Publicatie wijzigingsbesluit Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland, subsidieplafond 2016, deelplafonds 2016 en openingstijdvakken

Subsidieplafond 2016 behorend bij Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland

 

Provinciale Staten,

 

Gelet op:

Artikel 4:25 en 4:26 van de Awb; Artikel 5, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013; Alsmede gelet op de in artikelen 2.5, 3.6, 4.5 en 5.5 opgenomen verdelingsregels van de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland;

 

Besluiten:

Vastgesteld een subsidieplafond van € 8.544.000 voor de subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland voor 2016, onder voorbehoud van de bijdrage van € 4.272.000 van het ministerie van Economische Zaken.

 

Den Haag, 23 maart 2016

 

Provinciale Staten van Zuid-Holland,

drs. R.H. van Luijk, griffier

drs. J. Smit, voorzitter

 

Deelplafonds en openingstijdvakken 2016 behorende bij Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland

 

Gedeputeerde Staten,

 

Gelet op:

Artikel 4:25 en 4:26 van de Awb; Artikel 5, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013; Alsmede gelet op de in artikelen 2.5, 3.6, 4.5 en 5.5 opgenomen verdelingsregels van de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland;

 

Besluiten:

Vastgesteld de volgende deelplafonds in 2016 voor de subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland, onder voorbehoud van de vaststelling van het subsidieplafond van € 8.544.000 voor 2016 voor deze subsidieregeling door PS:

  • a.

    € 2.563.200 bedoeld voor de instrumenten innovatieadviesprojecten en haalbaarheidsprojecten zoals opgenomen in paragraaf 2 en paragraaf 3 van de subsidieregeling.

  • b.

    € 5.980.800 bedoeld voor de instrumenten R&D samenwerkingsprojecten klein en groot zoals opgenomen in paragraaf 4 en 5 van de subsidieregeling, waarbij maximaal 50% van dit deelplafond verleend wordt aan R&D samenwerkingsprojecten als bedoeld in paragraaf 5 (R&D- samenwerkingsprojecten groot).

Vastgesteld het volgende tijdvak voor indiening van aanvragen voor de instrumenten innovatieadviesprojecten en haalbaarheidsprojecten in de subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland: 10 mei 2016 tot en met 1 september 2016.

Vastgesteld het volgende tijdvak voor indiening van aanvragen voor de instrumenten R&D samenwerkingsprojecten klein en R&D samenwerkingsprojecten groot in de subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid-Holland: 5 juli 2016 tot en met 1 september 2016.

 

Den Haag, 15 maart 2016

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland

drs. J.H. de BAAS, secretaris

drs. J. SMIT, voorzitter

 

Wijzigingsbesluit Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid Holland

 

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

Gelet op de artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland;

Gelet op artikel 82 Provinciewet;

 

Besluiten

Artikel I

De Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid Holland wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Artikel 1.1, onderdeel g, komt te luiden:

innovatieprogramma’s topsectoren: plannen en programma’s als bedoeld in artikel 3.4.2, eerste lid, van de Regeling nationale EZ-subsidies.

 

B.

Artikel 1.2. wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In de aanhef wordt de zinsnede ‘activiteiten die passen’ vervangen door: activiteiten die passen binnen.

  • 2.

    In onderdeel a, vervalt ‘binnen’.

  • 3.

    In onderdeel b, vervalt ‘van de’.

     

C.

Artikel 1.4 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Artikel 1.4, onderdeel a, wordt geschrapt.

  • 2.

    De onderdelen b en c worden geletterd tot a en b.

     

D.

In artikel 1.5, derde lid, wordt de zinsnede ‘indien de subsidieverleningsbeschikking € 125.000,- of meer bedraagt’ vervangen door: indien volgens de subsidieverleningsbeschikking de verleende subsidie aan een afzonderlijke deelnemer aan het R&D-samenwerkingsproject € 125.000 of meer bedraagt.

 

E.

Artikel 2.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel a, vervalt ‘of’.

  • 2.

    Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door ‘; of’, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

    • c.

      aan de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al subsidie is verleend op grond van deze paragraaf of paragraaf 3.

F.

Artikel 2.5, derde lid, komt te luiden:

  • 1.

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

 

G.

