Provinciaal blad van Utrecht
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2018, 81 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Utrecht | Provinciaal blad 2018, 81 | Verordeningen |
Besluit van Gedeputeerde Staten van Utrecht van 26 september 2017, nummer 81B36E5, tot wijziging van de Regeling aanvullende voorzieningen bij werkeloosheid (krachtens Artikel B.13 van de CAP)
PARAGRAAF 1 AANVULLENDE VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID
ARTIKEL 1 BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze regeling wordt verstaan onder:
ongemaximeerd dagloon: het ongemaximeerd dagloon op basis van artikel 1b van de Werkloosheidswet met betrekking tot een loontijdvak van een dag;
diensttijd: tijd, doorgebracht als overheidswerknemer in de zin van artikel 2.4, onderdeel a, van het pensioenreglement die in aanmerking komt als pensioengeldige tijd, bedoeld in artikel 5.1 van het pensioenreglement, en tijd doorgebracht als werknemer in dienst van de overheid van lidstaten van de Europese Economische Ruimte, met dien verstande dat van tijd die door ontslag onderbroken is geweest de tijd vóór de onderbreking slechts meetelt als de onderbreking korter dan een jaar heeft geduurd.
ARTIKEL 2 RECHT OP AANVULLENDE VOORZIENINGEN BIJ WERKLOOSHEID
De ambtenaar die ontslag in verband met ziekte en arbeidsongeschiktheid is verleend en die bij zijn ontslag door het UWV in het kader van de uitvoering van de WIA voor minder dan 35% arbeidsongeschikt is verklaard heeft onder voorwaarden recht op een aanvullende uitkering bij werkloosheid.
De ambtenaar die ontslag op grond van artikel B.9, onderdeel o, van de CAP is verleend heeft recht op een aanvullende voorziening die naar het oordeel van Gedeputeerde Staten met het oog op de omstandigheden redelijk is te achten. Deze voorziening is in geen geval minder dan de aanspraak bij reorganisatieontslag.
ARTIKEL 3 DUUR VAN DE AANVULLENDE VOORZIENINGEN
De nawettelijke uitkering van de oud-ambtenaar die bij zijn ontslag 59 jaar of ouder is, wordt verlengd tot de dag waarop hij de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt, als hij direct voorafgaand aan zijn ontslag zonder onderbreking van meer dan twee maanden vijf jaar in dienst is geweest van een of meer provincies.
ARTIKEL 4 VOORWAARDEN RECHT OP AANVULLENDE VOORZIENINGEN
De oud-ambtenaar heeft recht op aanvullende voorzieningen voor de uren dat hem reorganisatieontslag of ontslag in verband met ziekte en arbeidsongeschiktheid is verleend vanuit de provinciale dienst en voor zover op grond daarvan recht is ontstaan op een WW-uitkering.
PARAGRAAF 2 AANVULLENDE UITKERING OP DE WW
De aanname is dat de WW-uitkering, het ziektegeld of een uitkering op grond van de Wet Arbeid en Zorg worden ontvangen.
ARTIKEL 6 HOOGTE AANVULLENDE UITKERING
De WW-uitkering wordt na ontslag gedurende de eerste 12 maanden per dag aangevuld tot 80% van het ongemaximeerde dagloon en tijdens de resterende uitkeringsduur tot 70% van het ongemaximeerde dagloon waarbij eventuele andere inkomsten verrekend worden volgens de verrekeningssystematiek die geldt voor de WW-uitkering.
ARTIKEL 7 AANVULLENDE UITKERING BIJ ZIEKTE, ZWANGERSCHAP EN BEVALLING
De oud-ambtenaar die tijdens de periode dat hij recht heeft op WW-uitkering door ziekte ongeschikt is te werken en daarom een uitkering op basis van de Ziektewet ontvangt heeft recht op een aanvullende uitkering. De duur van de aanvullende uitkering is gelijk aan de duur van de uitkering op basis van de Ziektewet. De hoogte van de aanvullende uitkering is gelijk aan de aanvullende uitkering op de WWuitkering die voor hem zou hebben gegolden als hij niet ziek was geweest.
Als de oud-ambtenaar een uitkering ontvangt op basis van artikel 29a van de Ziektewet, dan wordt de aanvullende uitkering per dag aangevuld tot 100% van het ongemaximeerde dagloon.
Als de oud-ambtenaar met recht op een WW-uitkering, in verband met zwangerschap en bevalling een uitkering op grond van de http://wetten.overheid.nl/jci1.3:c:BWBR0013008&z=2017-01-01&g=2017-01-01http://wetten.overheid.nl/jci1.3:c:BWBR0013008&z=2017-01-01&g=2017-01-01 ontvangt dan wordt die uitkering per dag aangevuld tot 100% van het ongemaximeerde dagloon.
