Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 7 mei 2019, kenmerk PZH-2019-688070887, tot wijziging van de Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland (Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland)

 

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

 

Overwegende dat het gewenst is om de bestaande subsidieregeling voor het in stand houden en verhogen van de kwaliteit en verbeteren van het functioneren van winkel- en centrumgebieden te actualiseren;

 

Besluiten:

 

Artikel l

 

De Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 1.1 komt te luiden:

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

  • businesscase: stuk waarin de zakelijke afweging om een project te beginnen beschreven wordt;

  • centrumgebied: een veelal centraal gelegen en goed bereikbaar gebied in een stad of dorp waar naast een concentratie van detailhandelsvoorzieningen in veel gevallen ook andere commerciële en niet-commerciële voorzieningen zoals dienstverlening, horeca en cultuur aanwezig zijn;

  • commitmentbrief: brief van een winkelier, ondernemer, winkeliers- of ondernemersvereniging, stichting of gemeente waaruit blijkt dat deze achter de activiteit staat waarvoor subsidie op grond van deze regeling wordt aangevraagd;

  • gebieds- of centrummanager: degene die in opdracht van de subsidieontvanger mogelijkheden onderzoekt voor het oplossen van knelpunten in een winkel- en/of centrumgebied, die kansen voor dat gebied inventariseert en die naar aanleiding van zijn bevindingen rapporteert aan de subsidieontvanger en aanbevelingen geeft en tot wiens professie deze werkzaamheden behoren;

  • haalbaarheidsonderzoek: onderzoek waaruit blijkt of de eisen die aan een project zijn gesteld, te verwezenlijken zijn;

  • Omgevingsbeleid: het provinciale beleid voor de fysieke leefomgeving, bestaande uit de provinciale Omgevingsvisie en de Omgevingsverordening Zuid-Holland;

  • ondernemer: degene die zelfstandig werkzaamheden uitvoert en daar inkomsten uit heeft en ingeschreven is bij de Kamer van Koophandel, dan wel de eigenaar van het vastgoed van waaruit voornoemd persoon zijn onderneming drijft;

  • project: de activiteiten die uitvoering geven aan de uitkomst van een businesscase, quickscan of haalbaarheidsonderzoek;

  • quickscan: inventarisatie van probleem- en kwaliteitssituatie, knelpunten en oplossingsrichtingen;

  • stichting: stichting als bedoeld in artikel 285 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek jo. artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;

  • winkelgebied: ruimtelijke concentratie van winkels, mogelijk onderdeel uitmakend van een centrumgebied;

  • winkeliers- of ondernemersvereniging: vereniging, als bedoeld in artikel 27 van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, van winkeliers en ondernemers die de gemeenschappelijke belangen van winkeliers en ondernemers in een winkel- of centrumgebied behartigt.

 

B.

Artikel 2.5 komt te luiden:

Artikel 2.5 Subsidievereisten

  • 1.

    Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit heeft betrekking op een winkel- of centrumgebied dat is gelegen in de provincie Zuid-Holland en dat in het Omgevingsbeleid is aangewezen als te optimaliseren centrum;

    • b.

      uit een offerte voor de inhuur van derden blijkt dat deze betrekking heeft op het verrichten van een in artikel 2.1, eerste lid, genoemde activiteit;

    • c.

      de activiteit kan binnen 13 weken na de datum van subsidieverlening in uitvoering zijn;

    • d.

      er is voldoende steun voor de subsidiabele activiteit, blijkend uit:

      • i.

        als de subsidie wordt aangevraagd door een winkeliers- of ondernemersvereniging of een stichting: een commitmentbrief van de gemeente waarin het winkel- of centrumgebied, ten behoeve waarvan de subsidie wordt aangevraagd, is gelegen en vijf commitmentbrieven of één commitmentbrief met vijf handtekeningen, van in het winkel- of centrumgebied gevestigde winkeliers of ondernemers die niet vertegenwoordigd zijn in het bestuur van voornoemde vereniging of stichting; of

      • ii.

        ii. als de subsidie aangevraagd wordt door de gemeente waarin het winkel- of centrumgebied is gelegen: een commitmentbrief van de winkeliers- of ondernemersvereniging of stichting alsmede vijf commitmentbrieven of één commitmentbrief met vijf handtekeningen, van winkeliers of ondernemers die in het winkel- of centrumgebied, ten behoeve waarvan de subsidie wordt aangevraagd, zijn gevestigd en die niet vertegenwoordigd zijn in het bestuur van voornoemde vereniging of stichting.