Artikel 2.7, eerste lid, wordt de zinsnede ‘voor een subsidie 8 weken na ontvangst van de aanvraag’ vervangen door: voor een subsidie voor een innovatieadviesproject binnen 12 weken na ontvangst van de aanvraag.

 

H.

Aan artikel 3.2 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door ‘; of’, een onderdeel toegevoegd, luidende:

  • c. aan de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al subsidie is verleend op grond van deze paragraaf of paragraaf 2.

     

I.

Artikel 3.3 Subsidievereisten komt te luiden:

Artikel 3.3 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 3.1. in aanmerking te komen, bestaat een haalbaarheidsproject voor ten minste 60% uit een haalbaarheidsstudie en voor het overige uit industrieel onderzoek of experimentele ontwikkeling.

 

J.

Artikel 3.6, derde lid, komt te luiden:

  • 1.

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

     

K.

In artikel 3.8 wordt de zinsnede ‘voor een haalbaarheidsproject 8 weken na ontvangst van de aanvraag’ vervangen door: voor een subsidie voor een haalbaarheidsproject binnen 12 weken na ontvangst van de aanvraag.

 

L.

In artikel 4.1, derde lid, wordt de zinsnede ‘Minimaal 40% van de projectkosten’ vervangen door: Meer dan 50% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 4.3, eerste lid.

 

M.

Artikel 4.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel b, vervalt ‘en Nederlandse’.

  • 2.

    In onderdeel c, vervalt ‘of’.

  • 3.

    Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door ‘; of’, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

    • e.

      aan de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al subsidie is verleend op grond van deze paragraaf of paragraaf 5.

N.

In artikel 4.3, tweede lid, wordt de zinsnede ‘voor subsidie in aanmerking komende kosten’ vervangen door: subsidiabele kosten.

 

O.

In artikel 4.5, eerste lid, onderdeel b en artikel 5.5, eerste lid, onderdeel b, vervalt ‘en Nederlandse’.

 

P.

In artikel 4.5, vierde lid, wordt de zinsnede ‘dan wordt de rangschikking bepaald door voorrang te geven aan de aanvraag met het laagst aangevraagde subsidiebedrag’ vervangen door: dan vindt rangschikking plaats door middel van loting.

 

Q.

Na artikel 4.6 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 4.7 Adviescommissie

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 4.1 wordt door gedeputeerde staten om advies over de artikelen 4.2 en 4.5, voorgelegd aan een door gedeputeerde staten ingestelde externe adviescommissie.

 

R.

In artikel 5.1, derde lid, wordt de zinsnede ‘Minimaal 40% van de projectkosten’ vervangen door: Meer dan 50% van de subsidiabele kosten, bedoeld in artikel 5.3, eerste lid.

 

S.

Artikel 5.2 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In onderdeel b vervalt ‘en Nederlandse’.

  • 2.

    Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door ‘; of’, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

    • e.

      aan de aanvrager in hetzelfde kalenderjaar al subsidie is verleend op grond van deze paragraaf of paragraaf 4.

T.

In artikel 5.3, tweede lid, wordt de zinsnede ‘voor subsidie in aanmerking komende kosten’ vervangen door: subsidiabele kosten.

 

U.

Artikel 5.4 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid wordt ‘ten minste’ vervangen door: meer dan.

  • 2.

    In het tweede lid, wordt ’ € 50.000,- ‘ vervangen door: € 25.000,- .

V.

In artikel 5.5, vierde lid, wordt de zinsnede ‘dan wordt de rangschikking bepaald door voorrang te geven aan de aanvraag met het laagst aangevraagde subsidiebedrag’ vervangen door: dan vindt rangschikking plaats door middel van loting.

 

W

Na artikel 5.6 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 5.7 Adviescommissie

Een aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 5.1 wordt door gedeputeerde staten om advies over de artikelen 5.2 en 5.5, voorgelegd aan een door gedeputeerde staten ingestelde externe adviescommissie.

Artikel II

De subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid Holland, zoals die luidde op de dag voorafgaande aan de dag van inwerkingtreding van dit besluit, blijft van kracht voor subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin deze regeling wordt geplaatst.

