Besluit van Gedeputeerde Staten van 5 juli 2016, tot wijziging van de Subsidieregeling planvorming bedrijventerreinen en greenportlocaties Zuid-Holland

Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland,

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

Overwegende dat Gedeputeerde Staten op 19 februari 2016 de notitie ‘Vraaggegericht Bedrijventerreinenbeleid’ hebben vastgesteld en dat Provinciale Staten deze notitie op 6 april 2016 positief hebben beoordeeld. Daarmee is vastgesteld dat het wenselijk is dat de ondernemers op bedrijventerreinen gestimuleerd worden om zich gezamenlijk te organiseren en plannen te ontwikkelen voor maatregelen die gericht zijn op het verhogen en in stand houden van de kwaliteit en duurzaamheid van het bedrijventerrein;

Besluiten:

Vastgesteld de wijziging van de Subsidieregeling planvorming bedrijventerreinen en greenportlocaties Zuid-Holland

Artikel I

De Subsidieregeling planvorming bedrijventerreinen en greenportlocaties Zuid-Holland wordt als volgt gewijzigd:

A.

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

bedrijventerrein: terrein dat bestemd en geschikt is voor gebruik door vestigingen ten behoeve van handel, nijverheid, commerciële en niet-commerciële dienstverlening en industrie;

bedrijveninvesteringszone (BIZ): een afgebakend gebied op een bedrijventerrein. De ondernemers investeren met elkaar in een aantrekkelijke en veilige bedrijfsomgeving. Zij betalen hiervoor een heffing aan de gemeente. De gemeente stelt de opbrengst ter beschikking aan de vereniging of stichting die de activiteiten uitvoert op basis van het BIZ-programma. Om dit te kunnen instellen moet de meerderheid van de betrokken ondernemers het er mee eens zijn;

BIZ-samenwerkingsverband: vereniging of stichting als bedoeld in artikel 7 van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;

business case: document waarin onder andere de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek zijn vastgelegd;

clusterbeleid: provinciaal beleid dat is gericht op de vorming, versterking en vernieuwing van economische clusters;

greenportlocatie: locatie binnen het glastuinbouwgebied, boom- en sierteeltgebied, boom- en sierteeltgebied PCT-terrein en het bollenteeltgebied, aangegeven op Kaart 3 Teeltgebieden behorende bij de Verordening ruimte 2014;

haalbaarheidsonderzoek: onderzoek waaruit blijkt of de eisen die aan een project zijn gesteld, te verwezenlijken zijn, waaronder in ieder geval worden begrepen aspecten als uitvoerbaarheid, doorlooptijd, baten versus kosten en effectiviteit;

herstructureren: planmatig verbeteren van de kwaliteit, het vestigingsklimaat en het economisch perspectief van een bedrijventerrein of een greenportlocatie;

herstructureringsplan: visie op de herstructurering van het betreffende bedrijventerrein alsmede de nadere uitwerking daarvan tot op uitvoeringsniveau;

herstructureringsproject: planmatige verbetering van het vestigingsklimaat op een bestaand bedrijventerrein, waarbij de bedrijfsbestemming behouden blijft;

moderniseringsplan: visie op modernisering van een greenportlocatie, alsmede de nadere uitwerking daarvan tot op uitvoeringsniveau;

moderniseringsproject: project gericht op het herstructureren en verduurzamen van een greenportlocatie;

ondernemer: ieder die een bedrijf zelfstandig uitoefent;

ondernemersvereniging: vereniging van ondernemers op een bedrijventerrein;

ontwikkelingsproject: aanleg van een nieuw bedrijventerrein;

parkmanagement: het beheer van bedrijventerreinen of greenportlocatie met als doel het verkrijgen en behouden van een hoog kwaliteitsniveau van zowel de openbare ruimte als de private ruimte;

