Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 17 april 2017, nr. 934242-935259, tot wijziging van de Uitvoeringsregeling POP3 subsidies Noord-Holland

 

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Uitvoeringsregeling POP3 subsidies Noord-Holland te wijzigen omdat na overleg met de Staatssecretaris van Economische Zaken en de overige provinciebesturen aanpassingen naar aanleiding van wijziging van hogere regelgeving en wijzigingen van ondergeschikte ;

 

Besluiten:

ARTIKEL I  

 

De Uitvoeringsregeling POP3 subsidies Noord-Holland als volgt te wijzigen:

 

A

 

Artikel 1.1 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Aan onderdeel f, tweede volzin wordt, onder vervanging van puntkomma door komma, toegevoegd:

 

tenzij de besparingen teniet worden gedaan door een evenredige verlaging van een eventuele exploitatiesubsidie;

 

2. Onderdeel l komt te vervallen;

 

3. Toegevoegd worden de onderdelen l, m, en n, luidende:

 

l. Regeling Europese EZ-subsidies: Regeling van 1 juli 2015, Stcrt, 2015, 18094;

m. Kaderbesluit nationale EZ-subsidies: Regeling van 1 januari 2009, Stb. 2008, 499, gewijzigd per 1 juli 2016, Stb. 2016, 56;

n. Afschrijvingskosten: de kosten van afschrijving zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013.

 

B

 

Artikel 1.2 wordt als volgt gewijzigd:

 

1. In het eerste lid komen de woorden “het landelijk gebied” te vervallen.

 

C

 

Artikel 1.3 wordt als volgt gewijzigd:

 

1. Het derde lid, onderdeel g, komt te luiden:

g. de minimale of maximale hoogte van de subsidie;

 

2. Het derde lid, onderdeel h, komt te luiden:

h. de gegevens of bescheiden die bij de aanvraag om subsidie, voorschot, wijziging of vaststelling overgelegd moeten worden;

 

3. Het derde lid, onderdeel i, komt te luiden:

i. de wijze van indienen van een verzoek om subsidie, voorschot, wijziging of vaststelling;

 

4. Het derde lid, onderdeel j, wordt verletterd naar onderdeel l;

 

5. Het derde lid, onderdeel j, komt te luiden:

j. het indienen van een verslag omtrent de voortgang van de activiteiten;

 

6. toegevoegd wordt aan het derde lid, onderdeel k, luidende:

k. het verstrekken van voorschotten;

 

7. Het vierde lid 4 komt te vervallen.

 

D

 

Artikel 1.4 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.4 POP3 steun

1. POP-3 steun bestaat uit ELFPO-middelen en middelen van nationale overheden, tenzij in een openstellingsbesluit anders is bepaald.

2. De in het eerste lid bedoelde middelen van nationale overheden bestaan uit:

a. provinciale middelen, of

b. middelen van andere overheden.

3. Gedeputeerde staten stellen in een openstellingsbesluit vast welke gedeelten van de in het eerste lid bedoelde steun met de openstelling beschikbaar worden gesteld.

4. De in deze regeling genoemde subsidiepercentages bestaan voor 50% uit steun afkomstig uit het ELFPO en voor 50% uit nationale overheidsfinanciering, tenzij in een openstellingsbesluit anders is bepaald.

 

E

 

Artikel 1.6, eerste lid komt als volgt te luiden:

 

1. Indien bij of krachtens deze regeling is bepaald dat een subsidie kan worden verstrekt aan een samenwerkingsverband, komen in geval van samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid slechts voor subsidie in aanmerking samenwerkingsverbanden:

a. waarvan de deelnemers natuurlijke personen of rechtspersonen, ieder met een andere eigenaar en niet in eigendom van een deelnemende natuurlijke persoon, zijn, en

b. die voldoen aan de concurrentieregels zoals die gelden krachtens de artikelen 206 tot en met 210 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad.

 

F

 

Na artikel 1.7 wordt ingevoegd artikel 1.7a, luidende:

 

1.7a bewijsstukken

1. Als bewijsstukken van documenten die in het kader van deze regeling moeten worden ingediend worden geaccepteerd:

a. originele documenten;

b. fotokopieën van originelen;

c. microfiches van originelen;

d. elektronische versies van originelen.

2. Bewijsstukken, genoemd in het eerste lid, onder b tot en met d, worden slechts geaccepteerd indien de procedure, bedoeld in bijlage 1 van de Regeling Europese EZ subsidies is gevolgd.