 

Den Haag, 15 maart 2016

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland

drs. J.H. de BAAS, secretaris

drs. J. SMIT, voorzitter

 

Toelichting bij het besluit van gedeputeerde staten van 15 maart 2016 tot wijziging van de Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid Holland

 

Algemeen

De Subsidieregeling MKB innovatiestimulering topsectoren Zuid Holland is gewijzigd vanwege afspraken die zijn gemaakt tussen het Rijk en de regio’s voor de MIT 2016. Zo is afgesproken voor het instrument R&D-samenwerkingsprojecten groot dat maximaal 50% van het totale subsidieplafond voor R&D-samenwerkingsprojecten, hieraan besteed kan worden. In dit verband vindt één rangschikking plaats. Deze rangschikking heeft zowel betrekking op de R&D-samenwerkingsprojecten klein als groot.

Ook is afgesproken om een aantal wijzigingen door te voeren zodat er meer uniformiteit ontstaat tussen de MIT-regelingen van Rijk en regio’s, zoals loting en termijnen. Daarnaast zijn twee artikelen toegevoegd om het mogelijk te maken, net als in andere regio’s, de aanvragen voor R&D-samenwerkingsprojecten voor te kunnen leggen aan een door GS in te stellen externe adviescommissie.

Tenslotte zijn enkele tekstuele aanpassingen gedaan ter verduidelijking, zoals de aanpassingen in artikel 1.2.

 

Artikelsgewijs

 

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

 

Artikel 1.1 Begripsbepalingen

Onderdeel g is aangepast om duidelijker te verwijzen naar de innovatieprogramma’s topsectoren.

 

Artikel 1.2 Subsidiabele activiteiten

Dit artikel is om redactionele redenen aangepast.

 

Artikel 1.4 Weigeringsgronden

Dit artikel is aangepast om het mogelijk te maken dat - conform de afspraken tussen rijk en regio’s voor de MIT 2016 - een aanvrager binnen één kalenderjaar op basis van deze subsidieregeling zowel één klein instrument (hetzij een innovatieadviesproject of een haalbaarheidsproject) gehonoreerd kan krijgen als één groot instrument (hetzij een R&D-samenwerkingsproject klein of een R&D-samenwerkingsproject groot). Om die redenen zijn ook de volgende artikelen toegevoegd: artikel 2.2 onderdeel c, artikel 3.2 onderdeel c, artikel 4.2 onderdeel e en artikel 5.2 onderdeel e.

 

Artikel 1.5 Verantwoording

Het derde lidis gewijzigd om duidelijker te maken dat een door een accountant afgegeven verklaring omtrent de getrouwheid en rechtmatigheid van het financieel verslag noodzakelijk is indien de verlening op het niveau van de deelnemer aan het R&D-samenwerkingsproject € 125.000,- of meer betreft. En dat dit dus niet op het niveau van de totale verleende subsidie voor het R&D- samenwerkingsproject geldt.

 

Paragraaf 2 Innovatieadviesproject

 

Artikel 2.5 Rangschikking

Het derde lid is gewijzigd om redenen van uniformiteit. Door deze wijziging vindt net als in de MIT-subsidieregelingen van andere regio’s en het Rijk rangschikking plaats door middel van loting van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen indien het subsidieplafond op enige dag dreigt te worden overschreden.

 

Artikel 2.7 Beslissing aanvraag

Het eerste lid is gewijzigd om meer uniformiteit aan te brengen tussen de MIT-regelingen van andere regio’s en het Rijk.

 

Paragraaf 3 Haalbaarheidsprojecten

 

Artikel 3.3 Subsidievereisten

Dit artikel is herschreven om duidelijk te maken dat een haalbaarheidsproject voor minimaal uit 60% dient te bestaan uit een haalbaarheidsstudie en voor het overige uit industriele ontwikkeling of experimenteel onderzoek. Dit betekent dat een haalbaarheidsproject dus ook alleen kan bestaan uit een haalbaarheidsstudie. Het is niet verplicht het haalbaarheidsproject ook uit een deel industriële ontwikkeling en/of experimenteel onderzoek te laten bestaan.

 

Artikel 3.6 Rangschikking

Zie de toelichting op de wijziging van artikel 2.5.

 

Artikel 3.8 Beslissing aanvraag

Zie de toelichting op de wijziging van artikel 2.7.

