Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland houdende regels omtrent vaststelling van het Reglement adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling Reglement adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling

Gedeputeerde staten van Noord- Holland;

Overwegende dat het gewenst is om de regels te actualiseren omtrent de taak, werkwijze en samenstelling van de Adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling;

Gelet op artikel 82 van de Provinciewet en artikel 6 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening;

Besluiten vast te stellen de navolgende regeling:

Reglement adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

• a. commissie: de Adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling als bedoeld in artikel 6 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening;

• b. adviesaanvraag: adviesaanvraag op verzoek van Gedeputeerde Staten.

Artikel 2. Taak

De commissie adviseert Gedeputeerde Staten over ruimtelijke kwaliteit conform de taken bedoeld in artikel 6, tweede lid en artikel 15, derde lid, van de Provinciale Ruimtelijke Verordening.

Artikel 3. Samenstelling

• 1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten hoogste vijf onafhankelijke vaste leden.

• 2. Ter vervanging van de in het eerste lid genoemde leden worden ten hoogste drie onafhankelijke plaatsvervangende leden benoemd.

• 3. De voorzitter is een ambtenaar in dienst van de provincie die wordt benoemd door de directeur Beleid en heeft geen stemrecht.

• 4. Bij afwezigheid van de voorzitter wordt deze vervangen door een andere ambtenaar in dienst van de provincie. De vervangende voorzitter wordt benoemd door de directeur Beleid en heeft geen stemrecht.

• 5. De commissie wordt bijgestaan door een secretaris. De secretaris is een ambtenaar in dienst van de provincie en heeft geen stemrecht.

• 6. Leden van de commissie zijn, met uitzondering van de voorzitter, niet in dienst van de provincie.

Artikel 4. Lidmaatschap

• 1. De onafhankelijke leden worden op persoonlijke titel door Gedeputeerde Staten benoemd voor een periode van twee jaar en kunnen maximaal tweemaal herbenoemd worden voor een periode van twee jaar.

• 2. De directeur Beleid kan, indien het lidmaatschap van een lid geëindigd is, besluiten dat een vervangend lid in zijn plaats als vast lid deelneemt aan de vergaderingen, waarbij diens status van vervangend lid vervalt.

Artikel 5. Beëdiging

Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden ten overstaan van de commissaris van de Koning de volgende eed (verklaring en belofte) af:

“Ik zweer (verklaar) dat ik, om tot lid/voorzitter/plaatsvervangend voorzitter van de adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling benoemd te worden, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd. Ik zweer (verklaar en beloof) dat ik, om iets in deze functie te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Ik zweer (beloof) dat ik mijn plichten als lid van de adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling Noord-Holland naar eer en geweten zal vervullen.

Zo waarlijk helpe mij God Almachtig!” (“Dat verklaar en beloof ik!”).

Artikel 6. Einde lidmaatschap

Het lidmaatschap van de commissie eindigt:

• a. door het aflopen van de periode waarvoor het lid is benoemd;

• b. door het nemen van ontslag van het lid;

• c. door overlijden van het lid, of

• d. door een daartoe strekkend besluit van Gedeputeerde Staten.

Artikel 7. Plaats en tijd vergaderen

De voorzitter besluit, in overleg met de secretaris, over voorstellen tot het houden vergaderingen.

Artikel 8. Agenda

• 1. De secretaris draagt zorg voor het opstellen van een agenda voor een vergadering van de commissie.

• 2. De secretaris draagt ervoor zorg dat de agenda en de stukken ten minste 7 dagen voor de in het eerste lid genoemde vergadering in het bezit zijn van de leden.

• 3. De voorzitter kan besluiten dat ten aanzien van de toezending van bepaalde stukken de termijn voor de toezending korter is.

Artikel 9. Aan- en afwezigheid van leden

• 1. De secretaris houdt van elke vergadering van de commissie een presentielijst bij.

