Provincie Overijssel - Wijzigingen Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel

B esluit: Gedeputeerde Staten d.d. 6 juli 2016

K enmerk: 2016/0209953

I nlichtingen bij: J.E. Blekkenhorst

T elefoon: 038 499 9303

E - mail: JE.Blekkenhorst@overijssel.nl

Gedeputeerde Staten van Overijssel

 

Delen mee dat het Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel als volgt is gewijzigd:

 

 

ARTIKEL I

Het Uitvoeringsbesluit subsidies Overijssel 2011 wordt als volgt gewijzigd:

 

Artikel 1.4.2 Overige verplichtingen van de subsidieontvanger

Er wordt een nieuw lid 3 toegevoegd:

3. Gedeputeerde Staten kunnen een termijn bepalen waarbinnen een activiteit of project moet zijn gestart of afgerond. Gedeputeerde Staten kunnen op verzoek van de subsidieontvanger die termijn verlengen indien sprake is van feiten en omstandigheden waarvan de subsidieaanvrager op het moment van de aanvraag niet op de hoogte kon zijn. Gedeputeerde Staten verlenen geen uitstel indien de verlenging in strijd is met het beoogde beleidsdoel van de provincie.

 

 

Subparagraaf 4.5.2 Nieuwe makers Overijssel

 

Artikel 4.5.2.4a Subsidiabele kosten

Achter de zinsnede ‘per maand’ wordt toegeovoegd: of maximaal het geldende CAO-loon;

 

Er wordt een nieuwe paragraaf 4.27 toegevoegd:

 

 

Paragraaf 4.27 Product Markt Partner Combinaties (PMPC’s) Toerisme Overijssel 2016

 

Artikel 4.27.1 Begripsbepalingen

In deze paragraaf wordt verstaan onder:

  • a.

    businesscase: een document met de informatie die benodigd is om een gemotiveerde beslissing te nemen over het wel of niet realiseren van een PMPC. Een businesscase bevat in ieder geval een beschrijving van de doelstellingen van een PMPC inclusief een onderbouwing van de innovatie zoals bedoeld in de scoretabel bij artikel 4.28.9 eerste lid, een onderbouwing van de gerealiseerde samenwerking, een markt- en concurrentieanalyse, de benodigde investeringen, een kosten-batenanalyse en een overzicht van de risico’s;

  • b.

    Product Markt Partner Combinatie (PMPC): een nieuwe vrijetijdseconomische product dat door samenwerkende ondernemers of organisaties uit Overijssel ontwikkeld is en die bijdraagt aan het aantrekkelijker en sterker maken van de vrijetijdssector in Overijssel met dien verstande dat ten minste één samenwerkingspartner een onderneming is;

  • c.

    onderneming: een natuurlijk of rechtspersoon, niet zijnde een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, die tegen betaling een product of dienst op de markt brengt, ongeacht de rechtsvorm of wijze van financiering;

  • d.

    organisatie: het geheel van productiefactoren, procedures en mensen die samenwerken om bepaalde doelstellingen te bereiken;

  • e.

    samenwerkingspartner: een partner van de PMPC, die aantoonbaar verantwoordelijkheid heeft in de ontwikkeling en uitvoering van de PMPC, blijkend uit een samenwerkingverklaring.

 

Artikel 4.27.2 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor:

a. het opstellen van een businesscase ten behoeve van een PMPC;

b. het uitvoeren van een businesscase ten behoeve van een PMPC.

 

Artikel 4.27.3 Criteria

1. Een aanvraag voor subsidie voldoet aan de volgende criteria:

  • a.

    de aanvrager is een onderneming of organisatie met de volgende SBI codes:

  • i.

    50.3 Binnenvaart (passagiersvaart en veerdiensten)

  • ii.

    55 Logiesverstrekking

  • iii.

    56 Eet- en drinkgelegenheden

  • iv.

    85.51 Sport- en recreatieonderwijs

  • v.

    85.52 Cultureel onderwijs

  • vi.

    90 Kunst

  • vii.

    91 Culturele uitleencentra, openbare archieven, musea, dieren- en plantentuinen, natuurbehoud

  • viii.

    93 Sport en Recreatie

  • ix.

    96.04 Sauna's, solaria, baden e.d;

  • b.

    het vrijetijdseconomische product dat de samenwerkingspartners hebben ontwikkeld, wordt jaarlijks ten minste twee keer aangeboden of verstrekt;

  • c.

    er is sprake van sectoroverstijgende samenwerking. Dit betekent dat de PMPC bestaat uit ten minste twee samenwerkingspartners uit verschillende sectoren. De eerste twee cijfers van de SBI codes, op basis van de Standaard Bedrijfsindeling 2008 Versie 2016 CBS/KVK, dienen verschillend te zijn;

    Toelichting: Sectoroverstijgende samenwerking is niet gelimiteerd tot de SBI-codes als bedoeld onder 4.28.3. lid eerste lid onder sub a. Er is sprake van een samenwerking als een onderneming of organisatie inspanning levert in de PMPC, welke aantoonbaar is door een omschrijving van de geleverde bijdrage en een samenwerkingsverklaring.

  • d.

    ten minste twee van de samenwerkingspartners dragen elk ten minste 10% van de begrote kosten bij;

  • e.

    indien de te verstrekken subsidie staatssteun oplevert in de zin van artikel 107, lid 1 van het VWEU, dan moet voldaan worden aan de de-minimisverordening.

2. De businesscase als bedoeld in artikel 4.27.2 sub a, is alleen subsidiabel als:

a. deze op het moment van de aanvraag niet ouder is dan 12 maanden; én

b. het opgesteld is door een deskundige met relevante ervaring, aangetoond aan de hand van minstens twee referenties.

 

Artikel 4.27.4  Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks het subsidieplafond vast.

 

Artikel 4.27.5 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Loonkosten van de aanvrager en de samenwerkingspartners zijn subsidiabel als deze voldoen aan artikel 1.1.5 eerste lid sub c, met een maximum van 20% van de begrote kosten en met een maximum van € 30.000.

  • 2.

    Externe advieskosten zijn subsidiabel als deze voldoen aan artikel 1.1.5 vierde lid, met een maximum van 20% van de begrote kosten en met een maximum van € 30.000.

  • 3.