 

G

 

Artikel 1.8 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Onderdeel a komt te luiden:

a. voor dezelfde activiteit op grond van hetzelfde openstellingsbesluit reeds subsidie is aangevraagd;

 

2. Onderdeel f komt te luiden:

f. een aanvraag minder scoort dan het minimum aantal punten als bedoeld in artikel 1.15, derde lid, onder c;

 

H

 

Artikel 1.9 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.9 personeelskosten

1. Loonkosten worden berekend door het aantal aan het project of de investering bestede uren te vermenigvuldigen met een volgens één van de volgende methodieken berekend tarief:

a. een per medewerker bepaald individueel uurtarief, berekend op basis van bruto jaarloon, vermeerderd met een opslag van 43,5% voor werkgeverslasten, waarna over dat bedrag 15% aan overheadkosten wordt berekend en dat bedrag vervolgens door 1.720 uur op basis van een 40-urige werkweek wordt gedeeld;

b. een door de minister goedgekeurde integrale kostensystematiek als bedoeld in artikel 12, eerste lid, van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies

2. Personeelskosten zijn subsidiabel tot maximaal 1.720 uur per persoon per jaar bij een 40-urig dienstverband.

3. In geval van een parttime dienstverband, worden de personeelskosten per uur en het maximale aantal uur per persoon per jaar waarvoor personeelskosten subsidiabel zijn naar rato berekend.

 

I

 

Artikel 1.11 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.11 berekeningswijze bijdragen in natura

1. Bijdragen in natura kunnen bestaan uit werken, zaken, diensten, grond en onroerende zaken waarvoor geen door facturen of documenten met gelijkwaardige bewijskracht gestaafde contante betalingen zijn verricht.

2. Bijdragen in natura zijn subsidiabel, mits:

a. de aan de bijdrage in natura toegekende waarde niet hoger is dan de waarde die gewoonlijk op de desbetreffende markt wordt aanvaard;

b. er een onafhankelijke beoordeling en verificatie van de waarde van de bijdragen in natura mogelijk is.

3. Indien de bijdrage in natura bestaat uit de verstrekking van gronden of onroerende zaken is de bijdrage, in afwijking van het tweede lid, onderdeel b, slechts subsidiabel indien de waarde is getaxeerd en gecertificeerd door een onafhankelijke gekwalificeerde deskundige of een hiertoe gemachtigde officiële instantie.

4. Bijdrage in natura in de vorm van verstrekking van gronden is subsidiabel tot maximaal de percentages genoemd in artikel 1.10.

5. Indien de bijdrage in natura bestaat uit gronden of onroerende zaken kan een contante betaling worden gedaan met het oog op een huurovereenkomst voor een nominaal bedrag per jaar dat niet meer bedraagt dan € 1,-.

6. Indien de bijdrage in natura bestaat uit onbetaalde arbeid is de bijdrage slechts subsidiabel indien de werkelijke arbeidstijd voor de uitvoering van de activiteit gecontroleerd kan worden.

7. De waarde van onbetaalde eigen arbeid wordt gewaardeerd op € 35,- per uur.

8. De waarde van onbetaalde arbeid van vrijwilligers wordt gewaardeerd op € 22,- per uur.

9. De aan een concrete actie betaalde overheidssteun die bijdragen in natura omvat is aan het einde van de concrete actie niet hoger dan de totale subsidiabele uitgaven, exclusief bijdragen in natura.

 

J

 

Artikel 1.12 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Kosten, afschrijvingskosten en bijdragen in natura komen slechts voor subsidie in aanmerking indien zij zijn gemaakt of geleverd nadat de aanvraag om subsidie is ingediend.

 

2. Het tweede lid komt te luiden:

2. Indien in het openstellingsbesluit bepaald komen, in afwijking van het eerste lid, voorbereidingskosten ook voor subsidie in aanmerking indien zij gemaakt zijn binnen één jaar of een in het openstellingsbesluit vastgelegde termijn voordat de aanvraag om subsidie is ingediend.

 

K

 

Artikel 1.13 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Het eerste lid, onderdeel i, komt te luiden:

i. kosten die naar het oordeel van Gedeputeerde staten niet voldoen aan de vereisten van goed financieel beheer als bedoeld in artikel 30 van VO 966/2012 (Financieel Reglement);

 

2. Toegevoegd wordt onderdeel j, luidende:

j. winstopslagen binnen een samenwerkingsverband.

