Vierde wijziging Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer Flevoland 2016

Gedeputeerde Staten maken gelet op het bepaalde in artikel 136 van de Provinciewet bekend dat zij in hun vergadering van 12 september 2017 onder nummer 2058772 het volgende besluit hebben vastgesteld:

 

Gedeputeerde Staten van Flevoland;

 

Overwegende dat:

 

Provinciale Staten bij besluit van 29 april 2015, nummer 1704514 de Subsidieverordening Natuur- en landschapsbeheer Flevoland 2016 hebben vastgesteld die met ingang van 1 mei 2015 de Subsidieverordening natuur- en landschapsbeheer Flevoland 2016 in werking is getreden;

 

zij daarbij aan Gedeputeerde Staten de bevoegdheid hebben toegekend om deze verordening en de daarbij behorende index te wijzigen wanneer:

  • a.

    in interprovinciaal verband is afgesproken dat deze wijzigingen noodzakelijk zijn en

  • b.

    het gaat om wijzigingen van ondergeschikt belang.

 

het wenselijk is om in deze verordening wijzigingen aan te brengen om knelpunten in de uitvoering te voorkomen;

 

gelet op artikel 145 van de Provinciewet en het besluit van Provinciale Staten van 29 april 2015, nummer 1704514;

 

BESLUITEN

 

de volgende vierde wijziging van de Subsidieverordening Natuur- en landschapsbeheer Flevoland 2016 vast te stellen:

ARTIKEL l  

Onderdeel A

Artikel 1.1 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    Onderdeel k komt te luiden:

  • k.

    landbouwgrond: landbouwareaal als bedoeld en omschreven in artikel 2, onder f, van Verordening (EU) nr. 1305/2013, plus eventuele landschapselementen of watergangen;

 

  • 2.

    Onderdeel w komt te luiden:

  • w.

    openstellingsbijdrage: extra vergoeding voor het recreatief toegankelijk maken en houden van een natuurterrein of het houden van toezicht op een natuurterrein, vermeerderd met de opslag voor de prijsstijging;

 

Onderdeel B

Het na artikel 1.8 Certificering opgenomen artikel 1.8 Certificaten vervalt.

 

Onderdeel C

 

Na artikel 1.8 wordt een artikel 1.9 ingevoegd, dat als volgt luidt:

 

Artikel 1.9 Weigeringsgrond

Subsidie wordt geweigerd voor zover voor het natuurterrein of het gedeelte van het leefgebied waarvoor subsidie is aangevraagd, al op grond van deze of enige andere regeling een subsidie is verstrekt met betrekking tot natuur- en landschapsbeheer of agrarisch natuurbeheer.

 

Onderdeel D

Artikel 2.3 wordt gewijzigd als volgt:

 

Onderdeel c van het eerste lid komt te luiden:

  • c.

    de subsidieaanvrager een onderneming is die in financiële moeilijkheden verkeert, als bedoeld in de Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun voor reddings- en herstructureringssteun aan niet-financiële ondernemingen in moeilijkheden (PbEU 2014/C 249/01), of jegens wie een bevel tot terugvordering uitstaat ingevolge een eerdere beschikking van de Europese Commissie waarin de steun onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt is verklaard;

     

Onderdeel E

 

Artikel 2.4 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    In het tweede lid wordt “recreatietoeslag” vervangen door: openstellingsbijdrage.

     

  • 2.

    Het derde lid komt te luiden:

  • 3.

    De openstellingsbijdrage kan slechts worden verstrekt voor zover het natuurterrein niet ingevolge artikel 2.9, vierde lid, is vrijgesteld van de openstellingsplicht.

 

Onderdeel F

 

Artikel 2.5 wordt gewijzigd als volgt:

  • 2.

    Het eerste lid, onderdeel d, komt te luiden:

  • d.

    kosten ten behoeve van het recreatief toegankelijk maken en houden van een natuurterrein of het houden van toezicht op een natuurterrein;

 

Onderdeel G

 

Artikel 2.6 wordt gewijzigd als volgt:

 

In het tweede lid, onderdeel b, wordt “recreatietoeslag” vervangen door: openstellingsbijdrage.

