Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2017

Besluit: 30.01.2018

Kenmerk: 2017/0409273

Inlichtingen bij: H. Coskun

Telefoon: 038 499 8381

E-mail: h.coskun@overijssel.nl

 

Gedeputeerde Staten van Overijssel

 

Delen mee dat het Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2017 als volgt is gewijzigd:

Artikel I

Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2017

Paragraaf 2.8 Vitaliteit van binnensteden (stadsarrangementen)

 

Artikel 2.8.4 komt als volgt te luiden:

Artikel 2.8.4 Grondslag subsidie

De subsidie bedraagt een forfaitair vastgesteld tarief zoals opgenomen in het stadsarrangement van de betreffende gemeente.

 

Toelichting artikel 2.8.4 vervalt

 

Artikel 2.8.4a wordt toegevoegd:

Artikel 2.8.4a Subsidiabele kosten

Artikel 1.1.5 en artikel 1.1.6 zijn niet van toepassing.

 

Toelichting: De subsidie bedraagt een forfaitair vastgesteld tarief welke bij het opstellen van het betreffende stadsarrangement is vastgesteld (lumpsum bedrag).

Artikel 2.8.6 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidieverlening

 

Lid 3 wordt toegevoegd:

  • 3.

    In afwijking van artikel 1.2.1 tweede sub c hoeft de aanvrager geen begroting en dekkingsplan te overleggen bij de aanvraag voor subsidie.

Paragraaf 3.1 Hernieuwbare energie en energiebesparing

Artikel 3.1.1 Begripsbepalingen

Na het begrip ‘primaire energie’ wordt toegevoegd:

  • -

    Regeling Bouwbesluit 2012: Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 22 december 2011, nr. 2011-2000589667, tot vaststelling van nadere voorschriften voor bouwwerken;

  • -

    zonne-energie

achter ‘PV-panelen,’ wordt toegevoegd: zonneboilers en

‘en zonneboilers’ aan het eind van de zin vervalt

Artikel 3.1.2 Subsidiabele activiteiten

In de aanhef wordt ‘het realiseren van’ vervangen door: investeringen in

Artikel 3.1.3 Criteria

Lid 1 sub a komt als volgt te luiden:

  • a.

    de aanvrager is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke rechtspersoon, een maatschap, een vennootschap onder firma, een commanditaire vennootschap, een eenmanszaak of een kerkgenootschap;

Lid 2 sub a komt als volgt te luiden:

  • a.

    met de technische voorzieningen bij nieuwbouw van utiliteitsgebouwen waarbij een EPC-eis geldt, wordt tenminste een 25% lagere EPC bereikt dan wettelijk voorgeschreven op moment van aanvraag of wordt er, indien er geen EPC-eis geldt, een reductie van tenminste 25% gehaald ten opzichte van wat gangbaar is;

    Toelichting: De EPC-eisen zijn te vinden op de website http://www.rvo.nl/ .

Artikel 3.1.5 Subsidiabele kosten

In de toelichting van sub b wordt ‘maximaal’ vervangen door: een vast tarief van

Artikel 3.1.7 Weigeringsgronden

Sub d komt als volgt te luiden:

  • d.

    voor zonne-energie al subsidie is aangevraagd of verstrekt door een ander bestuursorgaan;

    Toelichting: Dit betekent dat de aanschafkosten en loonkosten ten behoeve van de installatie voor zonne-energie niet subsidiabel zijn. Voorbeeld is de SDE+.

Sub e wordt toegevoegd:

  • e.

    subsidie wordt aangevraagd voor LED-verlichting of een HR-ketel.

Artikel 3.1.9 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidieverlening

Lid 2 sub a (ii)

‘berekening’ wordt vervangen door: onderbouwing

‘per technische voorziening’ wordt vervangen door: van de investering

‘ jaar’ vervalt 1 keer

 

Lid 2 sub a (iii),

‘berekening’ wordt vervangen door: onderbouwing

‘per technische voorziening’ wordt vervangen door: van de investering

 

Lid 2 sub a (iv) komt als volgt te luiden:

iv. onderbouwing van het eigen energieverbruik van de investering over een periode van 15 jaar in GigaJoule, kWh of Nm3, of aangeven dat geen sprake is van eigen energieverbruik van de investering;

 

Lid 2 sub a (v)

