Provincie Zeeland – Wijziging van het Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013 (subsidie voor kavelaanvaardingswerken)
Besluit van gedeputeerde staten van Zeeland van 16 juni 2015, kenmerk 15008484 houdende wijziging van het Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013.
 
Gedeputeerde staten van Zeeland
 
  • -
    overwegende dat voor verstrekking van subsidies voor kavelaanvaardingswerken bijzondere bepalingen in het Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013 benodigd zijn;
  • -
    gelet op artikel 8 van de Algemene subsidieverordening Zeeland 2013;
besluiten vast te stellen de navolgende wijziging van het Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013:
 
 
Artikel I  
Na hoofdstuk 9 wordt toegevoegd een hoofdstuk luidende:
 
Hoofdstuk 10 Bijzondere bepalingen voor verstrekking van subsidie voor kavelaanvaardingswerken
Artikel 10.1
In dit hoofdstuk wordt verstaan onder:
  • a.
    de-minimissteun: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in de Verordening (EU) Nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013 inzake de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun in de landbouwsector, PbEU, L 352 van 24 december 2013;
  • b.
    kavelaanvaardingswerken: cultuurtechnische werken die een bijdrage leveren aan de landbouwkundige structuurverbetering van toegedeelde kavels in een kavelruil;
  • c.
    Kavelruilbureau Zeeland: het bij besluit van gedeputeerde staten van 29 mei 2012 ingestelde Kavelruilbureau Zeeland;
  • d.
    onderneming: één onderneming als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de Verordening (EU) Nr. 1408/2013 van de Commissie van 18 december 2013.
Artikel 10.2
  • 1.
    Subsidie kan worden verleend voor kavelaanvaardingswerken.
  • 2.
    De kavelaanvaardingswerken hebben betrekking op toegedeelde kavels bij kavelruil van landbouwgronden via het Kavelruilbureau Zeeland die tussen 1 januari 2015 en 31 december 2015 door het Kavelruilbureau Zeeland is goedgekeurd.
Artikel 10.3
  • 1.
    Subsidie wordt slechts verleend aan de bij kavelruil betrokken grondeigenaar die onderneming is actief in de primaire productie van landbouwproducten.
  • 2.
    In aanvulling op artikel 1.2.1, tweede lid, wordt geen subsidie verstrekt indien reeds eerder subsidie is verstrekt voor kavelaanvaardingswerken die betrekking hebben op dezelfde tussen 1 januari 2015 en 31 december 2015 door het Kavelruilbureau Zeeland goedgekeurde kavelruil.
  • 3.
    Artikel 1.2.1, tweede lid, aanhef en onder c is niet van toepassing.
Artikel 10.4
De subsidie:
  • a.
    bedraagt maximaal 40% van de subsidiabele kosten met een maximum van € 280,00 per bij de kavelruil toegedeelde hectare; en
  • b.
    wordt verleend in de vorm van de-minimissteun en bedraagt per onderneming, tezamen met eventueel andere verleende de-minimissteun, vóór aftrek van belastingen of andere heffingen maximaal € 15.000,00 over een periode van drie belastingjaren.
Artikel 10.5
De aanvraag voor de subsidie kan worden ingediend met ingang van 1 juli 2015 tot en met 31 december 2015.
 
Artikel 10.6
  • 1.
    De aanvraag voor de subsidie wordt voor het begin van de activiteit ingediend.
  • 2.
    Artikel 1.4.1, tweede lid, is niet van toepassing.
Artikel 10.7
  • 1.
    In aanvulling op artikel 1.4.2, eerste lid, bevat de aanvraag voor de subsidie:
    • a.
      een volledig ingevuld en ondertekend Aanvraagformulier subsidie kavelaanvaardingswerken Provincie Zeeland; en
    • b.
      een volledig ingevulde en ondertekende de-minimisverklaring.
  • 2.
    In afwijking van artikel 1.4.2, eerste lid, aanhef en onder d bevat de aanvraag voor de subsidie het kadastraal perceel of de kadastrale percelen waarop de activiteit betrekking heeft.
Artikel 10.8
Het subsidieplafond voor het verstrekken van subsidies op aanvragen, ingediend in de in artikel 10.5 bepaalde periode, bedraagt € 125.000,00.
 
Artikel 10.9
  • 1.
    Het subsidieplafond bedoeld in artikel 10.8, wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de aanvragen.
  • 2.
    Indien een aanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de aanvraag volledig is als datum van binnenkomst.
  • 3.
    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige aanvragen plaats door middel van loting
     
Artikel II  
Hoofdstuk 10 Slotbepalingen wordt als volgt gewijzigd:
Hoofdstuk 11 Slotbepalingen
 
§ 11.1 Intrekken
Artikel 11.1.1
Het Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2007 wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft voor subsidiebesluiten die zijn genomen op grond van de Algemene subsidiebesluit Zeeland 2007.
 
§ 11.2 Inwerkingtreding en aanhaling
Artikel 11.2.1
  • 1.
    Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2013.
  • 2.
    Dit besluit wordt aangehaald als: "Algemeen subsidiebesluit Zeeland 2013", afgekort tot "Asb 2013".
     
Artikel III  
Dit besluit treedt in werking met ingang van de eerste dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin het wordt geplaatst en vervalt met ingang van 1 maart 2016, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidiebesluiten die zijn genomen op grond van dit besluit.
 
 
Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van 16 juni 2015.
 
 
Drs. J.M.M. Polman, voorzitter
A.W. Smit, secretaris
 
 
Uitgegeven 18 juni 2015
De secretaris, A.W. Smit
Naar boven