Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2019, 1706 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2019, 1706 | Beleidsregels |
Zesde wijzigingsregeling Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;
Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 20 december 2016 de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant hebben vastgesteld, waarin is vastgelegd op welke wijze Gedeputeerde Staten aan een aantal aan hen op grond van de Wet natuurbescherming toegekende bevoegdheden uitvoering zullen geven;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 18 april 2017 de Nota faunabeheer Noord-Brabant hebben vastgesteld waarin de hoofdlijnen en uitgangspunten van het door Gedeputeerde Staten te voeren faunabeheer zijn opgenomen;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten de in de Nota faunabeheer Noord-Brabant beschreven hoofdlijnen en uitgangspunten van het faunabeheerbeleid, nader hebben geconcretiseerd en uitgewerkt in de op 18 april 2017 vastgestelde Eerste wijzigingsregeling Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant;
Overwegende dat de Faunabeheereenheid op 31 januari 2019 aan Gedeputeerde Staten een advies hebben uitgebracht om het beheer van de wilde zwijnen te optimaliseren;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten naar aanleiding daarvan op 26 februari 2019 hebben besloten het in de Nota faunabeheer Noord-Brabant opgenomen beleid, ten aanzien van het beheer van wilde zwijnen, te wijzigen;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten met het oog daarop de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant wensen te wijzigen;
In de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant komt bijlage 3 te luiden:
Bijlage 3 behorende bij de Beleidsregel natuurbescherming Noord-Brabant
Afwegingskaders en voorwaarden beheer andere soorten
De bosmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. In tegenstelling tot zijn naam komt de bosmuis ook voor in het landelijk gebied en kan, vanwege zijn voorkomen en leefwijze ernstige schade aanbrengen aan gewassen, bossen of andere vormen van eigendom. GS kunnen incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van bosmuizen bij dreigende of optredende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen. GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. |
|
|
|
|
|
Staat van instandhouding/trend Noord-Brabant bron: verspreidingatlas.nl |
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
|
|
|
|
|
|
|
Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:
|
In geval van schade aan infrastructurele dijklichamen is een ontheffing voor het verontrusten en verjagen van dassen beschikbaar. In uitzonderlijke gevallen kunnen dassen gevangen en verplaatst worden of hun verblijfplaatsen worden aangetast of vernietigd. Incidentele ontheffing wordt verleend op grond van een goedgekeurd Faunabeheerplan. GS verlenen in principe geen ontheffing voor het doden van dassen. GS kunnen opdracht verlenen voor het vangen of het aantasten van verblijfplaatsen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. Alleen in uiterste gevallen zal GS opdracht verlenen voor het doden van dassen. Een dergelijke opdracht wordt pas verleend nadat er middels een uitgebreide toets is komen vast te staan dat alternatieven niet voorhanden zijn. |
|
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Das (www.BIJ12.nl/faunafonds) |
|
|
|
|
|
|
Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:
|
In Noord-Brabant komen geen vrije, in het wild levende populaties edelherten voor. Hoewel niet kan worden uitgesloten dat in de toekomst de soort zich van nature in de provincie zal vestigen gaan GS er vooralsnog vanuit dat het bij waarnemingen van edelherten gaat om losgelaten of ontsnapte exemplaren. GS streven voor deze soort geen duurzame populatievorming na. GS geven opdracht voor het handhaven van de nulstand. Daarbij dienen ontsnapte of vrijgelaten dieren uit de natuur te worden verwijderd om te voorkomen dat er een zich voortplantende populatie kan vormen. Indien de eigenaar van de ontsnapte of losgelaten dieren kan worden achterhaald zal deze de dieren eerst zelf dienen te vangen (al dan niet middels verdoving) en terug te brengen naar een voor deze dieren geschikt en afdoende omheind terrein. Indien geen eigenaar kan worden aangewezen of achterhaald dan zullen de dieren op basis van de opdracht van GS worden afgeschoten. |
