Zesde wijzigingsregeling Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 20 december 2016 de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant hebben vastgesteld, waarin is vastgelegd op welke wijze Gedeputeerde Staten aan een aantal aan hen op grond van de Wet natuurbescherming toegekende bevoegdheden uitvoering zullen geven;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 18 april 2017 de Nota faunabeheer Noord-Brabant hebben vastgesteld waarin de hoofdlijnen en uitgangspunten van het door Gedeputeerde Staten te voeren faunabeheer zijn opgenomen;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten de in de Nota faunabeheer Noord-Brabant beschreven hoofdlijnen en uitgangspunten van het faunabeheerbeleid, nader hebben geconcretiseerd en uitgewerkt in de op 18 april 2017 vastgestelde Eerste wijzigingsregeling Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant;

 

Overwegende dat de Faunabeheereenheid op 31 januari 2019 aan Gedeputeerde Staten een advies hebben uitgebracht om het beheer van de wilde zwijnen te optimaliseren;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten naar aanleiding daarvan op 26 februari 2019 hebben besloten het in de Nota faunabeheer Noord-Brabant opgenomen beleid, ten aanzien van het beheer van wilde zwijnen, te wijzigen;

 

Overwegende dat Gedeputeerde Staten met het oog daarop de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant wensen te wijzigen;

 

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel I Wijzigingen

 

In de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant komt bijlage 3 te luiden:

 

Bijlage 3 behorende bij de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant

 

Afwegingskaders en voorwaarden beheer andere soorten

 

Aardmuis, Microtus agrestis

 

Provinciaal beleid

De aardmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. Vanwege zijn leefwijze en voedselkeuze kan er in bepaalde situaties sprake zijn van ernstige schade aan gewassen.

 

GS kunnen incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van aardmuizen bij dreigende of optredende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • Komt in gehele provincie voor;

  • Trend: stabiel of toegenomen.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

  • Plaatsen van nestkasten voor roofvogels;

  • Periodieke inundatie;

  • Aangepast landgebruik;

  • Minder diepe mestinjectie;

  • Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade of gevaar.

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Klemmen;

  • Inundatie

  • Middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten of vrijgesteld.

 

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Bosmuis, Apodemus sylvaticus

 

Provinciaal beleid

De bosmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. In tegenstelling tot zijn naam komt de bosmuis ook voor in het landelijk gebied en kan, vanwege zijn voorkomen en leefwijze ernstige schade aanbrengen aan gewassen, bossen of andere vormen van eigendom.

 

GS kunnen incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van bosmuizen bij dreigende of optredende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • Komt in gehele provincie voor;

  • Trend: stabiel of toegenomen.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

  • Plaatsen van nestkasten voor roofvogels;

  • Periodieke inundatie;

  • Aangepast landgebruik;

  • Minder diepe mestinjectie;

  • Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds.

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Klemmen;

  • Inundatie;

  • Middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten of vrijgesteld.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade of gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maat-regelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Bunzing, Mustela putorius

 

Provinciaal beleid

Hoewel er onvoldoende gegevens zijn over de trend en aantallen bunzings binnen de provincie is wel bekend dat deze soort incidenteel schade veroorzaakt aan gehouden kippen, ganzen, eenden en konijnen.

Door het nemen van preventieve maatregelen, alsmede de bestaande mogelijkheid om deze diersoort opzettelijk te verontrusten (te verjagen), achten GS het alleen in heel bijzondere situaties acceptabel om incidentele ontheffing te verlenen voor het vangen (en elders loslaten) van bunzings.

Indien een dergelijke ontheffing wordt verleend zullen GS aan de ontheffing strikte voorwaarden verbinden en onder formulering van strikte kaders dat het vangen en weer elders loslaten zodanig wordt uitgevoerd dat de dieren, of de populatie, hierdoor geen onnodig risico lopen of de overlevingskansen afnemen.

 

Gezien de staat van instandhouding verlenen GS geen ontheffing voor het doden van bunzings.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

Onvoldoende gegevens.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

Het is aannemelijk dat de combinatie van ingrijpende landschappelijke veranderingen en afname van woelmuizenplagen zorgen voor een algehele afname. Mogelijk bijkomende factoren zijn verdroging en klimaatverandering, gezien de binding aan waterrijke en koele streken. Ook de voortdurende lage konijnenstand in delen van het land speelt mogelijk parten.

