Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2017, 5541 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2017, 5541 | Overige besluiten van algemene strekking |
Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent subsidie Subsidieregeling sport Noord-Brabant 2018-2019
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 19 maart 2013 de Subsidieregeling sport Noord-Brabant 2013 – 2016 hebben vastgesteld;
Overwegende dat alle paragrafen in die subsidieregeling zijn uitgewerkt;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 19 april 2016 de nieuwe sportagenda 2016-2019 “Brabant beweegt” hebben vastgesteld;
Overwegende dat het uniek sporten een speerpunt is in de provinciale sportagenda, waarbij het doel is het vanzelfsprekend maken van sport voor mensen met een beperking;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten de organisaties van topsportevenementen willen stimuleren om side events en activatietrajecten te creëren voor uniek sporten;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten de subsidiabele activiteiten uit de eerste paragaaf aanwijzen als niet-economische diensten van algemeen belang, omdat het zuiver sociale activiteiten betreft, waardoor subsidie die op basis van deze regeling wordt verstrekt geen staatssteun vormt in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.
Subsidie op grond van deze paragraaf kan worden aangevraagd door rechtspersonen die een topsportevenement organiseren.
Artikel 1.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor het stimuleren van gehandicaptensport door middel van het organiseren van een side event gericht op Uniek sporten.
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 1.4 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:
Artikel 1.7 Subsidiabele kosten
Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen de volgende kosten voor subsidie in aanmerking:
Artikel 1.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 1.7 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor subsidies als bedoeld in artikel 1.4, voor de periode, genoemd in artikel 1.9,
De hoogte van de subsidie, bedoeld in artikel 1.4, bedraagt 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van:
Artikel 1.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger
De subsidieontvanger heeft in ieder geval de volgende verplichtingen:
Artikel 1.14 Prestatieverantwoording
De subsidieontvanger toont desgevraagd aan dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van de volgende bewijsstukken:
Gedeputeerde Staten zenden in 2018 en vervolgens telkens na twee jaar aan Provinciale Staten een verslag over de werking van deze regeling in de praktijk.
’s-Hertogenbosch, 14 november 2017
de voorzitter de secretaris
prof. dr. W.B.H.J. van de Donk mw. ir. A.M. Burger
Toelichting behorende bij de Subsidieregeling sport Noord-Brabant 2018.
Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant (Asv). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Asv. In de Asv staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht.
Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Asv noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.
Als de subsidieontvanger de gesubsidieerde activiteit niet, niet geheel of niet volgens alle daaraan verbonden verplichtingen verricht, dient hij dit verplicht te melden bij Gedeputeerde Staten. Gedeputeerde Staten kunnen dan, afhankelijk van de situatie, de subsidie ambtshalve op een lager bedrag vaststellen. Ook kan er ambtshalve een gewijzigde verleningsbeschikking worden vastgesteld, waarin nieuwe afspraken met de subsidieontvanger worden gemaakt. Als bij de desgevraagde verantwoording of controle blijkt dat niet aan de meldingsplicht is voldaan, kan dit leiden tot volledige terugvordering inclusief wettelijke rente.
De weigeringsgronden in dit artikel komen in aanvulling op de weigeringsgronden uit artikel 4:25 en 4:35 Awb en de weigeringsgronden uit artikel 8 van de Asv.
De subsidie heeft als doel aan mensen met een beperking te laten zien en
vooral te laten ervaren dat zij kunnen sporten. Hiertoe is het dus belangrijk dat de sportieve activiteiten rondom het side event zichtbaar zijn voor publiek
Dit kan zijn in wedstrijdverband of door een clinic.
De partijen genoemd in dit onderdeel dienen in een vorm betrokken te zijn bij de organisatie van het side event.
De inzet van communicatiemiddelen word gebruikt om zoveel mogelijk deelnemers te krijgen voor het side event en zoveel mogelijk publiek te bereiken bij het side event.
Het side event is een middel om mensen met een beperking enthousiast te maken om op een regelmatige basis te gaan sporten. Indien enthousiast geworden mensen niet in de omgeving kunnen gaan sporten, zullen zij dit alsnog niet gaan doen.
Artikel 1.8 Niet-subsidiabele kosten
Overeenkomstig artikel 11 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant, is verrekenbare BTW niet subsidiabel.
Onder interne uren vallen uren binnen een dienstverband en vrijwilligersuren.
De maximum hoogte van de subsidie is €24.999. Dit betekent dat alle subsidies vallen binnen het eerste arrangement van het Rijkssubsidiekader. Bij het bepalen van de subsidiehoogte is de subsidieaanvraag leidend. Indien minder dan 50% van de subsidiabele kosten wordt aangevraagd, is de te verlenen subsidie ook minder dan 50%.
Artikel 1.14 Prestatieverantwoording
Ambtshalve vaststelling subsidies tot € 25.000
Op subsidies tot € 25.000 is arrangement 1b van het Rijkssubsidiekader van toepassing. Dat wil zeggen dat Gedeputeerde Staten de subsidie eerst verlenen en na afloop van de prestatie de subsidie ambtshalve, dat wil zeggen zonder aanvraag tot vaststelling van de subsidieontvanger, vaststellen. Zolang de termijn voor de ambtshalve vaststelling (22 weken na afloop van het project) nog niet is verstreken, kunnen Gedeputeerde Staten steekproefsgewijs om verantwoording vragen en de subsidie zo nodig terugvorderen als de prestatie niet of niet geheel is geleverd. Gedeputeerde Staten kunnen daarbij de subsidieontvanger fysiek of administratief controleren of aan de verplichtingen is voldaan. De steekproef is gebaseerd op een risicogeoriënteerde benadering, waarbij rekening wordt gehouden met de omvang, samenstelling en achtergrond van de doelgroep van het side event. In de subsidiebeschikking wordt vermeld wanneer de gesubsidieerde activiteiten moeten zijn verricht en welke bewijsstukken de subsidieontvanger in de eigen administratie dient te bewaren.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2017-5541.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.