Provincie Zeeland - Onttrekking aan het openbaar verkeer van een drietal weggedeelten ten behoeve van Gebiedsontwikkeling Perkpolder

Ter bevordering van de leefbaarheid in het noordelijke deel van de gemeente Hulst is het project 'Gebiedsontwikkeling Perkpolder' opgezet. De eerstvolgende fase richt zich op de herinrichting van de Westelijke Perkpolder. In het kader van deze werkzaamheden hebben Gedeputeerde Staten van Zeeland besloten een drietal weggedeelten aan het openbaar verkeer te onttrekken. Dit betreffen (delen van) de Perkstraat, de Zeedijk IV en de Westzijde Veerhaven te Walsoorden in de gemeente Hulst. Deze weggedeelten komen te vervallen in het nieuw ingerichte gebied. De bestemmingen in of nabij het gebied blijven in de toekomst bereikbaar door reeds bestaande infrastructuur en een nieuw te realiseren openbare weg (Doornweg).

Het besluit met bijbehorende tekeningen ligt van 30 juni 2016 tot en met 10 augustus 2016  ter inzage bij het Facilitair Servicepunt van de Provincie Zeeland, Abdij 6 te Middelburg, op werkdagen van 09.00 uur - 16.00 uur. Voor het inzien buiten kantooruren, het verkrijgen van een mondelinge toelichting en/of kopieën van de ter visie gelegde stukken, kunt u contact opnemen met mevrouw S. Voet, tel. 0118-631054. De stukken liggen tevens ter visie bij de gemeente Hulst, Grote Markt 24 te Hulst, op werkdagen van 09.00-16.00 uur.

Dit besluit is voorbereid ingevolge van Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit betekent dat belanghebbenden schriftelijk beroep kunnen instellen tegen dit besluit bij de Rechtbank Zeeland-West Brabant, locatie Breda, team bestuursrecht, Postbus 90006, 4800 PA Breda. De mogelijkheid van beroep staat open voor belanghebbenden die een zienswijze tegen het ontwerpbesluit hebben ingediend, dan wel belanghebbenden die kunnen aantonen dat zij tijdens de terinzageleggingtermijn van het ontwerpbesluit hier redelijkerwijze niet toe in staat zijn geweest.

Het beroep schorst niet de werking van het besluit. Alleen zij die een beroepschrift hebben ingediend kunnen tevens bij de voorzieningenrechter van voornoemde rechtbank een verzoek doen tot het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81, lid 1 van de Algemene wet bestuursrecht). Voor de behandeling van het verzoek is griffierecht verschuldigd.