Wijziging Verordening POP3 subsidies provincie Gelderland

Bekendmaking van het besluit van 14 maart 2017– zaaknummer 2015-010261 tot wijziging van een regeling

 

Gedeputeerde Staten van Gelderland

 

Gelet op artikel 4.3 van de Verordening POP3 subsidies provincie Gelderland;

 

Overwegende dat het wenselijk is de Verordening POP3 subsidies provincie Gelderland te wijzigen;

 

Besluiten:

 

De Verordening POP3 subsidies provincie Gelderland als volgt te wijzigen:

ARTIKEL I  

 

A.

De aanhef van de Verordening komt als volgt te luiden:

 

PROVINCIALE STATEN VAN GELDERLAND

 

Gelet op artikel 145 van de Provinciewet;

 

BESLUITEN

 

Vast te stellen de navolgende: Verordening POP3 subsidies provincie Gelderland

 

B.

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    bij onderdeel f wordt na “goederen” een komma geplaatst gevolgd met het woord “zaken” en wordt na “gerekend” een komma geplaatst gevolgd met de volgende toevoeging: tenzij de besparingen teniet worden gedaan door een evenredige verlaging van een eventuele exploitatiesubsidie;

  • 2.

    na onderdeel l wordt het volgende nieuwe onderdeel m toegevoegd onder vervanging van de punt in onderdeel j door een punt komma:

    • m.

      afschrijvingskosten: kosten van afschrijving zoals bedoeld in artikel 69, tweede lid van Verordening (EU) nr. 1303/2013.

 

C.

In artikel 1.2, eerste lid wordt de zinsnede “landelijk gebied, het” geschrapt.

 

D.

Artikel 1.3, derde lid komt als volgt te luiden:

  • 3.

    In het openstellingsbesluit kunnen Gedeputeerde Staten nadere regels stellen met betrekking tot:

    • a.

      de categorieën van activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen;

    • b.

      de thema’s waarop een activiteit betrekking heeft;

    • c.

      de categorieën van begunstigden;

    • d.

      de kostensoorten die voor subsidie in aanmerking komen;

    • e.

      de territoriale begrenzing van de openstelling;

    • f.

      een drempelbedrag met betrekking tot de subsidiabele kosten;

    • g.

      de minimale of maximale hoogte van de subsidie;

    • h.

      de gegevens of bescheiden die bij de aanvraag om verstrekking van subsidie overgelegd moeten worden;

    • i.

      de wijze van indienen van een aanvraag om verstrekking van subsidie;

    • j.

      het indienen van een verslag omtrent de voortgang van de activiteiten;

    • k.

      het verstrekken van voorschotten;

    • l.

      overige verplichtingen die aan een subsidieontvanger kunnen worden opgelegd.

 

E.

Het vierde lid van artikel 1.3 wordt geschrapt.

 

F.

Artikel 1.4 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    POP 3-steun bestaat uit ELFPO-middelen en middelen van nationale overheden, tenzij in het openstellingsbesluit anders is bepaald.

  • 2.

    De in het eerste lid bedoelde middelen van nationale overheden bestaan uit:

    • a.

      provinciale middelen, of

    • b.

      middelen van andere overheden.

  • 3.

    Gedeputeerde Staten stellen in het openstellingsbesluit vast welke gedeelten van de in het eerste lid bedoelde steun met de openstelling beschikbaar worden gesteld.

  • 4.

    De in deze verordening genoemde subsidiepercentages bestaan voor 50% uit steun afkomstig uit ELFPO en voor 50% uit nationale overheidsfinanciering, tenzij in het openstellingsbesluit anders is bepaald.

 

G.

In artikel 1.6 wordt het opschrift gewijzigd in “samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid” en wordt in het eerste lid na “komen” de volgende zinsnede toegevoegd: in geval van samenwerkingsverbanden zonder rechtspersoonlijkheid,.

 

H.

Na artikel 1.7 wordt een nieuw artikel 1.7a toegevoegd dat als volgt komt te luiden:

1.7a bewijsstukken

  • 1.

    Als bewijsstukken van documenten die in het kader van deze verordening moeten worden ingediend, worden geaccepteerd:

    • a.

      originele documenten;

    • b.

      fotokopieën van originele documenten;

    • c.

      microfiches van originele documenten;

    • d.

      elektronische versies van originele documenten.

  • 2.

    Bewijsstukken genoemd in het eerste lid onder b tot en met d worden slechts geaccepteerd indien de procedure als bedoeld in bijlage 1 van de Regeling Europese EZ subsidies is gevolgd.

 

I.

