Eerste wijziging Uitvoeringsregeling Financiële Verordening Gelderland 2016

Bekendmaking van het besluit van 6 juni 2017– zaaknummer 2016-011945 tot wijziging van een regeling

 

GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND;

Gelet op artikel 12 van de Financiële verordening Gelderland 2016;

BESLUITEN:

Vast te stellen de volgende wijziging van de Uitvoeringsregeling Financiële verordening Gelderland 2016;

Artikel I Artikel 6 komt als volgt te luiden:

Artikel 6 Afschrijvingen

  • 1.

    De hierna genoemde materiële vaste activa worden afgeschreven in de daarbij vermelde periode:

    • a.

      nieuwbouw bedrijfsgebouwen: 40 jaar;

    • b.

      renovatie, restauratie en aankoop bedrijfsgebouwen: 20 jaar;

    • c.

      technische installaties: 15 jaar;

    • d.

      veiligheidsvoorzieningen in bedrijfsgebouwen, telefooninstallaties en kantoormeubilair: 10 jaar;

    • e.

      zware transportmiddelen, aanhangwagens, personenauto’s, lichte motorvoertuigen en technische hulpmiddelen: 5 jaar;

    • f.

      automatiseringsapparatuur en -programmatuur: 3 jaar;

    • g.

      civiele kunstwerken, zoals bruggen, tunnels, viaducten en ecoducten: 50 jaar;

    • h.

      nieuwe wegen, nieuwe fietspaden en volledige renovatie van wegen: 25 jaar.

  • 2.

    De afschrijving van de in het vorige lid genoemde activa begint op 1 januari van het jaar volgend op het jaar van het in gebruik nemen daarvan.

Artikel II De toelichting op artikel 6 komt als volgt te luiden:

Artikel 6 De Financiële verordening bepaalt dat investeringen worden afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur. De concrete afschrijvingstermijnen zijn opgenomen in de Uitvoeringsregeling omwille van de consistentie en om te voorkomen dat elke nieuwe afschrijvingstermijn of aanpassing daarvan aan Provinciale Staten moeten worden voorgelegd. De afschrijvingstermijnen zijn gebaseerd op de verwachte gebruiksduur. Met het afschrijven van de activa wordt begonnen in het jaar volgend op het jaar van het in gebruik nemen. Mocht voor het eventueel doorbelasten van kosten, waarin ook de kosten van de investering (met een economisch nut) een rol spelen, berekening van een kostprijs noodzakelijk zijn, dan kunnen de afschrijvingslasten in het deel van het eerste jaar (het jaar van het in gebruik nemen, waarin niet wordt afgeschreven) afzonderlijk (intra comptabel) worden berekend en worden meegenomen in de doorbelasting.

Artikel III  

Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2017 en werkt terug tot 1 januari 2017.

Gepubliceerd te Arnhem

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje -

Commissaris van de Koning

P.G.G. Hilhorst -

secretaris

Naar boven