‘per technische voorziening’ wordt vervangen door: van de investering

 

Lid 2 sub a (vi)

vervallen

 

Lid 2 sub a (vii)

vervallen

 

Lid 2 sub b komt als volgt te luiden:

  • b.

    een ingevulde door de provincie beschikbaar gestelde rekentool “Berekening vermeden primaire energie”, waaruit het vermeden primaire energieverbruik over een periode van 15 jaar in Gigajoule, Kwh of Nm3 blijkt;

    Toelichting: De rekentool is te vinden op www.overijssel.nl/subsidie .

lid 2 sub c

na ‘een’ wordt toegevoegd: ingevuld

 

lid 2 sub f (i) komt als volgt te luiden:

  • i.

    bij nieuwbouw: EPC-waarde zoals wettelijk vereist volgens Regeling Bouwbesluit 2012 en een EPC berekening inclusief aanvullende technische voorzieningen die inzichtelijk maakt hoe de aanvullende technische voorzieningen bijdragen aan de verbetering van de EPC of, indien geen EPC-eis geldt, een energiebalans berekening uitgedrukt in MJ/m2;

Artikel 3.1.11 Volgorde van behandeling

Lid 2 scoretabel 1

Sub b ‘de subsidiabele kosten’ wordt vervangen door: het aangevraagd subsidiebedrag

Paragraaf 3.3 Energiebesparende maatregelen (geld terug actie)

Artikel 3.3.4 Grondslag subsidie

Lid 1

‘per aanvrager’ wordt vervangen door: per aanvraag

 

Aan lid 1 wordt de volgende toelichting toegevoegd:

Toelichting: Overeenkomstig artikel 3.3.8 lid 1 sub c kan een aanvrager maximaal 1 keer subsidie per vestigingsadres ontvangen.

Paragraaf 3.5 Energielening Overijssel

Artikel 3.5.3 Criteria

sub f komt als volgt te luiden:

  • f.

    de hoofdsom van de energielening bedraagt minimaal € 10.000,– en maximaal € 100.000,- en bestaat uit 100% van de afsluitkosten en maximaal 75% van de overige subsidiabele kosten;

Artikel 3.5.5 Subsidiabele kosten

Achter ‘te krijgen’ wordt toegevoegd: en de afsluitkosten van de energielening van € 1.500,-

 

Er wordt een nieuwe paragraaf toegevoegd:

Paragraaf 3.11 Earth Hour Overijssel

Algemene toelichting

De visie van provincie Overijssel op duurzaamheid bestaat uit de overkoepelende missie Mooi, Leefbaar en Toekomstbestendig Overijssel en vijf kernambities:

  • -

    Een klimaatbestendig Overijssel;

  • -

    Een duurzame energiehuishouding;

  • -

    Kringlopen sluiten, of toegroeien naar een circulaire economie;

  • -

    Beter benutten van ruimte, bestaande bebouwing en infrastructuur;

  • -

    Natuur als ruggengraat.

Deze vijf duurzaamheidsambities zijn opgenomen in de omgevingsvisie evenals de opgave om te werken aan een gezond en veilig leefmilieu.

 

In de provincie vinden veel initiatieven plaats die deze ambities verder brengen of die bijdragen aan meer bewustzijn, kennis en inspiratie bij inwoners en bedrijven over de uitdagingen ten aanzien van duurzaamheid.

 

Earth Hour is een wereldwijde actie van het Wereld Natuur Fonds (WNF). Tijdens Earth Hour gaat bij gebouwen en woningen het licht een uur uit om aandacht te vragen voor het behoud van de aarde. Samen met miljoenen mensen over de hele wereld tellen honderden kinderen en volwassen in Overijssel gezamenlijk op de laatste zaterdag in maart om 20:30 uur af en staan zo een uur stil bij de aarde en de eigen leefomgeving.

 

Op basis van deze subsidieparagraaf kunnen initiatiefnemers subsidie ontvangen voor het organiseren en uitvoeren van deze bewustwordingsacties. Met de activiteiten vragen initiatiefnemers en deelnemers aandacht voor een duurzaam en gezond Overijssel, geven ze een signaal af en inspireren zij inwoners en bedrijven om in actie te komen en samen te werken. Voorbeelden van eerder georganiseerde activiteiten zijn inspiratiebijeenkomsten zoals twiners (Twitter-Wine-Diner), een nachtwandeling, sterren kijken, lichtjestoer, muziek, verhalenvertellers, theater, schilderen in het donker, een fotowedstrijd licht-donker en foto expositie. De te organiseren activiteiten voor Earth Hour Overijssel zijn gericht op de kernambities duurzaamheid.

