Provinciaal blad van Drenthe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drenthe | Provinciaal blad 2017, 6168 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Drenthe | Provinciaal blad 2017, 6168 | Overige besluiten van algemene strekking |
Privacy- en gebruiksreglement bedrijfsmiddelen provincie Drenthe
Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 28 november 2017, kenmerk 5.3/2017003331, team Personeel en Organisatie, tot bekendmaking van hun besluit tot vaststelling van het Privacy- en gebruiksreglement bedrijfsmiddelen provincie Drenthe
Gedeputeerde Staten van Drenthe;
gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Provinciewet;
gelet op de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies en de Wet bescherming persoonsgegevens;
Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2018.
Gedeputeerde Staten voornoemd,
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder:
Artikel 7 Observatie van bedrijfsmiddelen
Artikel 8 Controle van bedrijfsmiddelen na vermoeden misstand
Artikel 10 Medewerkers met een bijzondere status
Berichten van of aan de Ondernemingsraad, het Georganiseerd Overleg, de directie, leden van Provinciale Staten, Gedeputeerde Staten en de provinciaal archiefinspecteur worden in een daarvoor bestemde postbus bewaard. Controle kan in die gevallen alleen plaatsvinden na goedkeuring van de commissaris van de Koning of diens plaatsvervanger.
Artikel 11 Melding van verlies of diefstal
De medewerker meldt verlies of diefstal van een bedrijfsmiddel direct aan de servicedesk van de provincie Drenthe en doet in geval van diefstal aangifte bij de politie.
Het reglement gebruik bedrijfsmiddelen, zoals vastgesteld bij Besluit van Gedeputeerde Staten van Drenthe van 12 juli 2005, kenmerk 5.26/2005006599, komt met ingang van de in lid 4 genoemde datum van inwerkingtreding te vervallen. Voorts komen dan te vervallen 'De uitvoeringsvoorschriften ten behoeve van de beschikbaarstelling van bedrijfsmiddelen' en 'De uitvoeringsvoorschriften ten behoeve van de beschikbaarstelling van een mobiele telefoon aan ambtenaren voor de uitoefening van werkzaamheden voor de provincie Drenthe.'
Toelichting bij het Privacy- en geb ruiksreglement bedrijfsmiddelen
Dit reglement bevat een uitwerking over de wijze waarop met bedrijfsmiddelen moet worden omgegaan. Dit reglement gaat uit van de eigen verantwoordelijkheid van de medewerker bij het gebruik van bedrijfsmiddelen. Doel van dit reglement is om een kader te scheppen waarbinnen de medewerker zijn eigen afweging dient te maken. In geval van twijfel dient de medewerker met zijn leidinggevende te overleggen.
De provincie Drenthe wil tevens inzicht kunnen hebben in de wijze waarop medewerkers de aan hen ter beschikking gestelde (digitale) bedrijfsmiddelen gebruiken. Een van de manieren om dit inzicht te verkrijgen is het op automatische wijze vastleggen van bepaalde gebruiksgegevens, ook wel verkeersgegevens genoemd. Dit reglement geeft aan hoe de provincie Drenthe omgaat met het observeren van en de controle op het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen door haar medewerkers en bepaalt de grenzen waarbinnen de provincie Drenthe mag opereren. Zodra er sprake is van controle, raakt dat de privacy van de medewerker. Daarom wordt in dit reglement een goede balans nagestreefd tussen het belang van de provincie Drenthe om het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen te controleren en het belang van de medewerker bij bescherming van zijn privacy. De provincie Drenthe handelt bij het controleren van de medewerkers in lijn met de eisen in de Wbp.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Onder medewerker in de zin van dit reglement wordt iedereen verstaan die ten behoeve van de provincie Drenthe werkzaamheden verricht, onafhankelijk van de wijze waarop de relatie tussen de provincie Drenthe en deze persoon is vormgegeven. Bedoeld worden in ieder geval de werknemer (als bedoeld in artikel A.1 van de CAP) met een vaste of tijdelijke aanstelling, maar ook de inhuurkracht, uitzendkracht, stagiair of gedetacheerde. Het gaat dus om werknemers en daarmee vergelijkbare personen, die naar het redelijke oordeel van de provincie Drenthe voor een behoorlijke vervulling van hun dienstbetrekking, dan wel voor de door hen voor de provincie Drenthe te vervullen opdracht de beschikking dienen te hebben over de bedrijfsmiddelen. Hieronder vallen ook personen die dagelijks gebruik kunnen maken van bedrijfsmiddelen en de technische infrastructuur van de provincie Drenthe.
