Besluit van gedeputeerde staten van Utrecht van 4 februari, nr. 80F2AB07, tot wijziging van de Uitvoeringsverordening subsidie Aardgas-afleverinstallaties provincie Utrecht

Gedeputeerde staten van Utrecht;

Gelet op de artikelen 4, 6, 31 en 36 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht;

Overwegende dat het wenselijk is de Uitvoeringsverordening subsidie Aardgas-afleverinstallaties provincie Utrechtte actualiseren.

Besluiten:

Artikel I

De Verordening Uitvoeringsverordening subsidie Aardgas-afleverinstallaties provincie Utrecht wordt als volgt gewijzigd:

A.

In artikel 2, eerste lid, onder f, sub 1, wordt “24 projecten” vervangen door 14 projecten.

B.

Artikel 5 komt als volgt te luiden:

Artikel 5 Subsidieplafond

Het subsidieplafond bedraagt € 1,4 miljoen.

C.

Artikel 8, tweede lid, komt als volgt te luiden:

2.De subsidie-ontvanger betaalt jaarlijks, met ingang van 1 januari van het jaar volgende op de vier jaar na de datum van vaststelling van de subsidie, het subsidiebedrag in vier gelijke termijnen terug aan de provincie Utrecht.

D.

Artikel 9, derde lid, komt als volgt te luiden:

3.De ontheffing, bedoeld in het tweede lid, kan worden verleend indien het marktperspectief voor aardgas als vervoersbrandstof is verdwenen.

E.

Er wordt een artikel 11a ingevoegd, luidende:

Artikel 11a Werkingsduur, overgangsrecht

1. Deze verordening is van kracht tot en met 31 december 2014.

2. Subsidies die zijn aangevraagd of verstrekt vóór 1 januari 2015, worden behandeld overeenkomstig de regeling die gold ten tijde van hun aanvraag.

Artikel II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na publicatie van het Provinciaal blad waarin het wordt geplaatst.

Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 4 februari 2014.

Gedeputeerde staten van Utrecht,

Voorzitter

Secretaris

Toelichting

Algemeen

Deze uitvoeringsverordening is opgesteld ten behoeve van het project Groengas geven. Dit project loopt eind 2014 af. In de verordening wordt daartoe een einddatum opgenomen. De verordening wordt daarnaast aangepast om de financiële risico’s van deze verordening voor de provincie te beperken. Verder wordt het artikel met betrekking tot de terugbetalingsverplichting zoals opgenomen in de verordening in overeenstemming gebracht met de bepalingen die zijn opgenomen in de uitvoeringsovereenkomsten die in het kader van de subsidieverlening met de subsidieontvangers zijn gesloten.

Artikelsgewijs

Artikel 2, eerste lid onder f

Het aantal uit te voeren projecten wordt teruggebracht van 24 tot maximaal 14. Met deze aanpassing wil de provincie het realiseren van aardgasvulpunten nog wel stimuleren, maar de financiële risico’s voor de provincie beter beheersen.

Artikel 5

Op grond van artikel 7 kan maximaal € 100.000,- per project worden gesubsidieerd. Omdat het aantal uit te voeren projecten op grond van artikel 2, eerste lid, onder f, is teruggebracht tot 14, is daarom ook het subsidieplafond verlaagd.

Artikel 8, tweede lid

Het tweede lid in dit artikel kwam niet overeen met wat is opgenomen in de afgesloten uitvoeringsovereenkomsten met de subsidieontvangers. Door dit lid aan te passen, zijn deze verordening en de uitvoeringsovereenkomsten weer in overeenstemming met elkaar. Op grond van de uitvoeringsovereenkomsten hoefde voor het van kracht worden van deze wijziging pas een jaar later te worden terugbetaald dan op grond van deze verordening.

Artikel 9

De ontheffingsgrond voor terugbetaling “bijzondere omstandigheden” komt te vervallen. Hiermee worden de financiële risico’s voor de provincie beperkt.

Artikel 11a

In dit artikel wordt de einddatum van de uitvoeringsverordening vastgelegd. Aanvragen die zijn ingediend voor de inwerkingtreding van dit wijzigingsbesluit, worden behandeld overeenkomstig de versie van de uitvoeringsverordening die op het moment van de aanvraag van kracht was.

Naar boven