2024D19699 LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de Tiende voortgangsrapportage Programma Hoogfrequent Spoorvervoer over de tweede helft van 2023 (Kamerstuk 32 404, nr. 121).

De fungerend voorzitter van de commissie,

Postma

Adjunct-griffier van de commissie,

Wiendels

Nr

Vraag

   

1

Overweegt u versoberingen in de doelstellingen of verkleining van de scope van het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS)? Zo ja, welke?

2

Welke opbrengsten verwacht u van scherpere kostenbeheersing en programmanagement?

3

Neemt u alle aanbevelingen van de Auditdienst Rijk (ADR) onverkort over? Zo nee, op welke punten niet en waarom niet?

4

Wat gaat u doen in het kader van de constatering van de ADR dat niet alle informatie beschikbaar is om de stand van de post onvoorzien binnen het programma eenduidig en betrouwbaar te kunnen vaststellen? Hoe verhoudt deze constatering zich tot de verklaring in de voortgangsrapportage dat het totaal van de post onvoorzien op dit moment van voldoende omvang is om de endogene risico’s op te kunnen vangen?

5

Kunt u concrete voorbeelden noemen van de in de beslisnota genoemde reële versoberingen waarmee het potentiële tekort van 100 miljoen euro deels zou kunnen worden opgevangen?

6

Gelet op de stelling dat de gevolgen van exogene risico’s worden geschat op circa 275 miljoen euro en dat 250 miljoen hiervan wordt gedekt met een risicoreservering, waarvan wordt de rest gedekt?

7

Is het nog steeds de planning dat eind december 2024 de Amstelpassage volwaardig in gebruik kan worden genomen voor het vertrek van de Eurostar vanaf Amsterdam Centraal?

8

Kan een overzicht verstrekt worden zoals tabel 2.2 en 2.3 in het PHS, maar dan inclusief de jaren 2013 tot en met 2021?

9

Welke oplossingen en scenario’s ontwikkelt u voor het geval dat onvoldoende budget voor PHS beschikbaar zal komen om het potentiële budgettekort (inclusief de exogene risico’s) te dekken?

10

Wat is de actuele prognose voor realisatie van de maatregelen rond Amsterdam CS en de frequentieverhogingen op het corridor Alkmaar-Amsterdam? Kunt u concreter zijn dan «na 2036»?

11

Kunt u toelichten wat er exact bedoeld wordt met de bewering dat op de reizigerscorridor Alkmaar-Amsterdam de mogelijkheid aanwezig blijft om in de toekomst «incidenteel goederenvervoer te faciliteren»?

12

Is er al meer inzicht te geven in de planning en realisatie van het project Zuidasdok en dientengevolge de eventuele consequenties voor het PHS?

13

Wanneer kunnen wij de planning voor het derde perron van Amsterdam Zuid verwachten en is hier een deadline aan verbonden?

14

Wat zal de procentuele verdeling zijn van het goederenvervoer over de route Zuid-Nederland en de Betuwelijn, als de nieuwe boog bij Meteren is gerealiseerd?

15

Met welke groei van goederenvervoer is rekening gehouden op de trajecten Zuid-Nederland en Betuweroute?

16

Kan de passage «Het rijden van bedieningsmodel II is opgenomen..., dus uiterlijk dienstregelingsjaar 2033.» van een uitgebreidere toelichting worden voorzien?

17

Hoe zien de aansluitingen bij de Duitse grens eruit (treinverbinding naar Duitsland en vice versa), gelet op het feit dat de reizigerscorridor Schiphol-Utrecht-Nijmegen een lijnvoering kent die onder meer voorziet in één ICE per 2 uur Amsterdam Centraal – Utrecht Centraal – Arnhem Centraal – Duitse grens?

18

Hoe verhouden de prognoses van de reizigersgroei zich tot de afname van het aantal reizigers door meer thuiswerken en door verwachte resultaten vanwege de inspanningen die hier nu op worden gepleegd, zodat reizigers beter worden gespreid en thuiswerken verder wordt gestimuleerd?

Naar boven