Besluit van Gedeputeerde Staten van 16 februari 2016, PZH-2016-542519788 (DOS-2013-0010135), tot wijziging van de Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Zuid-Holland 2016.

Gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland,

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

 

Besluiten:

Artikel I

De subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Zuid-Holland 2016 wordt als volgt gewijzigd:

 

A.

Aan artikel 1.1 wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel bb door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

cc. Verordening (EU) nr. 809/2014: Uitvoeringsverordening(EU) Nr. 809/2014 van de Commissie van 17 juli 2014 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem plattelandsontwikkelingsmaatregelen en de randvoorwaarden (PbEU L227).

 

B.

Artikel 3.8, tweede lid, komt te luiden:

2.De gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in het eerste lid, worden bepaald door de begrote kosten per leefgebied, bedoeld in artikel 3.5, eerste lid, onder c, vierde onderdeel, te delen door zes en daarna te delen door het maximum aantal hectares dat voor dat leefgebied is aangevraagd.

 

C.

Artikel 3.9 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het vierde lid komt te luiden:

    4. Indien toepassing van het tweede lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijk puntenaantal eindigen, wordt de rangschikking van die aanvragen bepaald door de gemiddelde kosten per hectare leefgebied, bedoeld in artikel 3.5, tweede lid, waarbij de aanvraag met de laagste gemiddelde kosten het hoogst wordt gerangschikt.

  • 2.

    Het vijfde lid komt te luiden:

    5. Indien toepassing van het tweede en vierde lid ertoe leidt dat aanvragen op een gelijke plek worden gerangschikt, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

D.

Artikel 3.12 komt te luiden:

Artikel 3.12 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1.

    In aanvulling op de artikelen 18 en 19 van de Asv en artikel 1.6 worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

    • a.

      uitvoering vindt plaats in leefgebieden;

    • b.

      de subsidieontvanger doet uiterlijk voor 1 januari van ieder kalenderjaar per leefgebied of onderdeel van een leefgebied waarvoor is beschikt een opgave van de beheeractiviteiten op perceelsniveau in het daartoe door Gedeputeerde Staten aangewezen systeem;

    • c.

      de gekozen beheeractiviteiten of combinatie van beheeractiviteiten past bij de beheerfunctie of het cluster van beheeractiviteiten zoals beschikt en het bijbehorende leefgebied zoals aangewezen in het natuurbeheerplan;

    • d.

      wijzigingen van activiteiten op perceelsniveau die gedurende het kalenderjaar optreden, worden door de subsidieontvanger uiterlijk veertien dagen voorafgaand aan het ingaan van de wijziging gemeld aan Gedeputeerde Staten door de wijziging op perceelsniveau in te voeren in het onder b bedoelde systeem. Deze wijzigingen kunnen tot uiterlijk 30 september van het lopende beheerjaar worden doorgevoerd;

    • e.

      wijzigingen bestaande uit het toevoegen van percelen worden door de subsidieontvanger uiterlijk op 15 mei van het lopende beheerjaar doorgevoerd via het in onderdeel b bedoelde systeem;

    • f.

      wijzigingen bestaande uit het terug trekken van percelen met de daarbij horende beheeractiviteiten zijn mogelijk tot en met 30 september, via het in onderdeel b bedoelde systeem, tenzij artikel 3, tweede lid, van Verordening (EU) nr. 809/2014 zich tegen de wijziging verzet;

    • g.

      de subsidieontvanger dient ieder kalenderjaar in de periode waarin de Gecombineerde data inwinning wordt ingediend een betaalverzoek in voor dat kalenderjaar, de subsidie ontvanger dient deze aanvraag in via een door Gedeputeerde Staten beschikbaar gesteld formulier;

    • h.

      de subsidieontvanger dient uiterlijk oktober van ieder kalenderjaar een verantwoording in waarin is beschreven:

      1° welke activiteiten als bedoeld onder b, daadwerkelijk zijn uitgevoerd;

      2° welke wijzigingen als bedoeld onder d, e en f hebben plaatsgevonden en waarom;

    • i.

      de subsidieontvanger dient uiterlijk 1 december van ieder kalenderjaar een voortgangsverslag in;

    • j.

      de subsidieontvanger beschikt voor de gehele duur van de subsidie over een certificaat collectief agrarisch natuurbeheer;

    • k.

