Besluit van Provinciale Staten van 20 december 2017, nr. 7055, tot wijziging van de Verordening ruimte 2014 voor wat betreft het onderwerp intensieve veehouderij in het kader van de Actualisering 2016 van de Visie ruimte en mobiliteit

 

Provinciale Staten van Zuid-Holland,

Gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten van 31 oktober 2017 over de partiële wijziging van de Verordening ruimte 2014, voor wat betreft het onderwerp intensieve veehouderij, in het kader van de Actualisering 2016 van de Visie ruimte en mobiliteit, alsook het voorstel van Gedeputeerde Staten van 12 december 2017, met het besluitnummer PZH-2017-628618124;

Gelet op artikel 4.1 van de Wet ruimtelijke ordening;

Overwegende dat het met het oog op een goede ruimtelijke ordening, provinciale belangen het noodzakelijk maken om regels te stellen over intensieve veehouderij;

Besluiten:

De Verordening ruimte 2014 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1.In de alfabetische rangschikking wordt ingevoegd:

geitenhouderij: bedrijf of een onderdeel daarvan waar geiten worden gehouden;.

2.De omschrijving van het begrip “hoofdtak intensieve veehouderij” komt te luiden:

een bedrijfsonderdeel intensieve veehouderij dat qua economische bedrijfsomvang als agrarische hoofdactiviteit kan worden aangemerkt;.

3.De omschrijving van het begrip “intensieve veehouderij” komt te luiden:

bedrijf waar slacht-, leg-, of pelsdieren in gebouwen worden gehouden of gefokt, met uitzondering van bedrijven waar aan vrijwel alle dieren ten minste een aanmerkelijk deel van het jaar de mogelijkheid wordt geboden van vrije weidegang of vrije uitloop;.

4.De omschrijving van het begrip “neventak intensieve veehouderij” komt te luiden:

een bedrijfsonderdeel intensieve veehouderij dat qua economische bedrijfsomvang niet als agrarische hoofdactiviteit kan worden aangemerkt;.

B.

Artikel 2.3.1 wordt als volgt gewijzigd:

1.Het eerste lid, onder h, komt te luiden:

verplaatsing van een op 1 januari 2017 in de provincie Zuid-Holland bestaande intensieve veehouderij, kan worden toegelaten;.

2.Het eerste lid, onder i, komt te luiden:

uitbreiding of ingebruikname van bebouwing ten behoeve van een op 1 januari 2017 in de provincie Zuid-Holland bestaande hoofdtak intensieve veehouderij, kan worden toegelaten binnen het bouwperceel van maximaal 2 hectare;.

3.Het eerste lid, onder j, kom te luiden:

uitbreiding of ingebruikname van bebouwing ten behoeve van een op 1 januari 2017 in de provincie Zuid-Holland bestaande neventak intensieve veehouderij, kan worden toegelaten binnen het bouwperceel van maximaal 2 hectare, voor zover de neventak meer dan 20% bedraagt van de economische bedrijfsomvang;.

4.Het eerste lid, onder k komt te luiden:

nieuwe geitenhouderij wordt uitgesloten als hoofdtak en als neventak evenals uitbreiding of ingebruikname van bebouwing ten behoeve van een bestaande geitenhouderij, tenzij het aantal geiten niet toeneemt.

5.Het eerste lid, onder l komt te vervallen.

In artikel 2.3.1 wordt ingevoegd een nieuwe lid 1a, met als opschrift “Regels als bedoeld in artikel 4.1, derde lid Wet ruimtelijke ordening, over geitenhouderij”, luidende:

Het is verboden om:

  • a.

    een geitenhouderij te vestigen als hoofdtak of als neventak;

  • b.

    nieuwe bebouwing op te richten of bestaande bebouwing in gebruik te nemen ten behoeve van een in de provincie bestaand geitenhouderij, tenzij het aantal geiten niet toeneemt.

In artikel 2.3.1 wordt ingevoegd een nieuwe lid 1b, met als opschrift “Werkingsduur verbod geitenhouderij”, luidende:

Het verbod, bedoeld in lid 1a, geldt voor het betreffende plangebied totdat een voor dat plangebied onherroepelijk bestemmingsplan in overeenstemming is gebracht met het eerste lid, onder k.

E.

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal blad waarin deze verordening wordt geplaatst.

Den Haag, 20 december 2017

Provinciale Staten van Zuid-Holland

Naar boven