2021D17535 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan het kabinet over de brief betreffende de kabinetsappreciatie Commissiemededeling HERA Incubator d.d. 24 februari 2021 (Kamerstuk 25 295, nr. 1026).

De fungerend voorzitter van de commissie, Agema

Adjunct-griffier van de commissie, Krijger

Inhoudsopgave

I.

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

   
 

VVD-fractie

 

D66-fractie

 

SP-fractie

 

GroenLinks-fractie

   

II.

Reactie van het kabinet

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsappreciatie bij de mededeling van de Europese Commissie over de HERA Incubator.1 Zij hebben hierbij nog enkele vragen en/of opmerkingen.

De leden van de VVD-fractie vinden het van belang dat beter voorbereid te zijn op het ontstaan van pandemieën. Zij delen dan ook de mening van het kabinet dat de beschikbaarheid van vaccins daarop een antwoord is.

De leden van de VVD-fractie constateren dat de brief van het kabinet dateert van 24 februari 2021. In deze brief wordt aan de Kamer gemeld dat het de bedoeling is op 25 februari 2021 in de Europese Raad de HERA Incubator te bekrachtigen. Deze leden vragen hoe de Tweede Kamer haar rol dan goed moet of kan vervullen. Wat is de stand van zaken met betrekking tot deze mededeling? Deze leden vragen voorts wat er is afgesproken tijdens de Europese Raad op 25 februari jl.

De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat het succesvol en snel ontwikkelen en produceren van vaccins niet zonder farmaceutische bedrijven zal kunnen. Welk overleg heeft er met hen plaats gevonden? Hoe worden of zijn zij betrokken bij de initiatieven die in de mededeling worden genoemd? Welke rol spelen de farmaceutische bedrijven bij de verschillende initiatieven?

De leden van de VVD-fractie begrijpen dat het kabinet «welwillend»» naar de inhoud van de mededeling van de Europese Commissie kijkt. Dat klinkt niet heel enthousiast. Op welke punten is het kabinet kritisch?

De leden van de VVD-fractie lezen dat het de bedoeling is om een HERA-autoriteit op te richten om de taken centraal te laten coördineren. Waarom moet er een aparte autoriteit opgericht worden? Waarom kan deze taak niet bij een bestaande instelling worden onder gebracht? Het kabinet constateert ook zelf al dat op dit moment een aantal van de voorgestelde taken belegd zijn bij verschillende EU-agentschappen, onder andere het European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC) en het Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA).

Snelle opsporing van nieuwe varianten

De leden van de VVD-fractie zijn van mening dat het snel kunnen opsporen van risicovolle virusmutanten van cruciaal belang is. In de voorliggende mededeling wordt gesproken van een sequentie-analysecapaciteit van tenminste 5% positieve testresultaten. In de mededeling Eén Verenigd Front tegen Covid-19, staat echter 5 tot 10% vermeld. Hoe moet dat in relatie tot elkaar gezien worden, aangezien beide mededelingen van de Europese Commissie afkomstig zijn?

De leden van de VVD-fractie lezen dat het kabinet terughoudend is met betrekking tot het doel van een sequentie-analysecapaciteit van tenminste 5% van de positieve testresultaten. Waarom is dat het geval? Waarom die terughoudendheid, want het opsporen van risicovolle virusmutanten is toch cruciaal? Wanneer het RIVM heeft opgeschaald tot 1.500 monsters per week, welk percentage kan dan gehaald worden? In hoeverre is het vroeg om een nieuwe variant twee maanden voordat deze variant dominant wordt in Nederland te detecteren?

Onderzoek en innovatie

De leden van de VVD-fractie lezen dat er gewerkt wordt met onderzoekconsortia en partnerschappen. Om welke gaat het dan? Hoe is het bedrijfsleven daarbij betrokken?

De leden van de VVD-fractie delen de mening van het kabinet dat betaalbaarheid en toegankelijkheid van producten die voortkomen uit publieke investeringen in innovatie belangrijk zijn.

Europees netwerk voor klinische proeven

De leden van de VVD-fractie vragen uit welke partijen het VACCELERATE-consortium bestaat.

Is het kabinet van mening dat het goedkeuren van klinisch onderzoek een taak van het EMA is en dat de rol van het EMA zou kunnen worden uitgehold door deze voorstellen?

