Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland houdende regels omtrent dienst- en schutkleding Regeling inzake kosteloze dienst- en schutkleding Noord-Holland

(Gebaseerd op artikel 9.2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018(CAP 2018))

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

 

Gelet op de afspraken in de op 29 juni 2017 tot stand gekomen CAO provincies 2017 – 2018, tot vaststelling van de bijgaande Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018.

 

Besluiten:

 

De hierna genoemde rechtspositieregelingen worden als gevolg van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018 gewijzigd conform de transponeringstabel zoals opgenomen in de bij dit besluit behorende bijlage 2 waarin per rechtspositieregeling wordt aangegeven wat de technische wijziging is:

 

Regeling inzake kosteloze dienst- en schutkleding Noord-Holland

(Gebaseerd op artikel 9.2 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies 2018(CAP 2018))

 

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2018.

 

Regeling inzake kosteloze dienst- en schutkleding Noord-Holland.

Artikel 1  

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    dienstkleding: kleding, welke in verband met de eisen van de dienst kosteloos ten gebruike wordt verstrekt aan ambtenaren in dienst van de provincie Noord-Holland;

  • b.

    schutkleding voor persoonlijk gebruik: kleding, beveiligings- en beschuttingsmiddelen, welke aan ambtenaren in dienst van de provincie Noord-Holland voor persoonlijk gebruik kosteloos ten gebruike worden verstrekt ter bescherming van persoon en/of goed;

  • c.

    schutkleding voor algemeen gebruik: kleding, beveiligings- en beschuttingsmiddelen, welke aan ambtenaren in dienst van de provincie Noord-Holland voor algemeen gebruik kosteloos ten gebruike worden verstrekt ter bescherming van persoon en/of goed;

  • d.

    kleding: de onder a, b en c omschreven kleding.

Artikel 2  

  • 1.

    Onverminderd hetgeen daaromtrent wettelijk is voorgeschreven, bepaalt het hoofd van de afdeling, nadat hij ter zake het advies van de ondernemingsraad heeft ingewonnen, welke kleding in welke gevallen wordt verstrekt.

  • 2.

    Het vaststellen van het model van de kleding en de uitmonstering daarvan geschiedt door het hoofd van de afdeling, gehoord de ondernemingsraad en met inachtneming van hetgeen daaromtrent wettelijk is voorgeschreven.

Artikel 3  

  • 1.

    De ambtenaar is verplicht de verstrekte dienstkleding tijdens de uitoefening van de dienst te dragen.

  • 2.

    In gevallen, waarin daaromtrent geen wettelijk voorschrift bestaat, is het dragen van schutkleding voor persoonlijk, c.q. algemeen gebruik niet verplicht. Evenwel kan het hoofd van de afdeling in die gevallen, indien hij zulks uit veiligheids- of gezondheidsoverwegingen noodzakelijk acht, hetzij in het algemeen, hetzij incidenteel, de ambtenaar verplichten schutkleding voor persoonlijk c.q. algemeen gebruik bij het verrichten van werkzaamheden waarvoor die kleding is verstrekt, te dragen.

  • 3.

    Het buiten dienst dragen van dienstkleding c.q. schutkleding voor persoonlijk gebruik is verboden. Voor de toepassing van deze bepaling wordt de begeeftijd geacht binnen de diensttijd te vallen.

Artikel 4  

De kleding is en blijft het eigendom van de provincie Noord-Holland.

Artikel 5  

  • 1.

    Het hoofd van de afdeling beslist met inachtneming van het bepaalde in het tweede lid van dit artikel op welke wijze in de verstrekking, de inspectie, het herstel en de inneming van dienstkleding en schutkleding voor persoonlijk gebruik wordt voorzien, zo mede op welke wijze schutkleding voor algemeen gebruik beschikbaar wordt gesteld.

  • 2.

    Geen kleding wordt vernieuwd dan nadat deze voor gebruik ongeschikt is geworden. Indien de kleding buiten toedoen van de gebruiker wordt vermist of door normale slijtage of buiten schuld van de gebruiker ongeschikt is geworden, geschiedt de vernieuwing of het herstel daarvan door of voor rekening van de afdeling. Bij vermissing of gebleken verwaarlozing van de kleding door toedoen van de gebruiker geschiedt de vernieuwing of het herstel daarvan voor diens rekening.

  • 3.

    De reiniging van dienstkleding en van schutkleding voor persoonlijk gebruik en het volledig onderhoud van schutkleding voor algemeen gebruik geschieden door de zorg en voor rekening van de afdeling. Het overige onderhoud van dienstkleding en voor persoonlijk gebruik bestemde schutkleding is ten laste van de gebruiker.

Artikel 6  

Binnen drie maanden na afloop van elk kalenderjaar doet het hoofd van de afdeling aan gedeputeerde staten opgaven van de in dat kalenderjaar door hem met toepassing van het bepaalde in artikel 2, eerste lid, van deze regeling genomen beslissingen.

Artikel 7  

Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling inzake kosteloze dienst- en schutkleding Noord-Holland.

Artikel 8  

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 1980. Met ingang van die datum vervalt de bij besluit van gedeputeerde staten van 27 mei 1953, nr. 277, vastgestelde Regeling inzake kosteloze dienst- en schutkleding 1953, zoals die regeling laatstelijk luidde.

 

Haarlem, 19 december 2017

Gedeputeerde staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

R. M. Bergkamp, provinciesecretaris.

De beslissing is namens Gedeputeerde Staten genomen door het lid van het college dat met dit onderwerp is belast.

Naar boven