Niet-dossierstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 2023D06306 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 2023D06306 |
De vaste commissie voor Financiën heeft op 15 februari 2023 enkele vragen en opmerkingen aan de Staatssecretarissen van Financiën gesteld over de door hen op 22 december 2022 toegezonden brief inzake de Invorderingsstrategieën Belastingdienst en Toeslagen (Kamerstuk 31 066, nr. 1161).
De voorzitter van de commissie,
Tielen
De adjunct-griffier van de commissie,
Van den Bos
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de brief van het kabinet inzake «invorderingsstrategieën Belastingdienst en Toeslagen» en hebben enkele vragen en/of opmerkingen.
De leden van de VVD-fractie kunnen zich in het algemeen vinden in de opgestelde gemeenschappelijke uitgangspunten. Deze leden vinden daarin de persoonsgerichte benadering belangrijk en het stimuleren dat burgers uit zichzelf gaan betalen. De leden van de VVD-fractie constateren dat er op dit moment een onderzoek loopt naar de mogelijkheden van een gezamenlijke betalingsregeling. Wanneer verwacht het kabinet deze resultaten met de Kamer te kunnen delen?
Tot slot willen de leden van de VVD-fractie ook apart aandacht vragen voor de positie van ondernemers. Deze leden zijn ook blij dat het kabinet dat doet. Deze leden hechten waarde aan de bijzondere situatie van ondernemers ten opzichte van «normale» werknemers. Deze leden vragen of en hoe bij de invorderingsstrategie bij ondernemers rekening wordt gehouden met het spaargeld dat als oudedagsvoorziening zal worden aangewend?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de invorderingsstrategieën van de Belastingdienst en de Dienst Toeslagen. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie onderschrijven de heroriëntatie die blijkt uit de beleidsstukken. In plaats van de systeemwereld van de overheid moet de geleefde ervaring van de mens centraal staan. Deze leden kijken uit naar de vertaling van de ambities in concrete maatregelen en vragen de Staatssecretarissen die voorgenomen maatregelen op een overzichtelijke manier met de Kamer te delen. Deze leden begrijpen dat afstemming met in- en externe belanghebbenden voor een diffuus tijdpad kunnen zorgen, maar vragen de Staatssecretarissen desalniettemin een verwachting uit te spreken voor wanneer de in de brief beschreven «eerste fase» afgerond kan worden.
De leden van de D66-fractie lezen dat de strategieën elkaar vinden in het beter willen beschermen van de bestaanszekerheid van burgers en onderschrijven dit doel. Op welke manier lopen de berekeningen van de betalingscapaciteit en bijvoorbeeld de beslagvrije voet nu uit elkaar bij de twee diensten? Welke kaderscheppende rol heeft het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in dergelijke definitiekwesties? Wanneer mag de Kamer het onderzoek naar de mogelijkheden van een gezamenlijke betalingsregeling verwachten?
De leden van de D66-fractie hechten er, conform de brief van de Staatssecretarissen, veel waarde aan om periodiek op de hoogte gehouden te worden van de ontwikkelingen. Wanneer mogen deze leden de eerstvolgende stand-van-zakenbrief verwachten?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de «Invorderingsstrategieën Belastingdienst en Toeslagen» en hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de PVV-fractie verzoeken de Staatssecretarissen om aan te geven met welke «externe instanties» en «externe stakeholders» er wordt samengewerkt en waaruit die samenwerking bestaat in relatie tot invorderingen?
Voorts verzoeken de leden van de PVV-fractie de Staatssecretarissen om de globale planning nader te concretiseren.
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie hebben kennisgenomen van het plan voor nieuwe invorderingsstrategieën voor Toeslagen en de Belastingdienst. Deze leden vinden het goed dat het kabinet nadenkt over meer persoonlijk gerichte regelingen. Allereerst zijn deze leden benieuwd of hier ook expliciet het concept van «menselijke maat» in meegenomen is en wat inwoners hiervan gaan merken. En wat, naast de strategieën, de ruimte is voor maatwerk als ook deze strategieën niet passen.
De leden van de CDA-fractie lezen bij de strategieën dat rekening wordt gehouden met een persoonsgerichte benadering van burgers als uitgangspunt met daarnaast het algemeen belang, rechtsgelijkheid en rechtvaardigheid als belangrijke kaders. Deze leden vragen of deze kaders soms ook tegenstrijdig kunnen zijn en wat dan de prioriteiten zijn die in de praktijk worden aangehouden.
Deze leden lezen verder dat wordt vastgehouden aan het beleid dat werkt en zij vragen om welk beleid dit precies gaat. Ook lezen deze leden dat rekening is gehouden met de signalen en knelpunten door medewerkers van de Belastingdienst en Toeslagen en door externe deskundigen zijn aangedragen. Hoe zijn deze verzameld? Zijn deze gericht uitgevraagd? Welke signalen zijn dit en hoe zijn deze opgepakt?