Vroegtijdig aankoopovereenkomsten voor de volgende generatie vaccins

De leden van de VVD-fractie vinden het belangrijk om vroegtijdig in te tekenen op de ontwikkeling van kansrijke vaccins. Genoemde leden onderschrijven daar net als het kabinet het belang van publieke transparantie. In de afgelopen tijd is er veel gedoe geweest rondom het contract voor het vaccin van AstraZeneca. Wat heeft de Europese Commissie daarvan geleerd voor toekomstige overeenkomsten, onder meer betreffende leveringszekerheid en leveringsverplichting? Hoe wordt tevens voldoende flexibiliteit ingebouwd om in te springen op nieuwe ontwikkelingen, zoals het ontstaan van nieuwe virusmutanten?

De leden van de VVD-fractie vinden dat ook gekeken moet worden naar de toekomst met betrekking tot vaccins. Betekent deze mededeling dat de Europese Commissie voor de toekomst nu niet alleen maar inzet op mRNA vaccins, zoals de Europese Commissie eerder heeft gecommuniceerd?

Wat is de rol van de Europese Investeringsbank (EIB) bij dit onderdeel van de mededeling?

Een versneld regelgevingskader

De leden van de VVD-fractie zijn het met het kabinet eens dat het markttoelatingsproces te allen tijde zorgvuldig en onafhankelijk moet zijn. Veiligheid moet voorop staan. Daarbij moeten de belemmeringen voor snelle beoordeling wel worden weggenomen. Welke belemmeringen ziet het kabinet op dit moment? Hoe snel kan dit aangepast c.q. opgelost worden?

Opschalen van de industriële productie van vaccins

De leden van de VVD-fractie vinden het belangrijk dat we minder afhankelijk worden van producten buiten de Europese Unie voor de toelevering van vaccins, medicijnen en beschermingsmiddelen. Er moet meer in Europa geproduceerd worden. De productie van vaccins moet sowieso opgeschroefd worden. Hoe wordt daarbij samengewerkt met farmaceutische bedrijven? Hoe wordt daarbij tevens aandacht besteed aan transparantie en betaalbaarheid? Waarom wordt de EIB hier niet genoemd?

Financiële gevolgen

De leden van de VVD-fractie ondersteunen de opmerkingen van het kabinet over de financiering. Genoemde leden willen een en ander niet financieren vanuit het vorige Meerjarig Financieel Kader (MFK), maar gewoon zoals het hoort uit het MFK 2021–2027. Deze leden vragen verder wat de budgettaire gevolgen van deze mededeling voor de rijksbegroting zouden kunnen zijn.

Vragen en opmerkingen van de D66-fractie

Inleiding

De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de kabinetsappreciatie aangaande de HERA Incubator. Deze leden zijn enthousiast over het concept van de HERA Incubator, omdat het doel is om onderzoekers, biotechbedrijven, fabrikanten, regelgevers en overheidsinstanties samen te brengen om varianten te monitoren, gegevens uit te wisselen en samen te werken voor de aanpassing van vaccins. Deze leden benadrukken de kansen die er zijn om in Europees verband dreigingen van nieuwe varianten het hoofd te bieden.

De leden van de D66-fractie vragen het kabinet of er reeds een gesprek heeft plaatsgevonden met de Europese Commissie over de HERA Incubator. Zo ja, kan de uitkomst van dit gesprek naar de Kamer gestuurd worden?

De leden van de D66-fractie vragen het kabinet om te reflecteren hoe de HERA Incubator wordt ontvangen door andere lidstaten. Is er net zoveel enthousiasme als vanuit Nederland? Wat zijn de meest kritische lidstaten en welke punten dragen zij ter onderbouwing van hun kritiek aan?

Onderzoek, assessment en analyse

De leden van de D66-fractie lezen dat een belangrijk onderdeel van de HERA Incubator het vormen van Europese netwerken is. In de afgelopen jaar zagen we vele landen hun eigen klinisch onderzoek, maar ook fundamenteel onderzoek doen. Zo heeft Nederland in het voorjaar van 2020 een relatief kleine studie gedaan naar de besmettelijkheid onder kinderen om vervolgens hier in Nederland beleid op te maken. Hetzelfde geldt voor de validatie van (snel)tests en de Fieldlabs die afzonderlijk in Nederland zijn georganiseerd. Deze leden vinden deze eigen proeven onwenselijk als deze onderzoeksresultaten reeds in andere lidstaten voorhanden zijn. Worden dankzij deze HERA Incubator deze eigenstandige onderzoeken voorkomen, dus dat onderzoeken op grotere schaal worden toegepast én dat sneller geleerd kan worden van andere lidstaten? Met andere woorden, zo vragen deze leden, leidt de HERA Incubator ertoe dat een additioneel onderzoek in Nederland straks niet meer nodig is?

