RAA01
|
Besluiten in bestuursrechtelijke procedures:
- 1.
Proceshandelingen in bestuursrechtelijke procedures zoals het voeren van verweer, indien het besluit in mandaat is genomen door de directeur Omgevingsdienst of een onder zijn verantwoordelijkheid vallende leidinggevende
- 2.
Besluiten inzake verzoeken om toepassing van rechtstreeks beroep (art. 7:1a Awb).
|
N.b. Op een verzoek om toepassing van rechtstreeks beroep kan op grond van art. 10:3 Awb niet worden beslist door degene die het besluit waartegen een bezwaar zich richt in mandaat heeft genomen.
|
|
RAA02
|
Besluiten op grond:
- 1.
art. 4:5 en 4:6, Awb (vereenvoudigde wijze van afdoen en afdoen herhaalde aanvraag);
- 2.
art. 4.7 en 4:8, Awb (horen);
- 3.
afdeling 4.1.3, Awb (opschorten beslistermijn);
- 4.
besluiten over dwangsommen bij niet tijdig beslissen;
- 5.
titel 4.4, Awb (bestuursrechtelijke geldschulden) m.u.v. afdeling 4.4.4, Awb (aanmaning en invordering bij dwangbevel);
- 6.
art. 8:51a, 8:51b, 8:51c, 8:80a en 8:80b, Awb (bestuurlijke lus en tussenuitspraak)
- 7.
afdeling 3.4 Awb (openbare voorbereidingsprocedure van toepassing verklaren).
|
|
|
RAA03
|
- Het eenmalig danwel doorlopend machtigen van medewerkers of externe adviseurs om GS te vertegenwoordigen in bestuursrechtelijke procedures
- Het eenmalig danwel doorlopend machtigen van medewerkers of externe adviseurs om namens GS ter zitting, binnen de grenzen van het geschil en het daarmee gepaarde gaande financiële belang, mee te werken aan finale geschillenbeslechting en toezeggingen ten aanzien daarvan te doen.
|
Kan niet in ondermandaat worden gegeven.
|
|
RAA04
|
- 1.
Het aanwijzen van functionarissen voor het voeren van mediationgesprekken en voor het aangaan en ondertekenen van mediationovereenkomsten;
- 2.
Het maken van afspraken en het aangaan en ondertekenen van vaststellingsovereenkomsten naar aanleiding van mediationgesprekken.
|
Vaststellingsovereenkomsten als resultaat van mediationgesprekken mogen alleen in mandaat worden aangegaan en ondertekend, indien het conflict zijn oorsprong vindt in een besluit dat is genomen door de directeur Omgevingsdienst of een onder zijn verantwoordelijkheid vallende leidinggevende.
Kan niet in ondermandaat worden gegeven.
|
|
RAA05
|
Besluiten op bezwaarschriften op grond van de Awb conform advies Awb-bezwarencommissie (art. 7:11, Awb) indien primair besluit genomen is door een onder de verantwoordelijkheid van de directeur Omgevingsdienst vallende leidinggevende.
|
Omvat mede:
- 1.
besluiten in het kader van de voorbereiding, zoals toepassing van art. 2:2 (weigeren raadsman of vertegenwoordiger), 6:6 (mogelijkheid bieden tot herstel van verzuim) en 7:10 (verdagen beslistermijn), Awb.
Kan niet in ondermandaat worden gegeven.
|
|
RAA06
|
Het aanwijzen van personen belast met het houden van toezicht en van buitengewone opsporingsambtenaren
|
|
|
RAA08
|
Besluiten in het kader van het beheren van een zekerheidstelling
|
|
|
RAA09
|
Het uitoefenen van de bevoegdheden op grond van de Wet Bibob, met uitzondering van het verwerken van het advies “ernstig gevaar” van het Landelijk Bureau Bibob.
|
Het vragen van advies aan het Landelijk Bureau Bibob (LBB) en het verwerken van dit advies kan niet in ondermandaat worden gegeven.
NB. Het mandaat omvat mede het voorafgaand aan het vragen van advies aan LBB uit te voeren eigen onderzoek. Het verwerken van het advies “ernstig gevaar” van het LBB is voorbehouden aan Gedeputeerde Staten.
|
|
RMV01
|
Besluiten omtrent
- 1.
vergunningen ogv de Wabo;
- 2.
het stellen van nadere voorwaarden na een gebruiksmelding brandveilig gebruik op grond van het Bouwbesluit;
- 3.
maatwerkvoorschriften en besluiten op gelijkwaardigheidsverzoeken op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer.
