Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 17 februari 2012 tot instelling van het Landelijke Selectiecomité LEADER
 
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,
 
Gelet op:
  • a.
    artikel 82 van de Provinciewet;
  • b.
    artikel 33 van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad;
  • c.
    Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 5 februari 2015, nr. WJZ / 14108646 tot uitvoering van verordening EU nr. 1305/2013 inzake plattelandsontwikkeling (Regeling uitvoering ELFPO programmaperiode 2014-2020);
  • d.
    openstellingsbesluit LEADER van 17 februari 2015;
     
Besluiten:
Vast te stellen het “Besluit tot instelling van het Landelijke Selectiecomité LEADER”
 
Artikel 1 (begripsbepalingen)
In dit besluit wordt verstaan onder:
  • a.
    POP3: Het derde Plattelandsontwikkelingsprogramma van Nederland in het kader van het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling 2014-2020;
  • b.
    LEADER (Liaison Entre Actions de Développement de l’Économie Rurale): een vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling in het kader van POP3;
  • c.
    Lokale ontwikkelingsstrategie of strategie voor vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling: een coherent samenstel van op de plaatselijke doelstellingen en behoeften afgestemde concrete acties, en die bijdraagt tot de verwezenlijking van de strategie van de Europese Unie voor slimme, duurzame en inclusieve groei en wordt ontworpen en uitgevoerd door een lokale actiegroep.
Artikel 2 (Selectiecomité )
  • 1.
    Er is een Selectiecomité LEADER, hierna te noemen het comité.
  • 2.
    Het comité heeft tot taak het adviseren van Gedeputeerde Staten over de selectie van de bij Gedeputeerde Staten ingediende Lokale ontwikkelingsstrategieën.
  • 3.
    Het onder lid 2 bedoelde advies geschiedt op basis van het openstellingsbesluit LEADER.
Artikel 3 (Samenstelling, benoeming en ontslag)
  • 1.
    Het comité bestaat uit een voorzitter en ten hoogste 4 andere leden.
  • 2.
    Het comité wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.
  • 3.
    Het comité wordt ingesteld vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit.
  • 4.
    Na goedkeuring van het advies door Gedeputeerde Staten en uiterlijk 31 december 2017 wordt het comité opgeheven.
  • 5.
    Indien één van de leden de werkzaamheden voor het comité voortijdig beëindigt, kunnen Gedeputeerde Staten in gezamenlijkheid met de andere Gedeputeerde Staten binnen het landsdeel een nieuw lid benoemen.
  • 6.
    Indien de voorzitter de werkzaamheden voor het comité voortijdig beëindigt, kunnen gedeputeerde staten in gezamenlijkheid met de Gedeputeerde Staten van de andere deelnemende provincies een nieuwe voorzitter benoemen.
  • 7.
    Gedeputeerde Staten kunnen, in gezamenlijkheid met de Gedeputeerde Staten van de overige provincies binnen hun landsdeel, de leden schorsen of ontslaan.
  • 8.
    Gedeputeerde Staten kunnen, in gezamenlijkheid met de Gedeputeerde Staten van de overige deelnemende provincies, de voorzitter schorsen of ontslaan.
Artikel 4 (Leden)
Met ingang van de datum van inwerkingtreding van dit besluit worden tot lid benoemd:
  • a.
    Voorzitter: de heer L. van der Sar;
  • b.
    Vanuit landsdeel noord: de heer prof. dr. D. Strijker;
  • c.
    Vanuit landsdeel zuid: mevrouw A. Wisse-Maat;
  • d.
    Vanuit landsdeel oost: de heer P. Jansen;
  • e.
    Vanuit landsdeel west: mevrouw M. Kruider.
Artikel 5 (secretariaat)
  • 1.
    Het comité wordt ondersteund door een secretaris.
  • 2.
    De secretaris is geen lid van het comité.
  • 3.
    Het secretariaat van het comité berust bij het Regiebureau POP.
Artikel 6 (werkwijze)
  • 1.
    Het comité beoordeelt de lokale ontwikkelingsstrategieën.
  • 2.
    Het comité kan de indieners van de lokale ontwikkelingsstrategieën adviseren verbeteringen aan te brengen.
  • 3.
    Het comité beoordeelt de verbeteringen.
  • 4.
    Het comité brengt vervolgens een selectieadvies uit aan Gedeputeerde Staten voor verdere besluitvorming.
  • 5.
    Het comité heeft haar werkzaamheden afgerond op het moment dat Gedeputeerde Staten hebben besloten tot goedkeuring van de lokale ontwikkelingsstrategieën.
Artikel 7 (vergoeding)
De voorzitter en andere leden van het comité ontvangen een vergoeding met toepassing van de Verordening rechtspositie gedeputeerden, staten- en commissieleden provincie Utrecht.
Artikel 8 (vergaderingen/openbaarheid)
  • 1.
    De vergaderingen van het comité vinden besloten plaats.
  • 2.
    Het comité kan deskundigen in haar vergaderingen uitnodigen.
  • 3.
    Rapporten, notities, verslagen, adviezen en andere producten die door of namens de commissie worden vervaardigd of vergaard, worden niet door de commissie openbaar gemaakt, maar uitsluitend aan Gedeputeerde Staten uitgebracht of overgedragen.
Artikel 9 (ondersteuning comité)
Het comité wordt in haar werkzaamheden gefaciliteerd door het Regiebureau POP.
Artikel 10 (inwerkingtreding)
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na na de datum van uitgifte van het Provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst.
Artikel 11 (citeertitel)
Dit besluit wordt aangehaald als: Instellingsbesluit adviescomité LEADER
 