Lokaal kan een populatie tijdelijk toenemen bij hogere woelmuisstanden, zoals in 2014 is gebleken.

Op de lange termijn moet een doorzettende negatieve trend worden aangenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • Komt voor in de gehele provincie.

  • Er zijn onvoldoende gegevens bekend over aantallen en trend.

Passende en doeltreffende maatregelen voor

preventie of weren

Nader te bepalen

Middelen

  • Kastvallen

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

Alleen in uitzonderlijke situaties in of nabij gebieden waar bunzingen aantoonbaar hoge predatie vertonen van weidevogelnesten of -jongen.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal en lokaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Damhert, Dama Dama

 

Provinciaal beleid

In Noord-Brabant komen geen vrije, in het wild levende populaties damherten voor.

 

GS beschouwen de damherten welke binnen de provincie worden waargenomen niet als inheems. Het gaat om losgelaten of ontsnapte exemplaren. GS streven geen duurzame populatievorming na.

 

Voor damherten streven GS een nulstand na.

GS geven opdracht voor het handhaven van de nulstand. Daarbij dienen ontsnapte of vrijgelaten dieren uit de natuur te worden verwijderd om te voorkomen dat er een zich voortplantende populatie kan vormen. Indien de eigenaar van de ontsnapte of losgelaten dieren kan worden achterhaald zal deze de dieren eerst zelf dienen te vangen (al dan niet middels verdoving) en terug te brengen naar een voor deze dieren geschikt en afdoende omheind terrein. Indien geen eigenaar kan worden aangewezen of achterhaald dan zullen de dieren op basis van de opdracht van GS worden afgeschoten.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren;

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl.

  • incidentele waarnemingen van ontsnapte dieren;

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Niet van toepassing

Middelen

  • Geweren (toegestane kalibers kogelgeweren);

  • Honden (niet zijnde lange honden);

  • Verdovingsgeweer;

  • Vangkooien;

  • Vangnetten.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld of restlichtversterker) over het gehele etmaal

Gebied

  • Gehele provincie.

Voorwaarden/voorschriften

Opdracht wordt gegeven om uit gevangenschap ontsnapte of vrijgelaten damherten te doden ten behoeve van de uitvoering van het nulstandbeleid.

Het doden van deze dieren vindt enkel plaats indien vangen (al dan niet middels verdoving) en weer terugbrengen naar een geschikte verblijfplaats of opvanglocatie niet mogelijk blijkt.

 

Das, Meles meles

 

Provinciaal beleid

In geval van schade aan infrastructurele dijklichamen is een ontheffing voor het verontrusten en verjagen van dassen beschikbaar.

In uitzonderlijke gevallen kunnen dassen gevangen en verplaatst worden of hun verblijfplaatsen worden aangetast of vernietigd. Incidentele ontheffing wordt verleend op grond van een goedgekeurd Faunabeheerplan. GS verlenen in principe geen ontheffing voor het doden van dassen.

 

GS kunnen opdracht verlenen voor het vangen of het aantasten van verblijfplaatsen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. Alleen in uiterste gevallen zal GS opdracht verlenen voor het doden van dassen. Een dergelijke opdracht wordt pas verleend nadat er middels een uitgebreide toets is komen vast te staan dat alternatieven niet voorhanden zijn.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • •.

    Komt hoofdzakelijk voor in het oostelijk deel van Noord-Brabant. De das breidt zijn leefgebied uit richting het westelijk deel;

  • Trend: stabiel/toenemend.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Das (www.BIJ12.nl/faunafonds)

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Vangnetten

  • Geweer (bij opdracht).

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld of restlichtversterker) ook tussen zonsondergang en zonsopgang (bij opdracht te bepalen)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende ernstige schade of gevaar (vooral dijklichamen).

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Edelhert, Cervus elaphus

 

Provinciaal beleid

In Noord-Brabant komen geen vrije, in het wild levende populaties edelherten voor.

Hoewel niet kan worden uitgesloten dat in de toekomst de soort zich van nature in de provincie zal vestigen gaan GS er vooralsnog vanuit dat het bij waarnemingen van edelherten gaat om losgelaten of ontsnapte exemplaren. GS streven voor deze soort geen duurzame populatievorming na.

