|
A. DE HIERONDER VERMELDE BEVOEGDHEID:
|
B. LAAGSTE NIVEAU UITOEFENING EN ONDERMANDAAT:
|
C. ONDER DE VOLGENDE VOORWAARDE(N):
|
|
|
1.Vergunningver-lening
|
|
|
|
|
|
|
|
Wet Bodembescherming
|
|
1.1
|
Het nemen van besluiten op grond van de Wet bodembescherming en de op de Wet bodembescherming gebaseerde AmvB’s, regelingen en Besluiten en de Provinciale Milieuverordening Noord-Holland inclusief de vergunningverlening over de lijst spoedlocaties (vigerende MTR lijst op basis van het convenant Bodem & Ondergrond 2016-2020) inclusief de be- en afhandeling van meldingen en de aanschrijving voor onderzoek en sanering op grond van artikel 27 en 28 Wbb en het geven van aanwijzingen op grond van de Wet bodembescherming en de op de Wet bodembescherming gebaseerde AmvB’s, regelingen en Besluiten en de Provinciale Milieuverordening Noord-Holland
|
(Afdelings) manager
|
Het mandaat is beperkt tot het grondgebied van de bij de RUD NHN aangesloten gemeenten met uitzondering van de gemeente Alkmaar
Uitgezonderd van het mandaat zijn onderstaande regelingen
•Besluit financiële bepalingen bodemsanering (incl. subsidieregeling bedrijfsterreinen);
•Regeling financiële bepalingen bodemsanering 2005;
•Regeling inrichting landelijk gebied (investeringsbudget).
Uitgezonderd van het mandaat zijn tevens het besluit tot het aangaan van een afkoopovereenkomst en co-financiering in het kader van het diepe grondwater beheer op grond van de artikelen 55c t/m 55i Wbb
Uitgezonderd van het mandaat zijn de BRZO/RIE-4-inrichtingen. Deze bevoegdheid is aan de OD NZKG opgedragen.
Voorafgaand overleg met GS bij besluiten:
- -
die financiële gevolgen voor de provincie hebben;
- -
m.b.t. de vergunningverlening inzake de lijst spoedlocaties
|
1.2
|
Het nemen van noodzakelijke maatregelen als bedoeld in artikel 30 Wet bodembescherming (ongewoon voorval)
|
(Afdelings) manager
|
Het mandaat is beperkt tot het grondgebied van de bij de RUD NHN aangesloten gemeenten met uitzondering van de gemeente Alkmaar.
GS moeten zo spoedig mogelijk in kennis worden gesteld van de getroffen maatregelen.
|
|
|
Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en
zwem-gelegenheden
|
|
1.3
|
De bestuursbevoegdheden op grond van de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden en de daarop gebaseerde Amvb’s en regelingen waaronder het Besluit hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden.
Inclusief de bevoegdheid tot het (laten) plaatsen en het (laten) verwijderen van onderborden, verbodsborden en waarschuwingsborden
|
(Afdelings) manager
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland
Uitgezonderd van mandaat is:
1.de bekendmaking en de aanwijzing van zwemlocaties en het toekennen van de zwemfunctie op grond van artikel 10b, eerste en tweede lid van de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden;
2. het plaatsen, wijzigen en het verwijderen van informatiebebording.
RUD NHN verzoekt GS borden te leveren als dat nodig is.
Voorafgaand overleg met GS is vereist bij:
het geven van nadere voorschriften op badinrichtingen op grond van artikel 7, eerste lid Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden
GS moeten zo spoedig mogelijk in kennis worden gesteld bij:
1.het sluiten van een badinrichting;
2.het instellen van een zwemverbod;
3.het geven van een negatief zwemadvies.
Afstemming met de commissaris van de Koning over het gebruik van de bevoegdheid is vereist, vooral als openbare orde/veiligheid in het geding is.
|
|
|
|
|
|
|
Wet Natuurbescherming
Stb. 2016, 34
|
De hierna genoemde gemandateerde bevoegdheden ingevolge de Wet natuurbescherming gelden voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland.
|
1.4
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 1.3, vierde lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.5
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 2.4, eerste en tweede lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS vereist
|
1.6
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 2.7, derde lid
Inclusief:
- het toedelen van ontwikkelingsruimte ingevolge artikel 2.7, eerste lid onder b van het Besluit natuurbescherming
- het registeren van de afschrijving van de toegedeelde ontwikkelingsruimte ingevolge artikel 2.9, eerste en tweede lid van het Besluit natuurbescherming
- het registreren van het vervallen van reserveringen van ontwikkelingsruimte als bedoeld in artikel 2.9, vijfde lid van het Besluit natuurbescherming
|
(Afdelings) manager
|
|
1.7
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.3. eerste lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
Voorafgaand overleg met GS is tevens vereist bij besluitvorming in het kader van de dossiers:
- 1.
