Twaalfde wijzigingsregeling Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;

 

Overwegende dat opnieuw provinciale cofinanciering beschikbaar wordt gesteld voor de slimme uitrol van innovatieve koolstofarme technologieën en instrumenten ten gunste van de gebouwde omgeving, parallel aan de openstelling van paragraaf 5, Koolstofarme economie, van de Subsidieregeling Operationeel Programma Zuid-Nederland 2014-2020;

 

Overwegende dat ten aanzien van de cofinanciering van projecten waarvoor Europese subsidie wordt aangevraagd op grond van het Europese subsidieprogramma Interreg VA, een bepaling wordt toegevoegd inzake het vereiste van stimulerend effect, in het kader van staatssteun;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten daartoe de Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant wensen te wijzigen;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijzigingen

De Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:

 

  • A.

    Artikel 2.1 onder b wordt vervangen door:

    • b.

      gebouwde omgeving: gebied dat door aaneengesloten bebouwing een overwegend woon-, werk-, recreatie- of verblijfsfunctie heeft en daadwerkelijk als zodanig wordt gebruikt;

  • B.

    Artikel 2.8, eerste lid wordt vervangen door:

    • 1.

      Voor subsidie als bedoeld in artikel 2.4, onder d, is ter zake subsidiabele kosten artikel 5.4 van de Subsidieregeling OPZuid van overeenkomstige toepassing;

  • C.

    Artikel 2.9 wordt vervangen door:

    Artikel 2.9 Vereisten subsidieaanvraag

    Subsidieaanvragen voor subsidies als bedoeld in artikel 2.4, onder d, worden ingediend binnen de periode van 11 juni 2019, vanaf 09.00 uur tot en met 27 september 2019, tot 17.00 uur.

     

  • D.

    Artikel 2.10 wordt vervangen door;

    Artikel 2.10 Subsidieplafond

    Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de tenderperiode genoemd in artikel 2.9 voor subsidies als bedoeld in artikel 2.4, onder d, vast op € 3.000.000.

     

  • E.

    In artikel 2.12 wordt “2.8” vervangen door: 5.8;

     

  • F.

    Aan artikel 3.5 wordt een derde lid toegevoegd, luidende:

    • 3.

      Voor het aanwezig zijn van stimulerend effect als bedoeld in de genoemde vrijstellingsverordeningen in het tweede lid, onder a en b, is de datum van indiening van de steunaanvraag in het kader van de Europese subsidieprogramma’s Interreg VA als genoemd in het eerste lid onder a bepalend, onder de voorwaarde dat het totaal aan gevraagde publieke steun bij die aanvragen niet wordt overschreden en onder de voorwaarde dat in de Interreg VA subsidieaanvraag reeds het aan te vragen bedrag aan cofinanciering is vermeld.

Artikel II Overgangsrecht

Voor subsidieaanvragen waarop op de datum van inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling nog niet is beslist, blijft de elfde wijzigingsregeling subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant, zoals die luidde voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling, zijn werking behouden.

Artikel III Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel IV Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Twaalfde wijzigingsregeling Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant.

 

’s-Hertogenbosch, 7 mei 2019

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter

prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Toelichting behorende bij de twaalfde wijzigingsregeling Subsidieregeling cofinanciering Europese programma’s 2014-2020 Noord-Brabant

 

Artikelsgewijs

Artikel 3.5

Een subsidieaanvraag in het kader van paragraaf 3, Europese programma’s, is een aanvulling op een subsidieaanvraag die reeds is ingediend binnen een Interreg VA programma en dient mede ter dekking van de totaal gevraagde publieke financiering. Hiermee wordt dan ook de steunaanvraag bij het Interreg VA programma, in het kader van het stimulerend effect, als leidend gezien.

 

Omdat de totaal gevraagde financiering vanuit Interreg VA niet vooraf te bepalen is en de totaal gevraagde financiering van de provincie Noord-Brabant daarmee dus ook niet, wordt een subsidieaanvraag in het kader van paragraaf 3, Europese programma’s, later ingediend, terwijl het in principe om hetzelfde project gaat.

 

Omdat ten tijde van het indienen van een aanvraag in het kader van het Interreg VA programma de hoogte van de gevraagde financiering vanuit de provincie Noord-Brabant niet duidelijk is, zijn de subsidieaanvragen bij het Interreg VA programma en die in het kader van paragraaf 3, Europese programma’s complementair ter dekking van de totaal gevraagde publieke bijdrage.

Naar boven