 

L

 

Artikel 1.15 komt te luiden:

 

Artikel 1.15 honorering subsidieaanvragen

1. Gedeputeerde staten verdelen het beschikbare subsidiebedrag op basis van

a. rangschikking op basis van selectiecriteria;

b. rangschikking op basis een investeringslijst;

c. een geografisch criterium;

2. Aanvragen worden gehonoreerd op volgorde van de rangschikking.

3. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen worden gerangschikt op basis van selectiecriteria, stellen Gedeputeerde staten in een openstellingsbesluit vast:

a. de wegingsfactor per selectiecriterium;

b. het minimaal en maximaal te behalen aantal punten per selectiecriterium;

c. het minimum aantal punten dat een aanvraag op basis van de selectiecriteria moet behalen om voor subsidie in aanmerking te komen;

d. Het aantal punten van een aanvraag wordt bepaald door toepassing van alle in het openstellingsbesluit vermelde selectiecriteria met de aangegeven weging van die criteria.

4. Gedeputeerde staten stellen een procedure vast voor de honorering van aanvragen voor subsidie die op gelijke plaats zijn gerangschikt en bij honorering van die aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden.

 

M

 

Artikel 1.17 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Het eerste lid, onderdeel e. komt te luiden:

e. binnen twee maanden na dagtekening van de subsidiebeschikking te starten met de uitvoering van de activiteit als beschreven in het projectplan, tenzij in het openstellingsbesluit of in de beschikking tot subsidieverlening anders is bepaald;

 

3. Onderdeel f komt te vervallen;

 

4. De onderdelen g tot en met l worden verletterd naar f tot en met k;

 

5. in het eerste lid, onderdeel f, wordt “goederen” vervangen door: zaken;

 

6. Toegevoegd wordt onderdeel l, luidende:

l. om vervreemding van de onderneming waaraan subsidie is verstrekt of grond waarop een activiteit waarvoor subsidie is verstrekt betrekking heeft, zo spoedig als mogelijk maar uiterlijk de dag van daadwerkelijke vervreemding bij de subsidieverstrekker te melden.

 

7.

Het tweede lid, aanhef, komt te luiden:

2. Een verslag omtrent de voortgang van de activiteiten als bedoeld in het eerste lid, onder h, bevat tenminste:

 

N

 

Artikel 1.18 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.18 niet doel gebonden verplichtingen

Gedeputeerde staten kunnen in de subsidiebeschikking aan een subsidieontvanger verplichtingen als bedoeld in artikel 4:39 van de Algemene wet bestuursrecht opleggen.

 

O

 

Artikel 1.19 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het tweede lid, tweede volzin wordt “goederen” vervangen door: zaken;

 

2. In het derde lid wordt “goederen” vervangen door: zaken;

 

3. In het vierde lid wordt “goederen” vervangen door: zaken.

 

P

 

Artikel 1.20 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.20 verrekening netto inkomsten gedurende uitvoering

Indien de subsidie betrekking heeft op paragraaf 1, 7 of 8 van hoofdstuk 2, of op hoofdstuk 3 worden netto inkomsten die tijdens de uitvoering van de activiteit gegenereerd worden als bedoeld in artikel 65, lid 8, van Vo (EU) 1303/2013, overeenkomstig genoemd artikel in mindering gebracht op de subsidiabele kosten.

 

Q

 

Artikel 1.21 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 1.21 verrekening netto inkomsten na uitvoering

Indien de subsidie betrekking heeft op paragraaf 1, 7 of 8 van hoofdstuk 2, of op hoofdstuk 3, worden netto inkomsten die na de uitvoering van de activiteit gegenereerd worden als bedoeld in artikel 61 van Vo (EU) 1303/2013, overeenkomstig genoemd artikel in mindering gebracht op de subsidiabele kosten.

 

R

 

Artikel 1.22 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. Aan het eerste lid, onderdeel a, wordt toegevoegd: of;

 

2. Aan het eerste lid, onderdeel b, wordt toegevoegd: of;

 

3. Toegevoegd wordt een vierde lid, luidende:

 

4. De in het eerste lid genoemde termijn van vijf jaar kan worden verkort tot drie jaar bij behoud van investeringen of door het MKB gecreëerde banen.

 

S

 

Aan artikel 1.23 wordt een vierde en een vijfde lid toegevoegd, luidende:

 

4. De aanvraag om een voorschot heeft betrekking op minimaal 25% van de verleende subsidie of minimaal € 50.000,-.

5. Gedeputeerde staten beslissen binnen 13 weken op een aanvraag om voorschot.

 

T

 

Artikel 1.25, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

 

1. Indien dit in een openstelling is bepaald, kunnen Gedeputeerde staten op verzoek voorschotten vooruitlopend op realisatie verlenen.

