Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent provinciale retailadviescommissie (Reglement provinciale retailadviescommissie Noord Brabant)

Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant;

 

Gelet op artikel 82 van de Provinciewet;

 

Overwegende dat Provinciale Staten op 20 mei 2016 het Uitvoeringsprogramma werklocaties 2016-2019 hebben vastgesteld, aan de hand waarvan de provincie samen met partners werkt aan vitale en toekomstbestendige werklocaties voor bedrijven, winkels en kantoren;

 

Overwegende dat enerzijds winkelmeters uit de markt dienen te worden genomen en anderszijds de detailhandelsstructuur versterkt dient te worden door ruimte te geven aan vernieuwing en innovatie;

 

Overwegende dat een kwalitatieve match tussen vraag en aanbod, een van de doelstellingen van het Uitvoeringsprogramma Werklocaties is;

 

Overwegende dat het wenselijk is dat Gedeputeerde Staten kunnen beschikken over adviezen met betrekking tot de maatschappelijke meerwaarde van nieuwe detailhandelsconcepten en ruimtelijke plannen met detailhandelsinitiatieven waarvoor een juridische procedure doorlopen moet worden;

 

Overwegende dat de gemeenten in het Stedelijk gebied van de Metropoolregio Eindhoven, een eigen Regionale Adviescommissie Detailhandel zullen instellen;

 

Besluiten vast te stellen de volgende regeling:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit reglement wordt verstaan onder:

ruimtelijk plan: bestemmingsplan, wijzigings- of uitwerkingsplan, omgevingsvergunning, inpassingsplan of projectbesluit;

Artikel 2 Instelling

Er is een provinciale retailadviescommissie.

Artikel 3 Taken

  • 1.

    De commissie heeft tot taak het gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan Gedeputeerde Staten over een ruimtelijk plan binnen de provincie of een ontheffingsaanvraag daartoe, waarin nieuwe detailhandelsontwikkelingen zijn opgenomen waarbij op basis van de bestuurlijk vastgestelde regionale of subregionale detailhandelsvisies regionale of subregionale afstemming is vereist.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid heeft de advisering geen betrekking op ruimtelijke plannen of ontheffingsaanvragen die betrekking hebben op het stedelijk gebied van de Metropoolregio Eindhoven.

  • 3.

    De werkzaamheden, bedoeld in het eerste lid, betreffen:

    • a.

      advisering over de mate waarin een detailhandelsinitiatief voldoet aan de uitgangspunten van de Structuurvisie 2010 - partiële herziening 2014, Verordening ruimte 2014 en de regionale detailhandelsvisies en –afspraken;

    • b.

      advisering over de maatschappelijke meerwaarde van innovatieve nieuwe detailhandelsconcepten;

    • c.

      het op verzoek van Gedeputeerde Staten verstrekken van nadere inlichtingen over adviezen met betrekking tot ruimtelijke plannen die aan hen zijn voorgelegd of waarvoor een ontheffing van de Verordening ruimte is verzocht.

Artikel 4 Samenstelling commissie, benoeming voorzitter en overige leden

  • 1.

    De commissie bestaat uit minstens vier en maximaal zeven leden.

  • 2.

    Gedeputeerde Staten benoemen één lid tot voorzitter wordt benoemd.

  • 3.

    Tot lid kan niet worden benoemd een persoon die in dienst is van de provincie Noord-Brabant.

  • 4.

    De leden vertegenwoordigen gezamenlijk de kennisdomeinen people, planet en profit.

  • 5.

    Gedeputeerde Staten benoemen de leden op grond van hun expertise en ervaring op de in het vorige lid genoemde kennisdomeinen.

  • 6.

    De leden worden benoemd tot 31 december 2019.

Artikel 5 Eind lidmaatschap

  • 1.

    Het lidmaatschap van de commissie eindigt door:

    • a.

      op het moment dat de duur, waarvoor de benoeming geldt, is verstreken;

    • b.

      het vervallen of intrekken van dit reglement;

    • c.

      het nemen van ontslag als lid;

    • d.

      het overlijden van het lid;

    • e.

      een daartoe strekkend besluit van Gedeputeerde Staten.

