2022D39646 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties enkele vragen en opmerkingen over de brief van de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 14 juli 2022 inzake voorhang ontwerp Besluit experimenten bijhouding basisregistratie personen (Kamerstuk 27 859, nr. 160).

De voorzitter van de commissie, Hagen

De griffier van de commissie, De Vos

Inhoudsopgave

blz.

     

I

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

2

     
 

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

2

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

3

 

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

4

     

II

Antwoord/reactie van de Staatssecretaris

5

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het ontwerp Besluit experimenten bijhouding basisregistratie. Deze leden merken op dat zij het een goede zaak vinden dat deze experimenten worden gehouden. Graag willen zij de Staatssecretaris daarover een aantal vragen stellen.

Experiment met het oogmerk de bijhouding van gegevens over niet-ingezetenen uit te breiden

De leden van de VVD-fractie vragen waarom het experiment vorm wordt gegeven door gebruik te maken van een aangewezen bestuursorgaan (abo). Waarom krijgen de aan te wijzen colleges de status van een abo? Waarom kunnen deze gemeenten niet gewoon de tijdelijke verblijfsadressen doorgeven aan de Minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)? De als abo aangewezen colleges zijn bevoegd om de Minister van BZK opgave te doen van het tijdelijke verblijfsadres van de niet-ingezetene. Waarom worden deze gemeenten niet verplicht om die opgave te doen? Wordt er op die manier niet meer recht gedaan aan de redenen voor het houden van dit experiment, zo vragen de leden van de VVD-fractie.

Er worden twee colleges van B&W aangewezen als abo in de zin van de Wet BRP, te weten de gemeenten Horst aan de Maas en Peel en Maas. Is er hierover contact geweest met deze gemeenten? Hoe reageerden deze gemeenten? Waarom is er gekozen voor twee gemeenten? Waarom is er niet gekozen voor een aantal gemeenten, verspreid over het hele land? Een en ander met het oog op de uit te voeren evaluatie. Gaarne krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de Staatssecretaris op de hier gestelde vragen.

Experiment met het oogmerk de ingeschrevene op het woonadres te informeren over de inschrijvingen op het betreffende adres

De leden van de VVD-fractie zijn verheugd dat er een experiment wordt gehouden om de burger te informeren over nieuwe adresregistraties op zijn of haar woonadres om zo foutieve adresregistraties tegen te gaan. In de toelichting is te lezen dat colleges van B&W de keuze hebben tussen twee varianten van het doen van een melding. Ook wordt er melding gemaakt van actief en passief informeren. De leden van de VVD-fractie vragen de Staatssecretaris te verduidelijken om welke varianten het gaat.

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van de D66-fractie hebben met gemengde gevoelens kennisgenomen van het ontwerp Besluit en willen de Staatssecretaris nog enkele (kritische) vragen voorleggen.

Bevoegdheid van de als abo aangewezen colleges

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de mogelijkheid dat een wijziging ook ambtshalve doorgegeven kan worden. Deze leden vragen aan de Staatssecretaris wat er gebeurt indien iets per ongeluk fout wordt doorgegeven.

Geen bevoegdheid om personen in te schrijven als niet-ingezetene

De leden van de D66-fractie vragen aan de Staatssecretaris wat er gebeurt bij dubbele inschrijvingen.

Criteria

De leden van de D66-fractie hebben vernomen dat het aantal opgaven van gegevens een criterium is voor doelmatigheid en effectiviteit. Deze leden zijn van mening dat dit experiment in feite is bedoeld om arbeidsmigranten te vinden en te helpen. Zij vragen hoe de maatschappelijke baten onder dit criterium worden gedefinieerd.

De leden van de D66-fractie hebben vernomen dat door het Ministerie van BZK geen persoonsgegevens worden verwerkt. Deze leden stellen echter dat andere overheden, namelijk de gemeenten, dat wel gaan doen. Zij vragen aan de Staatssecretaris of de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) dit heeft getoetst. Zo nee, is de Staatssecretaris bereid de AP alsnog om een advies te vragen over deze verwerking van persoonsgegevens en of dit conform de AVG is? Daarnaast vragen de leden van de D66-fractie of de Staatssecretaris een ethische of mensenrechtentoets hierop zou willen uitvoeren.

Aanleiding en beschrijving problematiek

Deze leden hebben gelezen dat afhankelijk van de situatie gemeenten vooraf en achteraf kunnen doen wat nodig is op basis van hun kennis en ervaring met betrekking tot verhuizingen. Zij zijn echter van mening dat niet wordt toegelicht wat dan de criteria zijn van die situatie. De leden van de D66-fractie vinden het goed dat gemeentes zelf gaan over de uitvoering van de controle, maar vragen aan de Staatssecretaris of er ook op wordt toegezien dat er geen on-ethische algoritmes worden gebruikt. Zo ja, hoe?