• 2. Een lid dat verhinderd is een vergadering bij te wonen, bericht daarvan tijdig het secretariaat van de commissie.

• 3. Indien de secretaris een bericht van verhindering van een lid ontvangt, nodigt de secretaris een plaatsvervangend lid uit om de vergadering bij te wonen. De secretaris draagt er zorg voor dat de plaatsvervangend leden bij toerbeurt worden uitgenodigd.

Artikel 10. Gang van zaken ter vergadering

• 1. Een vergadering wordt geleid door de voorzitter.

• 2. Aan een vergadering wordt naast de voorzitter door minimaal drie leden deelgenomen.

• 3. Een lid dat een rechtstreeks belang heeft bij het onderwerp van advies, meldt dit aan de secretaris en onthoudt zich van deelname aan de beraadslagingen en het advies.

• 4. Een vergadering van de commissie is in beginsel openbaar.

• 5. De voorzitter kan beslissen tot een al dan niet gedeeltelijk besloten vergadering.

Artikel 11. Toegang tot een besloten vergadering door derden

• 1. Een ambtenaar in dienst van de provincie die een geagendeerde adviesaanvraag in behandeling heeft, mag ter vergadering gehoord worden en heeft dan toegang tot dat deel van de besloten vergadering.

• 2. De indiener van een adviesaanvraag of een vertegenwoordiger daarvan mag ter vergadering gehoord worden en heeft dan toegang tot dat deel van de besloten vergadering.

• 3. De leden van gedeputeerde staten hebben te allen tijde toegang tot de vergadering.

• 4. De voorzitter kan besluiten dat de vergadering niet toegankelijk is voor personen als bedoeld in het eerste en tweede lid.

Artikel 12. Advisering

• 1. Na de behandeling van een adviesaanvraag in de vergadering stelt de secretaris namens de commissie een concept advies op.

• 2. Na vaststelling door de commissie wordt dit advies definitief.

• 3. Bij de advisering betrekt de commissie in ieder geval de onderwerpen genoemd in artikel 15 van de Provinciale Ruimtelijke Verordening.

• 4. Een advies van de commissie is niet bindend.

Artikel 13. Spoedadviesprocedure

• 1. Wanneer een vergadering niet kan worden afgewacht, kunnen, in overleg met de voorzitter, de leden als bedoeld in artikel 3, eerste lid, schriftelijk door de secretaris worden geconsulteerd.

• 2. Na afloop van de termijn waarbinnen de leden kunnen reageren, stelt de secretaris een definitief advies op.

• 3. Een advies als bedoeld in het vorige lid wordt bij de eerstvolgende vergadering meegedeeld aan de commissie.

Artikel 14. Vergoeding

De leden ontvangen een vergoeding conform het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.

Artikel 15. Verslaglegging en jaarverslag

• 1. De secretaris draagt zorg voor een verslag van de vergadering.

• 2. Een verslag wordt in de eerstvolgende vergadering vastgesteld door de commissie.

• 3. Een vastgesteld verslag wordt ter kennisname gezonden aan de gedeputeerde ruimtelijke ordening.

• 4. Dit verslag wordt gepubliceerd op de website van de provincie.

• 5. De commissie brengt elk jaar een jaarverslag uit, waarin zij haar werkzaamheden beschrijft. Dit verslag wordt opgesteld door de secretaris en vastgesteld in de commissie.

• 6. De commissie zendt het jaarverslag aan gedeputeerde staten en aan provinciale staten. De secretaris draagt zorg voor de verzending.

Artikel 16. Slotbepaling en citeertitel

• 1. In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de voorzitter over de procedure.

• 2. Dit reglement treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

• 3. Het vigerende Reglement Adviescommissie Ruimtelijke Ontwikkeling wordt ingetrokken.

• 4. Dit reglement wordt aangehaald als: Reglement adviescommissie ruimtelijke ontwikkeling.

Haarlem, 13 mei 2014

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

G.E.A. van Craaikamp, provinciesecretaris.