De leden van de D66-fractie lezen dat er in totaal 150 miljoen euro wordt geïnvesteerd ten behoeve van deze HERA Incubator. Deze leden moedigen dit aan. Zij vragen wel of van lidstaten wordt verwacht dat zij ook nationaal additionele investeringen doen om de HERA Incubator tot een succes te maken. Deze leden kunnen zich namelijk voorstellen dat mogelijk extra onderzoeksgeld nodig zal zijn, of dat extra geld is voor faciliteiten. Zijn er reeds voorbeelden van nationale subsidieverzoeken hiervoor?

De leden van de D66-fractie constateren dat meerdere universiteiten binnen Europa zichzelf (willen) gaan zien als expertisecentrum op het gebied van pandemiebestrijding. Zo is de Erasmus Universiteit Rotterdam samen met de TU Delft gestart met een Pandemic & Disaster Preparedness Center (PDPC), gezien hun expertise op het gebied van virologie en technologie. Wat is de opvatting van het kabinet over de rol van het PDPC binnen de HERA Incubator? Is het noodzakelijk dat Nederland ook investeert in nationale initiatieven zoals het PDPC? Genoemde leden vragen tevens hoe voorkomen wordt dat een dubbeling in deskundigheid ontstaat op het gebied van pandemiebestrijding. Dus dat bijvoorbeeld Berlijn en Rotterdam hetzelfde onderzoeken terwijl het efficiënter zou zijn als beide steden zich op deelgebieden concentreren. Deze leden zijn van mening dat de deskundigheid op de verschillende thema’s verspreid moet zijn over de Europese lidstaten.

De leden van de D66-fractie vragen het kabinet tevens om een uitputtende lijst van Nederlandse universiteiten en bedrijven die zijn aangesloten bij de HERA Incubator naar de Kamer te sturen.

Vroegtijdig aankoopovereenkomsten voor de volgende generatie vaccins

De leden van de D66-fractie lezen dat het kabinet de inzet van de Europese Commissie steunt om in samenwerking met de lidstaten nieuwe overeenkomsten te sluiten dan wel bestaande contracten uit te breiden. Het kabinet benoemt wel enkele voorwaarden. Bijvoorbeeld dat bij het sluiten van vernieuwde contracten aandacht moet worden geschonken aan publieke transparantie. Ook is het wenselijk om opnieuw te kijken naar contractuele bepalingen met betrekking tot inspanningsverplichtingen en leveringszekerheid. Daarnaast lezen deze leden dat het kabinet zich afvraagt of naast het uitbreiden van de bestaande contracten, ook gekeken kan worden of samenwerking met nieuwe leveranciers een aanvulling kan vormen op de strategie rondom de nieuwe generatie vaccins. Nu lezen deze leden dat er onlangs een deal is gesloten voor 1,8 miljard euro extra vaccins van het merk Pfizer.2 Heeft het kabinet de indruk dat bij het afsluiten van dit nieuwe contract aan al deze voorwaarden is voldaan?

Opschalen productie van bestaande, aangepaste of nieuwe COVID-19-vaccins

De leden van de D66-fractie lezen dat het kabinet wil voorkomen dat met het ontstaan van een HERA Incubator vooruitgelopen wordt op een toekomstig voorstel met meer permanente status, en dat hij bij voorkeur de verwijzing in de naam van het bioveiligheids paraatheidsprogramma naar het toekomstige HERA zou willen vermijden. Kan het kabinet dit standpunt nader toelichten? Tevens vragen deze leden waarom de verwijzing in de naam HERA moet worden vermeden.

Vragen en opmerkingen van de SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de kabinetsappreciatie Commissiemededeling HERA Incubator en hebben hierover nog een aantal vragen.