Artikel 3.11.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

Earth Hour: een wereldwijde actie van het Wereld Natuur Fonds (WNF). Tijdens Earth Hour gaat bij gebouwen en woningen het licht een uur uit om aandacht te vragen voor het behoud van de aarde.

 

Toelichting: Earth Hour 2018 vindt plaats op 24 maart 2018.

Artikel 3.11.2 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor het voorbereiden en uitvoeren van aan Earth Hour 2018 gerelateerde activiteiten in Overijssel.

Artikel 3.11.3 Criteria

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 3.11.2 voldoet aan de volgende criteria:

  • a.

    er is sprake van een aanpak waarbij bewustwording over duurzaamheid centraal staat;

  • b.

    minimaal 200 inwoners van de betreffende gemeente doen mee of worden bereikt.

Artikel 3.11.4 Grondslag subsidie

De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 5.000,- per aanvraag waarin is inbegrepen maximaal € 500,- voor eventuele catering.

Artikel 3.11.5 Subsidiabele kosten

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.1.6 eerste lid zijn de vergoedingen voor de inzet in uren van vrijwilligers wel subsidiabel tegen een maximum uurtarief van € 15,– per uur.

  • 2.

    In afwijking van artikel 1.1.6 derde lid zijn kosten die gemaakt zijn voordat de aanvraag is ontvangen wel subsidiabel, mits deze betrekking hebben op activiteiten die na 1 januari van het betreffende kalenderjaar zijn uitgevoerd.

Artikel 3.11.6 Indieningstermijn aanvraag tot subsidieverlening

In afwijking van artikel 1.2.2 geldt dat een aanvraag om subsidie ontvangen moet zijn uiterlijk op 1 maart van het betreffende kalenderjaar vóór 17.00 uur.

Artikel 3.11.7 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidieverlening

De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Earth Hour Overijssel.

Artikel 3.11.8 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks een subsidieplafond vast.

Artikel 3.11.9 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 1.1.7 weigeren Gedeputeerde Staten de subsidie indien:

  • a.

    in het betreffende kalenderjaar, de aanvrager al subsidie heeft ontvangen op basis van deze subsidieparagraaf;

  • b.

    in het betreffende kalenderjaar al twee keer subsidie is verleend op basis van deze subsidieparagraaf aan een Earth Hour evenement in de betreffende gemeente;

  • c.

    de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op een buurtfeest;

  • d.

    de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op een bewustwordingscampagne via de media.

Artikel 3.11.10 Verplichtingen subsidieontvanger

In aanvulling op artikel 1.4.1, 1.4.5 en 1.4.6 is de subsidieontvanger verplicht bij te houden hoeveel inwoners in Overijssel zijn bereikt of deel hebben genomen.

Paragraaf 6.13 Kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt

Ingetrokken

Paragraaf 6.15 HRM scholingsregeling MKB

Algemene toelichting

Laatste zin in de algemene toelichting vervalt

Artikel 6.15.1 Begripsbepalingen

  • -

    maatwerkontwikkeltraject

toelichting komt als volgt te luiden:

Toelichting: Voorbeelden van technologische ontwikkelingen zijn automatisering, robotisering en 3d-printing. Scholingsontwikkelingstrajecten zijn bijvoorbeeld gericht op vakgerelateerde en/of 21e eeuwse vaardigheden zoals vastgesteld door het SLO (Stichting Leerplan Ontwikkeling). Dit betreffen de volgende vaardigheden: creatief denken, probleem oplossen, computational thinking, informatie vaardigheden, ICT basis vaardigheden, media wijsheid, communiceren, samenwerken, sociale & culturele vaardigheden, zelfregulering, kritisch denken.

