De vaste commissie voor Financiën heeft op 7 december 2022 enkele vragen en opmerkingen
aan de Staatssecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst over zijn op
31 oktober 2022 toegezonden brief inzake Woo-besluit algoritmes bij Belastingdienst
en Toeslagen en toezegging inventarisatie modellen Toeslagen (Kamerstuk 31 066, nr. 1129).
De voorzitter van de commissie,
Tielen
De adjunct-griffier van de commissie,
Van den Bos
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van de
Staatssecretaris. Deze leden hebben op dit moment geen verdere vragen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de GroenLinks-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief
van de Staatssecretaris.
Vragen en opmerkingen van het lid Omtzigt
Het lid Omtzigt heeft een aantal nadere vragen over de Wet open overheid documenten
(Woo) en stelt deze hieronder aan de orde.
Uit de brief van de Staatssecretaris van 21 oktober 20221, lijkt het dat er slechts de navolgende risicomodellen bestaan:
-
– Omzetbelasting carrouselfraude;
-
– Omzetbelasting afgifte btw-nummer; en
-
– Voorspellend model problematische terugvorderingen.
Klopt het dat alleen deze risicomodellen in gebruik zijn?
Uit het voorspellend model problematische toeslagschulden, Woo-document 00030, volgt
de volgende tekst2:
«Door gebruik te maken van een logistische regressie is een goed overzicht te geven
van de factoren die bijdragen aan het risico op problematische schulden. Er zijn 53
potentiële indicatoren gebruikt om het voorspellend model te maken. De indicatoren
worden gehaald uit de KOT-beschikking T1 (o.a. doelgroepomschrijving, is gestopt bij
MAC, draagkracht), verschil laatste VT en laatste DT KOT (voor T-2 en T3, mits DT
aanwezig op T1), Informatie uit BVR, Data uit RS net voor T1 en CBS-data (o.a. regio,
grootte woonplaats).¨
Het huidige model heeft acht finale indicatoren geselecteerd. Alleen voor deze acht
finale indicatoren worden punten gegeven om zo tot een totaalscore te komen (die vervolgens
gerangschikt wordt van hoge score naar lage score). De huidige acht finale indicatoren
betreffen: maximale_status_vord, BSN_Open_Bedr_KOT_t1, perc_ink-eigen-bijdrage-KOT,
aan_kinderen_in_opvang_KOT, LastDT_Minus_LastVT_Tmin3, av_openstaande_vorderingen,
leeft_jongste_kind_KOT en Eigen_bijdrage_per_maand_KOT.»
Wat wordt bedoeld met doelgroepomschrijving en welke doelgroepen zijn er mogelijk?
Herinnert de Staatssecretaris zich dat de Staatssecretaris in de brief van 21 april
20223 het volgende heeft geschreven:
«Dat de risicoscore van het model breder is gebruikt is zorgelijk en daarom is de
AP ook hierover geïnformeerd. Omdat het belangrijk is om met zekerheid te kunnen vaststellen
dat alle hierover relevante informatie bekend wordt, heb ik Toeslagen opdracht gegeven
om extern onderzoek te laten uitvoeren. Onder andere om te proberen te achterhalen
hoe breed het gebruik van de risicoscores heeft plaatsgevonden, met wie het is gedeeld
en welke gevolgen dit voor burgers heeft gehad. Uw Kamer wordt over dit onderzoek
geïnformeerd.»?
Hoe verhoudt dit onderzoek zich tot de conclusie dat een inventarisatie van modellen,
die werken met risicoscores en/of indicatoren, geen andere modellen die in gebruik
zijn heeft opgeleverd?
Wat wordt bedoeld met «»in meer of mindere mate gebruik maken van analytics»? Welke
analytics worden gebruikt en op welke wijze? Kunt u een lijst van de 120 informatieproducten
ter beschikking stellen?
Op welke wijze werkt de vroeg-signalering van de multi-problematiek? Heeft de Functionaris
Gegevensbescherming (FG) zich al over dit systeem uitgelaten en zo ja, kan de Staatssecretaris
het advies aan de Kamer ter beschikking stellen?