De leden van de SP-fractie staan in principe positief tegenover het initiatief om op Europees niveau samen te werken om vaccins aan te kunnen passen aan nieuwe varianten van het coronavirus. Zij vragen echter hoe de voorgestelde HERA Incubator ingezet zal worden om de pandemie op mondiaal niveau aan te pakken. Variants of concern komen namelijk ook de Europese Unie binnen van buitenaf. Om dit tegen te gaan en om de desastreuze effecten van de pandemie voor mensen wereldwijd tegen te gaan, is het essentieel dat kennis over en patenten voor vaccins zo breed mogelijk worden gedeeld. Op die manier kan de mondiale productie van deze vaccins namelijk worden gemaximeerd. Hoe zal de HERA Incubator hieraan bijdragen? Wordt de onderhandelingsmacht die de EU krijgt door haar steun aan vaccinproducenten bijvoorbeeld ingezet om hen onder druk te zetten patenten en productieprocessen van hun vaccins openbaar beschikbaar te stellen, bijvoorbeeld via de Covid-19 Technology Access Pool (C-TAP)?

De leden van de SP-fractie lezen dat de Europese Commissie aangeeft dat lidstaten een sequentie-analysecapaciteit van ten minste 5% van de positieve testresultaten moeten aanhouden. Zij vragen het kabinet hoe groot momenteel de capaciteit in Nederland is. Als dit lager dan 5% is, wat is er dan voor nodig om de capaciteit naar 5% te laten gaan?

De leden van de SP-fractie delen de wens van het kabinet om meer duidelijkheid te krijgen over de vraag of en hoe door centrale coördinatie de taken die nu aan de HERA Incubator worden toebedeeld daadwerkelijk beter zullen worden uitgevoerd en wat de toegevoegde waarde is van een nieuw programma ten opzichte van de bestaande EU-agentschappen die delen van deze taken reeds uitvoeren. Zij vragen daarom aan het kabinet om de Kamer hierover nader te informeren, zodra hij hierover meer informatie en toelichting ontvangt van de Europese Commissie.

De leden van de SP-fractie lezen dat er ook bij het kabinet nog diverse vragen leven over dit programma. Om welke vragen gaat het hier precies?

De leden van de SP-fractie lezen dat het kabinet er belang aan hecht dat publieke investeringen in innovatie waar mogelijk gepaard gaan met voorwaarden over betaalbaarheid en toegankelijkheid van de producten die eruit voortkomen. Deze leden onderstrepen dit belang ten zeerste. Zij willen echter wel graag van het kabinet weten hoe hij dit precies vorm wil geven. Welke voorwaarden dient de Europese Commissie te stellen aan deze publieke investeringen? Is het kabinet het ermee eens dat betaalbaarheid en toegankelijkheid enkel bereikt kunnen worden als bedrijven geen monopolie krijgen op de producten die voortkomen uit publieke investeringen? Zo ja, is het kabinet het ermee eens dat kennis over vaccins en andere essentiële gezondheidsproducten en het recht om deze te produceren zo veel mogelijk gedeeld moeten worden?

De leden van de SP-fractie lezen dat het kabinet de Europese Commissie vraagt om aandacht te hebben voor publieke transparantie bij het sluiten van vernieuwde contracten voor de aankoop van vaccins. Zij vinden dit een positieve oproep, maar zouden hier graag wel meer duiding van het kabinet over willen ontvangen. Waar zit volgens het kabinet het gebrek aan transparantie in de huidige overeenkomsten en hoe zou het kabinet dit in de vernieuwde overeenkomsten anders willen zien? Tevens vragen genoemde leden hoe het kabinet de toegankelijkheids-, betaalbaarheids- en transparantievoorwaarden beoordeelt bij de HERA Incubator. Is het kabinet het met deze leden eens dat hier strikte voorwaarden voor moeten komen?

Daarnaast lezen de leden van de SP-fractie dat het kabinet graag zou willen kijken naar de samenwerking met nieuwe leveranciers van vaccins. Welke leveranciers heeft het kabinet hier precies in gedachten?

De leden van de SP-fractie zijn het eens met het kabinet dat het belangrijk is om in te zetten op de betaalbaarheid en de transparantie van prijzen van vaccins en medicijnen in de samenwerking met farmaceutische bedrijven. Zij vinden het echter opmerkelijk dat het kabinet hierbij benadrukt dat de markt hierbij niet mag worden beïnvloed. Is in tijden van de mondiale pandemie het belang van een zo effectief mogelijke indamming van het virus niet vele malen belangrijker dan het maximeren van de marktwerking in de farmaceutische industrie?