Artikel 1.8 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    onderdeel a komt als volgt te luiden: voor dezelfde activiteit op grond van hetzelfde openstellingsbesluit reeds subsidie is aangevraagd;

  • 2.

    in onderdeel f wordt “artikel 1.3, vierde lid, onderdeel d” als volgt gewijzigd: “artikel 1.15, derde lid, onder c”;

  • 3.

    na onderdeel h wordt een nieuw onderdeel i toegevoegd, onder vervanging van de punt in onderdeel h in een punt komma:

    • i.

      niet is voldaan aan de voorwaarden zoals die zijn gesteld in deze verordening.

 

J.

Artikel 1.9 komt als volgt te luiden:

  • 1.

    Loonkosten worden berekend door het aantal aan het project of de investering bestede uren te vermenigvuldigen met een volgens één van de volgende methodieken berekend tarief:

    • a.

      een per medewerker bepaald individueel uurtarief, berekend op basis van een bruto jaarloon, vermeerderd met een opslag van 43,5% voor werkgeverslasten, waarna over dat bedrag 15% aan overheadkosten wordt berekend en dat bedrag vervolgens door 1.720 uur, op basis van een 40-urig dienstverband, wordt gedeeld;

    • b.

      een door de minister goedgekeurde integrale kostensystematiek als bedoeld in artikel 12, eerste van het Kaderbesluit nationale EZ-subsidies.

  • 2.

    Personeelskosten zijn subsidiabel tot maximaal 1.720 uur per persoon per jaar bij een 40-urig dienstverband.

  • 3.

    In geval van een parttime dienstverband worden de personeelskosten per uur en het maximale aantal uur per persoon per jaar, waarvoor personeelskosten subsidiabel zijn, naar rato berekend.

 

K.

Artikel 1.11 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt “goederen” gewijzigd in “zaken”, en “onroerend goed” in “onroerende zaken”.

  • 2.

    Het tweede lid komt als volgt te luiden:

    Bijdragen in natura zijn subsidiabel, mits:

    • a.

      de aan de bijdrage in natura toegekende waarde niet hoger is dan de waarde die gewoonlijk op de desbetreffende markt wordt aanvaard; en

    • b.

      er een onafhankelijke beoordeling en verificatie van de waarde van de bijdragen in natura mogelijk is.

  • 3.

    In het derde lid wordt “goederen” gewijzigd in “zaken” en wordt “onderdeel c” gewijzigd in “onderdeel b”.

  • 4.

    In het vierde lid wordt “10% van de subsidiabele kosten” gewijzigd in “de percentages genoemd in of krachtens artikel 1.10.”

  • 5.

    Na het achtste lid wordt een nieuw negende lid toegevoegd dat als volgt komt te luiden:

    De aan een concrete actie betaalde overheidssteun die bijdragen in natura omvat, is aan het einde van de concrete actie niet hoger dan de totale subsidiabele uitgaven, exclusief bijdragen in natura.

 

L.

Het eerste lid van artikel 1.12 komt als volgt te luiden:

Kosten, afschrijvingskosten en bijdragen in natura komen slechts voor subsidie in aanmerking, indien zij zijn gemaakt of geleverd nadat de aanvraag om subsidie is ingediend.

 

M.

Het tweede lid van artikel 1.12 komt als volgt te luiden:

Indien in het openstellingsbesluit bepaald, komen in afwijking van het eerste lid, voorbereidingskosten ook voor subsidie in aanmerking indien zij gemaakt zijn binnen één jaar of binnen een in het openstellingsbesluit vastgestelde andere termijn, voordat de aanvraag om subsidie is ingediend.

 

N.

Artikel 1.13, eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    onderdeel i komt als volgt te luiden: kosten die naar het oordeel van Gedeputeerde Staten niet voldoen aan de vereisten van goed financieel beheer als bedoeld in artikel 30 van VO (EU) 966/2012;

  • 2.

    na onderdeel i wordt een nieuw onderdeel j toegevoegd onder wijziging van de punt aan het eind van onderdeel i in een punt komma:

    • j.

      winstopslagen binnen een samenwerkingsverband.

 

O.

Artikel 1.15 komt als volgt te luiden:

1.15 verdeling subsidiebedrag

  • 1.

    Gedeputeerde Staten verdelen het beschikbare subsidiebedrag met behulp van een:

    • a.

      rangschikking op basis van selectiecriteria;

    • b.

      rangschikking op basis van een investeringslijst; of

    • c.

      rangschikking op basis van een geografisch criterium.

  • 2.

    Subsidie wordt verstrekt op volgorde van de rangschikking als bedoeld in het eerste lid.