 

Onderdeel H

 

Artikel 3.3 vervalt.

 

Onderdeel I

 

Artikel 3.4 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    In het eerste lid, onderdeel c, onder 4°, wordt de puntkomma aan het einde van de zin vervangen door een punt.

     

  • 2.

    Het eerste lid, onderdeel c, onder 5°, vervalt.

 

Onderdeel J

 

Artikel 3.11 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    In onderdeel b wordt de zinsnede “voor 1 januari van ieder kalenderjaar” vervangen door: op 15 december voorafgaand aan het beheerjaar.

 

  • 2.

    Onderdeel d komt te luiden:

  • d.

    wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden, en wijzigingen als bedoeld in onderdeel e, worden door de subsidieontvanger uiterlijk veertien dagen voorafgaand aan het ingaan van de wijziging gemeld aan Gedeputeerde Staten, door de wijziging op perceelsniveau door te voeren via het daartoe onder b bedoelde systeem. De wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden, kunnen tot uiterlijk 30 september van het lopende beheerjaar worden doorgevoerd;

 

  • 3.

    Onderdeel e komt te luiden:

  • e.

    wijzigingen bestaande uit het toevoegen van percelen met de daarbij horende uit te voeren beheeractiviteit worden door de subsidieontvanger in het lopende beheerjaar doorgevoerd via het in onderdeel b bedoelde systeem. De subsidieontvanger voert deze wijzigingen uiterlijk door op de laatste dag waarop de Gecombineerde data inwinning kan worden ingediend;

 

  • 4.

    Onderdeel i komt te luiden:

  • i.

    de subsidieontvanger dient ieder kalenderjaar een voortgangsverslag in;

 

  • 5.

    Onderdeel n komt te luiden:

  • n.

    uiterlijk veertien dagen na het uitvoeren van de hierna genoemde activiteiten doet de subsidieontvanger daarvan een melding in het onder b) bedoelde systeem:

  • 1°.

    het bemesten met ruige mest;

  • 2°.

    het schoonmaken van watergangen;

  • 3°.

    het snoeien;

  • 4°.

    het spuiten van bagger;

  • 5°.

    het maaien en/of schonen;

  • 6°.

    het schoonmaken van een ondergelopen beheereenheid die vrije toegang biedt aan een watergang;

  • 7°.

    het onderwerken van gewasresten.

 

  • 6.

    Onderdeel o komt te luiden:

  • o.

    uiterlijk vijf werkdagen dagen na het treffen van maatregelen ter bescherming van aangetroffen nesten of kuikens doet de subsidieontvanger daarvan een melding in het onder b) bedoelde systeem.

 

Onderdeel K

 

Artikel 3.12 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    Het eerste lid komt te luiden:

  • 1.

    Gedeputeerde Staten verstrekken na afloop van elk van de eerste vijf kalenderjaren een voorschot op het verleende subsidiebedrag, naar aanleiding van het ingediende betaalverzoek, bedoeld in artikel 3.11, onder g, en de verantwoording, bedoeld in artikel 3.11, onder h.

 

  • 2.

    Het vierde lid komt te luiden:

  • 4.

    Het voorschot, bedoeld in het eerste lid, wordt steeds betaald binnen zes weken na afloop van de beslissing, bedoeld in het tweede of derde lid.

 

Onderdeel L

 

Artikel 3.13 wordt gewijzigd als volgt:

 

In het zesde lid wordt “ten 1º, 4º en 5º” vervangen door: ten 1º en 4º.

 

Onderdeel M

 

Artikel 3.14 wordt gewijzigd als volgt:

 

  • 1.

    Het eerste lid komt te luiden:

  • 1.

    Gedeputeerde Staten stellen binnen dertien weken na afloop van de zes aaneengesloten kalenderjaren waarvoor de subsidie is verstrekt, de subsidie ambtshalve vast, naar aanleiding van het door de subsidieontvanger in het zesde en laatste kalenderjaar ingediende betaalverzoek, bedoeld in artikel 3.11, onder g, en de verantwoording, bedoeld in artikel 3.11, onder h.

