Provinciaal blad van Zuid-Holland
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
|---|---|---|---|
| Zuid-Holland | Provinciaal blad 2014, 1566 | Plannen | overig |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Printen
Delen
- 1.
- 2.
- 3.
- 4.
- 5.
- 6.
- 7.
- 8.
- 9.
- 10.
- 11.
- 12.
- 13.
- 14.
De Voorjaarsnota 2014 is een rapportage waarin afwijkingen van het voorgenomen beleid en op de voorgenomen middeleninzet op doelniveau zijn opgenomen. De Voorjaarsnota 2014is daarmee een afwijkingsrapportage en bestaat uit de hoofdstukken 1) Bestuurlijke Inleiding, 2) Budgettair Kader, 3) Programma’s en 4) Paragraaf Bedrijfsvoering.
Het beschikbaar stellen van middelen voor de overkomst van DLG taken. In 2014 wordt de overkomst van de DLG met bijhorende taken naar de provincie voorbereid. De overkomst zal per 1 januari 2015 moeten zijn gerealiseerd. Gelet op de omvang van het over te dragen takenpakket wordt voor de begeleiding van dit traject extra capaciteit ingezet. Hiervoor wordt voor een bedrag van € 0,4 mln een beroep gedaan op de financiële ruimte.
Het reserveren van middelen voor de deelname in de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden ROM-D Capital BV. De provincie neemt deel met € 10,0 mln in het aandelenkapitaal van ROM-D Capital BV, het publiek investeringsfonds van de Regionale Ontwikkelingsmaatschappij Drechtsteden. Het financiële risico voor de provincie is gelegen in waardevermindering van het provinciale aandelenbezit, maximaal gelijk aan het gestorte kapitaal van € 10,0 mln. Er wordt een reserve gevormd ter dekking van het risico van eventuele waardevermindering van de deelname in het aandelenkapitaal ROM-D Capital BV, hiervoor wordt een initiële storting gedaan van € 1,1 mln ten laste van de reserve transitie subsidies.
Na de opstelling van de Voorjaarsnota 2014 is gebleken dat door striktere bewaking van budgetten extra middelen nodig zijn om onder andere te blijven voldoen aan wet- en regelgeving, informatieverstrekking en versterking van de kwaliteit van de organisatie. Het gaat om:
Op basis van de Wet op de Archeologische monumentenzorg (Wamz) zijn provincies verantwoordelijk voor de deponering van archeologisch vondstmateriaal dat gevonden is binnen de provinciegrenzen. De wet schrijft voor dat provincies hiertoe een depot houden waar deze vondsten kunnen worden opgeslagen op een wijze die vanuit behoud en toegankelijkheid verantwoord is.
Belangrijkste bedreiging voor ons depot is brand; ons depot is hier onvoldoende op ingericht. De depotcollectie is grotendeels opgeslagen in brandbare kartonnen dozen die zijn opgeslagen in één grote ruimte, zonder blusinstallatie. Als gevolg van gewijzigde regelgeving zal de brandweer bij brand het depot en de collectie geen prioriteit geven bij brandbestrijding en dus gecontroleerd zal laten uitbranden. Dit is in het geval van ons depot desastreus; vrijwel de gehele collectie van Zuid-Holland zal bij een kleine brand voorgoed verloren gaan.
Op korte termijn zal de brandmeldcentrale van ons depot worden vernieuwd en dit is dus het moment om de hele brandbeveiliging tegen het licht te houden. De globale kosten voor installatie worden geschat op € 145.000. Daarnaast zullen kosten (€ 105.000) moeten worden gemaakt voor de plaatsing van een waterreservoir en voor het geschikt maken van de depotruimte. In totaal is € 250.000 nodig om de risico’s op schade door brand terug te brengen naar een aanvaardbaar minimum.
Extra capaciteit voor Omgevingsdienst Haaglanden in verband met de MilieuBeschermingsWet-vergunning van de kolencentrales 2e Maasvlakte.
Op basis van de bespreking in de Commissie Bestuur & Middelen zijn dit najaar extra bestuurlijke bijeenkomsten met verschillende regio’s nodig over de toekomstige bestuurlijke samenwerking/inrichting. Deze extra activiteiten zijn niet begroot.
Publicatie van CIN meldingen: Dit is bij DCMR vorig jaar al gerealiseerd. De implementatie bij OZHZ, ODH, ODMH en ODWH gaat echter nog veel tijd en energie kosten. Er moet onder andere afstemming plaatsvinden met de veiligheidsregio’s, gemeenten en andere partijen. Het idee is om één van de omgevingsdiensten (niet DCMR) opdracht te geven om de implementatie bij de vier omgevingsdiensten te coördineren. Voor coördinatiekosten en ontwikkeling is naar schatting € 75.000 nodig.
