Provinciaal blad van Limburg
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Limburg | Provinciaal blad 2018, 8120 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Limburg | Provinciaal blad 2018, 8120 | Overige besluiten van algemene strekking |
Reglement van orde voor de Statencommissies Provincie Limburg 2018
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit Reglement van Orde wordt verstaan onder:
Artikel 2 Instelling, samenstelling en taak van de Statencommissies
Provinciale Staten stellen bij afzonderlijk Statenbesluit de Statencommissies in en bepalen daarbij de taakvelden en de omvang van de Statencommissies. Dit Reglement van Orde voor de Statencommissies provincie Limburg is van toepassing op alle door Provinciale Staten op grond van artikel 80 van de Provinciewet ingestelde Statencommissies. Waar mogelijk passen de Statencommissies, ingesteld op grond van de artikelen 81 en 82 van de Provinciewet, dit Reglement van Orde ook toe, voor zover niet in strijd met de aard en de taak van dergelijke Statencommissies.
Een voorstel dat behoort tot het taakveld van één van de Statencommissies en zich naar het oordeel van het Presidium leent voor besluitvorming door Provinciale Staten, zonder voorafgaande advisering door een Statencommissie, wordt rechtstreeks op de conceptagenda van Provinciale Staten geplaatst, nadat daarover met de commissievoorzitter overleg is gevoerd.
De daartoe door Provinciale Staten aangewezen Statencommissie informeert Provinciale Staten over haar bevindingen naar aanleiding van de sondering van het jaarlijkse onderzoeksplan van Gedeputeerde Staten voor de in het erop volgende jaar te verrichten interne onderzoeken naar doelmatigheid en doeltreffendheid.
Artikel 6 Regeling Grote Projecten
De Statencommissie, belast met het taakveld waartoe een project of activiteit behoort dat valt onder de Regeling Grote Projecten, is belast met de controle op die activiteit of dat project. Onder deze controle wordt zowel de check per activiteit of project op de juiste toepassing van de Regeling Grote Projecten verstaan als het inhoudelijk oordeel over de stand van zaken van het project of de activiteit.
Hoofdstuk 2 De vergaderingen van de Statencommissies
Artikel 7 Oproep en openbare kennisgeving
De commissievoorzitter, of de commissiegriffier namens deze, zendt tenminste veertien dagen voor een vergadering de commissieleden en de leden van Gedeputeerde Staten een schriftelijke oproep onder vermelding van dag, tijdstip en plaats van de vergadering. In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter de schriftelijke oproep minder dan veertien dagen voor de vergadering verzenden.
De Statencommissies vergaderen in de regel op vrijdag conform het door het Presidium vastgestelde vergaderschema. Een Statencommissie vergadert voorts indien de voorzitter het nodig oordeelt of indien tenminste een vijfde van het aantal commissieleden schriftelijk, met opgave van redenen, daarom verzoekt.
Datum, aanvangstijdstip en plaats, conceptagenda en vergaderstukken (voor zover het geen stukken betreft waar geheimhouding op rust) worden voor elke commissievergadering openbaar gemaakt door plaatsing op de website www.limburg.nl/ProvincialeStaten.
Op voorstel van de commissievoorzitter dan wel op verzoek van een commissielid of een lid van Gedeputeerde Staten kan een onderwerp aan de conceptagenda worden toegevoegd. Het verzoek dient tenminste zeven dagen voor aanvang van de vergadering bij de commissievoorzitter te worden ingediend. Het verzoek moet gemotiveerd zijn en betrekking hebben op een actuele ontwikkeling binnen het werkgebied van de Statencommissie, terwijl met de agendering van het onderwerp niet gewacht kan worden tot een volgende commissievergadering. De commissievoorzitter beslist op het verzoek. De commissievoorzitter kan beslissen het verzoek niet te honoreren, indien hij het onderwerp niet voldoende nauwkeurig acht aangegeven of indien het een onderwerp betreft dat niet te maken heeft met provinciaal bestuur. Hij kan eveneens beslissen een verzoek niet te honoreren indien het onderwerp al via schriftelijke vragen als bedoeld in artikel 39 van het Reglement van orde van Provinciale Staten provincie Limburg aan Gedeputeerde Staten is voorgelegd en deze vragen nog niet beantwoord zijn of het onderwerp al voor een vergadering van een Statencommissie of van Provinciale Staten geagendeerd is.