  • 2.

    Indien winkeliers of ondernemers met meerdere ondernemingen in een gebied zijn gevestigd of tussen meerdere in een gebied gevestigde winkels of ondernemingen van verschillende winkeliers of ondernemers een economische dan wel organisatorische samenhang bestaat, wordt maximaal één, al dan niet gezamenlijke, commitmentbrief van deze winkeliers of ondernemers betrokken in de berekening van het aantal benodigde commitmentbrieven als bepaald in het eerste lid, onderdeel d.

 

C.

Artikel 2.7, eerste lid, komt te luiden:

  • 1.

    De hoogte van de subsidie bedraagt:

    • a.

      75% van de subsidiabele kosten voor zover deze niet meer bedragen dan € 10.000,00; en

    • b.

      50% van de subsidiabele kosten voor zover deze meer bedragen dan € 10.000,00, tot een maximum van in totaal € 20.000,00-.

D.

Artikel 3.5 komt te luiden

Artikel 3.5 Subsidievereisten

  • 1.

    Om voor subsidie in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit heeft betrekking op een winkel- of centrumgebied dat is gelegen in de provincie Zuid-Holland en dat in het Omgevingsbeleid is omschreven als overig centrum;

    • b.

      het in onderdeel a genoemde winkel- of centrumgebied bestaat uit ten minste 5 winkels;

    • c.

      uit een offerte voor de inhuur van derden blijkt dat deze betrekking heeft op het verrichten van een in artikel 3.1, eerste lid, genoemde activiteit;

    • d.

      de activiteit kan binnen 13 weken na de datum van subsidieverlening in uitvoering zijn;

    • e.

      er is voldoende steun voor de subsidiabele activiteit, blijkend uit:

      • I.

        als de subsidie wordt aangevraagd door een winkeliers- of ondernemersvereniging of een stichting: een commitmentbrief van de gemeente waarin het winkel- of centrumgebied ten behoeve waarvan de subsidie wordt aangevraagd, is gelegen alsmede vijf commitmentbrieven of één commitmentbrief met vijf handtekeningen, van in het winkel- of centrumgebied gevestigde winkeliers of ondernemers die niet vertegenwoordigd zijn in het bestuur van voornoemde vereniging of stichting;

      • II.

        of als de subsidie aangevraagd wordt door de gemeente waarin het winkel- of centrumgebied is gelegen: een commitmentbrief van de winkeliers- of ondernemersvereniging of stichting alsmede vijf commitmentbrieven of één commitmentbrief met vijf handtekeningen, van winkeliers of ondernemers die in het winkel- of centrumgebied, ten behoeve waarvan de subsidie wordt aangevraagd, zijn gevestigd en die niet vertegenwoordigd zijn in het bestuur van voornoemde vereniging of stichting.

  • 2.

    Indien winkeliers of ondernemers met meerdere ondernemingen in een gebied zijn gevestigd of tussen meerdere in een gebied gevestigde winkels of ondernemingen van verschillende winkeliers of ondernemers een economische dan wel organisatorische samenhang bestaat, wordt maximaal één, al dan niet gezamenlijke, commitmentbrief van deze winkeliers of ondernemers betrokken in de berekening van het aantal benodigde commitmentbrieven als bepaald in het eerste lid, onderdeel e.

E.

Artikel 3.7, eerste lid, komt te luiden:

  • 1.