|
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Hertachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds) |
|
|
|
|
Opdracht wordt gegeven om uit gevangenschap ontsnapte of vrijgelaten edelherten te doden ten behoeve van de uitvoering van het nulstandbeleid. Het doden van deze dieren vindt enkel plaats indien vangen (al dan niet middels verdoving) en weer terugbrengen naar een geschikte verblijfplaats of opvanglocatie niet mogelijk blijkt. |
Reeën komen in de gehele provincie Noord-Brabant voor. Totaal meer dan 10.000 dieren. Jaarlijks komen er circa 1.000 reeën om door aanrijdingen in het verkeer. GS hebben de bevoegdheid om een ontheffing te verlenen voor het planmatig beheren van deze populatie(s). Dit in het belang van de volksgezondheid (verkeersveiligheid) maar ook ter voorkoming van ernstige schade aan landbouw, alsmede om de omvang van de populatie middels regulatie te kunnen beperken of te stabiliseren. Een ontheffing zal enkel kunnen worden verleend op grond van een goedgekeurd faunabeheerplan. GS kunnen opdracht verlenen voor het doden of het aantasten van verblijfplaatsen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. Voorts kan, indien de noodzaak hiertoe is aangetoond in het faunabeheerplan ontheffing worden verleend voor het gebruik van het geweer tussen zonsondergang en zonsopgang, alsmede op gronden die niet voldoen aan de omvangseisen van een jachtveld. |
|
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Hertachtigen (www.BIJ12.nl/faunafonds) Preventieve maatregelen ten behoeve van de verkeersveiligheid, geanalyseerd en uitgevoerd op basis van de Leidraad vermindering aanrijdingen reeën (januari 2017). |
|
|
|
|
|
|
Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:
|
De veldmuis is een algemeen voorkomend knaagdier. Vanwege zijn leefwijze en voedselkeuze kan er in bepaalde situaties sprake zijn van ernstige schade aan gewassen. Bij provinciale verordening is vrijstelling verleend voor het doden van veldmuizen ter voorkoming van ernstige schade aan gewassen. Aanvullend kunnen GS incidentele ontheffing verlenen voor de bestrijding van veldmuizen bij optredende of dreigende ernstige schade aan gewassen, veehouderijen, bossen of andere vormen van eigendom. Hieronder wordt ook verstaan schade aan sportvelden, schietterreinen, industrieterreinen of begraafplaatsen. GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. |
|
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
|
|
|
|
|
|
|
Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:
|
Vossen komen in de gehele provincie voor. Vossen veroorzaken door hun predatie schade aan m.n. veehouderijen en kwetsbare grond-broeders. Vossen mogen op grond van de landelijke vrijstelling het hele jaar in het buitengebied worden gevangen en gedood waar schade is ontstaan of waar kans op schade is. Aanvullend op de vrijstelling kan door GS ontheffing kan worden verleend voor het gebruik van niet bij vrijstelling toegelaten methoden of middelen, alsmede het gebruik van het geweer buiten de wettelijk toegestane tijdstippen, met toepassing van kunstlicht of restlichtversterker of binnen de bebouwde kom en op gronden welke niet voldoen aan de wettelijke eisen van een jachtveld. GS verlenen bovengenoemde ontheffing;
GS kunnen opdracht verlenen bij risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid. |
|
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
Indien gebruikmaking van de landelijke vrijstelling aantoonbaar niet kan leiden tot voorkoming van schade of negatieve gevolgen op één of meer van bovengenoemde wettelijke belangen. Zie hiervoor de adviezen op www.bij12.nl/faunafonds /Handreiking faunaschade 2009 |
|
|
|
|
|
|
Opgenomen in artikelen 3.1, 3.2, 3.3 en 3.4 Regeling natuurbescherming t.a.v. het gebruik van de vrijstelling voor het doden van vossen. Ontheffing wordt alleen verleend of opdracht wordt alleen gegeven indien:
|