 

  • 2.

    Het derde lid komt te luiden:

  • 3.

    Het restant bedrag wordt binnen zes weken na afloop van de beslissing, bedoeld in het eerste of tweede lid, uitbetaald.

 

Onderdeel N

 

In de inhoudsopgave van bijlage 1 wordt de toevoeging (regionaal pakket Flevoland) bij natuurbeheertypen N17.05 en N17.06 vervangen door (m.i.v. 1-1-2017).

 

Onderdeel O

 

In bijlage 1 komt de afbakening van natuurbeheertype N17.02 als volgt te luiden:

1.2 Afbakening

  • Droog hakhout wordt periodiek afgezet (vrijwel alle bomen)

  • Het beheertype bestaat uit een perceel hakhout of middenbos van enige omvang op droge en vlakke gronden. Kenmerkend is de aanwezigheid van hakhoutstoven. Het bestaat uit boomsoorten zoals zomereik, beuk en winterlinde. De cyclus verschilt per vorm en boomsoort, maar meestal dient om de 10 tot 20 jaar gehakt te worden. Bij middenbos is een deel overstaanders die in een veel lagere cyclus gehakt worden.

 

Onderdeel P

 

In bijlage 1 vervalt bij de omschrijving van de beheertypen bij N17.05 en N17.06 de wordt toevoeging (regionaal pakket Flevoland) vervangen door (m.i.v. 1-1-2017)

Dit natuurtype omvat de volgende beheertypen:

 

Onderdeel Q

 

Bijlage 4 wordt vervangen door bijlage 3 en komt als volgt te luiden:

De koppeltabel zoals bedoeld in artikel 1.1, onderdeel f, is geplaatst op

http://www.portaalnatuurenlandschap.nl.

ARTIKEL ll  

Onderdeel A

In bijlage 1 vervallen de natuurbeheertypen N16.01 en N16.02.

In bijlage 1 worden de natuurbeheertypen N16.03 en N16.04 toegevoegd.

 

ARTIKEL lll  

Artikel I treedt in werking met ingang van de dag na datum van uitgifte in het provinciaal blad waarin zij is geplaatst. Artikel II treedt in werking op 1-1 2018.

 

Aldus vastgesteld In de vergadering van Gedeputeerde Staten van 12 september,

 

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

de secretaris,

de voorzitter

 

TOELICHTING

 

ARTIKEL l

 

B (artikel 1.9)

Dit artikel bevat de aangepaste weigeringsgrond uit het vervallen artikel 3.3. De opsomming is veralgemeniseerd. Daarnaast is de weigeringsgrond naar het algemene deel verplaatst, aangezien ook voor subsidies in het natuurbeheer geldt dat voor subsidieverlening geen plaats is indien op een terrein nog een verlening voor natuurbeheer loopt.

 

D en E (artikel 2.4, 2.5)

De hoogte van de subsidie voor het openstellen van natuurterreinen voor het publiek wordt op een andere wijze berekend. De tekst van de verordening is hierop aangepast. wijzigingen in de voorwaar.

 

I (artikel 3.11)

Bij deze wijzing draait het om enkele technische aanpassingen die noodzakelijk zijn om de SVNL’16 te laten stroken met artikel 14bis van Verordening 809/2014 en met het daaruit voortvloeiende controle- en handhavingsregime.

 

onderdelen d en e

Uit onderdeel d volgt dat zowel wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden (onderdeel d) als wijzigingen bestaande uit het toevoegen van percelen met de daarbij horende uit te voeren beheeractiviteit (onderdeel e) uiterlijk veertien dagen voorafgaand aan het ingaan van de wijziging moeten worden gemeld aan Gedeputeerde Staten. De wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden, kunnen tot uiterlijk 30 september van het lopende beheerjaar worden doorgevoerd. De uiterste termijn om de wijzigingen bedoeld in onderdeel e door te geven ligt eerder: uiterlijk op de laatste dag waarop de Gecombineerde data inwinning kan worden ingediend.

Naar boven