  • 3.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen worden gerangschikt op basis van selectiecriteria, stellen Gedeputeerde Staten in het openstellingsbesluit vast:

    • a.

      de wegingsfactor per selectiecriterium;

    • b.

      het minimaal en maximaal te behalen aantal punten per selectiecriterium;

    • c.

      het minimum aantal punten dat een aanvraag op basis van de selectiecriteria moet behalen om voor subsidie in aanmerking te komen.

  • 4.

    Het aantal punten van een aanvraag wordt bepaald door toepassing van alle in de nadere regels van het openstellingsbesluit vermelde selectiecriteria met de aangegeven weging van die criteria.

  • 5.

    Gedeputeerde Staten stellen in de nadere regels van het openstellingsbesluit een procedure vast indien meerdere aanvragen voor subsidie op een gelijke plaats zijn gerangschikt en waar bij honorering van die aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden.

 

P.

Artikel 1.17 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    onderdeel a komt als volgt te luiden:de voorschriften uit de Aanbestedingswet 2012 in acht te nemen indien de subsidieontvanger aanbestedingsplichtig is op grond van de Aanbestedingswet 2012;

  • 2.

    in onderdeel e wordt “ontvangst” gewijzigd in “dagtekening”;

  • 3.

    onderdeel f wordt geschrapt onder vernummering van de onderdelen g tot en met l tot f tot en met k;

  • 4.

    in het vernummerde onderdeel f wordt bij het derde bewijsstuk “goederen” gewijzigd in “zaken”;

  • 5.

    na onderdeel k wordt een nieuw onderdeel l toegevoegd onder wijziging van de punt in onderdeel j in een punt komma:

    om vervreemding van de onderneming waaraan subsidie is verstrekt of de grond waarop een activiteit waarvoor subsidie is verstrekt wordt uitgevoerd, zo spoedig mogelijk maar uiterlijk de dag van daadwerkelijke vervreemding bij Gedeputeerde Staten te melden.

 

Q.

In artikel 1.18 wordt tussen “kunnen” en “aan” de zinsnede “in de subsidiebeschikking” toegevoegd.

 

R.

In artikel 1.19 wordt in het tweede, derde en vierde lid “goederen” vervangen door “zaken”.

 

S.

In artikel 1.20 wordt de zinsnede na “worden” aan het einde van de zin, als volgt gewijzigd: als bedoeld in artikel 65, lid 8 van VO (EU) 1303/2013, overeenkomstig genoemd artikel in mindering gebracht op de subsidiabele kosten.

 

T.

In artikel 1.21 wordt de zinsnede na “worden” aan het einde van de zin, als volgt gewijzigd: als bedoeld in artikel 61 van VO (EU) 1303/2013, overeenkomstig genoemd artikel in mindering gebracht op de subsidiabele kosten.

 

U.

In artikel 1.22 wordt een nieuw lid toegevoegd dat als volgt luidt:

  • 4.

    De in het eerste lid genoemde termijn van vijf jaar kan worden verkort tot drie jaar bij behoud van investeringen of door het MKB gecreëerde banen.

 

V.

In artikel 1.23 wordt in het vierde lid tussen “de” en “subsidie” het woord “verleende” toegevoegd.

 

W.

Het eerste lid van artikel 1.25 wordt als volgt gewijzigd:

Indien dit in het openstellingsbesluit is bepaald, kunnen Gedeputeerde Staten op verzoek voorschotten vooruitlopend op realisatie verlenen.

 

X.

Het eerste lid van artikel 1.27 wordt als volgt gewijzigd:

Een subsidieontvanger is verplicht de aanvraag tot subsidievaststelling binnen drie jaar na de datum van de beschikking tot subsidieverlening of, indien dat eerder is, uiterlijk op 1 april 2023 in te dienen, tenzij in de beschikking tot subsidieverlening anders is bepaald.

 

Y.

Het eerste lid van artikel 2.2.3 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    onderdeel a komt als volgt te luiden: de kosten van de bouw of verbetering, dan wel verwerving of leasing van onroerende zaken;

  • 2.

    onderdeel c komt te vervallen onder vernummering van de onderdelen d tot en met f tot c tot en met e.

 

Z.

In het tweede lid van artikel 2.2.3 worden de onderdelen e en f als volgt gewijzigd en wordt een nieuw onderdeel g toegevoegd:

  • d.

    de kosten van tweedehands zaken tot maximaal de marktwaarde van de activa;

  • e.

    afschrijvingskosten zoals bedoeld in artikel 69, tweede lid van VO (EU) nr. 1303/2013;

  • f.

    niet verrekenbare of niet compensabele BTW.