 

 

U

Artikel 1.26 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. lid 2 komt te vervallen;

 

2. lid 3 wordt vernummerd naar lid 2;

 

3. in lid 2, aanhef, komt “inhoudelijk” te vervallen.

 

V

 

Artikel 1.27, eerste lid, komt te luiden:

 

1. Subsidieontvanger is verplicht de aanvraag tot subsidievaststelling binnen drie jaar na datum subsidiebeschikking of, indien dat eerder is, uiterlijk op 1 april 2023 in te dienen, tenzij in de beschikking tot subsidieverlening anders is bepaald.

 

W

 

Artikel 2.1.4 wordt gewijzigd als volgt:

 

1.Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst;

 

2.Toegevoegd wordt een tweede lid, luidende:

 

2. De subsidiabiliteit van bijdragen in natura kan in een openstellingsbesluit worden beperkt.

 

X

 

Van artikel 2.1.6 komt het vierde lid te vervallen.

 

Z

 

Artikel 2.1.7 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.1.7 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. Kosteneffectiviteit

b. Haalbaarheid/Kans op succes

c. Mate van effectiviteit van de activiteit

2. Gedeputeerde staten kunnen tevens de mate van innovativiteit als selectiecriterium hanteren.

3. Voor ieder van de in het 1e of 2e lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

4. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

d. het criterium bedoeld in het tweede lid, onder a, heeft een wegingsfactor 1;

5. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

AA

 

Artikel 2.1.8 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.1.8 verplichting

Indien een prijs moet worden betaald om de kennisoverdrachtsactiviteit te kunnen bezoeken of aan de kennisoverdrachtsactiviteit deel te nemen, dient hiervan melding te worden gemaakt in de subsidieaanvraag.

 

BB

 

Artikel 2.2.3 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.2.3 subsidiabele kosten

1. Subsidie wordt verstrekt voor de volgende kosten:

a. de kosten van de bouw of verbetering, dan wel verwerving of leasing van onroerende zaken;

b. de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

c. kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

d. de kosten van adviezen duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

e. de kosten van haalbaarheidsstudies.

2. In aanvulling op het eerste lid kunnen Gedeputeerde staten bepalen dat ook subsidie kan worden verstrekt voor:

a. de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

b. de kosten van verwerving van octrooien, licenties, auteursrechten en merken;

c. personeelskosten;

d. bijdragen in natura;

e. de kosten van tweedehands zaken tot maximaal de marktwaarde van de activa;

f. afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013;

g. niet verrekenbare of niet compensabele BTW.

 

CC

 

Artikel 2.2.5 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.2.5 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. Kosteneffectiviteit;

b. Haalbaarheid/Kans op succes;

c. Mate van effectiviteit van de activiteit;

d. Mate van innovativiteit;

2. Voor ieder van de in het eerste lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 1 of 2;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 1 of 2.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

DD

 

Artikel 2.3.2 komt als volgt te luiden:

 

1.In het tweede lid wordt “onroerend goed” vervangen door: omroerende zaak;

2.in het derde lid wordt “begunstigde” vervangen door: subsidieontvanger.

 

EE

 

Artikel 2.3.6 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. In het eerste lid, onderdeel a, wordt “goederen” vervangen door: zaken;

2. Aan het tweede lid, onderdeel d., wordt toegevoegd: of niet compensabele BTW.

 

FF

 

Artikel 2.4.5 wordt gewijzigd als volgt:

 

1. In onderdeel a. wordt “goederen” vervangen door: zaken;

 

GG

 

Artikel 2.4.9 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.4.9 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. kosteneffectiviteit;

b. haalbaarheid/kans op succes;

c. mate van effectiviteit van de activiteit;

d. urgentie.

 

2. Voor ieder van de in het eerste lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 2;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 1 of 2.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

 

HH

 

Artikel 2.5.3 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.5.3 subsidiabele kosten

1. Subsidie kan worden verstrekt voor:

a. de kosten van de bouw, verbetering, verwerving of leasing van onroerende zaken;

b. de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

c. de kosten van adviseurs, architecten en ingenieurs;

d. de kosten van adviezen duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

e. de kosten van haalbaarheidsstudies.

2. In aanvulling op het eerste lid kunnen Gedeputeerde staten bepalen dat ook subsidie kan worden verstrekt voor:

a. de kosten van verwerving of ontwikkeling van computersoftware;

b. de kosten van verwerving van octrooien, licenties, auteursrechten en merken;

c. afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013;

d. de kosten van tweedehands installaties tot maximaal de marktwaarde;

e. niet verrekenbare of niet compensabele BTW;

f. personeelskosten.