De leden van de CDA-fractie lezen dat wordt toegewerkt naar een meer integrale benadering, zoals één betalingsregeling bij een samenloop van belasting- en toeslagschulden. Dat juichen deze leden van harte toe. In de brief staat dat op dit moment een onderzoek loopt naar de mogelijkheden van een gezamenlijke betalingsregeling. Kan het kabinet aangeven wanneer de uitkomsten van dit onderzoek worden verwacht?
Voorts lezen de leden van de CDA-fractie vier punten waar de strategieën elkaar vinden, waarbij deze leden benieuwd zijn of hieraan ook ten vijfde, de inzichtelijkheid voor de burger, moet worden toegevoegd. Wanneer de burger één online overzicht heeft van alle openstaande schulden, betalingstermijnen en wanneer wat gaat worden afgeschreven, kan dat in de ogen van deze leden ook veel rust geven. Al helemaal als dat binnen één geïntegreerde betalingsregeling kan. In hoeverre wordt deze integrale benadering ook al onderzocht? Deze leden zien op de website van de Belastingdienst in ieder geval dat wordt toegewerkt naar een online portaal voor alle communicatie van de Belastingdienst, en breder nog de overheid. Wanneer wordt de optie naar verwachting beschikbaar dat alle communicatie digitaal kan worden ontvangen? Deze leden zijn ook benieuwd of nog meer integraal kan worden gekeken, als alle overheidsinformatie, ook die van gemeenten en andere publieke instellingen, binnen één digitale omgeving zichtbaar wordt en of daar ook een digitaal dashboard voor kan worden gecreëerd met een inzicht in álle openstaande overheidsschulden, maar ook betalingen. Kan het kabinet reflecteren op de mogelijkheden hiervoor?
Ten aanzien van de gebundelde betalingsregeling zijn de leden van de CDA-fractie ook benieuwd wat de invloed hiervan is op de betalingstermijnen, die voor toeslagen tot 24 maanden en 12 maanden voor de inkomstenbelasting zijn. Als één betalingsregeling wordt afgesproken, zal die dan ook 24 maanden lopen?
Ten aanzien van de ondernemer-natuurlijk persoon vragen de leden van de CDA-fractie of het voor deze personen ook de bedoeling is integraal te kijken naar persoonlijke en zakelijke Inkomstenbelastingschulden en toeslagenschulden.
De leden van de CDA-fractie lezen dat verschillende fases zijn voorgenomen in de uitwerking en implementatie van de invorderingsstrategieën. Kan het kabinet een nadere planning of tijdpad van de verschillende fases geven? Ook lezen deze leden dat pas bij een verdere uitwerking wordt gekeken naar de uitvoerbaarheid en financiële inpasbaarheid van de maatregelen. Daarbij lezen deze leden dat dit ook nog kan betekenen dat bepaalde voorstellen niet worden geïmplementeerd. Deze leden vragen of dit ook effect kan hebben op de ambities en of deze in dit stadium dan wel realistisch zijn. Ook lezen deze leden dat naar verwachting in 2024 zal worden begonnen met de eerste maatregelen en zij vragen wat dit in de tussentijd betekent voor de invordering.
Vragen en opmerkingen van het lid van de BBB-fractie
Het lid van de BBB-fractie heeft met belangstelling kennisgenomen van de brief van de Staatssecretarissen van Financien van 23 december 2022.
Het lid van de BBB-fractie is blij met de gekozen uitgangspunten.
Dit betreffen de volgende gemeenschappelijke uitgangspunten:
• een persoonsgerichte benadering;
• stimuleren dat burgers uit zichzelf betalen;
• voorkomen van probleemschulden;
• waarborgen van het bestaansminimum en
• dwanginvorderingsmaatregelen als uiterst middel.
Het lid van de BBB-fractie wijst de Staatssecretarissen erop dat het tot stand komen van één betalingsregeling bij een samenloop van belasting- en toeslagschulden vanuit deze gemeenschappelijke punten essentieel is. Een dergelijke gezamenlijke betalingsregeling is volgens de brief «... niet eenvoudig te realiseren vanwege grote juridische verschillen die voor een deel wettelijk zijn vastgelegd, onder meer ten aanzien van de rechtsbescherming. Ook zijn er uitvoeringstechnische en communicatieve belemmeringen. Het onderzoek naar de mogelijkheden van een gezamenlijke betalingsregeling loopt op dit moment.» Het lid van de BBB-fractie hoort graag van de Staatssecretarissen om welke juridische verschillen en wettelijke bepalingen dit gaat.
In een heldere strategie past in de ogen van dit lid ook een eenduidig beleid voor betalingsregelingen. Dat toeslagschulden in 24 maanden en belastingschulden in maximaal 12 maanden moeten worden voldaan, past hier niet in. Kunnen de Staatssecretarissen aangeven wat erop tegen is om in beide gevallen de burger de mogelijkheid te geven om de betaling van zijn schuld over 24 maanden uit te spreiden, ongeacht of hij in staat is de toeslagschuld ineens te betalen?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/nds-tk-2023D06306.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.