	‘’
6:28 lid 2	toestemming liggen op wachtplaats sluis zonder schutting	‘’
6.28 lid 4	niet herhalen verzoek tot sluisbediening	‘’
6.28 lid 10	toestemming brandstof innemen bij wachtplaats sluis	‘’
6:28 lid 15	geven verkeersaanwijzingen bij invaren sluis	‘’
6.28 lid 1 sub b	verlenen van recht op voorschutting	‘’
6.31 lid 1	bestemmen ligplaats zonder verplichting stillig tekens	Hoofd Eenheid
6.32 lid 1	ontheffing tweede persoon radarpatent niet-vrije veerpont	‘’
7.01 lid 4	toestemming waterbeweging bij stilliggend schip	‘’
7.01 lid 5	aanwijzen ligplaats veerpont	‘’
7.02 lid 1 sub b	aanwijzen vak/plaats innemen ligplaats(en)	‘’
7.02 lid 3	ontvangen melding noodgedwongen ligplaats innemen	Medew. belast met toezicht BPR
7.07 lid 3	toestaan ligplaats innemen op kleinere afstand schip gevaarlijke stof	‘’
7.08 lid 1	vrijstelling wachtsman bij stilliggend schip gevaarlijke stoffen	‘’
7.08 lid 2	vrijstelling toezichthouder bij stilliggend schip gevaarlijke stoffen	‘’
8.06 lid 1	aanwijzen vaarweg en het aanwijzen max. snelheid snel varen	Hoofd Eenheid
8.06 lid 2	aanwijzen vaarweg voor waterskiën	‘’
8.08 lid 2 sub g	aanwijzen gebied voor zwemmen/duiken	‘’
8.08 lid 3	vrijstelling geven voor zwemmen/duiken	‘’

Opm.: *) Hoofd Eenheid = Hoofd eenheid Juridische Expertise en Handhaving

Opm.:**) medew. belast met toezicht BPR = toezichthouders, buitengewone opsporingsambtenaren, medewerkers belast met objectbediening

Artikel 2

Het Besluit tot aanwijzing van bevoegde autoriteit op grond van Binnenvaartpolitiereglement van 5 juni 2007, nr. DBI/2007/2556 (pb. 2007, 64), en het Besluit tot het geven verkeersinformatie en verkeersaanwijzingen op grond van de Scheepvaartverkeerswet van 5 juni 2007, nr. DBI/2007//2551 (pb. 2007, 64), worden ingetrokken.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking de dag na de dag van uitgifte van het Provinciaal Blad en de Staatscourant waarin het besluit wordt geplaatst.

Artikel 4

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit aanwijzing bevoegde autoriteit op grond van Binnenvaartpolitiereglement Zuid-Holland.

Den Haag, 20 juni 2019

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

namens dezen,

P. den Dunnen

Directeur Dienst Beheer Infrastructuur