Geldt niet voor besluiten ogv
- art. 3.1 Bor of indien sprake is van strijd met een provinciaal ruimtelijke belang
- art. 3 Wet Bibob
- Hoofdstuk 2 van de WABO met betrekking tot provinciale wegen, en voor zover betrekking hebbend op omgevingsvergunningen voor wegaansluitingen op provinciale wegen, reclame-uitingen op gebouwen, beplantingen en enkelvoudige uitwegen (enkelvoudige omgevingsvergunning).
|
Betreft:
- procedurestappen
- ontwerpbesluit
- besluit
Daaronder vallen zowel vergunningverlening als intrekking van de vergunning
|
RMV02
|
Besluiten op grond van de WABO :
- een wettelijk advies op grond van art. 2.26, WABo, behoudens als het wettelijk verplicht advies uitsluitend betrekking heeft op een provinciale weg ;
- een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) op grond van art. 2.27 of 2.28, WABO, aan het bevoegd gezag voor een onderdeel van de omgevingsvergunning zoals bedoeld in de artikelen 6.1 lid 2, 6.3 lid 1 onder b., c. en d., 6.4 lid 3, 6.8 Bor, behoudens als het wettelijk verplicht advies uitsluitend betrekking heeft op een provinciale weg.
- verzoek aan de gemeente tot wijziging of intrekking van een door de gemeente afgegeven omgevingsvergunning voor zover dit verzoek betrekking heeft op één of meerdere provinciale taken, behoudens als deze taak uitsluitend betrekking heeft op het provinciale wegbeheer.
Geldt niet voor besluiten ogv
artikel 6.5 lid 4 en art 6.6 lid 1 Bor.
|
Daaronder vallen zowel de vvgb voor één onderdeel van de omgevingsvergunning als de vvgb voor het totaal van de onderdelen van de omgevingsvergunning.
|
RMV04
|
Besluiten op grond van Hoofdstuk 8, 10, 13, 14 en 19 Wm, behoudens besluiten op grond van art. 13.11 Wm
|
Zie RMV05
|
RMV05
|
Besluiten op grond van art. 13.11 Wm (toepassing verkorte procedure bij gevaarlijk afval)
|
|
RMV13
|
Besluiten in het kader van de MER (Hoofdstuk 7 Wm)
|
betreft mede:
- procedurestappen
- advies reikwijdte en detailniveau MER
- besluit MER-beoordeling
- aanvaardbaarheidsverklaring (op grond van overgangsregels
Ingeval het besluit betrekking heeft op een activiteit die plaatsvindt op het grondgebied van meerdere omgevingsdiensten, geldt het mandaat voor het grondgebied van de gehele activiteit. In dat geval wordt in overleg tussen de betrokken omgevingsdiensten en de directeur Ruimte en Mobiliteit van PZH bepaald wie het besluit in mandaat neemt.
|
RH01
|
Besluiten omtrent gedoogbeschikkingen
|
|
RH02
|
Besluiten omtrent toezicht
|
Betreft mede:
- 1.
- 2.
- 3.
acceptatie van een melding of beoordelen van rapportages op grond van vergunningvoorschriften;
- 4.
nemen van goedkeuringsbesluiten op basis van vergunningvoorschriften;
- 5.
het beoordelen van milieujaarverslagen overeenkomstig de bij of krachtens titel 12.3 Wm gestelde regels;
- 6.
vorderingen om informatie in het kader van de controle op de naleving van regelgeving, alsmede de reacties op de in dit kader toegezonden informatie (art. 5.16, Awb).
Betreft mede het naar aanleiding van de kenbaar gemaakte zienswijze afzien van bestuurlijk optreden
|
RH03
|
Besluiten op verzoeken van derden om bestuursrechtelijk/handhavend op te treden
|
|
RH04
|
Besluiten op grond van Titel 5.3 en Titel 5.4, Awb (herstelsancties en bestuurlijke boete)
|
Betreft mede besluit tot het opleggen van een spoedeisende last onder bestuursdwang, dan wel het toepassen van spoedeisende bestuursdwang, conform art. 5.31, Awb juncto 5.17, WABO dan wel de schriftelijke bekrachtiging van de mondelinge aanzegging daartoe
|
RH06
|
Besluiten op grond van Brzo
|
|