    Kosten van bouwactiviteiten, zijnde nieuwbouw, aanbouw, verbouw inclusief sloop, zijn subsidiabel als deze voldoen aan artikel 1.1.5 met een maximum van 20% van de begrote kosten en met een maximum van € 30.000.

  • 4.

    Indien sprake is van aanschaf van apparatuur, worden deze kosten in afwijking van artikel 1.1.5 tweede lid aangemerkt als kosten derden zoals bedoeld in artikel 1.1.5 vierde lid.

  • 5.

    In afwijking van artikel 1.1.6 sub c, zijn de kosten van het opstellen van een businesscase subsidiabel, voordat de aanvraag is ontvangen.

 

Artikel 4.27.6 Niet subsidiabele kosten

In aanvulling op artikel 1.1.6 zijn de volgende kosten niet subsidieabel:

  • a.

    kosten van aankoop van grond en aankoop van gebouwen;

  • b.

    boekingsmodules.

 

 

Artikel 4.27.7 Grondslag subsidie

  • 1.

    De subsidie als bedoeld in artikel 4.27.2 sub a bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 2.500 per aanvraag.

  • 2.

    De subsidie als bedoeld in artikel 4.27.2 sub b bedraagt maximaal 35% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 50.000 per aanvraag.

  • 3.

    De subsidie als bedoeld in artikel 4.28.2 sub a en b samen bedraagt maximaal € 50.000 per aanvraag.

 

 

Artikel 4.27.8. Indieningstermijn aanvraag

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.2.2. geldt dat een aanvraag voor een subsidie ingediend kan worden:

  • a.

    vanaf 1 februari en ontvangen moet zijn uiterlijk 31 maart om 19.00 uur van het betreffende kalenderjaar;

  • b.

    vanaf 1 september en ontvangen moet zijn uiterlijk 3 oktober om 19.00 uur van het betreffende kalenderjaar.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag voor subsidie kan na sluitingsdatum alleen aangevuld worden voor zover het geen inhoudelijke aanvulling of wijziging van de aanvraag betreft. Toelichting; Het in de beoordeling van de aanvraag meenemen van informatie die dateert van na de sluiting van de aanvraagtermijn verdraagt zich niet met de gelijktijdige onderlinge beoordeling en rangschikking van de ingediende aanvragen die in het tendersysteem centraal staat. Uit de aard van het tendersysteem volgt dat vóór de sluiting van de aanvraagtermijn alle voor die beoordeling en rangschikking relevante gegevens moeten zijn overlegd en dat daarna geen rekening kan worden gehouden met informatie dat neerkomt op een wijziging of aanvulling van de aanvraag.

  • Bij onvolledigheid van de aanvraag na de sluitingsdatum is er alleen ruimte voor het herstel van kleinigheden zoals een handtekening, een bankrekeningnummer, kamer van koophandel gegevens e.d., het moet gaan om informatie die niet inhoudelijk betrekking heeft op de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze subsidieparagraaf. De tijdige volledigheid/juistheid van de aanvraag is de verantwoordelijkheid van de aanvrager.

  •  

Artikel 4.27.9. Volgorde van behandeling

In afwijking van artikel 1.1.3. plaatsen Gedeputeerde Staten de subsidieaanvragen in een prioriteitsvolgorde. De prioriteitsvolgorde wordt bepaald op basis van scoretabel 1, waarbij geldt dat de subsidieaanvragen die een hogere score krijgen ook een hogere prioriteit krijgen. Aan de hand van scoretabel 1 wordt berekend welke totale score de PMPC behaalt voor de volgende onderdelen:

 

Toelichting: Scoretabel 1

Criterium

Resultaat

Score

Innovatie, het product:

 

 

a. is nieuw voor Overijssel

Ja

3

b. is gebaseerd op trends/ontwikkelingen of best practice van elders

Ja

2

c. maakt gebruik van duurzame energie of leidt tot energiereductie

Ja

2

d. houdt rekening met specifieke doelgroepen

Ja

2

e. past in marketingstrategie van een of meer toeristische A-merken (Waterreijk, IJsseldelta, Vechtdal, Salland, Twente) of de Hanzesteden

Ja

3

Aantal investerende samenwerkingspartners

3

4 of meer

2

4

Aantal samenwerkingspartners

3

4 of meer

1

2

Verbinding met cultuur, SBI-categorien 90 en 91

Ja

4

Verschillende sectoren, op basis van SBI-categorien

3

4 of meer

2

4

Verhouding tussen te verlenen subsidie en begrote kosten

35% of minder

30% of minder

20% of minder

1

 

3

 

4

MAXIMAAL

 

30

  • 1.

    Gedeputeerde Staten verstrekken subsidie in de volgorde van de vastgestelde prioriteit, voor zover het subsidieplafond dit toelaat.

  • 2.

    Bij een gelijke score wordt prioriteit gegeven aan een aanvraag die het beste scoort op de volgende onderdelen in deze volgorde;

  • a.

    het aantal investerende samenwerkingspartners ;

  • b.

    de verhouding tussen de te verlenen subsidie en de begrote kosten.

 

Artikel 4.27.10 Stukken bij de aanvraag voor subsidie

  • 1.

    De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier 'Product Markt Partner Combinaties (PMPC's) toerisme Overijssel 2016;

  • 2.

    De aanvrager overlegt in afwijking van artikel 1.1.2 tweede lid bij de aanvraag voor subsidie de volgende stukken:

  • a.

    begroting op basis van het beschikbaar gestelde format;

  • b.

    indien sprake is van kosten van derden een getekende offerte of een opdrachtbevestiging waaruit de subsidiabele kosten blijken;

  • c.

    een businesscase als bedoeld in artikel 4.28.1 onder sub a;

  • d.

    een door de samenwerkingspartners ondertekende samenwerkingsverklaring;

  • e.

    een de-minimisverklaring van de samenwerkingspartners die een ondermening zijn;

  • f.

    indien subsidie wordt gevraagd voor het opstellen van de businesscase een factuur en betaalbewijs van de subsidiabele kosten.

 

Artikel 4.27.11  Weigeringsgrond

In aanvulling op  artikel 1.3.1 wordt de subsidie geweigerd als:

  • a.

    de subsidie minder dan € 7.500 bedraagt;

  • b.

    de aanvraag betrekking heeft op uitsluitend het opstellen van een businesscase.