 

GS geven opdracht voor het handhaven van de nulstand. Daarbij dienen ontsnapte of vrijgelaten dieren uit de natuur te worden verwijderd om te voorkomen dat er een zich voortplantende populatie kan vormen. Indien de eigenaar van de ontsnapte of losgelaten dieren kan worden achterhaald zal deze de dieren eerst zelf dienen te vangen (al dan niet middels verdoving) en terug te brengen naar een voor deze dieren geschikt en afdoende omheind terrein. Indien geen eigenaar kan worden aangewezen of achterhaald dan zullen de dieren op basis van de opdracht van GS worden afgeschoten.

   

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van ernstige schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Niet bedreigd;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • Individuele exemplaren worden op enkele plaatsen binnen de provincie waargenomen;

  • Trend: nvt.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Hertachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds)

Middelen

  • Geweren (toegestane kalibers kogelgeweren);

  • Honden (niet zijnde lange honden);

  • Verdovingsgeweer;

  • Vangkooien;

  • Vangnetten.

 

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld, restlichtversterker of demper) over het gehele etmaal (bij ontheffing of opdracht te bepalen).

Gebied

De gehele provincie.

Voorwaarden/voorschriften

Opdracht wordt gegeven om uit gevangenschap ontsnapte of vrijgelaten edelherten te doden ten behoeve van de uitvoering van het nulstandbeleid.

Het doden van deze dieren vindt enkel plaats indien vangen (al dan niet middels verdoving) en weer terugbrengen naar een geschikte verblijfplaats of opvanglocatie niet mogelijk blijkt.

 

Haas, Lepus europaeus

 

Provinciaal beleid

GS streven naar een duurzame instandhouding van de populatie, waarbij ernstige landbouwschade wordt voorkomen en risico’s voor het luchtverkeer worden uitgesloten.

 

Het haas is een wildsoort en daar mag in het jachtseizoen van 15 oktober t/m 31 december op worden gejaagd.

De stand moet met reguliere bejaging op een zodanig niveau worden gehouden dat hiermee ernstige schade aan gewassen gedurende het gehele jaar kan worden voorkomen.

Wanneer de jacht is gesloten is slechts een incidentele ontheffing ter voorkoming van ernstige schade aan gewassen mogelijk, op grond van een goedgekeurd faunabeheerplan. GS gaan er echter vanuit dat dit enkel in bijzondere situaties aan de orde kan zijn en dat, naast bejaging in het jachtseizoen, ernstige schade kan worden voorkomen door het treffen van werende of verjagende maatregelen.

 

GS kunnen opdracht verlenen voor het vangen of doden in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: Afnemend 25-50%.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

  • Komt in de gehele provincie voor;

  • Trend: onbekend.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Haasachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds)

Middelen

  • Hagelgeweren;

  • Honden (niet zijnde lange honden);

  • Haviken, slechtvalken en woestijnbuizerds.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende ernstige schade of gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat reguliere bejaging onvoldoende mogelijk is geweest om ernstig schade aan gewassen gedurende het hele jaar te voorkomen;

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet, of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Hermelijn, Mustela erminea

 

Provinciaal beleid

Van de hermelijn geldt dat deze landelijk een afnemende trend heeft. Van deze soort is uit landelijke gegevens bekend dat deze incidenteel schade veroorzaakt aan grondbroedende vogels en met name weidevogels.

 

Door het nemen van preventieve maatregelen, alsmede de bestaande mogelijkheid om deze diersoort opzettelijk te verontrusten (te verjagen), achten GS het alleen in heel bijzondere situaties en bij uitzondering acceptabel om incidentele ontheffing te verlenen voor het vangen (en elders loslaten) van hermelijnen.

Indien een dergelijke ontheffing wordt verleend zullen GS aan de ontheffing strikte voorwaarden verbinden en onder formulering van strikte kaders dat het vangen en weer elders loslaten zodanig wordt uitgevoerd dat de dieren, of de populatie, hierdoor geen onnodig risico lopen of de overlevingskansen afnemen.

 

Gezien de staat van instandhouding verlenen GS geen ontheffing voor het doden van hermelijnen.

Wettelijke belangen

In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

Gevoelig.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

Er is op grond van waarnemingen over de afgelopen jaren een langzame afname van de stand te constateren.