 

AA.

Artikel 2.2.5 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      kosteneffectiviteit;

    • b.

      haalbaarheid;

    • c.

      mate van effectiviteit van de activiteit;

    • d.

      mate van innovativiteit.

  • 2.

    Voor elk van de in het eerste lid bedoelde selectiecriteria kan 1 tot en met 4 punten worden behaald.

  • 3.

    De selectiecriteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 1 of 2;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 1 of 2.

  • 4.

    Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaalt, wordt de aanvraag geweigerd.

 

AA.

In artikel 2.3.2 wordt in het tweede lid “onroerend goed” gewijzigd in “onroerende zaak””, wordt in onderdeel a “de landbouwbedrijf” gewijzigd in “het landbouwbedrijf” en wordt na “landbouwbedrijf” toegevoegd: van de subsidieontvanger.

 

BB.

Artikel 2.3.4 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    in het eerste lid wordt een nieuw onderdeel i toegevoegd onder vernummering van de onderdelen i tot en met iii in ii tot en met iv:

    • i.

      de gemaakte keuze voor de wijze waarop de subsidie berekend wordt;

  • 2.

    in het tweede lid wordt “accountantsverklaring” gewijzigd in “controleverklaring”;

  • 3.

    na het tweede lid wordt een nieuw derde lid toegevoegd:

    • 3.

      Gedeputeerde staten kunnen in aanvulling op artikel 1.3 nadere regels stellen omtrent de in het tweede lid bedoelde controleverklaring.

 

CC.

In artikel 2.3.6 wordt in het eerste lid, onderdeel a, “goederen” gewijzigd in “zaken” en wordt in het tweede lid, onderdeel d, na “BTW” toegevoegd “of niet compensabele BTW".

 

DD.

In artikel 2.4.5 wordt in onderdeel a “goederen” gewijzigd in “zaken”.

 

EE.

Artikel 2.4.9 komt als volgt te luiden:

Artikel 2.4.9 rangschikking

  • 1.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      kosteneffectiviteit;

    • b.

      haalbaarheid;

    • c.

      mate van effectiviteit van de activiteit;

    • d.

      mate van urgentie.

  • 2.

    Voor elk van de in het eerste lid bedoelde selectiecriteria kan 1 tot en met 4 punten worden behaald.

  • 3.

    De selectiecriteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 3;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 2;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 1 of 2.

  • 4.

    Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaalt, wordt de aanvraag geweigerd.

 

FF.

Artikel 2.5.3 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid, onderdeel a, wordt “goederen” gewijzigd in “zaken” en wordt onderdeel c geschrapt, onder vernummering van de onderdelen d tot en met f in c tot en met e.

  • 2.

    In het tweede lid wordt na onderdeel b een nieuw onderdeel c toegevoegd, onder vernummering van de onderdelen c tot en met e in d tot en met f:

    • c.

      de kosten van tweedehands installaties tot maximaal de marktwaarde;

 

GG.

Artikel 2.5.5 komt als volgt te luiden:

Artikel 2.5.5 rangschikking

  • 1.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      kosteneffectiviteit;

    • b.

      haalbaarheid;

    • c.

      mate van effectiviteit van de activiteit;

    • d.

      mate van urgentie.

  • 2.

    Voor elk van de in het eerste lid bedoelde selectiecriteria kan 1 tot en met 4 punten worden behaald.

  • 3.

    De selectiecriteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 1;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 1 of 2.

  • 4.

    Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaalt, wordt de aanvraag geweigerd.

 

HH.

In het eerste lid van artikel 2.6.1 wordt de zinsnede “in het landelijk gebied” geschrapt.

 

II.

Artikel 2.6.3. wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    in het eerste lid wordt in onderdeel a “goederen” gewijzigd in “zaken”;

  • 2.

    in het tweede lid wordt in onderdeel c na “afschrijvingskosten” toegevoegd “zoals bedoeld in artikel 69, tweede lid van VO (EU) 1303/2013.

 

JJ.

In artikel 2.6.4 wordt in het opschrift de zinsnede “en ELFPO subsidiepercentage” geschrapt, wordt het tweede lid geschrapt en komt het cijfer 1 bij het eerste lid te vervallen.

 

KK.

Artikel 2.6.5 komt als volgt te luiden:

Artikel 2.6.5 rangschikking

  • 1.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      kosteneffectiviteit;

    • b.

      haalbaarheid;

    • c.

      mate van effectiviteit van de activiteit;

    • d.

      mate van urgentie.