- 2.
Ganzenontheffing algemeen
|
1.8
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.4, tweede lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
|
1.9
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.8, eerste lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
|
1.10
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.9, tweede lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.11
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.10 tweede lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
|
1.12
|
Het beoordelen van een verslag van de uitvoering van het faunabeheerplan door de faunabeheereenheid op grond van artikel 3.12, achtste lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.13
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.17, eerste lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
|
1.14
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.22, vierde lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.15
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.32, tweede lid onder a
|
(Afdelings) manager
|
|
1.16
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 3.34, derde lid
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS in ieder geval vereist bij de intrekking van een besluit.
|
1.17
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 4.5 eerste en derde lid Wet Natuurbescherming en artikel 5, eerste en derde lid Verordening Houtopstanden Noord-Holland
|
(Afdelings) manager
|
Voorafgaand overleg met GS bij nemen besluit op grond van artikel 5, derde lid Verordening Houtopstanden Noord-Holland
|
1.18
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 5.1, tweede lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.19
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 5.1.derde lid
|
(Afdelings) manager
|
|
1.20
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 5.3 lid 1 tot en met lid 4
|
(Afdelings) manager
|
|
1.21
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 5.4, lid 1 tot en met lid drie
|
(Afdelings) manager
|
lid 3: de bevoegdheid tot intrekking geldt slechts voor een verleende ontheffing.
|
1.22
|
Het geven van een opdracht op aanvraag op grond van artikel 3.18 voor zover het een individueel geval betreft dat geen betrekking heeft op het hele grondgebied van de provincie Noord-Holland
|
(Afdelings) manager
|
Het mandaat omvat onder meer: het afdoen van aanvragen voor een opdracht die betrekking heeft op de bestrijding van diersoorten ten behoeve van de luchthaven Schiphol.
Voorafgaand overleg met GS vereist.
Het mandaat wordt slechts uitgeoefend op grond van een beleidsmatige afweging van GS. De beleidsmatige afweging wordt in een door of namens GS vastgesteld beleidskader of –regel neergelegd.
Van het mandaat zijn uitgezonderd:
- Het afdoen van aanvragen voor een opdracht die gegeven wordt voor soorten waarvan de populatie landelijk moet worden beperkt, waaronder begrepen de bestrijding van invasieve exoten.
- Het verlenen van opdrachten waarvoor geen door of namens GS vastgesteld beleidskader of –regel is.
|
1.23
|
Het registreren van een melding op grond van artikel 2.7, derde lid, Regeling natuurbescherming
|
(Afdelings) manager
|
|
1.24
|
Het vaststellen en beschikbaar stellen van een (digitaal) aanvraagformulier op grond van artikel 3, lid 2 Verordening Houtopstanden Noord-Holland en artikel 5, lid 1 Verordening Vrijstelling Soorten Noord-Holland
|
(Afdelings) manager
|
|
|
|
WABO
|
|
1.25
|
Het afgeven van een verklaring van geen bedenkingen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder j (gebieden)
|
(Afdelings) manager
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland
|
1.26
|
Het afgeven van een verklaring van geen bedenkingen als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid onder k (soorten)
|
(Afdelings) manager
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland
|
|
|
Provinciale Milieu Verordening-stiltegebieden
|
|
1.27
|
Het nemen van een besluit op grond van artikel 4.3.3. Provinciale Milieuverordening (stiltegebieden)
|
(Afdelings) manager
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland
|
|
|
|
|
1.28
|
Het afgeven van een verklaring Annex C-1 dat een volledige beoordeling op grond van artikel 6 derde lid, van de Europese richtlijn 92/43/EEC niet nodig is.
|
Habitat richtlijn (Europese richtlijn 92/43/EEC)
|
|
|
|
|
|
|
|
2. HANDHAVING
|
Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen (
vergunnings
)taken.