 

Het is aannemelijk dat de combinatie van ingrijpende landschappelijke veranderingen en afname van woelmuizenplagen zorgen voor een algehele afname. Mogelijk bijkomende factoren zijn verdroging en klimaatverandering, gezien de binding aan waterrijke en koele streken. Ook de voortdurende lage konijnenstand in delen van het land speelt mogelijk parten. Lokaal kan een populatie tijdelijk toenemen bij hogere woelmuisstanden, zoals in 2014 is gebleken

 

Op de lange termijn moet een doorzettende negatieve trend worden aangenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl

Komt voor in de gehele provincie. Er zijn onvoldoende gegevens bekend over aantallen en trend.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Nader te bepalen

Middelen

  • Kastvallen.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Alleen in uitzonderlijke situaties in of nabij gebieden waar hermelijnen aantoonbaar hoge predatie vertonen van weidevogelnesten of -jongen.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing voor vangen (en elders loslaten) wordt alleen verleend indien:

 

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet, of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal en lokaal niveau niet in het geding kan komen

 

 

Konijn, Oryctolagus cuniculus

 

Provinciaal beleid

Het konijn is een wildsoort en daar mag in het jachtseizoen van 15 augustus t/m 31 januari op worden gejaagd. Dit kan van zonsopkomst tot zonsondergang met fretten, buidels, kastvallen, vangkooien, honden, jachtvogels en het geweer.

 

Konijnen mogen op grond van de landelijke vrijstelling het hele jaar in het buitengebied worden gevangen en gedood waar ernstige schade is ontstaan of waar kans op ernstige schade is.

 

Aanvullend op de vrijstelling kunnen GS een incidentele ontheffing verlenen voor het gebruik van niet bij vrijstelling toegelaten methoden of middelen alsmede het gebruik van het geweer buiten de wettelijk toegestane tijdstippen, met toepassing van kunstlicht of restlichtversterker of binnen de bebouwde kom en op gronden welke niet voldoen aan de wettelijke eisen van een jachtveld.

 

Tevens kunnen GS incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van konijnen op sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes of begraafplaatsen.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren;

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

Gevoelig.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen;

  • Matige toename.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl

  • Algemeen voorkomend;

  • trend stabiel.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Haasachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds)

Middelen

  • Geweren;

  • Honden, niet zijnde lange honden;

  • Haviken, slechtvalken en woestijnbuizerds;

  • Fretten;

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Buidels;

  • Vangnetten;

  • Gebruik van kunstlicht, lichtversterker, warmtebeeldkijker en/of demper.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld restlichtversterker of demper) ook tussen zonsondergang en zonsopgang (bij ontheffing of opdracht te bepalen)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende ernstige schade of gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Een incidentele ontheffing wordt alleen verleend, indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

  • Kastvallen, vangkooien, vangnetten en kunstlicht/restlichtversterker mogen alleen ingezet worden als deze opgenomen zijn in de ontheffing.

 

Ree, Capreolus capreolus

 

Provinciaal beleid

Reeën komen in de gehele provincie Noord-Brabant voor. Totaal meer dan 10.000 dieren. Jaarlijks komen er circa 1.000 reeën om door aanrijdingen in het verkeer.

GS hebben de bevoegdheid om een ontheffing te verlenen voor het planmatig beheren van deze populatie(s). Dit in het belang van de volksgezondheid (verkeersveiligheid) maar ook ter voorkoming van ernstige schade aan landbouw, alsmede om de omvang van de populatie middels regulatie te kunnen beperken of te stabiliseren.

Een ontheffing zal enkel kunnen worden verleend op grond van een goedgekeurd faunabeheerplan.

 

GS kunnen opdracht verlenen voor het doden of het aantasten van verblijfplaatsen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. 

Voorts kan, indien de noodzaak hiertoe is aangetoond in het faunabeheerplan ontheffing worden verleend voor het gebruik van het geweer tussen zonsondergang en zonsopgang, alsmede op gronden die niet voldoen aan de omvangseisen van een jachtveld.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren;

Rode lijst

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl

  • Algemeen.

  • Trend: stabiel of toegenomen

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Hertachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds)

 

Preventieve maatregelen ten behoeve van de verkeersveiligheid, geanalyseerd en uitgevoerd op basis van de Leidraad vermindering aanrijdingen reeën (januari 2017).