      de subsidieontvanger draagt er zorg voor dat er door of vanwege Gedeputeerde Staten audits kunnen worden uitgevoerd in het kader van de naleving van de certificeringsvoorwaarden;

    • l.

      de subsidieontvanger verleent medewerking aan een toezichthouder als bedoeld in artikel 1.7 om toezicht te houden op de naleving van de subsidieverplichtingen en verleent een toezichthouder ongehinderd toegang tot de percelen;

    • m.

      de subsidieontvanger draagt er zorg voor dat door of vanwege Gedeputeerde Staten monitoringswerkzaamheden kunnen worden uitgevoerd in het desbetreffende leefgebied;

    • n.

      uiterlijk veertien dagen na het uitvoeren van de hierna genoemde activiteiten doet de subsidieontvanger daarvan een melding in het onder b bedoelde systeem:

    • 1°.

      het treffen van maatregelen ter bescherming van aangetroffen nesten;

    • 2°.

      het bemesten met ruige mest;

    • 3°.

      het schoonmaken van watergangen;

    • 4°.

      het snoeien;

    • 5°.

      het spuiten van bagger.

2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel b, is de subsidieontvanger voor het jaar 2016 verplicht om uiterlijk 15 januari 2016 per leefgebied of onderdeel van een leefgebied waarvoor is beschikt een opgave te doen van de beheeractiviteiten op perceelsniveau in het daartoe door Gedeputeerde Staten aangewezen systeem.

 

E.

Artikel 3.16 komt te luiden:

Artikel 3.16 Verlagen subsidies

  • 1.

    Ter uitvoering van de Gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 640/2014 van de Commissie van 11 maart 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het geïntegreerd beheers- en controlesysteem en de voorwaarden voor weigering of intrekking van betalingen en voor administratieve sancties in het kader van rechtstreekse betalingen, plattelandsontwikkelingsbijstand en de randvoorwaarden (PbEU L181) verlagen Gedeputeerde Staten de verleende of vastgestelde subsidie indien er onregelmatigheden zijn geconstateerd bij de uitvoering van controles als bedoeld in artikel 28 en 37 van Verordening (EU) nr. 809/2014.

  • 2.

    Indien een landbouwer, of andere grondgebruiker van landbouwgrond, die ten behoeve van de subsidieontvanger beheeractiviteiten uitvoert, subsidieverplichtingen, de baseline of randvoorwaarden schendt, wordt de schending toegerekend aan de subsidieontvanger.

ARTIKEL II
  • 1.

    Artikel I onderdelen A en B treden in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst en werkt terug tot en met 22 april 2015.

  • 2.

    Artikel I onderdeel C treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

  • 3.

    Artikel I onderdelen D en E treden in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst en werken terug tot en met 1 januari 2016.

Den Haag, 16 februari 2016

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

 

Drs. J. Smit, voorzitter

Drs. J.H. de Baas, Secretaris

 

TOELICHTING

ALGEMEEN

Op 1 januari 2016 treedt een wijziging van Verordening 809/2014 in werking. Gelet hierop wordt de Subsidieregeling Natuur- en Landschapsbeheer Zuid-Holland 2016 (hierna: SVNL’16) aangepast. In deze regelingswijziging wordt de SVNL’16 daarnaast op diverse plekken aangepast. Het gaat hierbij om technische wijzigingen die het doel hebben om te voorkomen dat bij de uitvoering knelpunten ontstaan. In de artikelsgewijze toelichting worden enkele wijzigingen nader toegelicht.

 

ARTIKELSGEWIJS

 

ARTIKEL I

 

A (artikel 3.7)

Deze aanpassing voorkomt dat de berekening van het subsidiebedrag een rekenfout bevat.

 

C (artikel 3.12)

Deze wijzigingen zijn noodzakelijk om de SVNL’16 te laten stroken met artikel 14a van Verordening 809/2014 en met het daaruit voortvloeiende controle- en handhavingsregime.

De afwijkende datum voor het doen van de opgave van de beheersactiviteiten voor 2016 wordt opgenomen omdat het voor subsidieontvangers vanwege een ICT storing niet mogelijk was om de opgave voor 1 januari in te dienen.

 

D (artikel 3.15)

Deze wijziging is benodigd om de Beleidsregels verlagen subsidies POP een basis in de SVNL’16 te geven. De term ‘sancties’ past niet bij het karakter van het artikel. De titel van het artikel is daarom aangepast.

Naar boven