Den Haag, 17 februari 2015
 
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,
drs. J. Smit, voorzitter
drs. J.A.M. Hilgersom, secretaris
 
Toelichting
Binnen het Plattelandsontwikkelingsprogramma 2014-2020 (POP3) kan steun worden verleend voor de LEADER-aanpak. Dit is geregeld in maatregel 19 van het POP3. LEADER is een vanuit de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling en het beoogt bij te dragen aan de plaatselijke ontwikkeling van plattelandsgebieden. Innovatie, samenwerking en integrale projecten zijn sleutelwoorden voor LEADER.
 
De Europese Commissie schrijft voor dat er een “Call for proposal” moet worden uitgeschreven. Op deze openstelling kunnen lokale actiegroepen reageren door hun lokale ontwikkelingsstrategie in te dienen. De verantwoordelijkheid voor openstelling ligt bij de Management autoriteit. In het POP3 is dat de Staatssecretaris van Economische Zaken. De Managementautoriteit heeft deze verantwoordelijkheid gemandateerd aan de provincies. Dit is vastgelegd in de ministeriële regeling, d.d. 5 februari 2015 kenmerk WJZ / 14108646.
 
De door de Lokale Actiegroepen (LAG's) ingediende Lokale Ontwikkelingsstrategieën (LOS-en) worden beoordeeld door een landelijk selectiecomité LEADER.
Het selectiecomité wordt samengesteld uit 5 personen, inclusief een voorzitter. Elk landsdeel is vertegenwoordigd door een lid. Daarnaast is er een onafhankelijke voorzitter.
Het selectiecomité wordt benoemd door Gedeputeerde Staten van alle provincies die deelnemen aan de LEADER maatregel. Vervanging van een lid vindt plaats door een nieuw lid te laten benoemen door de verschillende Gedeputeerde Staten van de betreffende landsdeel.
 
Landsdeel Noord bestaat uit de provincies Friesland, Groningen en Drenthe;
Landsdeel Zuid bestaat uiyt de provincies Zeeland, Noord-Brabant en Limburg;
Landsdeel Oost bestaat uit de provincies Overijssel en Gelderland;
Landsdeel West bestaat uit de provincies Noord Holland, Zuid Holland, Flevoland en Utrecht.
 
Vervanging van de voorzitter vindt plaats door een nieuwe voorzitter te laten benoemen door de Gedeputeerde Staten van alle deelenemende provincies. Het regiebureau POP voert het secretariaat. Een adviseur en een medewerker van RVO.nl zullen worden betrokken bij de beoordeling van de LOS-en.
 
Het selectiecomité brengt advies uit ten behoeve van de selectie van de LOS-en. In het openstellingsbesluit zijn de criteria opgenomen waaraan het selectiecomité de LOS-en moet toetsen. De LAG's krijgen de gelegenheid op basis van het advies van het comité hun LOS-en te verbeteren. Na verbetering brengt het comité aan de provincies advies uit voor de selectie van de LOS-en. De provincies kunnen onderbouwd afwijken van dit advies. De provincies keuren uiteindelijk de LOS-en goed en stellen de LAG's in.
De werkzaamheden van het landelijk selectiecomité Leader worden afgerond op het moment dat Gedeputeerde Staten hebben besloten tot goedkeuring van de LOS-en.
Naar boven