 

Artikel 4.27.12 Voorschot

In afwijking van artikel 1.3.3 tweede lid wordt bij de verlening van de subsidie een voorschot van maximaal 25% van de verleende subsidie verstrekt. Op verzoek van de subsidieontvanger kan een tweede voorschot van 50% van de verleende subsidie worden verstrekt, indien de subsidieontvanger kan aantonen dat ten minste 50% van de verleende subsidie besteed en betaald is aan de activiteiten waarvoor subsidie is verkregen is.

 

Artikel 4.27.13 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In aanvulling op artikel 1.4.1. en 1.4.2. dient de subsidieontvanger:

a. de PMPC uiterlijk binnen 18 maanden na subsidieverlening te hebben gerealiseerd;

b. de PMPC ten minste twee jaar na subsidievaststelling in stand te houden .

 

Artikel 4.27.14 Vaststelling

In afwijking van artikel 1.5.1 wordt de subsidie, ongeacht het verleende bedrag, vastgesteld op werkelijk gemaakte kosten, op basis van artikel 1.5.2 en een verklaring werkelijk gemaakte kosten en opbrengsten als bedoeld in artikel 1.5.2 derde lid.

 

 

 

P aragraaf 5.17 Verbeteren van de haveninfrastructuur en – faciliteiten

 

Artikel 5.17.2 Subsidiabele activiteiten

Sub b vervalt

 

Artikel 5.17.3 Criteria

Sub e vervalt

 

Artikel 5.17.4 Grondslag subsidie

Lid 2 vervalt

 

Artikel 5.17.9 Verplichtingen subsidieontvanger

Sub a: ‘2016’ wordt vervangen door: 2018

Sub b vervalt

 

 

Paragraaf 5.18 Investeringsimpuls verduurzaming goederenvervoer over water

 

Artikel 5.18.9 Verplichtingen subsidieontvanger

‘2016’ wordt vervangen door: 2018

 

 

Paragraaf 5.23 Waterveiligheid en klimaatbestendigheid IJssel-Vechtdelta

 

Artikel 5.23.4 Grondslag subsidie

Lid1: ‘50%’ wordt vervangen door: maximaal 70%

Lid 2: ‘70%’ wordt vervangen door: maximaal 100%

 

 

Paragraaf 5.24 Ruimte voor de Vecht

 

Artikel 5.24.4. Grondslag subsidie

Lid 2: ‘€ 263.000’ wordt vervangen door: € 300.000

 

artikel 5.24.6 Niet subsidiabele kosten

sub b vervalt

 

 

Paragraaf 5.25 Ruimtelijke kwaliteit groene omgeving

 

Artikel 5.25.4 Grondslag subsidie

Lid 1: ‘artikel 5.24.2’ wordt vervangen door artikel 5.25.2

Lid 2: ‘artikel 5.24.2’ wordt vervangen door artikel 5.25.2

 

Artikel 5.25.8 Weigeringsgronden

In sub c en sub d wordt ‘artikel 5.24.2’ vervangen door: artikel 5.25.2

 

 

Paragraaf 6.8 Innovatiedriehoek

 

Subparagraaf 6.8.1 Launching customer

 

Toelichting: In de eerste zin wordt na ‘de regio Twente’ toegevoegd: ADT

 

Artikel 6.8.1.3 Criteria

Lid 1 sub a

Na ‘regio Twente’ wordt toegevoegd; ADT

 

Subparagraaf 6.8.2 Small Business Innovatie Regeling Twente

 

Toelichting: na ‘de regio Twente’ wordt toegevoegd: Area Development Twente (ADT)

 

Artikel 6.8.2.1 Begripsbepalingen

Sub a komt als volgt te luiden:

a.Innovatiegerichte uitvraag: een marktoriëntatie van de subsidieaanvrager als inkoper naar één of meerdere innovatieve producten met als doel zicht te krijgen op innovatieve oplossingen voor een vraagstuk. Het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek, het ontwikkelen en testen van prototypes als onderdeel van de marktoriëntatie valt hier ook onder.

 

Artikel 6.8.2.3 Criteria

Sub a: na ‘regio Twente’ wordt toegevoegd: Area Development Twente (ADT)

 

Er wordt een nieuw sub d toegevoegd:

d.Indien sprake is van een haalbaarheidsonderzoek als onderdeel van de marktoriëntatie dan moet deze zicht geven op de innovatie en de technische, economische en organisatorische haalbaarheid. De volgende aspecten moeten onderbouwd zijn:

  • i.

    Beschrijving van de innovatie en de fase van ontwikkeling (TRI level);

  • ii.

    Onderbouwing van het onderscheidend vermogen ten opzichte van alternatieven;

  • iii.

    Beschrijving van detecnische risico’s, onzekerheden, afhankelijkheden;

  • iv.

    Getalsmatige onderbouwing van de marktpotentie van de oplossing;

  • v.

    Beoogd marktaandeel en kostprijsopbouw;

  • vi.

    Businessmodel, verdienmodel of exploitatiemodel;

  • vii.

    Intellectueel eigendom;

  • viii.

    Onderbouwing TCO van de oplossing en vergelijking met conventionele alternatieven;

  • ix.

    Beschrijving van het bedrijf of consortium van bedrijven dat innovatie gaat leveren en verder vermarkten, inclusief distributie-, productie en ketenpartners;

  • x.

    Beschrijving van de samenwerking tussen het bedrijf of consortium van bedrijven en de launching customer voor de eerste toepassing.

 

Er wordt een nieuw sub e toegevoegd:

e.Indien sprake is van de ontwikkel- en testfase dan moet de innovatie worden getest in een realistische omgeving, waarbij de eidgebruiker en de beoogde launcing customer zijn betrokken.

 

Artikel 6.8.2.4 Grondslag subsidie

‘€ 50.000’ wordt vervangen door: € 750.000

 

 

Paragraaf 8.1 Duurzame energieopwekking en energiebesparing

 

Artikel 8.1.1 Begripsbepalingen

Sub f:

Deze zinsnede‘niet zijnde een voertuig op de openbare weg’ vervalt.

Na ‘Investeringen in gronden’ wordt toegevoegd:of voertuigen op de openbare weg.

 

Artikel 8.1.7 Aanvullende stukken bij aanvraag om subsidie

Toelichting:

Sub f komt als volgt te luiden: onderbouwing van de investeringskosten opgesteld door een onafhankelijke leverancier waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen investeringen en loonkosten.