In de regel wordt op maandag voor de commissievergadering via de nazending een gewijzigde conceptagenda verstuurd indien er nagekomen ingekomen stukken zijn dan wel de conceptagenda anderszins gewijzigd is. In spoedeisende gevallen kan de commissievoorzitter tot uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering een aanvullende conceptagenda opstellen. Nagekomen ingekomen stukken die betrekking hebben op een al geagendeerd voorstel worden tot aan de vergadering toegevoegd aan de conceptagenda met het doel deze te betrekken bij de behandeling van het voorstel waarop de nagekomen ingekomen stukken betrekking hebben.
Bij aanvang van de vergadering stelt de Statencommissie de agenda vast. Bij de vaststelling van de agenda worden de vragen voor de rondvraag geïnventariseerd, die vervolgens, zonder debat in de commissie, door de portefeuillehouders beantwoord worden. Op verzoek van een commissielid of op voorstel van de commissievoorzitter kan de Statencommissie de volgorde van behandeling van de agendapunten wijzigen.
Wanneer de Statencommissie een onderwerp of voorstel onvoldoende voorbereid acht voor de beraadslaging, kan zij aan Gedeputeerde Staten of de Commissaris van de Koning, of in geval van een initiatiefvoorstel aan de indiener(s) daarvan, nadere inlichtingen of advies vragen. De Statencommissie bepaalt in welke vergadering het onderwerp of voorstel opnieuw wordt geagendeerd.
Artikel 10 Ter inzage leggen van stukken
Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op de agenda dienen, worden bij het betreffende agendapunt digitaal gepubliceerd op de agenda van de commissievergadering. Alleen indien stukken ter toelichting naar het oordeel van de Griffie vanwege de omvang niet goed digitaal gepubliceerd en/of geraadpleegd kunnen worden, worden deze bij het verzenden van de oproep voor een ieder bij de Griffie ter inzage gelegd tot het moment waarop de commissievergadering heeft plaatsgevonden. De commissievoorzitter maakt van de terinzagelegging melding op www.limburg.nl/ProvincialeStaten (de openbare kennisgeving bedoeld in artikel 19 van de Provinciewet). Indien na het verzenden van de schriftelijke oproep stukken ter inzage worden gelegd, wordt hiervan mededeling gedaan aan de Statenleden en zo mogelijk op www.limburg.nl/ProvincialeStaten.
Tijdens de vergadering biedt de commissiegriffier de presentielijst ter tekening aan aan de commissieleden en de commissievoorzitter. Statenleden die aanwezig zijn als toehoorder kunnen ook de presentielijst tekenen. Zij melden zich daartoe bij de commissiegriffier. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de commissievoorzitter en de commissiegriffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 12 Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning
Gedeputeerde Staten en de Commissaris van de Koning zijn in de commissievergadering waarin hun portefeuille aan de orde komt aanwezig en kunnen op aangeven van de commissievoorzitter deelnemen aan de beraadslagingen.
Artikel 13 Opening vergadering; quorum
Wanneer een kwartier na het vastgestelde tijdstip niet het vereiste aantal commissieleden aanwezig is, bepaalt de commissievoorzitter onder verwijzing naar dit artikel, na voorlezing van de namen van de afwezige commissieleden, dag en uur van de volgende vergadering, op een tijdstip dat tenminste 24 uur na het moment van de oproeping is gelegen.
Artikel 14 Spreekrecht externen
Na de opening van de vergadering kunnen externen gezamenlijk gedurende maximaal dertig minuten het woord voeren over geagendeerde onderwerpen. Onder externen worden onder andere begrepen burgers, organisaties, andere overheidsorganisaties en bedrijven. Het spreekrecht externen staat niet open voor GS- en PS-leden, Statenfracties en de onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen voor zover zij uit hoofde van hun functie gebruik zouden willen maken van het spreekrecht externen.
Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit tenminste 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier. Hij vermeldt daarbij het onderwerp, waarover hij het woord wil voeren, zijn naam, adres en zijn telefoonnummer en, indien aan de orde, namens welke organisatie hij spreekt.
Artikel 16 Deelname aan de beraadslaging door anderen
Onverminderd artikel 21 Provinciewet kunnen de Statencommissies op enig moment besluiten dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslagingen.
