Niet-dossierstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 2023D12470 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 2023D12470 |
In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de stand van zaken van het gebruik van de Corona Opt-in (Kamerstuk 25 295, nr. 2017).
De voorzitter van de commissie,
Smals
De adjunct-griffier van de commissie,
Coco Martin
Inhoudsopgave
I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
II. Reactie van de Minister
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief over de stand van zaken van het gebruik van de Corona Opt-in. Zij danken de Minister voor de brief en hebben hierbij nog enkele vragen.
De leden van de VVD-fractie merken op dat de cijfers van acht miljoen Nederlanders die een keuze kenbaar hebben gemaakt uit een brief van april 2020 komen en zij vragen de Minister naar de meest recente cijfers. Kan de Minister de meest recente cijfers meenemen in de beantwoording? Mensen die niet willen dat hun gegevens beschikbaar worden gesteld kunnen dit bij de huisarts aangeven of via volgjezorg.nl. Hoe worden zij hierop gewezen? Vindt de Minister dat er duidelijk wordt gecommuniceerd over de mogelijkheden tot het wel of geen toestemming geven voor beschikbaarstelling van gegevens of ziet de Minister hier nog verbeterpunten?
De leden van de VVD-fractie vragen of de Minister kan aangeven hoeveel tijd er is bespaard door het gebruik van de corona Opt-in tijdens de coronapandemie.
Daarnaast lezen de leden van de VVD-fractie dat er afgelopen najaar een opvallende stijging te zien was in het aantal opvragingen en dat dit te herleiden was naar één Spoed Eisende Hulp (SEH). Zij zijn het opvragen gaan gebruiken binnen het reguliere protocol van triage en verwezen hierbij naar de instructie van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ) en de Elektronisch patiëntendossier (EPD)-leverancier. Kan de Minister toelichten wie verantwoordelijk is geweest voor de communicatie over het corona Opt-in? Hoe heeft deze SEH het breed inzetten van de Opt-in ervaren?
De leden van de VVD-fractie zijn groot voorstander van het wettelijk verankeren om meer gegevens op de Huisartsenpost (HAP) en SEH beschikbaar te krijgen en vinden het jammer dat de voorgestelde termijn van de motie-Van den Hil/Tielen niet haalbaar is gebleken. Wel zijn zij blij te lezen dat gewerkt wordt aan uitvoering van de motie. Zij vragen de Minister welke veldpartijen worden betrokken bij de besprekingen over de eerste versie van het wijzigingsvoorstel. Worden de uiteindelijke gebruikers, de zorgverleners, bij deze gesprekken betrokken? Dezelfde vraag stellen deze leden inzake de gesprekken die de Minister voert omtrent de communicatie over de corona Opt-in.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de fractie van D66 hebben kennisgenomen van de stand van zaken van het gebruik van Corona Opt-in en hebben hierbij nog een aantal vragen.
Genoemde leden zijn kritisch over het feit dat de corona Opt-in breder is gebruikt dan van tevoren voorzien, door het gebrek van een bepaalde voorwaarde (namelijk dat er sprake moet zijn van een besmetting van corona of verdenking hiervan). Dit komt niet overeen met de eisen die de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) stelt. Zij lezen echter ook dat dit in overeenstemming met de patiënten is gebeurd en zien dit dan ook als een aanmoedig voor het inregelen van een betere gegevensuitwisseling. De leden van de D66-fractie vragen de Minister wat voor lessen er worden getrokken uit het gebruik van de Corona Opt-in voor het gegevens uitwisselen in de zorg in het algemeen.
De leden van de D66-fractie lezen dat door behoud van techniek, gebruik van de Corona Opt-in snel in- en uitgezet kan worden wanneer dat nodig is gezien de epidemiologische situatie. Zij achten het van groot belang dat, in tijden van crises, dit snel maar ook ordentelijk kan gebeuren. Van welke factoren is dit in- en uitschakelen afhankelijk? Op welke parameters wordt het al dan niet «herstarten» van de Corona Opt-in gebaseerd?