Het verplichtingen- en sanctieregime van de Ziektewet is ook van toepassing op de aanvullende uitkering.
ARTIKEL 8 AANVULLENDE OVERLIJDENSUITKERING
Bij overlijden van de oud-ambtenaar met recht op een aanvullende uitkering wordt de overlijdensuitkering van de Ziektewet, per dag aangevuld tot 100% van het ongemaximeerde dagloon.
ARTIKEL 9 OVERIGE REGELS AANVULLENDE UITKERING
Een sanctie in verband met het niet houden aan verplichtingen op basis van artikel 24, 25 of 26 van de Werkloosheidswet wordt niet gecompenseerd in de aanvullende uitkering.
De oud-ambtenaar die ontslag op aanvraag is verleend na het reorganisatiebesluit en die hierdoor een sanctie op basis van de Werkloosheidswet in verband met verwijtbare werkloosheid is opgelegd heeft recht op een werkloosheidsuitkering die hij gehad zou hebben als er geen sanctie zou zijn opgelegd.
PARAGRAAF 3 NAWETTELIJKE UITKERING
ARTIKEL 11 HOOGTE NAWETTELIJKE UITKERING
De nawettelijke uitkering bedraagt per dag 70% van het ongemaximeerde dagloon waarbij eventuele andere inkomsten verrekend worden volgens de WW-systematiek.
ARTIKEL 12 AANVULLENDE REGELS NAWETTELIJKE UITKERING
Voor de nawettelijke uitkering gelden dezelfde regels als voor de aanvullende uitkering waarbij geldt dat de nawettelijke uitkering niet eindigt als de oud-ambtenaar ziek of arbeidsongeschikt wordt.
ARTIKEL 14 OVERLIJDENSUITKERING
Na zijn overlijden wordt de oud-ambtenaar die bij zijn overlijden recht had op een nawettelijke uitkering, onder overeenkomstige toepassing van artikel 35 van de Ziektewet een overlijdensuitkering toegekend die per dag gelijk is aan 100% van het ongemaximeerde dagloon.
De overlijdensuitkering wordt verminderd met het bedrag van de uitkering waarop de nagelaten betrekkingen van de oud-ambtenaar door zijn overlijden aanspraak kunnen maken uit hoofde van een of meer werkloosheidsuitkeringen, arbeidsongeschiktheidsuitkeringen, uitkeringen op grond van de Ziektewet dan wel uitkeringen die naar aard en strekking overeenkomen met deze uitkeringen waarop de oud-ambtenaar recht had.
PARAGRAAF 4 OVERIGE BEPALINGEN AANVULLENDE EN NAWETTELIJKE UITKERING
Het ongemaximeerde dagloon wordt aangepast aan de in de provincies geldende algemene salariswijziging.
ARTIKEL 16 VERHUISKOSTENVERGOEDING
De oud-ambtenaar die elders gaat werken kan voor de kosten voor een noodzakelijke verhuizing, een tegemoetkoming worden verleend tot maximaal het bedrag van de daarvoor geldende verhuiskostenregeling.
ARTIKEL 18 EENMALIGE UITKERING
De ambtenaar die ontslag is verleend
na afloop van een periode waarin hij op grond van artikel 125c van de Ambtenarenwet tijdelijk is ontheven van de waarneming van zijn functie, en volgens Gedeputeerde Staten niet in een passende functie herplaatst kan worden;
heeft recht op een eenmalige uitkering bij ontslag als het ontslag in overwegende mate is toe te rekenen aan schuld van de provincie.
ARTIKEL 19 DOORWERKING WETTELIJKE MAATREGELEN
Tenzij in het SPA anders is overeengekomen werken algemene neerwaartse wijzigingen in duur en hoogte van de uitkering op grond van de Werkloosheidswet - anders dan door wijzigingen als gevolg van individuele feiten en omstandigheden - vanaf de in het Staatsblad vermelde datum van inwerkingtreden door in de duur en hoogte van de aanvullende en nawettelijke uitkering.
Deze wijziging behelst een technische wijziging van de regeling Aanvullende voorzieningen bij werkeloosheid waardoor deze weer aansluit op de WW wetgeving. Door diverse wijzigingen in de WW wetgeving en de EU richtlijnen sinds 2007 klopten de verwijzingen in de Regeling niet meer. Met deze wijzigingen is dat gerepareerd en is de regeling ook beter te begrijpen gemaakt voor de direct betrokkenen. Deze wijziging betreft geen inhoudelijke wijzigingen van de regeling.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2018-81.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.