 

sub g: aan het begin wordt toegevoegd: Indien van toepassing,

sub i: aan het begin wordt toegevoegd: Indien van toepassing,

sub j: vervalt

 

Artikel 8.1.9 Volgorde van behandeling

Er wordt een nieuw lid 3 toegevoegd:

3.Bij een gelijke score bepaalt de hoeveelheid vermeden primaire energiegebruik in GigaJoule de prioriteitsvolgorde.

 

 

Paragraaf 8.14 Energielening ondernemingen

 

Artikel 8.14.1 Begripsbepalingen

Sub a:

De zinsnede ‘de brochure, Energie en bedrijven’ vervalt.

Na ‘van windturbines’ wordt toegevoegd: en ongeacht of de betreffende energiemaatregel met of zonder SDE is.

 

Toelichting: aan het begin wordt de volgende zin toegevoegd: De geldende Energielijst is te vinden op rvo.nl.

De tabel met als titel ‘Maatregelen uit categorie A, B en D van de Energielijst 2014, met uitzonderng van windturbines’ vervalt.

 

Sub b:

De toelichting kotm als volgt te uiden:

Een overzicht van investeringen die onder categorie A, B en D vallen is te vinden in de energielijst.

 

 

Paragraaf 8.16 Duurzaamheidspremie particulieren

Ingetrokken

 

 

Paragraaf 8.17 Duurzaamheidlening particuliere woningeigenaar

Ingetrokken

 

 

Paragraaf 8.19 Duurzaamheidlening Vereniging van eigenaren

Ingetrokken

 

 

Paragraaf 8.22 Verwijdering asbestdaken bedrijfslocaties Overijssel

 

Artikel 8.22.5 Subsidiabele kosten

Vervalt

 

 

Paragraaf 8.24 Oplaadpunten voor elektrische voertuigen

Ingetrokken

 

 

Paragraaf 9.26 Verplaatsing landbouwbedrijfsgebouwen vanwege de ontwikkelopgave EHS/Natura 2000

 

Artikel 9.26.3. Criteria

Eerste lid sub a: achter de zinsnede ‘rechtspersoon die, wordt toegevoegd: ten tijde van het sluiten van de onder sub d vermelde overeenkomst inzake bedrijfsverplaatsing

 

Er wordt een nieuwe paragraaf 9.29 toegevoegd:

 

Paragraaf 9.29 Natuur en Samenleving

 

Subparagraaf 9.29.1 Algemeen

 

Artikel 9.29.1.1 Begripsbepalingen

In deze subparagrafen wordt verstaan onder:

  • a.

    pilot: proefproject of experiment;

  • b.

    doorontwikkeling van een pilot: het uitbereiden of verbeteren van het concept van een reeds gestarte en door de provincie gesubsidieerde pilot op het gebeid van Natuur en Samenleving;Toelichting: De reeds gestarte en door de provincie gesubsidieerde pilot’s voor Natuur en Samenleving zijn onder andere de volgende projecten Groene Lopers, Cool Nature en Zorgend Landschap. Meer informatie over deze pilot’s is te vinden op www.overijssel.nl.

  • c.

    natuur: de betekenis van natuur als bedoeld in de Omgevingsvisie.

 

Artikel 9.29.1.2 Criteria

Een aanvraag voor subsidie voldoet aan de volgende criteria:

  • a.

    de aanvrager is geen natuurlijk persoon;

  • b.

    de aanvraag heeft betrekking op een pilot of doorontwikkeling van een pilot.

  • c.

    de pilot richt zich op ten minste één van de volgende thema’s: Kinderen en natuur, Groen in de stad, Zorg en groen of Werken in het groen;

  • d.

    de pilot richt zich op het betrekken van een nieuwe doelgroep, het uitproberen van een nieuwe werkvorm, het uitproberen van nieuwe verbindingen tussen doelen of doelgroepen of het uitvoeren van nieuwe activiteiten;

  • e.

    de activiteit draagt bij aan de versterking van de relatie tussen economie en natuur of vergroot de betekenis van natuur en landschap voor mensen;

  • f.

    de activiteit vindt plaats in Overijssel of is ten behoeve van de inwoners van de provincie Overijssel.

  • g.

    het project bevat onderdelen of uitgangspunten die ook toepasbaar zijn in toekomstige projecten op het gebied van Natuur en Samenleving;

  • h.

    indien sprake is van gebruik van een locatie of een openbare ruimte, dan dient de eigenaar daarvan toestemming te hebben gegeven;

  • i.

    indien de te verstrekken subsidie staatssteun oplevert in de zin van artikel 107, lid 1 van het VWEU, dan moet voldaan worden aan de de-minimisverordening.

 

Artikel 9.29.1.3. Subsidiabele kosten

Uren van vrijwilligers zijn niet subsidiabel, maar kunnen in afwijking van artikel 1.1.6 sub a, tegen een maximum uurtarief van € 15 worden meegenomen in het dekkingsplan.

Toelichting: Dit betekent dat de subsidie niet gebruikt kan worden om vrijwilligersuren te betalen.

 

Artikel 9.29.1.4 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 1.3.1 tweede lid weigeren Gedeputeerde Staten de subsidie indien de subsidiabele kosten € 10.000 of minder bedragen. Dit geldt niet voor de subsidie die verstrekt wordt op grond van subparagraaf 9.29.2.

 

Artikel 9.29.1.5 Verplichtingen subsidieontvanger

In aanvulling op de artikelen 1.4.1 en 1.4.2 is de subsidieontvanger verplicht de activiteit binnen 18 maanden na subsidieverlening te hebben afgerond.

 

Artikel 9.29.1.6 Subsidieplafond

Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks het subsidieplafond vast.

 

 

Subparagraaf 9.29.2 Plan van aanpak

 

Artikel 9.29.2.1 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor het opstellen van een plan van aanpak voor het uitvoeren van een pilot.