Publicatie van toezichtrapporten en handhavingsbesluiten: Voor het BRZO wordt de publicatie van toezichtsrapporten nu landelijk geregeld. Maar publicatie van toezichtsrapporten bij IPPC bedrijven is bij de omgevingsdiensten nog een uitdaging. Het gaat dan om de ontwikkeling van een format en het opleiden van toezichthouders om voor het publiek te schrijven. De publicatie van handhavingsbesluiten vraagt ook nog een flinke inspanning bij de diensten. DCMR is het verst met de publicatie van handhavingsbesluiten. Ook hier zouden we één van de omgevingsdiensten opdracht kunnen geven om de implementatie te coördineren. Voor coördinatiekosten en ontwikkeling is naar schatting € 75.000 nodig.
Het lijkt goed om voor de ontwikkeling van het kostprijsmodel middelen beschikbaar te hebben voor validatie en wellicht ook het mede ontwikkelen van kentallen. Naar schatting is hiervoor € 100.000 nodig.
Tijdelijke extra capaciteit organisatieverbetering naar aanleiding van de Nota kapitaal en beheerlasten: intern wordt er hard aan de verbeteringen gewerkt, maar met de huidige capaciteit (kwantitatief, maar ook kwalitatief) gaat het (te) lang duren.
c. € 750.000 voor tijdelijke extra (externe) inzet ten behoeve van inzicht/benchmarking/e.d: PS en GS streven naar verbetering van de inzichtelijkheid van de organisatie en haar prestaties. Ook hier blijkt dat de bestaande capaciteit (mede als gevolg van de lopende reorganisatie, waarbij er weinig tot geen ruimte is voor nieuwe en/of extra mensen) onvoldoende is om de ambities waar te maken. Op onderdelen is tijdelijk extra externe hulp nodig.
Het totaal extra geclaimd bedrag is € 2.380.000. Dit bedrag wordt ten laste van de financiële ruimte gebracht.
In de Voorjaarsnota 2014 zijn wijzigingen opgenomen die de financiële ruimte beïnvloeden. Per saldo is bij deze Voorjaarsnota sprake van de extra inzet van € 12,7 mln.
Hierbij is nog geen rekening gehouden met de aanvullende claim van € 2,4 mln. Deze claim wordt, na beschikbaarstelling bij deze Voorjaarsnota 2014, verwerkt bij de Najaarsnota 2014.
Het rekeningresultaat 2013 (€ 26,3 mln) is toegevoegd aan de Algemene reserve. Na de verrekening van de bijstellingen die in de Voorjaarsnota 2014 zijn opgenomen, komt de stand van de Algemene Reserve op € 65,5 mln. Indien rekening wordt gehouden met de aanvullende claim van € 2,4 mln, dan komt de stand van de Algemene Reserve uit op € 63,1 mln. De minimale stand van de Algemene reserve, conform de Beleidsnota risicomanagement weerstandsvermogen, is € 30,0 mln.
De bruto investeringen 2014 (geraamde investeringsuitgaven) zijn met € 3,6 mln verlaagd. De geraamde inkomsten 2014 zijn niet gewijzigd. De bijstellingen betreffen de investeringen van programma 2 en de bedrijfsvoering en worden bij die onderdelen van de Voorjaarsnota toegelicht.
In de Begroting 2014 is bij enkele effectindicatoren gemeld dat deze bij de Voorjaarsnota 2014 worden aangepast / geactualiseerd op basis van voortschrijdend inzicht. De aanpassingen betreffen twee indicatoren van programma 1 en worden bij die onderdelen van de Voorjaarsnota toegelicht.
Op basis van nieuwe ontwikkelingen / voortschrijdend inzicht dient een aantal begrotingssubsidies en subsidieplafonds te worden bijgesteld. Het gaat om:
De provincie Zuid-Holland heeft de afgelopen jaren een belangrijke rol gespeeld in de herinrichting van de Eendragtspolder. Tijdens het afsluitende bestuurlijk overleg Eendragtspolder op 12 april 2013 hebben de gebiedspartijen gezamenlijk geconcludeerd dat na de herinrichting een goede verkeersontsluiting van het gebied en specifiek de roeibaan ontbreekt. Beoogd is een brug over de Ringvaart tussen de Van Oudheusdenweg en de Zuidplasweg, zodat een vrijwel directe aansluiting op de provinciale weg N219 ontstaat. Betrokken partijen hebben afgesproken zich in te zetten voor de gezamenlijke financiering van deze brug. De totale kosten van de brug bedragen ongeveer € 4 mln. euro waarvan 60% gedragen zal worden door het recreatieschap Rottemeren, 25% door de gemeente Zuidplas. Voor de overige 15% (€ 0,6 mln) wordt een beroep gedaan op subsidie van de provincie. Het bedrag is reeds gereserveerd in het MPI 2014 t/m 2028.
Het recreatieschap Rottemeren en de gemeente Zuidplas werken nu aan de volgende stap: het voor 1 juli 2014 komen tot een realisatieovereenkomst. Partijen willen voor de zomer een subsidieverzoek indienen bij de provincie.
Door de aanleg van de Zandmotor maakt de gemeente Westland extra kosten voor haar wettelijke taken. In de samenwerkingsovereenkomsten voor het beheer, bewaking en zwem- en strandveiligheid Zandmotor is vastgelegd dat de provincie deze extra kosten zal vergoeden. De subsidie voor 2014 wordt verhoogd met € 19.342 tot € 262.842. De subsidieaanvraag hiervoor is ontvangen.