De leden van D66-fractie vinden het belangrijk dat er een Opt-out komt voor gegevensuitwisseling in de acute zorg, maar wat deze leden betreft ook voor heel de zorg. Deze leden hebben hier in het commissiedebat Acute Zorg van 25 mei 2022 al aandacht voor gevraagd en vinden het jammer dat er nu vertraging wordt opgelopen. Kan de Minister, nu het voorjaar van 2023 niet haalbaar is gebleken, een alternatief tijdspad schetsen na de internetconsultatie? Deze leden vragen ook of de Minister al verder kan uitweiden over de reacties uit het veld op de eerste versie van het wijzigingsvoorstel. Deze leden begrijpen dat de complexiteit vooral wordt veroorzaakt door de verhouding tussen informatiebeschikbaarheid en andere belangen, zoals regie van de cliënt en de doelen van het medisch beroepsgeheim. Kan de Minister aangeven waar precies het knelpunt zit, als het gaat om de informatie-uitwisseling en het verschil in belangen? Deze leden vragen ook of de Minister het beeld deelt dat een goede gegevensuitwisseling juist in de acute zorg, maar ook in de rest van de zorg, bijdraagt aan vrije toegang tot de juiste zorg. De leden van de D66-fractie vragen of de Minister het beeld deelt dat het juist in de acute zorg van groot belang is om het nu te regelen, zodat patiënten in deze situaties goede zorg ontvangen en gegevensuitwisseling hier geen barrière vormt.
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de Minister over de stand van zaken ten aanzien van het gebruik van de corona Opt-in. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de PVV-fractie waren kritisch over de invoering van de corona Opt-in en zijn van mening dat deze Opt-in veel te lang heeft bestaan. Door deze noodmaatregel staan de medische dossiers van acht miljoen Nederlanders wagenwijd open voor inzage door alle zorgverleners terwijl zij daar nooit expliciet toestemming voor hebben gegeven. Openstelling zonder expliciete toestemming zou alleen mogelijk moeten zijn tijdens een daadwerkelijke noodsituatie (code zwart). Er is echter geen sprake geweest van een code zwart.
De coronacrisis is voorbij en alle maatregelen zijn al vervallen, maar de corona Opt-in bestaat nog en blijft bestaan, want er komt slechts een «stop-knop». Dat betekent dat bij een volgende gezondheidscrisis de Opt-in ook weer aangezet kan worden middels een «start-knop». Kan de Minister dit bevestigen? De leden van de PVV-fractie vinden dit onbegrijpelijk, want dit strookt niet met het tijdelijke karakter van deze noodmaatregel. Wanneer is tot deze «stop-knop» besloten? Hoe was de corona Opt-in beëindigd wanneer er geen «stop-knop» was geïnitieerd? Kan de Minister uitleggen hoe dit technisch in elkaar zit?
De leden van de PVV-fractie begrijpen dat de implementatie van de «stop-knop» aanpassingen vergt van de verschillende softwaresystemen. De datum van 1 april is dan ook een streefdatum. De Minister had al eerder kunnen verkondigen dat de «corona Opt-in» als noodmaatregel is komen te vervallen. Waarom heeft de Minister dat niet gedaan gelijk met het laten vervallen van alle coronamaatregelen? Is de Minister van plan dat alsnog te doen, ook met het oog op het feit dat de datum van 1 april waarschijnlijk overschreden gaat worden?
De leden van de PVV-fractie vinden het zorgelijk dat in het derde kwartaal van 2022 het aantal opvragingen van medische dossiers toenam terwijl er gezien het aflopen van de coronacrisis een afname gesignaleerd had moeten worden. Dat betekent dat het protocol voor het gebruik van de corona Opt-in niet deugt. Dat het protocol bij de bewuste SEH is aangepast vinden deze leden onvoldoende. Welke instantie is belast met het toezicht op het gebruik van de corona Opt-in? Hoe is hierop gehandhaafd? Deze leden vragen hierop een reactie aan de Minister.