 

Artikel 9.29.2.2 Criteria

In aanvulling op artikel 9.29.1.2 voldoet een aanvraag om subsidie aan de volgende criteria:

  • a.

    aanvrager heeft extra professionele deskundigheid nodig om zijn idee voor een pilot uit te werken tot een plan van aanpak;

  • b.

    een aanvraag voor subsidie wordt vooraf afgestemd met een beleidsmedewerker voor Natuur en Samenleving van de provincie. Toelichting: Een aanvraag wordt vooraf afgestemd met de beleidsmedewerker van de provincie, zodat de beleidsmedewerker kan adviseren of sprake is van een pilot. Daarnaast zal de mate van de benodigde extra professionele deskundigheid getoetst worden.

     

Artikel 9.29.2.3 Subsidiabele kosten

Uitsluitend kosten van derden als bedoel in artikel 1.1.5 derde lid zijn subsidiabel.

 

Artikel 9.29.2.4 Grondslag subsidie

De subsidie bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 2.000 per aanvraag.

 

Artikel 9.29.2.5 Aanvraag voor subsidie

  • 1.

    De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Plan van aanpak pilot Natuur en Samenleving.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 1.2.1 overlegt de aanvrager tevens een offerte waaruit de hoogte van de subsidiabele kosten en de in te zetten extra professionele deskundigheid blijkt.

  •  

 

Subparagraaf 9.29.3 Kinderen en natuur

 

Artikel 9.29.3.1 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor activiteiten die de relatie tussen kinderen en natuur versterken of de betekenis van natuur bij kinderen vergroten.

 

Artikel 9.29.3.2 Criteria

Indien een aanvraag voor subsidie betrekking heeft op een natuurspeelplaats voldoet deze, aanvullend op artikel 9.29.1.2 aan het concept van Cool Nature.

 

Toelichting: Bij een concept van Cool Nature wordt een natuurspeelplaats gerealiseerd die kinderen de mogelijkheid biedt in een natuurlijke omgeving te spelen. De natuurspeelplaats moet dichtbij woonwijken liggen en is tenminste twee hectare groot. De natuurspeelplaats draagt bij aan de belevingswaarde en bewustwording van de natuur en versterkt daarnaast ook de natuurkwaliteit, biodiversiteit en mogelijk ook de waterberging.

 

Artikel 9.29.3.3 Grondslag subsidie

1.De subsidie voor een pilot bedraagt maximaal 85% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 50.000 per aanvraag.

2. De subsidie voor de doorontwikkeling van een pilot bedraagt maximaal 70% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 50.000 per aanvraag.

 

Artikel 9.29.3.4 Aanvraag voor subsidie

1. De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Kinderen en natuur.

2. In aanvulling op artikel 1.2.1 tweede lid overlegt de aanvrager tevens een projectvoorstel waarin tenminste is uitgewerkt:

  • a.

    een omschrijving van de pilot of doorontwikkeling van een pilot. Hierbij wordt in ieder geval onderbouwd waarom sprake is van een nieuwe activiteit, een nieuwe doelgroep, een nieuwe werkvorm of een nieuwe verbinding tussen doelen of doelgroepen;

  • b.

    omschrijving van de wijze waarop de betekenis van natuur en landschap voor kinderen wordt vergroot;

  • c.

    omvang en diversiteit van de groep kinderen die bereikt wordt;

  • d.

    de wijze waarop de kinderen actief worden betrokken;

  • e.

    de mate waarin de kinderen toegang krijgen tot de natuur;

  • f.

    de wijze waarop buurtbewoners of andere groepen uit de samenleving worden betrokken;

  • g.

    de wijze waarop het beheer is geregeld;

  • h.

    of de pilot onderdelen of uitgangspunten bevat die ook toepasbaar zijn in toekomstige projecten op het gebied van Natuur en Samenleving;

  • i.

    hoe bijgedragen wordt aan andere provinciale doelen;

  • j.

    een begroting en een dekkingsplan waaruit in ieder geval de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden blijkt.

 

Artikel 9.29.3.5. Indieningstermijn aanvraag

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.2.2. geldt dat een aanvraag voor een subsidie ingediend kan worden vanaf 1 september 2016 en ontvangen moet zijn uiterlijk op 15 oktober 2016.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag voor subsidie kan na sluitingsdatum alleen aangevuld worden voor zover het geen inhoudelijke aanvulling of wijziging van de aanvraag betreft.

Toelichting : Het in de beoordeling van de aanvraag meenemen van informatie die dateert van na de sluiting van de aanvraagtermijn verdraagt zich niet met de gelijktijdige onderlinge beoordeling en rangschikking van de ingediende aanvragen die in het tendersysteem centraal staat. Uit de aard van het tendersysteem volgt dat vóór de sluiting van de aanvraagtermijn alle voor die beoordeling en rangschikking relevante gegevens moeten zijn overlegd en dat daarna geen rekening kan worden gehouden met informatie d ie neerkomt op een wijziging of aanvulling van de aanvraag.

Bij onvolledigheid van de aanvraag na de sluitingsdatum is er alleen ruimte voor het herstel van kleinigheden zoals een handtekening, een bankrekeningnummer, kamer van koophandel gegevens e.d., het moet gaan om informatie die niet inhoudelijk betrekking heeft op de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze subsidieparagraaf. De tijdige volledigheid/juistheid van de aanvraag is de verantwoordelijkheid van de aanvrager.

 

Artikel 9.29.3.6. Volgorde van behandeling

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.1.3. plaatsen Gedeputeerde Staten de subsidieaanvragen in een prioriteitsvolgorde. Gedeputeerde Staten verstrekken subsidie in de volgorde van de vastgestelde prioriteit, voor zover het subsidieplafond dit toelaat.

  • 2.

    Aanvullend op het eerste lid geldt voor de prioriteitsvolgorde dat deze wordt bepaald op basis van scoretabel 1. Aan de hand van scoretabel 1 wordt berekend welke totale score de pilot behaalt op de volgende onderdelen:

    • a.

      de mate waarin de kinderen toegang krijgen tot de natuur,aantal en diversiteit;

Toelichting: Voorbeelden hierin zijn de aantallen kinderen die gebruik kunnen maken in verhouding tot de leefomgeving ende diversiteit in doelgroepen die toegang krijgen tot de natuur.

  • b.

    de wijze waarop kinderen actief worden betrokken;

  • c.

    de wijze waarop wordt bijgedragen aan andere provinciale doelen;

Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door Provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie, behoud en versterken cultureel erfgoed, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, versterking toerisme en recreatief medegebruik .

  • d.

    de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden;

  • e.

    de wijze waarop buurtbewoners worden betrokken;

  • f.

    de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt.