De leden van de SP-fractie hebben ook een aantal vragen over de HERA-autoriteit, die mogelijk voort zou moeten komen uit de HERA Incubator. Wat moet de taak worden van deze autoriteit, waar nog geen definitieve oprichtingsbeslissing over is genomen? Hoe verhoudt zich dit tot de nationale bevoegdheden van de lidstaten? Worden met het oprichten van de HERA Incubator geen onomkeerbare stappen in de richting van oprichting van deze autoriteit gezet?

De leden van de SP-fractie lezen dat de Europese Commissie van plan is om op korte termijn 120 miljoen euro extra toe te wijzen aan het nieuwe programma Horizon Europa. Kan het kabinet toelichten hoe dit geld zal worden besteed?

De Europese Commissie noemt in haar mededeling het gebruik van aankoopovereenkomsten een «aanpak om de risico’s te helpen verminderen van particuliere investeringen in de vroege ontwikkeling van productiecapaciteit voor kandidaat-vaccins die zich nog in een vroeg stadium van klinische proeven bevinden». Hiermee maakt de EU dus de private risico’s van farmaceuten publiek. De leden van de SP-fractie vragen wat hier tegenover staat voor de farmaceuten. De risico’s die de vrije markt hier met zich meebrengt voor de farmaceut worden hier terecht weggenomen, maar waarom worden de baten die de verkoop van deze vaccins op de vrije markt opbrengen dan volledig in stand gehouden? Is het kabinet het ermee eens dat essentiële medische goederen, zoals vaccins, die door publieke risico’s worden mogelijk gemaakt, niet mogen leiden tot enorme private winsten en monopolies?

De leden van de SP-fractie vinden het opmerkelijk dat de Europese Commissie stelt om pas op de middellange en lange termijn te willen samenwerken met lage- en middeninkomenslanden om de lokale productiecapaciteit op te schalen. Waarom wordt hier niet zo snel mogelijk mee begonnen? Is het kabinet het ermee eens dat deze pandemie pas kan worden beëindigd als er wereldwijd zo snel mogelijk gevaccineerd wordt? Hoe kan de productiecapaciteit effectief worden opgeschaald als alle kennis en patenten van deze vaccins in bezit zijn van grote Europese en Amerikaanse farmaceuten?

Vragen en opmerkingen van de GroenLinks-fractie

De leden van de GroenLinks-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de brief van het kabinet inzake de mededeling «HERA Incubator: Samen anticiperen op de dreiging van COVID-19 varianten» van de Europese Commissie. Genoemde leden hebben echter nog wel een aantal vragen. Zo merken deze leden op dat de Europese Commissie benadrukt dat lidstaten over voldoende sequentie-analysecapaciteit moeten beschikken (ten minste 5% van de positieve testresultaten). De leden van de GroenLinks-fractie vragen daarom hoe hoog die sequentie-analysecapaciteit op dit moment voor Nederland is. Indien deze nog niet hoog genoeg is, wat zijn dan de plannen van het kabinet om dit hoog genoeg te krijgen? Het kabinet geeft aan dat het behalen van de door de Europese Commissie gestelde doelstelling van 5% geen doel is binnen het Nederlandse beleid. Kan het kabinet verder toelichten waarom niet?

De leden van de GroenLinks-fractie lezen dat het kabinet daarnaast aangeeft dat de Europese Commissie lidstaten aanmoedigt om «sneller gegevens uit te wisselen over relevante onderzoeksprojecten». Heeft het kabinet de intentie om hieraan gehoor te geven? Zo ja, hoe ziet het kabinet deze gegevensuitwisseling voor zich? Wat denkt het kabinet nodig te hebben van de farmaceutische industrie op dit vlak? Hoe wordt deze samenwerking bewerkstelligd?