|
2.1
|
Toezicht en handhaving betreffende alle aan de RUD NHN gemandateerde bestuursbevoegdheden (inclusief het nemen van besluiten) voor zover in navolgende artikelen niet anders is aangegeven, Inclusief de toezicht en handhaving van de lijst spoedlocaties (vigerende MTR lijst op basis van het convenant Bodem & Ondergrond 2016-2020)
|
Teamleider
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord Holland
|
2.2
|
Het afhandelen van meldingen Besluit bodemkwaliteit, en het milieutoezicht en de handhaving op activiteiten die vallen onder het Besluit Bodemkwaliteit voor zover verricht door bedrijven of instellingen, en voor zover het die activiteiten betreft
|
Teamleider
|
Voor zover GS bevoegd gezag zijn. Omvat het nemen van besluiten. Geldt voor het grondgebied van de gemeenten die deel uitmaken van de RUD NHN, met uitzondering van de gemeente Alkmaar
|
2.3
|
Het milieutoezicht en de handhaving van meldingen en besluiten op grond van of krachtens de Wet bodembescherming en de op de Wet bodembescherming gebaseerde AmvB’s, regelingen en Besluiten en de Provinciale Milieuverordening Noord-Holland, voor de activiteiten bodemonderzoek, bodemsanering, sanering van bedrijfsterreinen, en nazorgmaatregelen, inclusief toezicht en handhaving betreffende gevallen van ernstige verontreiniging en gevallen van verontreiniging die onder de zorgplicht vallen, en betreffende lozing van grondwater bij bodemsanering en proefbronnering
|
Teamleider
|
Voor zover GS bevoegd gezag zijn. Omvat het nemen van besluiten. Geldt voor het grondgebied van de gemeenten die deel uitmaken van de RUD NHN, met uitzondering van de gemeente Alkmaar
Geldt voor zover nodig voor uitvoering van het project spoedlocaties voor de gehele provincie Noord-Holland, met uitzondering van de gemeente Alkmaar
Deze bevoegdheid geldt niet voor het toezicht op en handhaving van de zorgplicht en toezicht op en handhaving van de door GS gegeven aanwijzingen voor nieuwe gevallen van verontreiniging (binnen Wm inrichtingen) voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland en voor zover GS op grond van de Wabo bevoegd gezag zijn voor deze inrichtingen.
Voorafgaand overleg met PNH vereist bij het bevel tot onderzoek en sanering op grond van artikel 43 Wbb
|
2.4
|
Het milieutoezicht en de handhaving met betrekking tot bedrijfsmatige activiteiten met betrekking tot gevaarlijke afvalstoffen, bedrijfsafvalstoffen en ingezamelde huishoudelijke afvalstoffen, asbest, vuurwerkopslagen, bouwstoffen, grond, baggerspecie, meststoffen, dierlijke vetten, schroot, destructiemateriaal, explosieven voor civiel gebruik of andere gevaarlijke stoffen. Het gaat hierbij om het ketengerichte milieutoezicht
|
Teamleider
|
Voor zover GS bevoegd gezag zijn. Omvat het nemen van besluiten. Geldt voor het grondgebied van de gemeenten die deel uitmaken van de RUD NHN, met uitzondering van de gemeente Alkmaar
Uitgezonderd handhaving en toezicht op vuurwerkevenementen. Deze bevoegdheid is opgedragen aan de OD Noordzeekanaalgebied
|
2.5
|
Het uitoefenen van de bevoegdheden bij of krachtens de Scheepvaartverkeerswet en Scheepvaartverordening en de Wegenwet en Wegenverordening
|
Teamleider
|
Voor zover GS bevoegd gezag zijn. Omvat het nemen van besluiten. Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland
|
2.6
|
Toezicht en handhaving van de artikelen 3.18 en 3.19 Wet Natuurbescherming
|
Teamleider
|
Toezicht/handhaving geldt voor de besluiten die in mandaat zijn genomen, maar ook voor de besluiten die het college van GS zelf heeft genomen.
|
2.7
|
Het weigeren van een gedoogbeschikking
|
Directeur
|
|
2.8
|
Op grond van artikel 5.11 van de Awb, aanwijzen van toezichthouders voor zover de RUD NHN belast is met uitvoering van een wettelijke regeling op grond waarvan toezichthouders kunnen worden aangewezen
|
Directeur
|
|
2.9
|
Het versturen van een schriftelijke bevestiging als er geen overtredingen zijn geconstateerd
|
Medewerker
|
|
2.10
|
Het besluit omtrent de invordering van een dwangsom als bedoeld in artikel 5:37 van de Awb
|
Teamleider
|
|
2.11
|
Overleg voor het maken van afspraken met OM, politie en landelijke inspectie-en opsporingsdiensten, waaronder het periodiek afsluiten van handhavingsarrangementen
|
Medewerker
|
|
|
met het OM en de politie
|
|
|
2.12
|
Het maken van afspraken met de politie c.q. de korpschef en het FP3 over het gebruik van opsporingsbevoegdheid door en de kwaliteit van de bij de omgevingsdienst
|
Teamleider
|
|
|
werkzame BOA’s
|
|
|
2.13
|
Samenwerking met de landelijk opererende handhavingsorganisaties,
|
Teamleider
|
|
|
zoals de rijksinspecties, en de hiervoor als het aanspreekpunt voor die organisaties aan te wijzen RUD
|
|
|
2.14
|
Het opleggen van een last onder dwangsom op grond van artikel 7.2 Wet natuurbescherming
|
Teamleider
|
Geldt voor het grondgebied van de provincie Noord-Holland.