quickscan: een instrument waarmee de kwaliteitssituatie van een bedrijventerrein of greenportlocatie in beeld wordt gebracht evenals oplossingsrichtingen voor geconstateerde knelpunten en dat kan worden ingezet op de volgende aspecten: de economische en/of maatschappelijke waarde van een terrein in zijn omgeving; de kwaliteit- en duurzaamheidssituatie op het terrein; de situatie ten aanzien van goed beheer of parkmanagement; of combinaties hiervan;

verduurzamen: het realiseren van voorzieningen op het gebied van ruimtelijke kwaliteit, duurzame mobiliteit, duurzame (agro)logistiek, duurzame energie- en CO2, afval- en grondstoffen (her)gebruik, verbetering van de kwaliteit van water-, bodem- en ondergrond en het terreinbeheer, die leiden tot een lagere milieubelasting en tot zorgvuldig en efficiënt ruimtegebruik binnen een greenportlocatie;

vestigingsklimaat: resultante van de omgevingsfactoren die de aantrekkelijkheid van een locatie voor vestiging van bedrijven bepalen

B.

Paragraaf 2 Planvorming bedrijventerreinen kom te luiden:

Paragraaf 2 Planvorming bedrijventerreinen

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestatie

• 1. Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten:

  • a. het opzetten van een (meerjarenprogramma voor) ondernemersvereniging of een andere vorm van samenwerking binnen het bedrijventerrein;

  • b. het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek voor het oprichten van een bedrijveninvesteringszone;

  • c. het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek en/of het maken van een businesscase voor energiebesparing bij bedrijven op het bedrijventerrein;

  • d. het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek en/of het maken van een businesscase voor het opwekken van duurzame energie op het bedrijventerrein;

  • e. het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek en/of het maken van een businesscase voor de aanleg van een collectief glasvezelnet op het bedrijventerrein;

  • f. het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek en/of het maken van een businesscase voor collectieve camerabeveiliging op het bedrijventerrein;

  • g. het maken van een analyse van de kansen van en de verbeterpunten op het bedrijventerrein dat gedragen mogelijkheden aanreikt voor het collectief van ondernemers om de kwaliteit van het terrein te verhogen;

  • h. het aanstellen van een gebiedsmanager op het bedrijventerrein voor een bepaalde tijd (maximaal 1 jaar), met als doel inzicht te krijgen in de wensen van de ondernemers en daarmee een optimaal plan te maken voor bedrijven op het terrein die willen investeren in hun pand en hun omgeving, om daarin samen te werken om zodoende het rendement van hun investering voor het terrein als geheel, te verhogen.

• 2. Subsidie als bedoeld in het eerste lid wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie

• 3. De activiteit, bedoeld in het eerste lid, leidt tot een verdere structuurversterking op bedrijventerreinen

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie als bedoeld in artikel 2 wordt uitsluitend verstrekt aan:

• a. een ondernemersvereniging;

• b. een ondernemersvereniging in oprichting, bestaande uit minimaal 5 ondernemers die op hetzelfde bedrijventerrein gevestigd zijn;

• c. een gemeente.

Artikel 4 Aanvraagvereisten

Naast de gegevens, bedoeld artikel 10, eerste lid, van de Asv, gaat een aanvraag voor subsidie vergezeld van:

• a. een commitmentbrief van de gemeente, als de subsidie wordt aangevraagd door een ondernemersvereniging;

• b. een commitmentbrief van de gemeente en een commitmentbrief van elke ondernemer als bedoeld in artikel 3, onderdeel b, als de subsidie wordt aangevraagd door een ondernemingsvereniging in oprichting;

• c. een commitmentbrief van de op het terrein gevestigde ondernemersvereniging (indien aanwezig) en 5 commitmentbrieven van 5 ondernemers die niet in het bestuur zitten van deze ondernemersvereniging, maar wel op datzelfde bedrijventerrein gevestigd zijn, als de subsidie aangevraagd wordt door de gemeente

Artikel 5 Weigeringsgronden

• 1. In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie als bedoeld in artikel 2 geweigerd indien:

  • a. de aanvraag betrekking heeft op een activiteit waarvoor of een bedrijventerrein ten behoeve waarvan in de 3 jaren voorafgaand aan de aanvraag reeds door gedeputeerde staten subsidie is verstrekt;

  • b. het aangevraagde subsidiebedrag minder dan € 1000,- bedraagt;

• 2. Artikel 11 van de Asv, onderdelen a en d, is niet van toepassing.