Artikel 18 Handhaving orde; schorsing
Indien een commissielid zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaat, afwijkt van het in behandeling zijnde onderwerp, een ander commissielid herhaaldelijk interrumpeert terwijl de commissievoorzitter hem dit heeft verboden, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de commissievoorzitter tot de orde geroepen. Indien de spreker hieraan geen gevolg geeft kan de commissievoorzitter hem tijdens de vergadering waarin dit plaatsvindt, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
De commissievoorzitter kan besluiten een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Het commissielid verlaat de vergadering onmiddellijk. Zo nodig laat de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.
Artikel 19 Advies Statencommissie
Een Statencommissie kan een informerend of sonderend stuk van Gedeputeerde Staten doorsturen naar Provinciale Staten met het advies aan het Presidium om het informerend of sonderend stuk als Statenvoorstel op de conceptagenda van de vergadering van Provinciale Staten te plaatsen. De Statencommissie stelt Gedeputeerde Staten daarvan in kennis. De Statencommissie kan ook zelf naar aanleiding van een sonderend of informerend stuk van Gedeputeerde Staten voor het Presidium een Statenvoorstel formuleren, dan wel aan Gedeputeerde Staten verzoeken een Statenvoorstel aan Provinciale Staten aan te reiken.
Artikel 20 Verslag, lijst van moties en toezeggingen, geluidsbestand
het conceptverslag van de voorgaande vergadering wordt zo spoedig mogelijk digitaal gepubliceerd op www.limburg.nl/ProvincialeStaten.
De commissieleden, de commissievoorzitter, de commissiegriffier, de gedeputeerden, de Commissaris van de Koning en overige personen die tijdens de vergadering het woord gevoerd hebben ontvangen per e-mail een link naar het conceptverslag. Zij kunnen een voorstel tot verandering van het conceptverslag doen, indien het conceptverslag onjuistheden bevat of niet duidelijk weergeeft wat gezegd of besloten is. Een voorstel tot verandering wordt uiterlijk 7 dagen voor aanvang van de vergadering bij de commissiegriffier ingediend.
Van de vergadering die niet in beslotenheid plaatsvindt, wordt een geluidsopname gemaakt, die wordt opgeknipt per agendapunt en per spreker. De opgeknipte geluidsopname wordt digitaal gepubliceerd op www.limburg.nl/ProvincialeStaten.
De commissiegriffier draagt zorg voor monitoring van toezeggingen, gedaan tijdens de commissievergaderingen, alsmede van in de Statenvergaderingen aangenomen moties en gedane toezeggingen. De commissiegriffier stelt hiertoe een monitoringslijst op, waarop procesinformatie over de stand van zaken van de afdoening wordt opgenomen. Deze procesinformatie reiken Gedeputeerde Staten c.q. de Commissaris van de Koning via de Griffie aan de Statencommissies aan, voor zover de afdoening van de moties en toezeggingen onder de verantwoordelijkheid van Gedeputeerde Staten c.q. de Commissaris van de Koning vallen.
Artikel 21 Lijst ingekomen stukken
Een commissielid of een lid van Gedeputeerde Staten kan aan de commissievoorzitter verzoeken een ingekomen stuk te agenderen als bespreekstuk. De commissievoorzitter beslist op verzoeken om bespreekstukken. De behandeling van bespreekstukken in de commissievergadering wordt beperkt tot het de door het Statenlid aangedragen motivering om van een ingekomen stuk een bespreekstuk te maken.
De commissievoorzitter kan in spoedeisende gevallen besluiten om ingekomen stukken per direct in handen te stellen van Gedeputeerde Staten. Van een spoedeisend geval is in elk geval sprake indien voor de afhandeling van een ingekomen stuk wettelijke termijnen gelden, zoals bij juridische procedures.
Artikel 22 Toepassing reglement op besloten vergaderingen
Op een besloten vergadering zijn de bepalingen van dit Reglement van Orde van overeenkomstige toepassing voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 24 Opheffing geheimhouding
Voor afloop van de besloten vergadering beslist de Statencommissie overeenkomstig artikel 91 van de Provinciewet of omtrent de inhoud van de stukken en het verhandelde geheimhouding zal gelden. De Statencommissie dan wel Provinciale Staten kunnen besluiten de geheimhouding op te heffen.
Artikel 25 Toehoorders en pers
Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare commissievergaderingen bij op de voor hen bestemde plaatsen. Zij verlaten de vergadering op het moment waarop een openbare commissievergadering (eventueel tijdelijk) een besloten commissievergadering wordt. De vertegenwoordigers van de pers nemen daarbij al hun apparatuur mee.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2018-8120.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.