Middelen

  • Geweren;

  • Honden, niet zijnde lange honden;

  • Gebruik van kunstlicht, lichtversterker, warmtebeeldkijker en/of demper.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld of restlichtversterker of demper) ook tussen zonsondergang en zonsopgang (bij ontheffing of opdracht te bepalen)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende ernstige schade of gevaar en welke zijn beschreven in het faunabeheerplan.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op regionaal niveau -al dan niet beoordeeld op leefgebiedsniveau- niet in het geding kan komen.

 

Rosse woelmuis, Myodus glareolus

 

Provinciaal beleid

De rosse woelmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. Het is een soort die zich vooral ophoudt in bosrijke omgeving of bosjes. Vanwege zijn leefwijze en voedselkeuze wordt niet verwacht dat deze soort ernstige schade aan gewassen zal veroorzaken.

 

Alleen in bijzondere situaties zullen GS een incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van rosse woelmuizen bij optredende of dreigende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

Thans niet bedreigd.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl

  • Komt in gehele provincie voor;

  • Trend: stabiel of toegenomen.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

  • Plaatsen van nestkasten voor roofvogels;

  • Periodieke inundatie;

  • Aangepast landgebruik;

  • Minder diepe mestinjectie;

  • Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds/Handreiking Faunaschade 2009

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Klemmen;

  • Inundatie;

  • Middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten of vrijgesteld.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade / gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend, of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal en lokaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Steenmarter, Martes foina

 

Provinciaal beleid

Steenmarters hebben de laatste decennia een succesvolle opmars in Nederland gemaakt en ook in Noord-Brabant.

Door hun leefwijze kunnen steenmarters overlast veroorzaken in gebouwen en woningen. Maar ook is bekend dat zij schade aanrichten aan apparatuur en voertuigen.

 

Ook is bekend dat steenmarters schade veroorzaken aan (zowel hobbymatig als bedrijfsmatig) gehouden pluimvee.

 

Verder kunnen steenmarters schade veroorzaken aan beschermde inheemse fauna, en met name aan bodembroedende vogels, zoals weidevogels.

 

Op grond van de Verordening natuurbescherming Noord-Brabant kunnen gemeenten (na goedkeuring van een soortbeheerplan) gebruik maken van een vrijstelling om overlast binnen een bebouwde kom te bestrijden.

 

Gedeputeerde Staten kunnen een incidentele ontheffing verlenen voor het vangen, doden en/of het aantasten van vaste verblijfplaatsen. Ontheffing voor het doden zal enkel in zeer bijzondere situaties worden verleend, waarbij dan tevens in acht wordt genomen dat een vrijkomend territorium bij het doden van een exemplaar snel wordt ingenomen door een andere steenmarter. Ontheffing voor het doden wordt dan ook alleen verleend indien deze ingreep in samenhang plaatsvindt met andere handelingen of maatregelen. Deze handelingen en maatregelen moeten zijn opgenomen in een goedgekeurd faunabeheerplan.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren.

Rode lijst

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen voorkomend/niet bedreigd;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986

  • Algemeen voorkomend/niet bedreigd;

  • Toenemend.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Gebouwen, hogere gebouwdelen (zoals dakranden) en auto’s ontoegankelijk voor steenmarters te maken; gebruik van wettelijk toegestane afschrik- of afweermiddelen.

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien

  • Gebruik van kunstlicht, lichtversterker, warmtebeeldkijker en/of demper.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld of restlichtversterker of demper) ook tussen zonsondergang en zonsopgang (bij ontheffing of opdracht te bepalen)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade of gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • in geval ontheffing voor doden wordt gegeven kan dit alleen op basis van een goedgekeurd faunabeheerplan waarbij ook andere handelingen en maatregelen om overlast, schade of andere effecten integraal worden beschreven en toegepast.

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Veldmuis, Microtus arvalis

 

Provinciaal beleid

De veldmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. Vanwege zijn leefwijze en voedselkeuze kan er in bepaalde situaties sprake zijn van ernstige schade aan gewassen.

 

Bij provinciale verordening is vrijstelling verleend voor het doden van veldmuizen ter voorkoming van ernstige schade aan gewassen.