 

 

Toelichting: Scoretabel 1

Onderdeel

Cijfer

Weging

Score

a.  de mate waarin kinderen toegang krijgen tot de natuur, omvang en diversiteit van de groep;

matig (1), goed (3), uitstekend (4

40%

Cijfer x 0,4 = score 1

b. de wijze waarop de kinderen actief worden betrokken

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 2

c. de wijze waarop bijgedragen wordt aan andere provinciale doelen

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 3

d. de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen derden

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 4

e. de wijze waarop buurtbewoners worden betrokken

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 5

f. de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

20%

Cijfer x 0,2 = score 6

 

 

 

Totale score = score 1 + score 2 + score 3 + score 4 + score 5 + score 6

 

 

  • 3.

    Bij een gelijke score bepaalt de mate waarin kinderen toegang krijgen tot de natuur de prioriteitsvolgorde. Mocht dit resulteren in een gelijke score dan bepaalt de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt de prioriteitsvolgorde.

 

9.29.3.7 Verplichtingen subsidieontvanger

Gedeputeerde Staten kunnen, in aanvulling op artikel 1.4.1 en artikel 1.4.2 de verplichting opleggen dat bij realisatie van een natuurspeelplaats leerervaringen uit voorgaande Cool Nature projecten worden meegenomen.

 

 

Subparagraaf 9.29.4 Groen in de stad

 

Artikel 9.29.4.1 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor activiteiten die de kwaliteit en de belevingswaarde van de natuur in steden en dorpen vergroten.

 

Artikel 9.29.4.2 Criteria

In aanvulling op artikel 9.29.1.2 voldoet een aanvraag om subsidie aan de volgende criteria:

  • a.

    er is sprake van een bewonersinitiatief. Dit betekent dat het idee voor de pilot of doorontwikkeling van een pilot vanuit de samenleving komt óf door of samen met inwoners van Overijssel wordt uitgevoerd;

  • b.

    tenminste één van de volgende partijen is betrokken bij de uitvoering van de pilot of doorontwikkeling van de pilot: de betreffende gemeente, een lokale stichting, vereniging, bewonersgroep, een onderneming of eigenaren van de gronden;

  • c.

    indien sprake is van aanleg van groen dan vindt dit plaats in de openbare ruimte of op een plek welke vrij toegankelijk is voor de samenleving.

 

Artikel 9.29.4.3 Grondslag subsidie

  • 1.

    De subsidievoor een pilot bedraagt maximaal 85% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 50.000 per aanvraag.

  • 2.

    De subsidie voor de doorontwikkeling van een pilot bedraagt maximaal 70% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 50.000 per aanvraag.

 

Artikel 9.29.4.4 Aanvraag voor subsidie

  • 1.

    De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Groen in de stad.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 1.2.1 tweede lid overlegt de aanvrager tevens een projectplan waarin tenminste is uitgewerkt:

    • a.

      een omschrijving van de pilot of doorontwikkeling van een pilot. Hierbij wordt in ieder geval onderbouwd waarom sprake is van een nieuwe activiteit, een nieuwe doelgroep, een nieuwe werkvorm of een nieuwe verbinding tussen doelen of doelgroepen;

    • b.

      op welke wijze de betekenis van natuur en landschap voor mensen wordt vergroot;

    • c.

      op welke wijze de samenleving wordt betrokken;

    • d.

      of de pilot onderdelen of uitgangspunten bevat die ook toepasbaar zijn in toekomstige projecten op het gebied van Natuur en Samenleving;

    • e.

      op welke doelgroepen wordt ingezet en hoe deze worden bereikt;

    • f.

      of sprake is van bewustwording en het op gang brengen van een vergroeningsproces van de directe omgeving;

    • g.

      de wijze waarop het beheer is geregeld;

    • h.

      de wijze waarop wordt bijgedragen aan andere provinciale doelen.

      Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door Provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie, behoud en versterken cultureel erfgoed, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, biodiversiteit, versterking toerisme en recreatief medegebruik

      i. een begroting en een dekkingsplan waaruit in ieder geval de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden blijkt;

  •  

 

Artikel 9.29.4.5. Indieningstermijn aanvraag

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.2.2. geldt dat een aanvraag voor een subsidie ingediend kan worden vanaf 1 september 2016 en ontvangen moet zijn uiterlijk op 15 oktober 2016.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag voor subsidie kan na sluitingsdatum alleen volledig worden gemaakt voor zover het geen inhoudelijke aanvulling of wijziging van de aanvraag betreft.

Toelichting; Het in de beoordeling van de aanvraag meenemen van informatie die dateert van na de sluiting van de aanvraagtermijn verdraagt zich niet met de gelijktijdige onderlinge beoordeling en rangschikking van de ingediende aanvragen die in het tendersysteem centraal staat. Uit de aard van het tendersysteem volgt dat vóór de sluiting van de aanvraagtermijn alle voor die beoordeling en rangschikking relevante gegevens moeten zijn overlegd en dat daarna geen rekening kan worden gehouden met informatie die neerkomt op een wijziging of aanvulling van de aanvraag.

Bij onvolledigheid van de aanvraag na de sluitingsdatum is er alleen ruimte voor het herstel van kleinigheden zoals een handtekening, een bankrekeningnummer, kamer van koophandel gegevens e.d., het moet gaan om informatie die niet inhoudelijk betrekking heeft op de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze subsidieparagraaf. De tijdige volledigheid/juistheid van de aanvraag is de verantwoordelijkheid van de aanvrager.

 

Artikel 9.29.4.6. Volgorde van behandeling

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.1.3. plaatsen Gedeputeerde Staten de subsidieaanvragen in een prioriteitsvolgorde. Gedeputeerde Staten verstrekken subsidie in de volgorde van de vastgestelde prioriteit, voor zover het subsidieplafond dit toelaat.

  • 2.

    Aanvullend op het eerste lid geldt voor de subsidieaanvragen dat de prioriteitsvolgorde wordt bepaald op basis van scoretabel 2. Aan de hand van scoretabel 2 wordt berekend welke totale score het project behaalt voor de volgende onderdelen:

    • a.

      de wijze waarop de samenleving wordt betrokken;

    • b.

      de wijze waarop nieuwe doelgroepen worden betrokken;

    • c.

      de wijze waarop de pilot bijdraagt aan bewustwording en het op gang brengen van een vergroeningsproces van de directe omgeving;

    • d.

      de wijze waarop de pilot bijdraagt aan andere provinciale doelen;

Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie, behoud en versterken cultureel erfgoed, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, versterking toerisme en recreatief medegebruik.