Dit reglement is niet van toepassing op de commissaris van de Koning, Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten.
Met bedrijfsmiddelen worden in algemene zin bedoeld de middelen en faciliteiten van de provincie Drenthe die door de medewerker worden gebruikt bij de uitoefening van zijn werkzaamheden, evenals overige zaken die bij de provincie Drenthe aanwezig zijn, zoals bedoeld in dit reglement. Bedrijfsmiddelen zijn gereedschappen, laptops, computers (hard- en software), pennen, maar bijvoorbeeld ook lockers, tafels, stoelen en papier.
Dit reglement heeft alleen betrekking op het observeren en controleren van het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen. De definitie van digitale bedrijfsmiddelen luidt: 'de door de provincie Drenthe aan de medewerker ter beschikking gestelde bedrijfsmiddelen waarop informatie digitaal kan worden opgeslagen en die geschikt zijn voor de uitwisseling van informatie via digitale weg'.
Dit reglement geeft, vanwege hun bijzondere aard, enkele bijzondere regels voor het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen. Momenteel vallen onder dit begrip in ieder geval internet op de werkplek, e-mail, smartphone, tablet, het digitale archiefsysteem en netwerkschijven. Let wel, deze opsomming is niet limitatief.
De definitie van persoonsgegevens conform de definitie van persoonsgegeven zoals opgenomen in artikel 1, onder a, van de Wbp. Dat houdt zoveel in dat alle gegevens die informatie kunnen verschaffen over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon, persoonsgegevens zijn. Ook gegevens die indirect identificerend zijn vallen hieronder; hiervan is bijvoorbeeld sprake wanneer gegevens zijn geanonimiseerd, maar in combinatie met andere gegevens kunnen worden herleid tot een persoon.
Verkeersgegevens betreffen onder meer duur, aantal en tijdstip van het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen. In feite gaat het over datgene wat wordt vastgelegd.
De integriteit van de systeembeheerder wordt gewaarborgd in de algemene geheimhouding die voor ambtenaren geldt in onder andere de CAP en het gevoerde organisatiebeleid binnen de provincie Drenthe.
Artikel 4 Zakelijk en persoonlijk gebruik
Artikel F.1, zesde lid, van de CAP verbiedt de medewerker om ten eigen bate of ten bate van derden aan de provincie toebehorende eigendommen te gebruiken zonder schriftelijke toestemming. Hoewel bedrijfsmiddelen voor zakelijk gebruik worden verstrekt, kan beperkt persoonlijk gebruik op grond van artikel 4, tweede lid, onder a tot en met c, toegestaan zijn. Artikel 4, lid 2, kan als een vorm van schriftelijke toestemming worden beschouwd voor persoonlijk gebruik, zoals bedoeld in de genoemde artikelen van de CAP. De vereisten, genoemd in artikel 4, tweede lid, zijn cumulatief.
In de praktijk kan de vraag rijzen waar de grens tussen toelaatbaar en ontoelaatbaar gebruik ligt. Een specifieke regel is hiervoor niet te geven; een redelijke beantwoording van de vraag zal afhangen van de aard van het bedrijfsmiddel en de aard van het persoonlijke gebruik. Het maken van een paar kopieën voor eigen gebruik is bijvoorbeeld algemeen geaccepteerd. Het kopiëren van het clubblad van de voetbalvereniging in grote oplagen overstijgt de grens van toelaatbaarheid. Privégebruik van de digitale bedrijfsmiddelen is toegestaan als dit met mate en dus niet overmatig gebeurt en als het de dagelijkse werkzaamheden niet verstoort.
Artikel 5 Gebruik van digitale bedrijfsmiddelen
Digitale bedrijfsmiddelen brengen specifieke (beveiligings)risico´s met zich mee. Om deze risico´s te beperken, neemt de provincie Drenthe voortdurend maatregelen zoals virusdetectie, firewalls, het blokkeren of niet toestaan van bepaalde diensten en internetsites. De medewerker houdt zich aan deze maatregelen en omzeilt deze niet.
Artikel 6 Verkeers- en loggegevens
Het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen wordt gemonitord door het vastleggen van verkeersgegevens. Dit betekent dat handelingen van de gebruiker met het desbetreffende bedrijfsmiddel worden gemonitord. Een aantal voorbeelden hiervan zijn:
Gebruik mobiele communicatie en mobiel dataverkeer
Het gebruik van smartphone en mobiel dataverkeer wordt gemonitord.