Aanvullend kunnen GS incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van veldmuizen bij optredende of dreigende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Gunstig/algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: verspreidingatlas.nl, zoogdiervereiniging.nl

  • Komt in gehele provincie voor;

  • Trend: stabiel of toegenomen.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

  • Plaatsen van nestkasten voor roofvogels;

  • Periodieke inundatie;

  • Aangepast landgebruik;

  • Minder diepe mestinjectie;

  • Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds /Handreiking faunaschade 2009

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Klemmen;

  • Inundatie

  • Middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten of vrijgesteld.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade of gevaar.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Vos, Vulpes vulpes

 

Provinciaal beleid

Vossen komen in de gehele provincie voor. Vossen veroorzaken door hun predatie schade aan m.n. veehouderijen en kwetsbare grond-broeders. Vossen mogen op grond van de landelijke vrijstelling het hele jaar in het buitengebied worden gevangen en gedood waar schade is ontstaan of waar kans op schade is.

Aanvullend op de vrijstelling kan door GS ontheffing kan worden verleend voor het gebruik van niet bij vrijstelling toegelaten methoden of middelen, alsmede het gebruik van het geweer buiten de wettelijk toegestane tijdstippen, met toepassing van kunstlicht of restlichtversterker of binnen de bebouwde kom en op gronden welke niet voldoen aan de wettelijke eisen van een jachtveld.

 

GS verlenen bovengenoemde ontheffing;

  • op voorhand, voor de looptijd van een faunabeheerplan, in geval van het belang van de bescherming van de wilde fauna, en met name ten behoeve van de bescherming van weidevogelpopulaties;

  • Incidenteel, op grond van een fauna-beheerplan, bij aangetoonde dreigende ernstige schade aan veehouderijen.

 

GS kunnen opdracht verlenen bij risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren;

Rode lijst

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen voorkomend;

  • Trend sinds 1950: stabiel of toegenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986

  • Komt in de gehele provincie voor;

  • Matige toename.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Indien gebruikmaking van de landelijke vrijstelling aantoonbaar niet kan leiden tot voorkoming van schade of negatieve gevolgen op één of meer van bovengenoemde wettelijke belangen.

Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds /Handreiking faunaschade 2009

Bij ontheffing te bepalen.

Middelen

  • Geweren (toegestane kalibers hagel en/of kogelgeweren);

  • Honden (niet zijnde lange honden);

  • vangkooien;

  • vangnetten;

  • Gebruik van kunstlicht, lichtversterker, warmtebeeldkijker en/of demper.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld, restlichtversterker of demper) ook tussen zonsondergang en zonsopgang (bij ontheffing of opdracht te bepalen)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade / gevaar.

  • Op gronden welke niet voldoen aan de eisen van een jachtveld.

Voorwaarden/voorschriften

Opgenomen in artikelen 3.1, 3.2, 3.3 en 3.4 Regeling natuurbescherming t.a.v. het gebruik van de vrijstelling voor het doden van vossen.

 

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maat-regelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Wezel, Mustela nivalis

 

Provinciaal beleid

Voor de wezel geldt dat er landelijk en ook provinciaal sprake is van een afnemende trend. Daarbij zijn weinig concrete gegevens bekend van schade die wezels aanrichten. Er worden echter wel meldingen gedaan van predatie door wezels op weidevogelpopulaties.

 

Door het nemen van preventieve maatregelen, en de bestaande mogelijkheid om deze diersoort opzettelijk te verontrusten (te verjagen) kan onnodige en ongewenste predatie worden beperkt. Daarom achten GS het alleen in heel bijzondere situaties acceptabel om ontheffing te verlenen voor het vangen (en elders loslaten) van wezels.

Indien een dergelijke ontheffing wordt verleend zullen GS aan de ontheffing strikte voorwaarden verbinden en onder formulering van strikte kaders dat het vangen en weer elders loslaten zodanig wordt uitgevoerd dat de dieren, of de populatie, hierdoor geen onnodig risico lopen of de overlevingskansen afnemen.

Gezien de staat van instandhouding verlenen GS geen ontheffing voor het doden van wezels.

Wettelijke belangen

In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats.

Rode lijst (2009)

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

Gevoelig.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Vrij zeldzaam;

  • Trend: matig afgenomen.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl

  • Afnemend trend.