Op 11 december 2013 is bij de vaststelling van de Uitvoeringsregeling Groen (URG) 2014 bepaald dat enkele elementen uit de Subsidieregeling landelijk gebied (Slg) 2013 niet meer terugkeren in de Uitvoeringsregeling Groen (URG) 2014, maar als begrotingssubsidie worden opgenomen. Hierbij is Stichting Landelijk Wandelnet genoemd. Er wordt hiervoor een subsidie van € 40.994 opgenomen. De subsidieaanvraag hiervoor is ontvangen.
Op 11 december 2013 is bij de vaststelling van de Uitvoeringsregeling Groen (URG) 2014 bepaald dat enkele elementen uit de Subsidieregeling landelijk gebied (Slg) 2013 niet meer terugkeren in de Uitvoeringsregeling Groen (URG) 2014, maar als begrotingssubsidie worden opgenomen. Hierbij is Stichting Landelijk Fietsplatform. Er wordt hiervoor een subsidie van € 35.894 opgenomen. De subsidieaanvraag hiervoor is ontvangen.
Voor de Faunabeheereenheid Zuid Holland zijn uit een aantal afspraken (provinciaal en landelijk) extra werkzaamheden met betrekking tot ganzenoverlast voortgekomen. Daarom wordt een begrotingssubsidie voor 2014 van € 70.000 geraamd.
Het oorspronkelijke beoogde begrotingssubsidie voor het Zuid Holland Landschap is inmiddels verstrekt op basis van de Uitvoerings Regeling Groen (URG) (artikel groenparticipatie). Het begrotingssubsidie 2014 wordt hierdoor vastgesteld op € 0.
De subsidieregeling milieumaatregelen binnenvaart Zuid Holland 2013 heeft een eerste ronde gehad in 2013 en was een groot succes, het subsidieplafond was op de dag van opening uitgeput. Het NSL programma loopt eind 2014 af, maar er zijn nog middelen en tijd om een tweede ronde te doen. Bovendien kan deze ronde zeer waarschijnlijk EFRO-geld en doelstellingen worden gecombineerd, waardoor een groter bedrag beschikbaar is. In verband met de eisen en voorwaarden van EFRO en het feit dat in de eerste ronde voor het overgrote deel subsidie is verleend voor SCR-katalysatoren wordt de regeling nu versmald naar deze maatregel. De regeling moet zo snel mogelijk open, omdat alle subsidies uiterlijk op 31 december 2014 verplicht moeten zijn. Als subsidieplafond wordt een bedrag van € 3.300.000 opgenomen. De aanvraagperiode hiervoor loopt van 1 juli 2014 t/m 30 september 2014. Omdat de EFRO-middelen nog niet definitief zijn toegezegd en omdat de mate van inzet van EFRO-middelen mogelijk gekoppeld is aan de vaarroutes van aanvragers zijn deze middelen nog niet opgenomen in het subsidieplafond. In de Najaarsnota 2014 zal het subsidieplafond, mits er voldoende subsidiabele aanvragen worden ingediend, om die reden worden opgehoogd.
De maatschappelijke participatie van reizigers in het openbaar vervoer wordt geregeld in de Wet Personenvervoer 2000. De provincie heeft hieraan invulling gegeven door het instellen van Reizigersplatforms en deze financieel in staat te stellen de belangen van de reizigers op een goede wijze te behartigen. Tot nu toe huurde de provincie een secretaris in voor de drie Reizigersplatforms. De drie voorzitters van de Reizigersplatforms hebben de provincie verzocht om zelf een onafhankelijke secretaris te mogen inhuren. De provincie wil graag invulling geven aan deze wens van de Reizigersplatforms naar verdere onafhankelijkheid. De subsidie die thans verstrekt wordt aan de drie Reizigersplatforms wordt verhoogd met het bedrag dat de provincie voorheen uitgaf aan de inhuur van een secretaris voor de drie Reizigersplatforms. De drie Reizigersplatforms hebben onderling een convenant opgesteld waarbij zij overeenkomen om gezamenlijk een onafhankelijke secretaris in te huren. Het subsidieplafond dient te worden verhoogd met € 40.000 tot totaal € 80.000. De aanvraagperiode hiervoor is gesloten.
Als gevolg van de hogere uitkeringen van de Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling en een aanpassing van cliëntenaantallen en normprijzen betreffende de uitkering van het ministerie van Veiligheid en Justitie voor justitiële taken ten behoeve van de bureaus jeugdzorg wordt het deelsubsidieplafond 2014 voor boekjaarsubsidies jeugdzorginstellingen binnen Zuid Holland verhoogd met € 3.526.915 tot een totaal bedrag van € 111.369.866. De aanvraagperiode hiervoor is gesloten;
Voor deze subsidieregeling wordt nog tenminste één aanvraag verwacht. Het deelsubsidieplafond voor bemiddeling wordt met € 100.000 verhoogd tot totaal € 438.024. De aanvraagperiode hiervoor loopt van 1 juli 2014 tot en met 30 september 2014.
- -
- -
- -
- -
Permanente link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/prb-2014-1566.html