  • 2.

    Voor elk van de in het eerste lid bedoelde selectiecriteria kan 1 tot en met 4 punten worden behaald.

  • 3.

    De selectiecriteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 1 of 2;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 1 of 2.

  • 4.

    Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaalt, wordt de aanvraag geweigerd.

 

LL.

In het tweede lid van artikel 2.7.1 wordt in onderdeel a na “samenwerkingsverband” de volgende zinsnede toegevoegd “als bedoeld in artikel 1.6, eerste lid”.

 

MM.

In artikel 2.7.5 worden de volgende onderdelen toegevoegd onder wijziging van de punt aan het eind van onderdeel b in een punt komma:

  • c.

    indien de subsidie niet wordt aangevraagd voor een proefproject of de ontwikkeling van nieuwe producten, praktijken, processen of technieken in de landbouw-, voedings- of bosbouwsector;

  • d.

    indien de aanvraag niet wordt gedaan door een pas opgericht samenwerkingsverband of netwerk of het niet gaat om een activiteit die nieuw is voor een reeds bestaand samenwerkingsverband of netwerk.

 

NN.

Artikel 2.7.6 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    in het eerste lid wordt in onderdeel d en in onderdeel f “goederen” gewijzigd in “zaken”;

  • 2.

    in het tweede lid wordt in onderdeel d na “afschrijvingskosten” de volgende zinsnede toegevoegd “zoals bedoeld in artikel 69, tweede lid van VO (EU) 1303/2013”.

 

OO.

In artikel 2.7.8 wordt in het derde lid in onderdeel a na “onderneming” de volgende zinsnede toegevoegd “als omschreven in bijlage 1 bij VO (EU) 651/2014” .

 

PP.

Artikel 2.7.9 komt als volgt te luiden:

Artikel 2.7.9 rangschikking

  • 1.

    Indien de aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen gerangschikt worden op basis van selectiecriteria, worden de aanvragen gerangschikt op basis van de volgende criteria:

    • a.

      kosteneffectiviteit;

    • b.

      haalbaarheid;

    • c.

      mate van effectiviteit van de activiteit;

    • d.

      mate van innovativiteit.

  • 2.

    Voor elk van de in het eerste lid bedoelde selectiecriteria kan 1 tot en met 4 punten worden behaald.

  • 3.

    De selectiecriteria hebben de volgende wegingsfactoren:

    • a.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder a, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • b.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder b, heeft een wegingsfactor van 2 of 3;

    • c.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder c, heeft een wegingsfactor van 2;

    • d.

      het criterium bedoeld in het eerste lid, onder d, heeft een wegingsfactor van 2 of 3.

  • 4.

    Indien een aanvraag minder dan 55% van het totaal aantal te behalen punten behaalt, wordt de aanvraag geweigerd.

 

QQ.

In artikel 3.3.2 wordt na onderdeel e een nieuw onderdeel f toegevoegd onder wijziging van de punt aan het eind van onderdeel e in een punt komma, het schrappen van “of” in onderdeel d en het toevoegen van “of” in onderdeel e:

  • f.

    samenwerkingsverbanden van de onder a tot en met e genoemde partijen.

 

RR.

In artikel 3.3.4 wordt in de eerste zin na “LAG” de volgende zinsnede toegevoegd: en passend binnen de van toepassing zijnde staatssteunbegrenzingen.

 

SS.

In artikel 3.4.2 wordt na onderdeel c een nieuw onderdeel d toegevoegd onder wijziging van de punt aan het eind van onderdeel c in een punt komma, het schrappen van “of” in onderdeel a en het toevoegen van “of” in onderdeel c:

  • d.

    samenwerkingsverbanden van de onder a tot en met c genoemde partijen.

 

TT.

Artikel 4.1 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    in het eerste lid wordt “regeling” gewijzigd in “verordening”;

  • 2.

    na het eerste lid wordt een nieuw tweede lid toegevoegd onder vernummering van het tweede lid tot het derde lid:

    Met het toezicht op deze verordening zijn daarnaast belast andere aangewezen ambtenaren van het Rijk, de Europese Commissie of de Europese Rekenkamer.

  • 3.

    In het nieuwe derde lid wordt na “eerste” toegevoegd “en tweede”.

 

UU.

In artikel 4.2 wordt in het eerste lid “regeling” gewijzigd in “verordening”.

ARTIKEL II  

Deze verordening treedt in werking op 21 maart 2017.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde staten van Gelderland van 14 maart 2017.

Gepubliceerd te Arnhem

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning

P.G.G. Hilhorst - secretaris

”.

Naar boven