Wijziging Subsidieregeling Natuur en Landschapsbeheer 2015 provincie Groningen
Besluit van Gedeputeerde Staten der provincie Groningen van 14 april 2015, nr. 56903, afd. LGW, tot bekendmaking van hun besluit van 14 april 2015, nr. A.19, tot wijziging van de Subsidieregeling Natuur en Landschapsbeheer 2015.
 
Gedeputeerde Staten
der provincie Groningen;
 
maken bekend dat door Gedeputeerde Staten in hun vergadering van 14 april 2015, nr. A.19, is vastgesteld hetgeen volgt:
 
Gedeputeerde Staten
der provincie Groningen;
 
Gelet op artikel 145 van de Provinciewet;
 
Overwegende dat met ingang van 1 januari 2010 de Subsidieverordening Natuur- en Landschapsbeheer van kracht is geworden;
 
Overwegende dat in de genoemde regeling jaarlijks wijzigingen worden aangebracht om knelpunten in de uitvoering op te lossen;
 
 
Besluiten de volgende wijziging in de Subsidieregeling Natuur en Landschapsbeheer 2015 vast te stellen:
ARTIKEL I  
Onderdeel A  
Artikel 3.1.7, tweede lid, komt te luiden:
 
  • 2.
    Een jaarvergoeding is het product van het tarief zoals dat voor het eerste kalenderjaar van de in artikel 3.1.2 bedoelde periode op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel a, voor het desbetreffende natuurbeheertype is vastgesteld, en het aantal hectares waarvoor voor dat betreffende natuurbeheertype subsidie wordt verstrekt, eventueel vermeerderd met:
    • a.
      het product van het tarief zoals dat voor het eerste kalenderjaar van de in artikel 3.1.2 bedoelde periode op grond van artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel b, voor het recreatiepakket is vastgesteld, en het aantal hectares waarop dat pakket wordt uitgevoerd;
    • b.
      het product van het tarief, bedoeld in artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel c, en het aantal hectares waarop in het kader van de subsidie natuurbeheer monitoringswerkzaamheden worden uitgevoerd, én
    • c.
      het product van het tarief, bedoeld in artikel 3.1.8, eerste lid, onderdeel d, en het aantal hectares waarvoor de toeslagen, bedoeld in artikel 3.1.8, tweede lid, onderdelen a en b, worden verstrekt.
    • d.
      een opslag voor loon- en prijsontwikkeling.
 
Onderdeel B  
In artikel 3.1.8, eerste lid, wordt << Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks met ingang van het komende kalenderjaar >> vervangen door: Gedeputeerde Staten stellen jaarlijks voor met ingang van het komende kalenderjaar.
 
Onderdeel C  
Artikel 7.3, vijfde lid, komt te luiden:
 
  • 5.
    Gedeputeerde Staten kunnen een beschikking tot subsidieverlening overeenkomstig het eerste of tweede lid wijzigen als de derde aangemerkt kan worden als begunstigde voor de betreffende subsidie. Indien de oorspronkelijke subsidieontvanger een gecertificeerde begunstigde was en de derde dit niet is, is een wijziging als bedoeld in de eerste volzin slechts mogelijk indien die derde schriftelijk verklaart met ingang van de datum van overdracht de subsidieverplichtingen te zullen naleven op basis van de rechten en plichten die gelden voor een niet-gecertificeerde begunstigde.
 
Onderdeel D  
Artikel 7.3a, derde lid, komt te luiden:
  • 3.
    Op aanvragen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en b, is artikel 1.3, eerste lid niet van toepassing. Onverminderd de eerste volzin van dit artikellid wordt een aanvraag als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, niet gehonoreerd indien deze ná 15 mei 2015 is ingediend.
Onderdeel E  
Bijlage 3, onderdeel B1, wordt als volgt gewijzigd:
 
Agrarisch beheerpakket <<A01.01.03 Plas-dras>> wordt vervangen door <<A01.01.03 Plas-dras en Greppel plas-dras>>.
 
Onderdeel F  
Bijlage 7, subonderdeel B, eerste lid, komt te luiden:
 
Op de beheereenheid wordt in het betreffende beheerjaar een agrarisch beheerpakket uitgevoerd dat in bijlage 3, onderdeel B.1, is opgenomen onder de aanduiding A01.01.01, A01.01.02, A01.01.04 voor zover dat beheerpakket op grasland wordt uitgevoerd, of A01.01.06.
 
Onderdeel G  
Bijlage 7, subonderdeel C wordt als volgt gewijzigd:
 
Na subonderdeel 4 wordt een nieuw subonderdeel toegevoegd:
Subonderdeel 5 (Toeslag hoog waterpeil)
  • 1.
    Op de beheereenheid wordt een agrarisch beheerpakket uitgevoerd dat in bijlage 3, onderdeel B.1, is opgenomen onder de aanduiding A01.01.01, A01.01.02, A01.01.05 of A01.01.06.
  • 2.
    De beheereenheid bestaat uit grasland.
  • 3.
    De beheereenheid is ten minste 0,5 ha groot.
  • 4.
    Onder hoog waterpeil wordt verstaan het slootpeil ten opzichte van de gemiddelde maaiveldhoogte, waarbij het vastgelegde peilniveau in de vergunning/ontheffing van een waterschap leidend is.
  • 5.
    De toeslag is van toepassing indien:
    • a.
      op de beheereenheid in de periode 1 februari tot 15 juni een hoog waterpeil aanwezig is dat maximaal 40 cm onder het gemiddelde maaiveld, doch niet hoger dan 20 cm onder het gemiddelde maaiveld ligt, of
    • b.
      op de beheereenheid in de periode 1 februari tot minimaal 15 juni een hoog waterpeil aanwezig is dat maximaal 20 cm onder het gemiddelde maaiveld ligt.
 
ARTIKEL II  
 
Dit besluit treedt in werking op de dag na publicatie in het Provinciaal Blad, met dien verstande dat artikel I, onderdeel A, terugwerkt tot 1 januari 2014.
 
 
Groningen, 14 april 2015.

Gedeputeerde Staten voornoemd:

M.J. van den Berg,

voorzitter.

H.J. Bolding,

secretaris.

Groningen, 14 april 2015

Gedeputeerde Staten voornoemd:

M.J. van den Berg,

voorzitter.

H.J. Bolding,

secretaris.

Naar boven