 

De populatiedichtheden lijken af te nemen als gevolg van met name de intensivering van het landgebruik.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Nader te bepalen

Middelen

  • Kastvallen.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Alleen in uitzonderlijke situaties in of nabij gebieden waar hermelijnen aantoonbaar hoge predatie vertonen van weidevogelnesten of -jongen.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maatregelen niet, of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort ook op regionaal en lokaal niveau niet in het geding kan komen

 

Wild zwijn, Sus scrofa

 

Provinciaal beleid

De provincie Noord-Brabant hanteert een nulstandsbeleid voor wilde zwijnen. Dit betekent dat het streven is gericht op nul wilde zwijnen en dat er in Noord-Brabant geen verplichting is tot instandhouding. Ter uitvoering van het nulstandbeleid zet de provincie alle haar toekomende wettelijke bevoegdheden op grond van de Wet natuurbescherming in indien de Faunabeheereenheid daar gemotiveerd om verzoekt. Dat betekent dat alle wilde zwijnen mogen worden geschoten maar dat is niet verplicht. Hoewel het beleid is gericht op nul wilde zwijnen, is het daadwerkelijk realiseren van nul wilde zwijnen in de praktijk niet altijd mogelijk. In die situaties is het uitgangspunt is dat er geen overlast en schade door wilde zwijnen optreedt en dat het risico op de introductie van besmettelijke dierziekten zo laag mogelijk wordt gehouden. Als partijen in een gebied met elkaar tot een breed gedragen plan komen om de populatie zodanig te beheren dat overlast en schade en risico’s op besmettelijke dierziekten zoveel als mogelijk wordt ingeperkt dan is dat mogelijk.

Het wild zwijn heeft zich in de gebieden Gemert-Bakel, Heeze-Leende en Asten gevestigd. Tijdens de regionale zwijnentafels is door alle betrokken partijen geconstateerd dat de nulstand met wettelijk toegestane middelen niet meer haalbaar is.  Op basis van de regionale beheerplannen in deze gebieden wordt het beheer van het wild zwijn vormgegeven en uitgevoerd door de daarvoor aangewezen partijen. Het beheer is gericht op het voorkomen van overlast en schade en om het risico op introductie van verspreiding van dierziekten te verkleinen. Er wordt gestuurd op het voorkomen van schade. Het nulstandsbeleid wordt ingevuld als een nulschade-aanpak. Momenteel (2019) lijkt dit nog onvoldoende effectief waardoor de populatie groeit en zich verder verspreidt. Mede op basis van een breed gedragen advies van de Faunabeheereenheid Noord-Brabant wordt dit beleid daarom aangescherpt in die zin dat de gebiedsaanpak er eveneens toe moet leiden dat de soort zich niet verder verspreidt over Brabant en dat de dichtheden in de genoemde gebieden zodanig moeten worden beperkt dat migratie naar omliggende gebieden wordt voorkomen.

Voor gebieden zonder regionaal gebiedsplan wordt het nulstandsbeleid uitgevoerd gericht op nulstand. Daarbij dienen ontsnapte of vrijgelaten dieren uit de natuur te worden verwijderd om te voorkomen dat er een zich voortplantende populatie kan vormen. Indien de eigenaar van de ontsnapte of losgelaten dieren kan worden achterhaald zal deze de dieren eerst zelf dienen te vangen (al dan niet middels verdoving) en terug te brengen naar een voor deze dieren geschikt en afdoende omheind terrein. Indien geen eigenaar kan worden aangewezen of achterhaald dan zullen de dieren op basis van de opdracht van GS worden afgeschoten.

GS geven opdracht voor het handhaven van de nulstand en voor de invulling van de in de regionale gebiedsplannen beschreven nulschade-aanpak.

Aanvullend op de opdracht kunnen GS een ontheffing verlenen voor het gebruik van extra, niet bij de opdracht aangewezen, middelen binnen de gebieden met een vastgesteld gebiedsplan.

GS onderschrijven de noodzaak, zoals opgenomen in het advies van de Faunabeheereenheid, dat een ondersteuningsteam in specifieke situaties dwingend in kan grijpen. Indien de Faunabeheereenheid daar om verzoekt, verstrekken GS hiertoe een opdracht op grond van artikel 3.18 van de Wet natuurbescherming voor situaties waarin is gebleken dat afschot van wilde zwijnen niet gerealiseerd kan worden en direct ingrijpen noodzakelijk is. De opdracht wordt verstrekt op basis van een door de Faunabeheereenheid opgesteld protocol en een door de Faunabeheereenheid onderbouwd verzoek.