|
|
|
3.AWB, BEZWAAR/ BEROEP
|
Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.
|
3.1
|
Het vaststellen/indienen van verweerschriften, zienswijzen en andere processtukken in het kader van procedures; procesvertegenwoordiging namens het bevoegd gezag bij de administratieve rechter, inclusief het optreden ter zitting.
|
(Afdelings) manager
|
Onder deze bevoegdheid valt niet:
1.het instellen van hoger beroep;
2. de bevoegdheid tot schikken voorafgaande, tijdens of na afloop van de zitting;
Voor vertegenwoordiging ter zitting kan de directeur medewerkers schriftelijk machtigen.
|
3.2
|
Het vaststellen van verweerschriften en procesvertegenwoordiging/
|
(Afdelings) manager
|
|
3.3
|
Het voorbereiden van beslissingen op bezwaar
|
(Afdelings) manager
|
Het betreft alleen de voorbereiding bob, uitgezonderd het horen, GS horen (provinciale Hoor- en Advies Commissie) en besluiten zelf.
|
|
voeren van het woord ten behoeve van de bezwaarschriftenprocedure bij de HAC
|
Medewerker?
|
|
|
|
4. AWB ALGEMEEN
|
Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.
|
4.1
|
Beslissen tot het doorzenden van stukken op grond van artikel 2:3 van de Awb
|
Medewerker
|
|
4.2
|
Het sturen van een ontvangstbevestiging
|
Medewerker
|
|
4.3
|
Stellen van een termijn op grond van art. 4:5 Awb, waarbinnen een aanvraag kan worden aangevuld
|
Medewerker
|
|
4.4
|
Besluiten tot het niet in behandeling nemen van een aanvraag op grond van art. 4:5 Awb
|
(Afdelings) manager
|
|
4.5
|
Het voeren van correspondentie over Awb-procedures, ontheffingen, vrijstellingen en vergunningen (uitnodigingen, toezending verslagen e.d.) niet zijnde correspondentie in het kader van bezwaarschriftprocedure
|
(Afdelings) manager
|
|
4.6
|
Beantwoorden van vragen (schriftelijk)
|
(Afdelings) manager
|
Met uitzondering van schriftelijke vragen van PS-leden
|
4.7
|
Het schriftelijk opvragen van inlichtingen, stukken in het kader van de voorbereiding van besluitvorming ten aanzien van beroepschriften, goedkeuring, etc.
|
(Afdelings) manager
|
Met uitzondering van bevoegdheden op grond van de Wet Bibob.
|
4.8
|
De behandeling van en beslissing over klachten.
|
(Afdelings) manager
|
|
|
|
|
|
|
|
5. WET BIBOB
|
Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.
|
5.1
|
Het verzoek aan GS om aanvragen te toetsen aan de hand van de Wet Bibob.
|
(Afdelings) manager
|
De Bibob toetsing, onderzoek en besluitvorming verlopen geheel via GS.
|
|
|
|
|
|
|
6. WET OPENBAAR HEID VAN BESTUUR
|
Bevoegdheden worden uitsluitend opgedragen voor zover passend binnen het kader en geografisch bereik van de hierboven opgedragen vergunnings- toezichts- en handhavingstaken.
|
6.1
|
Het nemen van besluiten op verzoeken op grond en het nemen van besluiten tot actieve openbaarmaking op grond van artikel 8 van de Wob en artikel 19.1. van de Wet Milieubeheer.
|
(Afdelings) manager
|
De bevoegdheid geldt niet voor het afwijzen van Wob verzoeken. In dat geval bereidt de RUD NHN het besluit voor.
Het weigeren van een Wob verzoek omdat dat elektronisch is ingediend valt niet onder laatstgenoemde uitzondering.
|