De provincie Noord-Brabant hanteert een nulstandsbeleid voor wilde zwijnen. Dit betekent dat het streven is gericht op nul wilde zwijnen en dat er in Noord-Brabant geen verplichting is tot instandhouding. Ter uitvoering van het nulstandbeleid zet de provincie alle haar toekomende wettelijke bevoegdheden op grond van de Wet natuurbescherming in indien de Faunabeheereenheid daar gemotiveerd om verzoekt. Dat betekent dat alle wilde zwijnen mogen worden geschoten maar dat is niet verplicht. Hoewel het beleid is gericht op nul wilde zwijnen, is het daadwerkelijk realiseren van nul wilde zwijnen in de praktijk niet altijd mogelijk. In die situaties is het uitgangspunt is dat er geen overlast en schade door wilde zwijnen optreedt en dat het risico op de introductie van besmettelijke dierziekten zo laag mogelijk wordt gehouden. Als partijen in een gebied met elkaar tot een breed gedragen plan komen om de populatie zodanig te beheren dat overlast en schade en risico’s op besmettelijke dierziekten zoveel als mogelijk wordt ingeperkt dan is dat mogelijk. Het wild zwijn heeft zich in de gebieden Gemert-Bakel, Heeze-Leende en Asten gevestigd. Tijdens de regionale zwijnentafels is door alle betrokken partijen geconstateerd dat de nulstand met wettelijk toegestane middelen niet meer haalbaar is. Op basis van de regionale beheerplannen in deze gebieden wordt het beheer van het wild zwijn vormgegeven en uitgevoerd door de daarvoor aangewezen partijen. Het beheer is gericht op het voorkomen van overlast en schade en om het risico op introductie van verspreiding van dierziekten te verkleinen. Er wordt gestuurd op het voorkomen van schade. Het nulstandsbeleid wordt ingevuld als een nulschade-aanpak. Momenteel (2019) lijkt dit nog onvoldoende effectief waardoor de populatie groeit en zich verder verspreidt. Mede op basis van een breed gedragen advies van de Faunabeheereenheid Noord-Brabant wordt dit beleid daarom aangescherpt in die zin dat de gebiedsaanpak er eveneens toe moet leiden dat de soort zich niet verder verspreidt over Brabant en dat de dichtheden in de genoemde gebieden zodanig moeten worden beperkt dat migratie naar omliggende gebieden wordt voorkomen. Voor gebieden zonder regionaal gebiedsplan wordt het nulstandsbeleid uitgevoerd gericht op nulstand. Daarbij dienen ontsnapte of vrijgelaten dieren uit de natuur te worden verwijderd om te voorkomen dat er een zich voortplantende populatie kan vormen. Indien de eigenaar van de ontsnapte of losgelaten dieren kan worden achterhaald zal deze de dieren eerst zelf dienen te vangen (al dan niet middels verdoving) en terug te brengen naar een voor deze dieren geschikt en afdoende omheind terrein. Indien geen eigenaar kan worden aangewezen of achterhaald dan zullen de dieren op basis van de opdracht van GS worden afgeschoten. GS geven opdracht voor het handhaven van de nulstand en voor de invulling van de in de regionale gebiedsplannen beschreven nulschade-aanpak. Aanvullend op de opdracht kunnen GS een ontheffing verlenen voor het gebruik van extra, niet bij de opdracht aangewezen, middelen binnen de gebieden met een vastgesteld gebiedsplan. GS onderschrijven de noodzaak, zoals opgenomen in het advies van de Faunabeheereenheid, dat een ondersteuningsteam in specifieke situaties dwingend in kan grijpen. Indien de Faunabeheereenheid daar om verzoekt, verstrekken GS hiertoe een opdracht op grond van artikel 3.18 van de Wet natuurbescherming voor situaties waarin is gebleken dat afschot van wilde zwijnen niet gerealiseerd kan worden en direct ingrijpen noodzakelijk is. De opdracht wordt verstrekt op basis van een door de Faunabeheereenheid opgesteld protocol en een door de Faunabeheereenheid onderbouwd verzoek. |
|
GS kunnen opdracht verlenen in geval van risico’s voor de volksgezondheid of openbare veiligheid.
|
|
|
|
|
|
Passende en doeltreffende maatregelen voor preventie of weren |
Maatregelen als beschreven in de Faunaschade Preventiekit Module Wild Zwijn (www.BIJ12.nl/faunafonds) |
|
|
|
|
|
|
Opdracht wordt gegeven om wilde zwijnen te doden ten behoeve van de uitvoering van het nulstand-beleid in de gehele provincie, al dan niet met toestemming van de grondgebruiker (in geval inzet van een interventieteam nodig is). Ontheffing voor vangkooien wordt verleend onder de voorwaarde dat de inzet en gebruik plaatsvindt op grond van een vangkooi-protocol. Daarbij geldt voor de gebieden waarvoor regionale beheerplannen zijn vastgesteld, dat het beheer van het wild zwijn wordt vormgegeven conform de aanpak in dit beheerplan en de voorwaarden die GS aan de opdracht en de aanvullende ontheffing verbinden. |
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2019-1706.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.