Wettelijke belangen

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

  • In het belang van de bescherming van de wilde flora of fauna, of in het belang van de instandhouding van de natuurlijke habitats;

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

  • Ter beperking van de omvang van de populatie van dieren, in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de maximale draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden;

  • Ter voorkoming of bestrijding van onnodig lijden van zieke of gebrekkige dieren.

Rode lijst

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t.

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Niet bedreigd.

 

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl

  • Beperkte verspreiding (nulstandbeleid).

 

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Wild Zwijn (www.BIJ12.nl/faunafonds)

Middelen en methoden

Bij opdracht:

  • Geweren (toegestane kaliber kogelgeweren);

Bij ontheffing:

  • Gebruik van kunstlicht-, restlicht- en warmtebeeldversterker;

  • Gebruik van geluidsdemper (mits met toestemming op grond van de Wet Wapens en Munitie)

  • Vangkooien

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

  • Het gebruik van het geweer (al dan niet met gebruik van kunstlicht, warmtebeeld, restlichtversterker of demper) ook tussen zonsondergang en zonsopgang

  • Idem, gedurende de nachtperioden van zon- en feestdagen (alleen bij ontheffing)

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade/gevaar;

  • Op gronden welke niet voldoen aan de eisen van een jachtveld.

Voorwaarden/voorschriften

Opdracht wordt gegeven om wilde zwijnen te doden ten behoeve van de uitvoering van het nulstand-beleid in de gehele provincie, al dan niet met toestemming van de grondgebruiker (in geval inzet van een interventieteam nodig is). Ontheffing voor vangkooien wordt verleend onder de voorwaarde dat de inzet en gebruik plaatsvindt op grond van een vangkooi-protocol. Daarbij geldt voor de gebieden waarvoor regionale beheerplannen zijn vastgesteld, dat het beheer van het wild zwijn wordt vormgegeven conform de aanpak in dit beheerplan en de voorwaarden die GS aan de opdracht en de aanvullende ontheffing verbinden.

 

Woelrat, Arvicola amphibius

 

Provinciaal beleid

De woelrat is een algemeen voorkomend knaagdier. Vanwege zijn leefwijze en voedselkeuze kan er in bepaalde situaties sprake zijn van ernstige of belangrijke schade aan gewassen.

 

Bij provinciale verordening is vrijstelling verleend voor het vangen, doden of het opzettelijk beschadigen of vernielen van vaste voortplantingsplaatsen of rustplaatsen van woelratten bij belangrijke of dreigende schade aan teelt van appels en/of peren of aan waterkeringen

 

Aanvullend kunnen GS incidentele ontheffing verlenen bij optredende of dreigende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen.

 

GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.

Wettelijke belangen

  • Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom;

  • In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten;

  • Ter voorkoming van schade of overlast, met inbegrip van schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen, kazernes, of begraafplaatsen;

Rode lijst

bron: minez.nederlandsesoorten.nl

N.v.t

Staat van instandhouding/trend landelijk

bron: verspreidingatlas.nl

  • Algemeen voorkomend;

  • Trend: onbekend/onvoldoende informatie.

Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant

bron: http://edepot.wur.nl/387986, verspreidingatlas.nl, zoogdiervereniging.nl

  • Stabiel.

 

Wel is in delen van de provincie de soort niet meer vastgesteld in het voormalige verspreidingsgebied. Dit kan gebrek aan informatie zijn, maar zou ook achteruitgang kunnen betekenen.

Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren

  • Plaatsen van nestkasten voor roofvogels;

  • Periodieke inundatie;

  • Aangepast landgebruik;

  • Minder diepe mestinjectie;

  • Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds.

Periode(n) en tijdstippen

  • Het gehele jaar

Gebied

  • Gehele provincie, in gebieden of op locaties waar sprake is van concrete dreigende schade / gevaar.

Middelen

  • Kastvallen;

  • Vangkooien;

  • Klemmen;

  • Inundatie

  • Middelen die krachtens de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden zijn toegelaten of vrijgesteld.

Voorwaarden/voorschriften

Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:

  • aangetoond is dat andere bevredigende maat-regelen niet of in onvoldoende mate effectief zijn;

  • verzekerd is dat de staat van instandhouding van de soort op provinciaal niveau niet in het geding kan komen.

 

Artikel II Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.

Artikel III Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Zesde wijzigingsregeling Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant.

’s-Hertogenbosch, 26 februari 2019

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter

prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris

drs. M.J.A. van Bijnen MBA

Naar boven