  • 2.

    Indien een lid voornemend is zelf ontslag te nemen, geeft hij hiervan zo spoedig mogelijk doch uiterlijk vier weken voordat hij zijn lidmaatschap wenst te beëindigen hiervan kennis aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 6 Secretaris en ondersteuning van de commissie

  • 1.

    Gedeputeerde Staten wijzen een ambtenaar aan als secretaris, respectievelijk plaatsvervangend secretaris. Deze staat is met betrekking tot zijn werkzaamheden uitsluitend verantwoording verschuldigd aan de voorzitter van de commissie.

  • 2.

    De secretaris is in ieder geval belast met de voorbereiding, coördinatie en verslaglegging van de werkzaamheden van de commissie.

  • 3.

    De secretaris heeft een adviserende stem.

Artikel 7 Vergaderorde

  • 1.

    De commissie vergadert zo vaak als dat door de voorzitter nodig wordt geoordeeld, met een maximum van acht vergaderingen per jaar.

  • 2.

    De voorzitter nodigt hiertoe in overleg met de secretaris de leden van de commissie uit.

  • 3.

    De commissie kan slechts een advies uitbrengen indien tenminste de voorzitter en drie overige leden aanwezig zijn.

  • 4.

    De voorzitter kan in overleg met de secretaris besluiten tot een schriftelijke raadpleging van de leden van de commissie.

  • 5.

    De vergaderingen van de commissie zijn niet openbaar.

Artikel 8 Besluitvorming en advies

  • 1.

    In een advies van de adviescommissie wordt zoveel mogelijk recht gedaan aan de standpunten van de leden, waarbij wordt gestreefd naar een unaniem gedragen advies.

  • 2.

    De commissie besluit bij meerderheid van stemmen, waarbij ieder bij de vergadering aanwezig lid één stem heeft. Bij het staken van de stemmen heeft de voorzitter de doorslaggevende stem.

  • 3.

    Het advies, bedoeld in het vierde lid, wordt namens de commissie ondertekend door de voorzitter en secretaris.

  • 4.

    De commissie brengt binnen twee weken na het inkomen van het adviesverzoek, advies uit aan het Gedeputeerde Staten.

  • 5.

    De adviezen van de commissie zijn openbaar.

Artikel 9 Werkwijze

In gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist de commissie over de door haar te volgen werkwijze.

Artikel 10 Verslaglegging

  • 1.

    De secretaris draagt zorg voor de verslaglegging van de vergaderingen van de commissie.

  • 2.

    De commissie evalueert haar werkzaamheden en functioneren ieder jaar en brengt daarover binnen 3 maanden na afloop van het jaar verslag uit aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 11 Onafhankelijkheid en geheimhouding

  • 1.

    De leden van de commissie adviseren onafhankelijk en zonder last of ruggespraak.

  • 2.

    Een lid onthoudt zich van advisering en stemming indien het een onderwerp betreft waarbij hij rechtstreeks of middellijk betrokken is.

  • 3.

    Voor zover de leden van de commissie bij de uitvoering van hun taken de beschikking krijgen over vertrouwelijke gegevens, zijn zij verplicht tot geheimhouding hiervan.

Artikel 12 Vergoeding

  • 1.

    De leden van het de commissie ontvangen voor het bijwonen van een vergadering een vergoeding overeenkomstig artikel 2 van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden 2016.

  • 2.

    De leden ontvangen voor reis- en verblijfskosten voor het bijwonen van vergaderingen een vergoeding overeenkomstig de artikelen 3 en 4 van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden 2016.

Artikel 13 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad.

Artikel 14 Citeertitel

Dit reglement wordt aangehaald als: Reglement provinciale retailadviescommissie Noord Brabant.

’s-Hertogenbosch, 30 mei 2017

Gedeputeerde Staten voornoemd,

de voorzitter,

prof. dr. W.B.H.J. van de Donk

de secretaris,

mw. ir. A.M. Burger

Naar boven