Provinciaal blad van Noord-Brabant
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2017, 4490 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noord-Brabant | Provinciaal blad 2017, 4490 | Verordeningen |
Derde wijzigingsregeling Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;
Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Brabant;
Overwegende dat Provinciale Staten op 21 september 2012 de provinciale natuur en landschapsvisie 2012-2022 “Brabant: uitnodigend groen” hebben vastgesteld;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 1 april 2014 het deelprogramma Natuur en Samenleving hebben vastgesteld als uitwerking van de provinciale natuur en landschapsvisie 2012-2022;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 8 december 2015 de Subsidieregeling natuur en samenleving Noord-Brabant hebben vastgesteld;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 24 januari 2017 de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant hebben vastgesteld;
Overwegende dat die subsidieregeling is opgesteld als aanbouwregeling voor nader door Gedeputeerde Staten te bepalen paragrafen binnen de kaders van de nota “Brabant: uitnodigend groen”;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten investeringen van burgers en ondernemers in natuur in het landelijk gebied wil stimuleren en daartoe de Subsidieregeling natuur Noord-Brabant in die zin wensen te wijzigen dat daarin de paragraaf ondernemen voor natuur wordt opgenomen;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op de te subsidiëren projecten van paragraaf 5 Verordening (EU) Nr. 360/2012 van de commissie van 25 april 2012 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen van toepassing verklaren;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op de te subsidiëren projecten van paragraaf 5 Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (Pb EU, 2013 L 352/1) van toepassing verklaren;
Overwegende dat Gedeputeerde Staten op de te subsidiëren projecten van paragraaf 5 Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (PbEU, 2013 L 352/9) van toepassing verklaren;
De Subsidieregeling natuur Noord-Brabant wordt als volgt gewijzigd:
Onder vernummering van § 5 tot § 6 en vernummering van de artikelen 5.1 tot en met 5.5 tot 6.1 tot en met 6.5 wordt een paragraaf ingevoegd, luidende:
de-minimissteun: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in Verordening (EU) nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun, Pb EU L 352/9 van 24 december 2013, of Verordening (EU) nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector (PbEU, 2013 L 352), met inbegrip van eventueel in de toekomst vast te stellen wijzigingen;
dienst van algemeen economisch belang: dienst zoals bedoeld in de Verordening (EU) Nr. 360/2012 van de commissie van 25 april 2012 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun verleend aan diensten van algemeen economisch belang verrichtende ondernemingen, met inbegrip van eventueel in de toekomst vast te stellen wijzigingen;
Artikel 5.4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor projecten gericht op:
Subsidie wordt geweigerd indien:
Artikel 5.7 Subsidiabele kosten
Voor de berekening van uurtarieven past de subsidieaanvrager de berekeningssystematiek genoemd in artikel 2, eerste lid, onder c, van de Regeling uniforme kostenbegrippen en berekeningswijzen subsidies Noord Brabant toe en hanteert daarbij ingevolge artikel 5, tweede en vierde lid, van die regeling, de volgende uurtarieven voor personeelsuren en arbeidsuren:
Artikel 5.8 Niet subsidiabele kosten
In afwijking van artikel 5.7 komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:
Artikel 5.9 Vereisten subsidieaanvraag
Subsidieaanvragen worden ingediend van 4 oktober 2017 tot en met 28 juni 2019.
Gedeputeerde Staten stellen het subsidieplafond voor de periode, genoemd in artikel 5.9, vast op:
Indien de subsidieontvanger actief is in de sectoren van de primaire productie van landbouwproducten, de visserij, de aquacultuur, goederenvervoer over de weg voor rekening van derden of andere sectoren buiten de subsidiabele activiteiten, zorgt hij ervoor dat de subsidie niet naar de activiteiten in deze sectoren vloeit.
Artikel 5.14 Prestatieverantwoording
Bij subsidies van €25.000 tot €125.000 toont de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aan dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, zijn verricht en dat aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen is voldaan door middel van:
Artikel 5.15 Bevoorschotting en betaling
Voor aanvragen met betrekking tot ondernemen met natuur, die zijn ingediend voor de datum van inwerkingtreding van deze wijzigingsregeling blijft de Subsidieregeling natuur en samenleving Noord-Brabant 2016 zijn werking behouden.
Gedeputeerde Staten voornoemd,
de voorzitter
dr. W.B.H.J. van de Donk
de secretaris
mw. ir. A.M. Burger
Toelichting behorende bij de Derde wijzigingsregeling Subsidieregeling natuur Noord-Brabant
Door natuurgebieden te vergroten en onderling te verbinden ontstaat een sterk Natuurnetwerk Brabant.
Planten en dieren krijgen daarmee de ruimte om genoeg voedsel te vinden en makkelijker van het ene naar het andere gebied te trekken om zich voort te planten.
Maar een sterke, groene omgeving is ook belangrijk voor de Brabantse samenleving en economie. Mensen voelen zich gelukkiger, gezonder en rijker met natuur om zich heen.