  • e.

    hoe het beheer voor langere termijn is geregeld;

  • f.

    de mate waarin bijgedragen wordt aan versterking van de biodiversiteit.

 

Toelichting: Scoretabel 2

Onderdeel

Cijfer

Weging

Score

a. de wijze waarop de samenleving wordt betrokken

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

20%

Cijfer x 0,2= score 1

b. de wijze waarop nieuwe doelgroepen worden bereikt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 2

c. de wijze waarop de pilot bijdraagt aan bewustwording en het op gang brengen van een vergroeningsproces in de buurt

matig (1), goed (3), uitstekend (4

40%

Cijfer x 0,4 = score 3

d. de wijze waarop de pilot bijdraagt aan andere doelen van de provincie;

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 4

e. de mate waarin beheer voor langere termijn is geregeld

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 5

f. de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 6

 

 

 

Totale score = score 1 + score 2 + score 3 + score 4 + score 5 + score 6

 

 

  • 3.

    Bij een gelijke score bepaalt de mate waarin het beheer is geregeld de prioriteitsvolgorde. Mocht dit resulteren in een gelijke score dan bepaalt de mate waarin het proces bijdraagt aan de bewustwording en het op gang brengen van een vergroeningsproces van de directe omgeving de prioriteitsvolgorde.

 

 

Subparagraaf 9.29.5 Zorg en groen

 

Artikel 9.29.5.1 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor activiteiten die bijdragen aan de positieve werking van groen op cliënten in de zorg.

 

Artikel 9.29.5.2 Criteria

In aanvulling op artikel 9.29.1.2 is een zorginstelling actief betrokken bij de uitvoering.

 

Artikel 9.29.5.3 Grondslag subsidie

  • 1.

    De subsidievoor een pilot bedraagt maximaal 85% van de subsidiabele kosten met een maximum van €75.000,- per aanvraag.

  • 2.

    De subsidievoor een doorontwikkeling van een pilot bedraagt maximaal 70% van de subsidiabele kosten met een maximale subsidie van €75.000,- per aanvraag.

 

Artikel 9.29.5.4 Aanvraag voor subsidie

  • 1.

    De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Zorg en groen.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 1.2.1 tweede lid overlegt de aanvrager tevens een projectplan waarin tenminste is uitgewerkt:

    • a.

      een omschrijving van de pilot of doorontwikkeling van een pilot. Hierbij wordt in ieder geval onderbouwd waarom sprake is van een nieuwe activiteit, een nieuwe doelgroep, een nieuwe werkvorm of een nieuwe verbinding tussen doelen of doelgroepen;

    • b.

      de wijze waarop de betekenis van natuur en landschap voor mensen wordt vergroot;

    • c.

      omschrijving van de innovatie;

    • d.

      omvang en aard van de groep cliënten die bereikt wordt in in relatie tot de context;

    • e.

      de mate waarin de cliënten toegang hebben tot de natuur;

    • f.

      de wijze waarop de pilot bijdraagt aan andere provinciale doelen.

Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie, behoud en versterken cultureel erfgoed, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, versterking toerisme en recreatief medegebruik

 

 

Artikel 9.29.5.5. Indieningstermijn aanvraag

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.2.2. geldt dat een aanvraag voor een subsidie ingediend kan worden vanaf 1 september 2016 en ontvangen moet zijn uiterlijk op 15 oktober 2016.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag voor subsidie kan na sluitingsdatum alleen volledig worden gemaakt voor zover het geen inhoudelijke aanvulling of wijziging van de aanvraag betreft.

Toelichting; Het in de beoordeling van de aanvraag meenemen van informatie die dateert van na de sluiting van de aanvraagtermijn verdraagt zich niet met de gelijktijdige onderlinge beoordeling en rangschikking van de ingediende aanvragen die in het tendersysteem centraal staat. Uit de aard van het tendersysteem v olgt dat vóór de sluiting van de aanvraagtermijn alle voor die beoordeling en rangschikking relevante gegevens moeten zijn overlegd en dat daarna geen rekening kan worden gehouden met informatie d ie neerkomt op een wijziging of aanvulling van de aanvraag.

Bij onvolledigheid van de aanvraag na de sluitingsdatum is er alleen ruimte voor het herstel van kleinigheden zoals een handtekening, een bankrekeningnummer, kamer van koophandel gegevens e.d., het moet gaan om informatie die niet inhoudelijk betrekking heeft op de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze subsidieparagraaf. De tijdige volledigheid/juistheid van de aanvraag is de verantwoordelijkheid van de aanvrager.

 

Artikel 9.29.5.6. Volgorde van behandeling

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.1.3. plaatsen Gedeputeerde Staten de subsidieaanvragen in een prioriteitsvolgorde. Gedeputeerde Staten verstrekken subsidie in de volgorde van de vastgestelde prioriteit, voor zover het subsidieplafond dit toelaat.

  • 2.

    Aanvullend op het eerste lid geldt voor de subsidieaanvragen dat de prioriteitsvolgorde wordt bepaald op basis van scoretabel 3. Aan de hand van scoretabel 3 wordt berekend welke totale score het project behaalt voor de volgende onderdelen:

    • a.

      mate van het innovatieve karakter van de activiteit/project;

    • b.

      de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden

    • c.

      de mate waarin de cliënten in contact gebracht worden met de natuur;

    • d.

      de mate van navolgbaarheid van de activiteit;

    • e.

      de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt.

 

Toelichting: Scoretabel 3

Onderdeel

Cijfer

Weging

Score

a. mate van het innovatieve karakter van de activiteit/project;

matig (1), goed (3), uitstekend (4

20%

Cijfer x 0,2 = score 1

b.  de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden

matig (1), goed (3), uitstekend (4

20%

Cijfer x 0,2 = score 2

c.  de mate waarin de cliënten in contact gebracht worden met de natuur (aantal en diversiteit);

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

40%

Cijfer x 0,4 = score 3

d. de mate van navolgbaarheid van de activiteit

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 4

e.de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 5

 

 

 

Totale score = score 1 + score 2 + score 3 + score 4 + score 5

 

 

  • 3.

