2023D38731 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN

De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister en de Staatssecretaris over de Wijziging van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota) (Kamerstuk 36 435 A, nrs. 1 en 2).

De voorzitter van de commissie, T. de Groot

Adjunct-griffier van de commissie, Koerselman

Nr

Vraag

1

Kunt u een uitputtende maar overzichtelijke lijst aanleveren met de wegaanlegprojecten die op pauze zijn gezet, maar waarvan het budget verdwijnt, de wegaanlegprojecten die op pauze zijn gezet en waarvan het budget nog aanwezig is, en de wegaanlegprojecten die wel doorgaan?

2

Wat is het gevolg van het niet in 2023 kunnen beschikken over de 350 miljoen euro voor woningbouwmiddelen? Indien dit negatieve gevolgen heeft, waarom is de regeling niet eerder naar de Kamer gestuurd?

3

Wat zijn de effecten van het weghalen (van een groot deel) van de reservering voor het project Noord/Zuidlijn op de gehele businesscase en planning van het project?

4

Wat zijn de effecten van het weghalen van een groot deel van de reservering voor het project Noord/Zuidlijn op de woningbouwplannen van het de Metropoolregio Amsterdam? Welke projecten komen daarmee in het geding?

5

Wat zijn de effecten van het weghalen van een groot deel van de reservering voor het project Noord/Zuidlijn voor de capaciteitsplannen van het gehele netwerk in Nederland en voor uitbreiding van het internationale spoor?

6

Welke mogelijkheden heeft een volgend kabinet om het door het Rijk ontstane tekort aan te vullen, zodat er geen vertraging ontstaat bij het project Noord/Zuidlijn?

7

Aan welke projecten wordt de 297,4 miljoen euro die naar 2023 wordt geschoven concreet besteed?

8

Kunt u de achtergrond van de excessieve prijsstijging op het Infraspeedcontract toelichten?

9

Wat is de stand van zaken van het meermaals uitgestelde hoofdprogramma voor de vervanging van verouderde schepen uit de overheidsvloot van de Rijksrederij?

10

In hoeverre zijn er reeds budgetten geregeld die dekking bieden voor het vervangingsprogramma?

11

In hoeverre zijn de budgetten voldoende voor de start van hoofdprogramma in 2025?

12

Is het mogelijk om vaktermen zoals «beheersbaar ritme», «in het juiste ritme» en «kaderruilen» te vermijden en in plaats daarvan helder uit te leggen waarom aanpassingen doorgevoerd worden?

13

Kunt u voortaan toelichten waarom middelen in een begrotingsjaar niet benodigd zijn (bijvoorbeeld bij artikel 11.03)?

14

Kunt u specificeren in hoeverre er generiek 500 miljoen euro minder budget benodigd is in 2023 op artikel 12 (Hoofdwegennet), naast de genoemde specifieke projecten?

Naar boven