Natuur helpt ook de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Bomen en planten nemen CO2 op uit de lucht en de natuur vangt overtollig water op tijdens hevige regenbuien.
De provincie wil in 2027 alle ontbrekende verbindingen in het Natuur Netwerk Brabant hebben gedicht met nieuwe natuur. De concrete ambities staan beschreven in het natuurbeheerplan. Maar de provincie wil meer. Ook buiten de grenzen van het Natuur Netwerk Brabant is veel ruimte voor het herstellen en versterken van de natuurlijke veerkracht van Brabant.
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant willen met de subsidieparagraaf Ondernemen voor Natuur een ieder in Brabant uitdagen om met voorstellen te komen om de natuurlijke staat van Brabant duurzaam te versterken.
Hiervoor ondersteunt de provincie initiatieven die substantieel bijdragen aan vier natuur-inclusieve doelen:
De Europese Commissie heeft in meerdere zaken geconcludeerd dat, hoewel sommige natuurbeschermingstaken louter niet-economisch van aard zijn, natuurbescherming wel degelijk gepaard kan gaan met activiteiten die wél economisch van aard zijn. Natuurbeschermingsorganisaties bieden bijvoorbeeld goederen en diensten aan op een markt als zij houtopbrengsten verkopen, land verpachten, excursies of toeristen aantrekken. Op dat moment verrichten zij dus economische activiteiten.
Als sprake is van een economische activiteit kan dergelijke steun verenigbaar zijn met de interne markt en onder voorwaarden vrijgesteld zijn van voorafgaande aanmelding bij de Europese Commissie. Daarvoor bieden de algemene de-minimisregeling en de de-minimisregeling voor landbouwbedrijven een mogelijkheid. Ook kan in sommige gevallen de aanwijzing als een Dienst van algemeen en economisch belang (DAEB) worden benut.
De Europese Commissie heeft enkele jaren geleden geoordeeld dat ‘natuurbeschermingstaken in het belang van de samenleving als geheel’ een DAEB kunnen opleveren. Daarbij gaf de Commissie aan dat het dan bijvoorbeeld moest gaan om activiteiten ter behoud van waardevolle natuurlijke gebieden voor toekomstige generaties.
Er wordt vanuit gegaan dat de activiteiten die aan de voorwaarden van deze subsidieregeling voldoen, ook daadwerkelijk in aanmerking komen voor aanwijzing als DAEB of van de toepasselijke De-minimisverordening.
Derde lid Hoogte maximaal de-minimisplafond
Het pakket DAEB regels van de Europese Commissie kent ook een de-minimisvrijstelling. Indien aan de voorwaarden van de DAEB de-minimisverordening wordt voldaan, hoeft geen uitgebreide financiële verantwoording plaats te vinden. Een voorwaarde om van deze vrijstelling gebruik te kunnen maken is dat de steunontvanger over een periode van 3 opeenvolgende jaren in totaal niet meer dan € 500.000 de-minimissteun heeft ontvangen. Het gaat hierbij niet om alle in deze periode ontvangen steun, maar wel om alle ontvangen de-minimissteun. Omdat enkel beoogd wordt subsidie te verlenen welke voldoet aan de voorwaarden van deze vrijstellingsverordening, is de hoogte van de subsidie begrensd, zodat het de-minimisplafond niet wordt overschreden.
De overige de-minimisverordeningen kennen dezelfde cumulatiebeperking.
Indien een aanvrager bijvoorbeeld op grond van de subsidieregeling aanspraak kan maken op €500.000,- subsidie, maar reeds €475.000,- (DAEB)de-minimissteun heeft ontvangen, wordt ten hoogste €25.000,- subsidie verleend. Dit is immers het bedrag dat nog maximaal binnen het de-minimisplafond kan worden verstrekt.
Subsidie kan doorlopend worden aangevraagd vanaf september 2017 tot en met 30 juni 2020. Alle projecten moeten echter worden afgerond binnen de tijd als vermeld in de subsidieverleningsbeschikking met als uiterste datum 30 juni 2022. Naarmate de looptijd van de regeling verstrijkt moeten projecten dan ook in kortere tijd worden afgerond. Er wordt geen uitstel verleend voor doorloop van projecten ná 30 juni 2022.
Vijfde lid Scheiding met activiteiten andere sectoren
De DAEB de-minimisverordening is niet van toepassing op primaire landbouwproductie, aquacultuur, visserij en goederenvervoer over de weg voor rekening van derden. Subsidieontvangers die -naast de subsidiabele activiteiten- ook activiteiten in de uitgezonderde sectoren uitoefenen, dienen passende maatregelen te nemen om te voorkomen dat de de-minimissteun (de subsidie) aan andere activiteiten dan de subsidiabele activiteiten vloeit. Hiertoe zal de subsidieontvanger in zijn financiële administratie een duidelijk onderscheid moeten maken tussen inkomsten en uitgaven van de verschillende activiteiten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2017-4490.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.