De leden van de PVV-fractie lezen tot slot dat de Minister wijst op de wenselijkheid van een Opt-out systeem voor de acute zorg. Deze leden vinden dit echter twee heel verschillende zaken en het wetsvoorstel en daarmee de wettelijke basis voor deze Opt-out is nog niet klaar. Dit lijkt een verkapte methode om de medische gegevens van acht miljoen Nederlanders alsnog, zonder expliciete toestemming vooraf, beschikbaar te maken voor inzage. Genoemde leden roepen de Minister dan ook op om een tijdelijke noodmaatregel tijdens een gezondheidscrisis niet te transformeren tot een permanente maatregel met een heel ander doel. Zij ontvangen in dit kader graag een reactie van de Minister.
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van de Kamerbrief van de Minister over de stand van zaken van het gebruik van de Corona Opt-in. Deze leden hebben hier enkele vragen bij.
Het ziekenhuis dat de Corona Opt-in is gaan gebruiken binnen het reguliere protocol van triage, verwijst naar de instructie van de NVZ en de EPD-leverancier. De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of de betreffende instructie(s) met de Kamer gedeeld kunnen worden.
De Minister schrijft dat er bij het betreffende ziekenhuis geen klachten van patiënten zijn binnengekomen bij het ziekenhuis of bij de Vereniging van Zorgaanbieders voor Zorgcommunicatie (VZVZ). De leden van de CDA-fractie vragen de Minister of dit ook kan komen doordat patiënten niet (kunnen) weten dat er gebruik is gemaakt van de veronderstelde toestemming op basis van de Corona Opt-in.
De leden van de CDA-fractie merken op dat de Corona Opt-in al sinds 2020 gebruikt kan worden, maar dat pas in het najaar van 2022 is gebleken dat het betreffende ziekenhuis hier breder gebruik van maakt. Deze leden vragen waarom dit nu pas is opgevallen. Voorheen zijn er toch ook periodes geweest waarin het aantal ziekenhuisopnames als gevolg van een (mogelijke) coronabesmetting sterk verminderde?
De leden van de CDA-fractie vragen de Minister wat nu de planning is voor de wettelijke verankering van een Opt-out voor de spoedeisende zorg. Wanneer wordt deze uiterlijk naar de Kamer gestuurd? Is de doelstelling nog steeds om deze wetswijziging rond de zomer van 2023 naar de Kamer te sturen, zoals vermeld in de brief van 18 november 2022?1
Het streven is uitwisselingen op basis van de Corona Opt-in op 1 april 2023 uit te zetten door middel van een stop-knop. De leden van de CDA-fractie vragen onder welke voorwaarden de uitwisselingen op basis van de Corona Opt-in weer aangezet zullen worden. Bij welk niveau van druk op de zorg zal dit gebeuren? Hoe worden patiënten te zijner tijd hierover geïnformeerd?
De leden van de CDA-fractie lezen op de website Volgjezorg dat niet alle huisartsen en apothekers zijn aangesloten bij Volgjezorg en het Landelijk Schakelpunt.2 Deze leden vragen de Minister daarom hoeveel procent van de huisartsen en apothekers in Nederland niet zijn aangesloten op Volgjezorg en het Landelijk Schakelpunt, waardoor patiënten hun toestemming niet online kunnen regelen. Deze leden vragen ook welke acties ondernomen worden om deze huisartsen zo spoedig mogelijk wel aangesloten te krijgen op Volgjezorg en het Landelijk Schakelpunt. Is de Minister bereid om aansluiting bij Volgjezorg en het Landelijk Schakelpunt eventueel wettelijk te verplichten? Zo nee, waarom niet?
Volgjezorg, maart 2023, «Tijdelijke inzage in uw medische gegevens door COVID-19 stopt per 4 april» (https://www.volgjezorg.nl/corona-Opt).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/nds-tk-2023D12470.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.