    De hoogte van de subsidie bedraagt:

    • a.

      75% van de subsidiabele kosten voor zover deze niet meer bedragen dan € 10.000,00; en

    • b.

      50% van de subsidiabele kosten voor zover deze meer bedragen dan € 10.000,00, tot een maximum van in totaal € 20.000,00-.

Artikel II

 

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

 

Den Haag, 7 mei 2019

 

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

 

drs. H.M.M. koek, secretaris

 

drs. J. Smit, voorzitter

 

 

Toelichting

 

Algemeen

Zuid-Holland is een provincie waar mensen met plezier wonen, werken en recreëren. Aantrekkelijke winkel- en centrumgebieden zijn erg belangrijk voor een goed woon,- werk- en leefklimaat. Door bijvoorbeeld de opkomst van internetwinkelen en demografische ontwikkelingen functioneren niet alle winkel- en centrumgebieden naar behoren. In sommige gevallen nemen de kwaliteit en aantrekkelijkheid af.

De provincie Zuid-Holland heeft daarom in 2018 de ‘Subsidieregeling planvorming detailhandel Zuid-Holland’ opgesteld waarmee de kwaliteit en het functioneren van winkel- en centrumgebieden kan worden verhoogd. In 2018 konden gemeenten, winkeliers- en ondernemersverenigingen en stichtingen subsidie aanvragen. Omdat het de eerste keer was dat de subsidieregeling open heeft gestaan, is een korte evaluatie met gemeenten en bedrijfsleven uitgevoerd. Hieruit zijn verbeterpunten naar voren gekomen die leiden tot een stroomlijning van het aanvraagproces. Uit de evaluatie zijn ook mogelijke verbeterpunten voor de subsidieregeling zelf naar voren gekomen. Een aantal daarvan zijn in de regeling doorgevoerd. Het betreft de volgende punten:

  • Wijziging van de subsidiepercentages;

  • Commitmentbrief waarop meerdere partijen hun commitment kenbaar kunnen maken.

 

Daarnaast zijn een aantal wijzigingen doorgevoerd die niet specifiek uit de evaluatie naar voren zijn gekomen. Het betreft de volgende punten:

  • Het verplicht stellen dat een offerte bij de subsidieaanvraag wordt gevoegd, waarmee duidelijk wordt dat het om inhuur van derden gaat;

  • Wijziging Begripsbepaling ‘VRM’ naar ‘Omgevingsbeleid’.

 

Onderdeelsgewijs bij artikel I

 

  • A.

    Bij de begripsbepalingen is het begrip ‘VRM’ (Visie ruimte en mobiliteit) vervangen door ‘Omgevingsbeleid’. Hiermee wordt aangesloten bij de wijzigingen omtrent dat beleid. Daarnaast zijn de begripsbepalingen nu in alfabetische volgorde geplaatst.

 

  • B.

    In artikel 2.5, eerste lid, onder a is ‘VRM’ vervangen door ‘Omgevingsbeleid’. Ook is er een nieuw onderdeel b ingevoegd in het eerste lid, waarin een offerte voor de inhuur van een derde verplicht wordt gesteld.

 

  • C.

    De hoogte van subsidie op grond van het tweede lid wordt voor de eerste € 10.000 aan subsidiabele kosten verhoogd van 50% naar 75%. Voorzover de subsidiabele kosten meer bedragen dan € 10.000 blijft dit 50%.

 

  • D.

    In artikel 3.5, eerste lid, onder a is ‘VRM’ vervangen door ‘Omgevingsbeleid’. Ook is er een nieuw onderdeel b ingevoegd in het eerste lid, waarin een offerte voor de inhuur van een derde verplicht wordt gesteld.

 

  • E.

    De hoogte van subsidie op grond van het tweede lid wordt voor de eerste € 10.000 aan subsidiabele kosten verhoogd van 50% naar 75%. Voorzover de subsidiabele kosten meer bedragen dan € 10.000 blijft dit 50%.

 

 

 

Naar boven