 

II

 

Artikel 2.5.5 wordt gewijzigd en komt te luiden:

 

Artikel 2.5.5 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. kosteneffectiviteit;

b. haalbaarheid/Kans op succes;

c. mate van effectiviteit van de activiteit;

d. urgentie.

2. Voor ieder van de in het 1e lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 1;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 1 of 2.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

JJ

 

In artikel 2.6.1, eerste lid, komen de woorden “in het landelijk gebied” te vervallen.

 

KK

 

Artikel 2.6.3 wordt gewijzigd als volgt:

 

1.in het eerste lid, onderdeel a., wordt “goederen” vervangen door: zaken;

2.het tweede lid, onder deel c komt te luiden:

c. afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013.

 

LL

 

In artikel 2.6.4 komen het tweede lid en de aanduiding “1” voor de tekst te vervallen.

 

MM

 

Artikel 2.6.5 wordt gewijzigd en luidt:

 

Artikel 2.6.5 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. kosteneffectiviteit;

b. haalbaarheid/Kans op succes;

c. mate van effectiviteit van de activiteit;

d. urgentie.

 

2. Voor ieder van de in het 1e lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 1 of 2;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 1 of 2.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

NN

 

Aan artikel 2.7.1, eerste lid wordt voor het woord “of” toegevoegd: als bedoeld in artikel 1.6 lid 1.

 

OO

 

Aan artikel 2.7.5 worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

 

c. indien steun niet wordt aangevraagd voor een proefproject of de ontwikkeling van nieuwe producten, praktijken, processen of technieken in de landbouw- de voedings- of de bosbouwsector;

d. indien de aanvraag niet wordt gedaan door een pas opgericht samenwerkingsverband of netwerk of het niet gaat om een activiteit die nieuw is voor een reeds bestaand samenwerkingsverband of netwerk.

 

PP

 

Artikel 2.7.6 wordt gewijzigd als volgt:

 

1.in het eerste lid, onderdeel d, wordt “goederen” vervangen door: zaken;

2.in het eerste lid, onderdeel f, wordt “goederen” vervangen door: zaken;3.het tweede lid, onder deel d komt te luiden:

d. afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013.

 

QQ

 

Artikel 2.7.8, derde lid, onderdeel a. komt als volgt te luiden:

 

a. het samenwerkingsverband bestaat uit tenminste één kleine- of middelgrote onderneming als omschreven in bijlage 1 bij verordening 651/2014 (AGV) en geen van de partijen meer dan 70% van de kosten draagt, en

 

RR

 

Artikel 2.7.9 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.7.9 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. kosteneffectiviteit;

b. haalbaarheid/Kans op succes;

c. mate van effectiviteit van de activiteit;

d. mate van innovativiteit.

 

2. Voor ieder van de in het 1e lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 2 of 3.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

SS

 

Aan artikel 2.8.5 worden twee onderdelen toegevoegd, luidende:

 

c. indien steun niet wordt aangevraagd voor een proefproject of de ontwikkeling van nieuwe producten, praktijken, processen of technieken in de landbouw- de voedings- of de bosbouwsector;

d. indien de aanvraag niet wordt gedaan door een pas opgericht samenwerkingsverband of netwerk of het niet gaat om een activiteit die nieuw is voor een reeds bestaand samenwerkingsverband of netwerk.

 

TT

 

Artikel 2.8.6 wordt gewijzigd als volgt:

 

1.in het eerste lid, onderdeel d., wordt “goederen” vervangen door: zaken;

2.in het eerste lid, onderdeel f, wordt “goederen” vervangen door: zaken;

3.het tweede lid, onder deel c komt te luiden:

c. afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69 lid 2 van Verordening (EU) Nr. 1303/2013.

 

 

 

Artikel 2.8.9 komt als volgt te luiden:

 

Artikel 2.8.9 rangschikking

1. Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen, gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

a. kosteneffectiviteit;

b. haalbaarheid/kans op succes;

c. mate van effectiviteit van de activiteit;

d. mate van innovativiteit.

2. Voor ieder van de in het 1e lid bedoelde criteria kunnen 1 tot en met 4 punten worden behaald.

3. De criteria hebben de volgende wegingsfactoren:

a. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

b. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor 2 of 3;

c. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor 2;

d. het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor 2 of 3.

4. Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaald, wordt de aanvraag niet gehonoreerd.

 

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Haarlem, 17 april 2017

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland,

J.W. Remkes, voorzitter.

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris.

Uitgegeven op 8 mei 2017

Namens Gedeputeerde Staten van Noord-Holland

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris.

Naar boven