Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 26 maart 2019, PZH-2019-684926672 (DOS-2015-0007878), houdende wijziging van het Mandaatbesluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland voor de Omgevingsdienst Midden-Holland 2019

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland;

 

Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Overwegende dat het als gevolg van de inwerkingtreding van Omgevingsverordening Zuid-Holland noodzakelijk is het Mandaatbesluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland voor de Omgevingsdienst Midden-Holland 2019 te wijzigen;

 

Besluiten:

Artikel I

Het Mandaatbesluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland voor de Omgevingsdienst Midden-Holland 2019 wordt als volgt gewijzigd:

 

A

Bijlage 1: Mandaatlijst Omgevingsdienst Midden-Holland 2019 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Het mandaat met nummer RMV13 komt te luiden:

 

Mandaatnr.

RMV13

 

BESLUITEN/BEVOEGDHEDEN

Besluiten in het kader van de MER, niet zijnde plannen en structuurvisies (hoofdstuk 7 Wm).

Indien het betreft een vormvrije m.e.r.-beoordeling, als bedoeld in artikel 2, lid 5, sub b van het Besluit milieueffectrapportage in het kader van taken die geheel bij een andere omgevingsdienst zijn ondergebracht, dan besluit in dat geval de omgevingsdienst waar die taak geconcentreerd is ondergebracht. De betreffende omgevingsdienstdienst waarin de activiteit plaatsvindt moet om advies worden gevraagd.

Het mandaat geldt niet met betrekking tot inrichtingen waarop het Brzo van toepassing is of waartoe een installatie behoort voor een industriële activiteit in cat.4 van Bijlage 1 van de RIE.

 

TOELICHTING/VOORWAARDEN

-

 

  • 2.

    Het mandaat met nummer RH08 komt te luiden:

 

Mandaatnr.

RH08

 

BESLUITEN/BEVOEGDHEDEN

  • -

    Besluiten op grond van hetgeen is bepaald bij of krachtens:

  • -

    de Ontgrondingenwet;

  • -

    de Omgevingsverordening Zuid-Holland voor de bevoegdheden betreffende ontgrondingen, stiltegebieden, bodemsanering, ontgassen van varende schepen en de milieubeschermingsgebieden voor grondwater;

  • -

    de PMV voor wat betreft de milieubeschermingsgebieden voor grondwater;

  • -

    het Besluit geluidproductie sportmotoren.

 

 

TOELICHTING/VOORWAARDEN

In de nieuwe Omgevingsverordening zullen grotendeels de bevoegdheden die voorheen in de PMV stonden opgaan. Voor het deel van de milieubeschermingsgebieden voor grondwater blijft de PMV echter nog van kracht; dit deel van de verordening zal pas later worden overgebracht naar de Omgevingsverordening, dus tot die tijd blijft de PMV de grondslag.

 

  • 5.

    Het mandaat met nummer RH10 komt te luiden:

 

Mandaatnr.

RH10

 

BESLUITEN/BEVOEGDHEDEN

Besluiten in het kader van omgevingsvergunningen voor zover het betreft de Omgevingsverordening Zuid-Holland en de PMV, waarbij Gedeputeerde Staten niet het bevoegd gezag zijn.

 

TOELICHTING/VOORWAARDEN

Betreft mede:

Het verzoek om handhaving bij een gemeente als bedoeld in art. 5.20, eerste lid, Wabo (Indien na ambtelijk/bestuurlijk overleg door de gemeente geen gevolg wordt gegeven aan het handhavingsadvies kan een formeel verzoek om handhaving worden ingediend bij de gemeente).

Het ingebreke stellen van een gemeente indien niet tijdig wordt besloten op het handhavingsverzoek (Alvorens tot ingebrekestelling wordt overgegaan, dient eerst nog ambtelijk/bestuurlijk overleg plaats te vinden). De PMV is slechts gedeeltelijk ingetrokken en zal pas op een later moment geheel opgaan in de Omgevingsverordening.

 

Kan niet in ondermandaat worden gegeven.

 

  • 6.

    Het mandaat met nummer RBS12 komt te vervallen.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 april 2019

Den Haag, 26 maart 2019

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

Drs. J. Smit, voorzitter

Drs. H.M.M. Koek, secretaris

Naar boven