Doel experiment

De leden van de D66-fractie vragen aan de Staatssecretaris nader uit te leggen wat passief informeren precies inhoudt en waarom er niet bij voorbaat wordt gekozen om mensen actief te informeren, bijvoorbeeld per brief.

Alternatieve maatregelen

Deze leden onderschrijven het doel van het experiment, maar vragen aan de Staatssecretaris of dit experiment het doel niet voorbij schiet. De kwaliteit van de BRP staat al op 93,2%. De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de laatste alinea waarin wordt vastgesteld dat dit experiment een verzwaring is van de taak vanwege de bewijsstukken. Deze leden vragen of de Staatssecretaris bereid is om een andere manier van uitvoering te overwegen, waarbij dit geen lastenverzwaring wordt. Zij vragen of er ook rekening is gehouden met financiële compensatie van de verzwaring bij gemeenten?

Advies Adviescollege Toetsing Regeldruk over Experimentbesluit BRP1

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief van het Adviescollege Toetsing Regeldruk (ATR).

Deze leden constateren dat het ATR kritisch is over het experimenteerbesluit. Het nut en de noodzaak van dit instrument (vooral de uitbereiding van de bijhouding van gegevens over niet-ingezetenen in de basisregistratie personen) is volgens hen niet bewezen. Zij zijn het eens met de stelling van het ATR. De leden van de D66-fractie vragen aan de Staatssecretaris om het nut en de noodzaak van dit besluit uiteen te zetten. Deze leden vragen wat dit experiment concreet oplevert ten opzichte van niks doen.

De leden van de D66-fractie vragen of de Staatssecretaris inhoudelijk kan reflecteren op deze brief. Deze leden vragen of de Staatssecretaris kan ingaan op de extra taak die het college van B&W hierbij krijgt. Wat betekent dit concreet voor extra capaciteit bij gemeenten?

Beslisnota bij brief voorhang ontwerp Besluit experimenten bijhouding basisregistratie personen2

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen om het experiment na vier jaar te evalueren. Deze leden zijn van mening dat naast de evaluatiecriteria het belangrijk is om aan te geven wanneer dit besluit ook daadwerkelijk doelmatig is. Kan de Staatssecretaris reflecteren op de doelmatigheid van dit besluit? Zij hebben vernomen dat na de evaluatie, dit experiment structureel wordt verankerd in de Wet Basisregistratie Personen (Wet BRP). De leden van de D66-fractie willen dat een eventuele wetswijziging met de Kamer wordt besproken. Deze leden zijn tevens van mening dat het besluit om dit experiment structureel te laten verankeren in de Wet BRP afhankelijk moet zijn van de uitkomst van de evaluatie. Kan de Staatssecretaris hierop reflecteren?

Toelichting

De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de brief waarin wordt gesteld dat dit experiment niet lijdt tot extra verwerking van persoonsgegevens. Deze leden zijn het daarmee oneens, want door dit experiment worden wel degelijk extra gegevens bijgehouden namelijk het adres van de niet-ingezetenen. Zij erkennen dat het Ministerie van BZK geen extra gegevens bijhoudt, maar de gemeenten wel. Deze leden vragen hoe de Staatssecretaris naar dit gegeven kijkt? Er staan namelijk in de voorhang onder 2.4 dat er expliciete verwerkingsgrondslag wordt toegevoegd.

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

De leden van de fractie van de SP hebben het Besluit experimenten bijhouding basisregistratie personen gelezen en hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen. Deze leden erkennen het belang van een basisregistratie die op orde is maar maken wel bezwaar dat deze regelingen per AMvB worden geregeld en dat deze maatregelen niet wettelijk worden verankerd. Zij vragen de regering nogmaals toe te lichten waarom er is gekozen om deze maatregelen niet in de wet vast te leggen.

De leden van de fractie van de SP hebben vragen over de wijziging dat bij elke inschrijving een melding wordt verzonden aan de bewoners die al ingeschreven staan op een dergelijk adres. Zij vragen nader in te gaan op de kritiek van het Adviescollege toetsing regeldruk die opmerkt dat dit wel veel uitvoeringslasten met zich meebrengt maar niet voorkomt dat een onjuiste registratie plaatsvindt. Hoe verhouden dit soort wijziging zich bijvoorbeeld tot andere wijzigingen, indien een wijziging door een huidige bewoner wordt aangemerkt als onjuist? Dit kan immers grote gevolgen hebben voor bijvoorbeeld toeslagen of uitkeringen die de huidige bewoners ontvangen. De leden van de SP-fractie vragen voorts welke gegevens met de andere bewoners worden gedeeld in het kader van privacy van de nieuw ingeschrevene. In het geval van gezamenlijke bewoning in bijvoorbeeld studentenhuizen kan dat immers aan de orde zijn.

II Antwoord/reactie van de Staatssecretaris


X Noot
1

Documentnummer 2022D31218.

X Noot
2

Documentnummer 2022D31219.

Naar boven