De leden van de GroenLinks-fractie merken tevens op dat de Europese Commissie de intentie heeft om de bestaande «Advance Purchase Agreements» te gebruiken om tijdige beschikbaarheid van vaccins te bewerkstelligen. Genoemde leden vragen daarom of het kabinet de mogelijkheid ziet om via deze route fabrikanten te bewegen hun kennis van de productie te delen, om zo de productiecapaciteit wereldwijd te maximeren. Daarnaast vragen deze leden of het kabinet voornemens is de Europese Commissie te bevragen inzake de intentie om een nieuw mechanisme voor vrijwillige vergunningen te ontwikkelen. Hoe zal dit mechanisme eruit komen te zien en hoe verhoudt dit zich tot al bestaande wereldwijde initiatieven zoals de C-TAP en de Covid-19 mRNA Technology Transfer Hub? De leden van de GroenLinks-fractie vragen daarbij of het niet effectiever is om het delen van kennis en kunde op wereldschaal te bewerkstelligen in plaats van op EU-niveau. Hoe gaat de Nederlandse regering bevorderen dat deze vrijwillige vergunningen resulteren in een hogere vaccinatiegraad in ontwikkelingslanden? Hoe gaat de Europese Commissie farmaceutische bedrijven bewegen om deze vrijwillige vergunningen te verlenen zonder daar geografische limieten van verkoop of andere limiterende distributievoorwaarden aan te verbinden?

De leden van de GroenLinks-fractie zijn verheugd te lezen dat het kabinet van mening is dat «het belangrijk is dat publieke investeringen in innovatie waar mogelijk gepaard gaan met voorwaarden over betaalbaarheid en toegankelijkheid van de producten die eruit voorkomen». Genoemde leden vragen hierbij hoe het kabinet zijn eigen prestatie op dit vlak tot nu toe beoordeelt. Kan het kabinet toelichten hoeveel publiek geld geïnvesteerd wordt per jaar in farmaceutische producten en in hoeverre dit tot toegankelijke en betaalbare producten heeft geleid? Kan het kabinet voorbeelden noemen van momenten waarop toegankelijkheid en betaalbaarheid van met publiek geld ontwikkelde farmaceutische producten, leidend waren? Hoe gaat het kabinet de toegankelijkheid en betaalbaarheid van farmaceutische producten binnen HERA waarborgen? Wordt hiervoor een standaard ontwikkeld? Tenslotte vragen deze leden of er binnen HERA ruimte is om uitvoering te geven aan de motie Westerveld c.s. over het ervoor zorgen dat farmaceuten hun kennis gaan delen in C-TAP. 3

De leden van de GroenLinks-fractie zijn daarnaast verheugd te lezen dat het kabinet de intentie heeft om specifiek aandacht te vragen voor publieke transparantie bij het vernieuwen van farmaceutische contracten. Genoemde leden vragen hierbij echter hoe het kabinet voornemens is om deze publieke transparantie te bewerkstelligen. Wil het kabinet dit contractueel vastleggen? Is het kabinet voornemens om afspraken inzake de prijzen van vaccins openbaar te maken? Daarnaast vragen deze leden of het kabinet de mogelijkheid ziet om tijdens de nieuwe contractonderhandelingen te bewerkstelligen dat farmaceutische bedrijven hun kennis gaan delen in C-TAP om zo de productie van vaccins te kunnen maximeren. Zo nee, waarom niet?

Tenslotte zijn de leden van de GroenLinks-fractie verheugd te lezen dat het kabinet het opschalen van de productie van vaccins beschouwt als een cruciaal onderdeel van de pandemiebestrijding. Deze leden vragen echter wel hoe het kabinet deze inzet rijmt met het feit dat nog geen enkele farmaceut zijn kennis heeft gedeeld in C-TAP. Ziet het kabinet de mogelijkheid om farmaceuten hiertoe aan te zetten? Zo ja, hoe is het kabinet van plan dit te realiseren? Zo nee, waarom niet? Zo nee, hoe rijmt het kabinet dit met zijn intentie om betaalbaarheid en transparantie van prijzen van vaccins en medicijnen te realiseren?

II. Reactie van het kabinet


X Noot
1

Health Emergency Preparedness and Response Authority (HERA) Incubator: Samen anticiperen op de dreiging van COVID-19-varianten, COM(2021) 78

X Noot
2

Telegraaf, 8 mei 2021, «Megadeal Pfizer-vaccins: «Hier kunnen we jaren mee vooruit» https://www.telegraaf.nl/nieuws/2041142158/megadeal-pfizer-vaccins-hier-kunnen-we-jaren-mee-vooruit

Naar boven