    Bij een gelijke score bepaalt de bijdrage aan andere provinciale doelen de prioriteitsvolgorde. Mocht dit resulteren in een gelijke score dan bepaalt de mate van innovatie de prioriteitsvolgorde.

 

 

Subparagraaf 9.29.6 Werken in het groen

 

Artikel 9.29.6.1 Subsidiabele activiteiten

Gedeputeerde Staten kunnen subsidie verstrekken voor activiteiten die mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt activeren en waar mogelijk kennis laten maken met werken in de groene sector.

 

Artikel 9.29.6.2 Grondslag subsidie

  • 1.

    De subsidie voor een pilot bedraagt maximaal 85% van de subsidiabele kosten met een maximum van €75.000,- per aanvraag.

  • 2.

    De subsidie voor de doorontwikkeling van een pilot bedraagt 70% met een maximum van € 75.000 per aanvraag.

 

Artikel 9.29.6.3 Aanvraag voor subsidie

  • 1.

    De aanvrager maakt bij de aanvraag gebruik van het aanvraagformulier Werken in het groen.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 1.2.1 tweede lid overlegt de aanvrager tevens een projectplan waarin tenminste is uitgewerkt:

    • a.

      een omschrijving van de pilot of doorontwikkeling van een pilot. Hierbij wordt in ieder geval onderbouwd waarom sprake is van een nieuwe activiteit, een nieuwe doelgroep, een nieuwe werkvorm of een nieuwe verbinding tussen doelen of doelgroepen;

    • b.

      op welke wijze de betekenis van natuur en landschap voor mensen wordt vergroot;

    • c.

      omschrijving van de innovatie;

    • d.

      aantal en soort werknemers dat bereikt wordt in relatie tot de context;

    • e.

      de wijze waarop wordt bijgedragen aan andere provinciale doelen.

Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie , behoud en versterken cultureel erfgoed , duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, biodiversiteit , versterking toerisme en recreatief medegebruik.

 

Artikel 9.29.6.4. Indieningstermijn aanvraag

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.2.2. geldt dat een aanvraag voor een subsidie ingediend kan worden vanaf 1 september 2016 en ontvangen moet zijn uiterlijk op 15 oktober 2016.

  • 2.

    Een onvolledige aanvraag voor subsidie kan na sluitingsdatum alleen volledig worden gemaakt voor zover het geen inhoudelijke aanvulling of wijziging van de aanvraag betreft.

Toelichting; Het in de beoordeling van de aanvraag meenemen van informatie die dateert van na de sluiting van de aanvraagtermijn verdraagt zich niet met de gelijktijdige onderlinge beoordeling en rangschikking van de ingediende aanvragen die in het tendersysteem centraal staat. Uit de aard van het tendersysteem v olgt dat vóór de sluiting van de aanvraagtermijn alle voor die beoordeling en rangschikking relevante gegevens moeten zijn overlegd en dat daarna geen rekening kan worden gehouden met informatie d ie neerkomt op een wijziging of aanvulling van de aanvraag.

Bij onvolledigheid van de aanvraag na de sluitingsdatum is er alleen ruimte voor het herstel van kleinigheden zoals een handtekening, een bankrekeningnummer, kamer van koophandel gegevens e.d., het moet gaan om informatie die niet inhoudelijk betrekking heeft op de beoordelingscriteria zoals opgenomen in deze subsidieparagraaf. De tijdige volledigheid/juistheid van de aanvraag is de verantwoordelijkheid van de aanvrager.

 

Artikel 9.29.6.5. Volgorde van behandeling

  • 1.

    In afwijking van artikel 1.1.3. plaatsen Gedeputeerde Staten de subsidieaanvragen in een prioriteitsvolgorde. Gedeputeerde Staten verstrekken subsidie in de volgorde van de vastgestelde prioriteit, voor zover het subsidieplafond dit toelaat.

  • 2.

    Aanvullend op het eerste lid geldt voor de subsidieaanvragen dat de prioriteitsvolgorde wordt bepaald op basis van scoretabel 4. Aan de hand van scoretabel 4 wordt berekend welke totale score het project behaalt voor de volgende onderdelen:

    • a.

      de mate waarin mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt worden bereikt;

    • b.

      de mate van het innovatieve karakter van de activiteit;

    • c.

      de wijze waarop de betekenis van natuur wordt vergroot;

    • d.

      de mate waarin wordt bijgedragen aan andere provinciale doelen;

Toelichting: De provinciale doelen zijn te vinden in de Programmabegroting die jaarlijks door provinciale Staten wordt vastgesteld (zie www.Overijssel.nl). Voorbeelden van provinciale doelen zijn waterretentie, behoud en versterken cultureel erfgoed, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en inrichting, biodiversiteit, versterking toerisme en recreatief medegebruik

 

  • e.

    de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden;

  • f.

    de mate waarin de biodiversiteit wordt versterkt.

 

 

Toelichting: Scoretabel 4

Onderdeel

Cijfer

Weging

Score

a. Mate waarin mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt worden bereikt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

20%

Cijfer x 0,2 = score 1

b.  mate van het innovatieve karakter van de activiteit/project;

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 2

c. mate waarin de betekenis van natuur wordt vergroot

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

30%

Cijfer x 0,3 = score 3

d. de wijze waarop bijgedragen wordt aan andere provinciale doelen

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 4

e. de hoogte van de gevraagde subsidie ten opzichte van de eigen bijdrage van de aanvrager en bijdragen van derden

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

10%

Cijfer x 0,1 = score 5

f. de mate waarin de biodiversiteit wordt verstrekt

matig (1), goed (3), uitstekend (4)

20%

Cijfer x 0,2 = score 6

 

 

 

Totale score = score 1 + score 2 + score 3 + score 4 + score 5 + score 6

 

 

3. Bij een gelijke score bepaalt mate van innovatie de prioriteitsvolgorde. Mocht dit resulteren in een gelijke score dan bepaalt de mate waarin mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt worden bereikt de prioriteitsvolgorde.

 

Paragraaf 11.2 Internationale handelsmissies

ingetrokken

 

ARTIKEL II

De wijzigingen treden in werking de dag na publicatie in het Provinciaal Blad.

 

 

Naar boven