Artikel 6.15.2 Subsidiabele activiteiten

Sub b komt als volgt te luiden:

  • b.

    de volgende maatwerkontwikkeltrajecten:

    • i.

      arrangement 1: Minimaal vier maatwerkontwikkeltrajecten voor medewerkers die niet hoger dan een MBO 3 opleiding hebben gevolgd;

    • ii.

      arrangement 2: Minimaal acht maatwerkontwikkeltrajecten voor medewerkers die niet hoger dan een MBO 3 opleiding hebben gevolgd.

Artikel 6.15.3 Criteria

Sub b vervalt

 

Artikel 6.15.4 komt als volgt te luiden:

Artikel 6.15.4 Grondslag

De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 10.000,– per aanvraag voor arrangement 1 en een maximum van € 20.000,- per aanvraag voor arrangement 2.

 

Toelichting: De afdracht van bedrijven aan opleidingsfondsen kan worden ingezet als cofinanciering.

Paragraaf 6.16 Kiezen voor techniek in het primair en voortgezet onderwijs

Ingetrokken

Paragraaf 6.22 Kiezen, leren en werken in de techniek

Ingetrokken

Paragraaf 6.24 Duurzame ondersteuning startende ondernemers

Artikel 6.24.5 Indieningstermijn aanvraag tot subsidieverlening

‘2017’ wordt vervangen door: 2018

Paragraaf 6.25 Vernieuwende arbeidsmobiliteitsconcepten

Ingetrokken

Paragraaf 6.29 1000 Kansen voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt

Algemene toelichting

 

De provincie werkt aan een regionale economie, waarin mensen zo veel mogelijk de kans krijgen om mee te doen. Niet door te kijken naar beperkingen, maar naar mogelijkheden. Ondanks hun zwakkere arbeidsmarktpositie, biedt de economische groei ook kansen aan mensen uit kwetsbare doelgroepen op de arbeidsmarkt. Hun arbeidspotentieel is van groot belang om te voorkomen dat een tekort aan personeel een remmende factor wordt voor de regionale economie. In deze subsidieparagraaf wordt onder kwetsbare groepen verstaan, kwetsbare jongeren, kwetsbare ouderen en statushouders.

 

De provincie wil dat minimaal 1.000 mensen, die tot de kwetsbare groepen behoren perspectief op werk krijgen. Op grond van deze subsidieparagraaf kunnen ondernemers, gemeenten of onderwijsinstellingen subsidie aanvragen voor leerwerktrajecten voor deze doelgroep. Aan het eind van een leerwerktraject is de kans op betaald werk voor de betreffende kwetsbare jongere, kwetsbare oudere of statushouder vergroot.

 

Een aanvraag kan ingediend worden voor zowel één of meerdere leerwerktrajecten.

Artikel 6.29.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

  • -

    kwetsbare groepen: kwetsbare jongere, kwetsbare oudere of statushouder woonachtig in Overijssel;

  • -

    kwetsbare jongere: een jongere of jong volwassene tussen de 16 en 27 jaar die moeite heeft met het behalen van een startkwalificatie, dan wel een grote afstand heeft tot de arbeidsmarkt en er niet of nauwelijks in slaagt daar een duurzame positie te verwerven. Dit maakt hem kwetsbaar, gezien de complexe eisen die de huidige samenleving stelt;

    Toelichting: Een startkwalificatie is het hebben van een diploma havo, vwo, mbo niveau 2 of hoger.

  • -

    kwetsbare oudere: een werkloze van 55 jaar en ouder waarbij sprake is van een lage kans op werkhervatting en langdurige werkloosheid, geringe investeringen in kennis en beperkte mobiliteit;

  • -

    leerwerktraject: een traject waarbij werkervaring wordt opgedaan in combinatie met scholing of passende begeleiding, met als doel het vergroten van de kansen op betaald werk;

    Toelichting: Het kan gaan om een leerwerktraject waarbij scholing en het opdoen van werkervaring al dan niet in combinatie met jobcoaching richting beschikbare vacatures passend bij de kenmerken van regio centraal staat.

  • -

    statushouder: een vreemdeling van 18 jaar of ouder die in Nederland een ‘verblijfsvergunning asiel’ voor bepaalde tijd heeft aangevraagd en als gevolg daarvan een verblijfsvergunning heeft ontvangen als bedoeld in artikel 8, onder a, b, c of d, van de Vreemdelingenwet 2000.

