De vaste commissie voor Financiën heeft op 30 maart 2023 enkele vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane voorgelegd over de door
haar toe gestuurde brief van 22 februari 2023 inzake de Toezegging gedaan tijdens
het commissiedebat Douane van 19 januari 2023, over Verlengde navorderingstermijn
douaneschulden (Kamerstuk 31 934, nr. 68).
De voorzitter van de commissie,
Tielen
De adjunct-griffier van de commissie,
Kruithof
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris
en hebben nog enkele vragen en opmerkingen hierover.
De leden van de VVD-fractie zijn verheugd om te lezen dat de Staatssecretaris op aandringen
van deze leden van plan is om de navorderingstermijnen aan te passen in nationale
wetgeving. Deze leden vragen of vanaf heden al gewerkt zal worden in de geest van
de nieuwe situatie, dus zoveel mogelijk met een termijn van drie jaar. Zo nee, waarom
niet?
Deze leden vragen of daarnaast wordt overwogen om de wet met terugwerkende kracht
in te voeren. Of zijn er andere mogelijkheden overwogen waarin belastingplichten een
beroep kunnen doen op billijkheid of andere gronden, en teruggaaf kunnen ontvangen
als zij in het verleden een verlengde (onwenselijke) navorderingstermijn opgelegd
hebben gekregen?
Tot slot vragen de leden van de VVD-fractie of de Staatssecretaris in kan gaan op
het artikel in het NRC van 6 maart 2023 over lange bezwaarprocedures bij de Douane
die afbreuk doen aan rechtsbescherming van ondernemers. Klopt het dat het voor ondernemers
lastig/onmogelijk was om een gedane aangifte achteraf (administratief) te wijzigen?
Bijvoorbeeld, zoals in het artikel beschreven, voor het toevoegen bij een biocertificaat.
Klopt het dat dat probleem nu verholpen is? Worden door ondernemers ook andere soortgelijke
situaties geadresseerd waarin de Douane regels vanuit de Europese Unie strenger interpreteert
dan nodig is? Zo ja, kan de Staatssecretaris hiervan een overzicht geven en op welke
wijze dat wordt opgelost?
Klopt het dat de doorlooptijden van bezwaar-en beroepsprocedures vaak een duur kan
hebben van circa acht jaar? Zo ja, hoeveel? Wat is de gemiddelde doorlooptijd? Wordt
bij dit soort procedures die het midden- en kleinbedrijf aangaat zoveel mogelijk maatwerk
toegepast, dus dat er geen grote aanslagen worden opgelegd bij (startende) ondernemers
die niet reëel zijn? Zo ja, op welke wijze? Bent u het eens met het pleidooi van de
heer Boersma voor een meer magistratelijke houding bij de Douane waarbij de dienst
meer eigen verantwoordelijkheid neemt en bijvoorbeeld afziet van een navordering als
die in strijd is met redelijkheid en billijkheid en op voorhand vaststaat die nooit
tot een belastingopbrengst zal leiden?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de beleidsbrief en onderliggende
beslisnota’s. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie merken op dat de Kamerbrief weinig inzicht geeft in de
achterliggende overwegingen van het kabinet om het sanctiestelsel van de Algemene
Douanewet aan te passen. Deze leden vragen de Staatssecretaris om ook in haar Kamerbrieven
een volledige weergave van haar voornemens en achterliggende overwegingen uiteen te
zetten.
De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris om nader toe te lichten in
welke gevallen zij voornemens is straks de verlengde termijn nog wel of juist niet
meer in te zetten.
De leden van de D66-fractie vragen de Staatssecretaris tevens welke financiële effecten
haar wijzigingsvoorstel zou hebben voor bedrijven, het Rijk en de Traditionele Eigen
Middelen (TEM). Deze leden merken op dat de financiële consequenties van het oplossen
van knelpunten voor burgers vaak genoemd worden als obstakel voor het aanpakken van
deze knelpunten. Uit de brief van de Staatssecretaris en de onderliggende beslisnota’s
blijkt echter niet dat hier aandacht is geschonken aan de mogelijke financiële consequenties.
Hoe verklaart de Staatssecretaris dit? Is zij het met de leden van de D66-fractie
eens dat hier een ongelijke behandeling van het knelpunt met de verlengde beslistermijn
lijkt ten opzichte van bijvoorbeeld de alleenstaande ouderkop (ALO-kop) op het kindgebonden
budget voor mensen met een onvrijwillig elders verblijvende partner, dat eerder gesignaleerd
werd door de Inspectie Belastingen, Toeslagen en Douane, de Nationale ombudsman, VluchtelingenWerk
Nederland en het Ministerie van Financiën?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie vragen de Staatssecretaris om aan te geven wat de vermoedelijke
budgettaire impact is van het hanteren van de reguliere navorderingstermijn van drie
jaar, in plaats van de verlengde navorderingstermijn van vijf jaar.