Artikel 6 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

• a. de activiteit heeft betrekking op een bedrijventerrein binnen de grenzen van de provincie Zuid-Holland;

• b. de activiteit kan binnen 6 weken na de datum van subsidieverlening in uitvoering zijn.

Artikel 7 Niet subsidiabele kosten

In ieder geval komen niet in aanmerking voor subsidie:

• a. apparaatskosten, als bedoeld in de toelichting behorende bij de Regeling informatie voor derden (Stct. 2003, 37), tenzij noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie;

• b. kosten van aanschaf van goederen en zaken;

• c. kosten die niet noodzakelijk en adequaat zijn in relatie tot het doel van de subsidie.

Artikel 8 Subsidiehoogte

• 1. De hoogte van de subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten tot ten hoogste € 35.000,-.

• 2. Indien de subsidiabele kosten ten hoogste € 10.000,- bedragen, bedraagt de hoogte van de subsidie in afwijking van het eerste lid 90% van de subsidiabele kosten.

• 3. Indien toepassing van het eerste en tweede lid ertoe leidt dat de subsidie minder bedraagt dan € 1.000,- wordt de subsidie niet verstrekt.

Artikel 9 Rangschikking

• 1. Subsidie wordt verdeeld op volgorde van datum van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

• 2. Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

• 3. Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 10 Verplichtingen van de subsidieontvanger

• 1. In aanvulling op de artikelen 18 en 19 van de Asv worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a. de activiteit is binnen zes weken na de subsidieverlening in uitvoering;

  • b. de activiteit is binnen twee jaar na de subsidieverlening uitgevoerd;

  • c. de subsidieontvanger maakt de resultaten van de activiteit openbaar en verstrekt deze resultaten desgevraagd om niet aan ondernemers, een ondernemersvereniging of gemeenten binnen de provincie Zuid-Holland.

• 2. De artikelen 10 en 11 van de Wet openbaarheid van bestuur zijn van overeenkomstige toepassing op het openbaar maken en verstrekken van de in het eerste lid, onderdeel c, bedoelde informatie.

Artikel 11 Prestatieverantwoording

• 1. Bij een subsidie van minder dan € 25.000,00 toont de subsidieontvanger desgevraagd aan dat de activiteiten zijn verricht door middel van een activiteitenverslag en beeldmateriaal.

• 2. Bij een subsidie vanaf € 25.000,00 maar minder dan € 125.000,00 toont de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidievaststelling aan dat de activiteiten zijn verricht door middel van een activiteitenverslag inclusief eventuele conclusies, verslagen van eventueel gehouden bijeenkomsten en beeldmateriaal.

Artikel 12 Bevoorschotting en betaling

• 1. Het voorschot voor subsidies van € 25.000,00 en hoger bedraagt maximaal 80% van het subsidiebedrag.

• 2. Het voorschot wordt op basis van prestaties, besteding en liquiditeitsbehoefte in termijnen uitgekeerd waarvan de hoogte en de tijdstippen in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.

Artikel 28 komt te luiden:

Artikel 28 Werkingsduur en overgangsrecht

Deze regeling vervalt op 1 juli 2020, met dien verstande dat de regeling van kracht blijft voor subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal blad waarin deze regeling wordt geplaatst.

Den Haag, 5 juli 2016

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

voorzitter	secretaris
Drs. J. Smit	drs. J.H. de Baas,