Artikel 6.29.2 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor:

  • a.

    leerwerktrajecten voor kwetsbare groepen;

  • b.

    voorbereiding en organisatie van tien of meer leerwerktrajecten voor kwetsbare groepen.

Artikel 6.29.3 Criteria

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 6.29.2 voldoet aan de volgende criteria:

  • a.

    de aanvrager is een Overijsselse gemeente, een onderwijsinstelling, een onderneming of een collectief van ondernemingen met een vestiging in Overijssel;

    Toelichting: Onder onderneming wordt, volgens artikel 1.1.1, verstaan een natuurlijke of rechtspersoon die tegen betaling een product of dienst op de markt brengt, ongeacht de rechtsvorm of de wijze van financiering.

  • b.

    een leerwerktraject wordt gevolgd voor minimaal 20 uur per week, gedurende minimaal drie en maximaal twaalf maanden;

  • c.

    indien de aanvrager een gemeente of een onderwijsinstelling is wordt samengewerkt met minimaal één onderneming uit Overijssel, die het leerwerktraject aanbiedt;

  • d.

    indien de aanvrager een uitzendbureau is wordt samengewerkt met een gemeente en minimaal één onderneming uit Overijssel, die het leerwerktraject aanbiedt;

  • e.

    indien de te verstrekken subsidie staatssteun oplevert in de zin van artikel 107 eerste lid van het VWEU, dan voldoet de subsidie:

    • i.

      als bedoeld in artikel 6.29.2 sub a aan artikel 31 of 35 van de AGVV;

    • ii.

      als bedoeld in artikel 6.29.2 sub b aan de de-minimisverordening.

Artikel 6.29.5 Grondslag subsidie

  • a.

    De subsidie als bedoeld in artikel 6.29.2 sub a bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 2.500,- per leerwerktraject.

  • b.

    De subsidie als bedoeld in artikel 6.29.2 sub b bedraagt maximaal 10% van de totale subsidie als bedoeld onder sub a.

Artikel 6.29.6 Subsidiabele kosten

Indien sprake is van subsidie als bedoeld in artikel 6.29.2 sub a dan zijn de volgende kosten overeenkomstig artikel 1.1.5 eerste dan wel derde lid subsidiabel:

  • a.

    kosten van de scholing;

  • b.

    kosten van de begeleiding.

Toelichting: Dit betekent dat de loonkosten van de kwetsbare jongeren, kwetsbare ouderen of statushouders niet subsidiabel zijn. Wat betreft de subsidiabele kosten van de activiteit als bedoeld in artikel 6.29.2 sub b geldt artikel 1.1.5 en artikel 1.1.6.

Artikel 6.29.7 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidieverlening

De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier 1000 Kansen voor kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt.

 

Toelichting: Conform artikel 1.2.1 wordt een begroting en een dekkingsplan meegestuurd bij de aanvraag voor subsidie.

Artikel 6.29.8 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks een subsidieplafond vast.

Artikel 6.29.9 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 1.1.7 weigeren Gedeputeerde Staten de subsidie indien:

  • a.

    de aanvraag betrekking heeft op een inburgeringstraject, stageplek, regulier bekostigd onderwijs, vrijwilligerswerk of dagbesteding;

  • b.

    uitsluitend een aanvraag wordt ingediend voor subsidie als bedoeld in artikel 6.29.2 sub b.

Artikel 6.29.10 Vaststelling subsidies tot € 25.000

In afwijking van artikel 1.5.1 worden subsidies tot € 25.000,- vastgesteld conform artikel 1.5.2.

Artikel 6.29.11 Aanvullende stukken bij de aanvraag tot subsidievaststelling

In aanvulling op artikel 1.5.2 tweede lid overlegt de aanvrager bij de aanvraag tot vaststelling tevens een door de onderneming die leerwerktraject aanbiedt en de betreffende kwetsbare jongere, kwetsbare oudere of statushouder ondertekend evaluatieformulier, conform format van de provincie.

 

Toelichting: Het format evaluatieformulier is te vinden op www.overijssel.nl/subsidie .

Paragraaf 9.1 Uitvoering Ontwikkelopgave Natura 2000

Artikel 9.1.5 Subsidiabel kosten

Lid 4

‘HCIP-index’ wordt vervangen door: HICP-index

Artikel II Inwerkingtreding

Wijzigingen treden in werking 1 dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

Naar boven