 

Paragraaf 4 R&D Samenwerkingsprojecten klein

 

Artikel 4.1 Doelgroep

Het derde lid is gewijzigd om het voor aanvragers van een R&D-samenwerkingsproject klein met één of meer partners van buiten Zuid-Holland duidelijker te maken in welke regio ze hun project moeten indienen. Door het percentage te verhogen van minimaal 40% van de projectkosten naar meer dan 50% van de subsidiabele kosten , is duidelijker dat het zwaartepunt van het R&D-samenwerkingsproject klein in Zuid-Holland dient te liggen. Deze kosten dienen voor rekening te komen van de penvoerder en de andere deelnemers aan het R&D-samenwerkingsproject klein met een vestiging in Zuid-Holland gezamenlijk.

 

Artikel 4.3 Subsidiabele kosten

Het tweede lid is gewijzigd zodat in de hele regeling consequent gesproken wordt van subsidiabele kosten.

 

Artikel 4.5 en artikel 5.5 Rangschikking

Artikel 4.5, eerste lid, onderdeel b en artikel 5.5, eerste lid, onderdeel b zijn gewijzigd omdat de subsidieregeling (met name) betrekking heeft op de Zuid-Hollandse economie.

 

Artikel 4.5 Rangschikking

Het vierde lid is gewijzigd om redenen van uniformiteit. Door deze wijziging vindt net als in de MIT-subsidieregelingen van andere regio’s en het Rijk rangschikking plaats door middel van loting van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen indien het subsidieplafond op enige dag dreigt te worden overschreden. Overigens vindt loting alleen plaats indien twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten hebben verkregen en hun plaats in de rangschikking zodanig is dat de som van de toe te kennen maximale subsidiebedragen het subsidieplafond overstijgt.

 

Artikel 4.7 Adviescommissie

Dit artikel is ingevoegd omdat de provincie Zuid-Holland de aanvragen voor R&D-samenwerkingsprojecten klein voor toetsting aan de weigeringsgronden (artikel 4.2) en voor rangschikking (artikel 4.5) voor advies wil voorleggen aan een externe adviescommissie.

 

Paragraaf 5 R&D Samenwerkingsprojecten groot

 

Artikel 5.1 Doelgroep

Het derde lid is gewijzigd om het voor aanvragers van een R&D-samenwerkingsproject groot met een of meer partners van buiten Zuid-Holland duidelijker te maken in welke regio ze hun project moeten indienen. Door het percentage te verhogen van minimaal 40% van de projectkosten naar meer dan 50% van de subsidiabele kosten komen voor rekening van de penvoerder en de andere deelnemers met een vestiging in Zuid-Holland gezamenlijk, is duidelijker dat het zwaartepunt van het R&D-samenwerkingsproject groot in Zuid-Holland dient te liggen. Deze kosten dienen voor rekening te komen van de penvoerder en de andere deelnemers aan het R&D-samenwerkingsproject groot met een vestiging in Zuid-Holland gezamenlijk.

 

Artikel 5.3 Subsidiabele kosten

Zie de toelichting op de wijziging van artikel 4.3.

 

Artikel 5.4 Subsidiehoogte

Het eerste lid is gewijzigd om een duidelijker onderscheid te maken tussen de instrumenten ‘R&D- samenwerkingsproject klein’ en ‘R&D-samenwerkingsproject groot’. Het tweede lid is gewijzigd om ook € 25.000,- als minimale subsidie per deelnemer te hanteren voor het instrument R&D-samenwerkingsproject groot, conform het instrument R&D-samenwerkingsproject klein (in paragraaf 4). Hierdoor wordt de mogelijkheid geboden aan aanvragers om met meer deelnemers samen te werken in een R&D-samenwerkingsproject groot.

 

Artikel 5.5 Rangschikking

Zie de toelichting op de wijziging van artikel 4.5.

 

Artikel 5.7 Adviescommissie

Dit artikel is ingevoegd omdat de provincie Zuid-Holland de aanvragen voor R&D-samenwerkingsprojecten groot voor toetsing aan de weigeringsgronden (artikel 5.2) en voor rangschikking (artikel 5.5) voor advies wil voorleggen aan een externe adviescommissie.

Naar boven