Delen van verkeersgegevens, de inhoud van e-mailberichten en de bijlagen worden gemonitord en bevatten mogelijk vertrouwelijke informatie.
Bezoek aan sites wordt geautomatiseerd gemonitord. Bezochte sites zijn niet herleidbaar tot individuele medewerkers.
De logbestanden zijn uitsluitend te benaderen door geautoriseerde beheerders die vanuit hun functie toegang dienen te hebben tot de logbestanden. De log wordt op geautomatiseerde wijze bijgehouden, dit betekent zonder menselijke tussenkomst.
Artikel 7 Observatie van bedrijfsmiddelen
In dit reglement wordt een onderscheid gemaakt tussen observatie en controle. Bij observatie gaat het met name om doorlopend monitoren van verkeersgegevens zonder inhoudelijk kennis te nemen van de berichten of bestanden.
Artikel 8 Controle van bedrijfsmiddelen na vermoeden misstand
Bij controle gaat het om gedragingen van de werkgever die een inbreuk maken op de privacy van de medewerker. Doordat de privacy van de medewerker in het geding komt, zijn er voorwaarden verbonden aan de controle die aansluiten bij de vuistregel van de Autoriteit Persoonsgegevens en de bestaande jurisprudentie.
De Wbp schrijft voor dat persoonsgegevens slechts voor welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doeleinden mogen worden verkregen. De in het kader van dit reglement verzamelde persoonsgegevens mogen alleen worden verwerkt voor één of meer van de in dit artikel genoemde doelen.
De Wbp schrijft voorts een proportionaliteit- en een subsidiariteitstoets voor. Hierin wordt benadrukt dat een eerste stap kan worden genomen door de leidinggevende, die de directie informeert dát er mogelijk sprake is van gebruik van de digitale bedrijfsmiddelen in strijd met de doelen van dit reglement. Verder wordt benadrukt dat het controleren van het gebruik van digitale bedrijfsmiddelen pas aan de orde komt wanneer andere maatregelen onvoldoende effectief zijn om de doelen als bedoeld in artikel 8 te bereiken (subsidiariteitsvereiste). Ook dient de wijze van controle passend zijn voor het te bereiken doel en moet dit doel niet op andere wijze kunnen worden gerealiseerd (vereiste van proportionaliteit). Van belang is dat steeds aan deze vereisten wordt getoetst alvorens wordt besloten het gebruik van een bedrijfsmiddel op een bepaalde manier te controleren.
Indien de directie vermoedt dat er sprake is van ongeoorloofd gebruik van een bedrijfsmiddel, heeft zij de mogelijkheid om de anonimiteit op te heffen. Let wel, dit houdt alleen in dat ten aanzien van een bepaalde individuele medewerker de loggegevens en verkeersgegevens worden gebruikt.
Een aanleiding om over te gaan tot een controle kan bijvoorbeeld zijn dat uit observatie een sterk afwijkend gebruik van een bepaald digitaal bedrijfsmiddel blijkt. De beheerder stelt dan in opdracht van de directie of de leidinggevende, gemachtigd door de directie, een controle in die herleidbaar is naar een individuele medewerker. Dan mogen, aldus lid 1 van dit artikel, de loggegevens en verkeersgegevens per individuele medewerker worden verzameld.
Bij een vermoeden van ongeoorloofd gebruik van digitale bedrijfsmiddelen hoeft het niet te gaan om een integriteitsschending waarbij de procedure en bescherming bij melding van vermoedens van een misstand in werking treedt (de Klokkenluidersregeling). Indien bijvoorbeeld uit de controle blijkt dat sprake is van bovenmatig privégebruik van bedrijfsmiddelen of een andere overtreding van regelgeving, kan de directie en/of leidinggevende de desbetreffende medewerker hierop aanspreken. Het is mogelijk dat de zaak hiermee is afgedaan. In gevallen waarin de controle een concreet vermoeden bevat van een integriteitsschending kan dit aanleiding geven melding te maken van vermoedens van een misstand. Dit kan aanleiding zijn om een bijzonder onderzoek op te starten.
Dit artikel ziet erop dat de persoonsgegevens die worden verwerkt niet langer dan noodzakelijk worden bewaard.
Artikel 10 Medewerkers met een bijzondere status
Controle van het gebruik van de digitale bedrijfsmiddelen door de in dit artikel genoemde organen en personen wordt met extra zorgvuldigheid uitgevoerd. Dit betekent niet dat de medewerkers die zitting hebben in de Ondernemingsraad niet kunnen worden gecontroleerd in het kader van dit reglement.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2017-6168.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.