Vaststelling wegenlegger gemeente Woudrichem

Geacht college,

Overeenkomstig artikel 34, eerste lid, van de Wegenwet hebben burgemeester en wethouders van Woudrichem een ontwerp-wegenlegger opgemaakt en ons bij brief van 13 april 2017, kenmerk 17.01431, verzocht de ontwerp-wegenlegger vast te stellen.

1. Procedure bij de gemeente

Op de voorbereiding van het ontwerp van de wegenlegger is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. De ontwerp-wegenlegger heeft van 25 augustus 2016 tot en met 6 oktober 2016 ter inzage gelegen. Belanghebbenden konden een schriftelijke zienswijze indienen. De volgende personen of organisaties hebben van deze mogelijkheid gebruik gemaakt:

• 1. De heer Van Breugel en mevrouw Van Breugel-Schouten;

• 2. De heer Groeneveld;

• 3. Waterschap Rivierenland;

• 4. De provincie Noord-Brabant;

Een vijfde ‘zienswijze’ betreft een mededeling van de gemeente dat de Kooiweg door verjaring niet meer openbaar is en daarom niet meer in de wegenlegger is opgenomen. Omdat deze mededeling geen zienswijze is als bedoeld in deze procedure wordt hierop in dit besluit niet verder ingegaan.

2. Beoordeling aanvraag

Gedeputeerde Staten hebben de ontwerp-wegenlegger beoordeeld. De ontwerp-wegenlegger voldoet aan de vereisten, bedoeld in de artikelen 1 en 2 van het Wegenleggerbesluit. Voor zover zienswijzen zijn ingediend over de ontwerp-wegenlegger volgt hierna onze reactie daarop.

2.1 Zienswijze van de heer Van Breugel en mevrouw Van Breugel-Schouten

De zienswijze heeft betrekking op het ten onrechte opnemen van het gedeelte van het Altena’s Laantje, dat is gelegen buiten de bebouwde kom. Hierdoor wordt dit deel als openbaar bestempeld.

Het betreffende deel van het Altena’s Laantje is eigendom van de heer Van Breugel. Met bordjes ‘verboden toegang’ en een toegangshek ter voorkoming van doorgaand verkeer is al vele jaren duidelijk dat dit weggedeelte niet openbaar is. Volgens de gemeente Woudrichem heeft de heer Van Breugel voldoende bewijs geleverd om een en ander te onderbouwen. De gemeente heeft het betreffende gedeelte van het Altena’s Laantje van de ontwerp-wegenlegger verwijderd.

Reactie Gedeputeerde Staten

Met de gemeente Woudrichem zijn wij van mening dat het gedeelte van het Altena’s Laantje dat is gelegen buiten de bebouwde kom, terecht van de ontwerp-wegenlegger is verwijderd.

2.2 Zienswijze van de heer Groeneveld

De zienswijze heef betrekking op de Hogelandsesteeg. De heer Groeneveld is eigenaar van de Hogelandsesteeg. Hij geeft aan dat deze weg niet onverhard is, maar geasfalteerd. De gemeente Woudrichem heeft de aard van de verharding van de Hogelandsesteeg daarop aangepast.

Reactie Gedeputeerde Staten

De gemeente Woudrichem heeft de aard van de verharding van de Hogelandsesteeg, wegnummer 4012.02, in kolom Va van de ontwerp-wegenlegger, terecht aangepast.

2.3 Zienswijze van het Waterschap Rivierenland

De zienswijze betreft een verzoek van het Waterschap Rivierenland of de gemeente het beheer van de fietsdijk bij Rijswijk van het waterschap wil overnemen. De gemeente heeft het beheer van de betreffende fietsdijk van het waterschap overgenomen en de ontwerp-wegenlegger daarop aangepast.

Reactie Gedeputeerde Staten

Het beheer van een weg wordt niet geregeld in de ontwerp-wegenlegger, wel de onderhoudsplicht (zie kolom VII van de ontwerp-wegenlegger). De gemeente Woudrichem is na overleg met het waterschap onderhoudsplichtige geworden van de fietsdijk bij Rijswijk, wegnummer 4098.02. Gelet op het bepaalde in artikel 18a, eerste lid, kunnen wij hiermee instemmen. De gemeente heeft de onderhoudsplichtige van de fietsdijk bij Rijswijk, wegnummer 4098.02, in kolom VII van de ontwerp-wegenlegger, terecht aangepast.

2.4 Zienswijze van de provincie Noord-Brabant

De provincie heeft op detailniveau diverse wijzigingen doorgegeven over de provinciale wegen N322, wegnummer 5000 en N267, wegnummer 5002. De wijzigingen zijn door de gemeente Woudrichem overgenomen in de betreffende tabellen van de ontwerp-wegenlegger.

Reactie Gedeputeerde Staten

De gemeente Woudrichem heeft de door de provincie voorgestelde wijzigingen terecht aangepast.

2.5 Conclusie

Nu de bij de gemeente ingebrachte zienswijzen terecht zijn verwerkt in de ontwerp-wegenlegger kan de wegenlegger worden vastgesteld.

BESLUIT

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

Gelet op artikel 35, eerste lid, van de Wegenwet;

Gelet op het Wegenleggerbesluit;

Overwegende de ingekomen zienswijzen en onze reactie daarop;

Besluiten:

Artikel I

De wegenleggers van de gemeente Woudrichem, van 23 februari 1977, in te trekken.

Artikel II

De wegenlegger van de gemeente Woudrichem, opgemaakt op 9 augustus 2016, vast te stellen.

Artikel III

Dat het besluit in werking treedt met ingang van de dag na de datum van publicatie in het provinciaal blad.

’s-Hertogenbosch, 26 juli 2017

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,

namens deze,

J.H.M . Goossens,

programmaleider Beheer en Onderhoud

Beroep

Belanghebbenden die het met dit besluit niet eens zijn kunnen schriftelijk beroep indienen binnen zes weken na de verzending van dit besluit. Het beroepschrift moet voorzien zijn van een handtekening, naam en adres, datum, een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar is gericht en waarom u het met dat besluit niet eens bent. Het beroepschrift moet worden gericht aan de

Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch. Voor het instellen van beroep is griffierecht verschuldigd.

Voorlopige voorziening

Bovenstaand besluit treedt in werking, ook al wordt een beroepschrift ingediend. Het is daarom mogelijk om gelijktijdig met of na het indienen van een beroepschrift een zogenaamde “voorlopige voorziening” te vragen bij de Rechtbank Oost-Brabant, sector Bestuursrecht, Postbus 90125, 5200 MA ’s-Hertogenbosch. Een voorlopige voorziening is in feite het nemen van een tijdelijke maatregel, bijvoorbeeld het schorsen van het besluit gedurende de tijd die nodig is om de bezwaren te behandelen en daarop een besluit te nemen. Voorwaarde om zo’n voorlopige voorziening te vragen is, dat er sprake is van een spoedeisend belang. Voor het vragen van een voorlopige voorziening is griffierecht verschuldigd.