2021D17345 REACTIE OP VERZOEK COMMISSIE INZAKE «OPHEFFING EN DEFINITIEVE SLUITING KLEINE SCHOOL APELDOORN»

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 mei 2021

Hierbij stuur ik u de reactie op het verzoek van de commissie naar aanleiding van de brief van 13 februari 2021 inzake «Opheffing en definitieve sluiting kleine school Apeldoorn».

Het bericht dat de Koningin Julianaschool te Apeldoorn van het schoolbestuur PCBO Apeldoorn gaat sluiten is onder mijn aandacht gekomen. Ik heb hierover contact gehad met enkele ouders die mij hebben benaderd en met het schoolbestuur PCBO Apeldoorn.

De leerlingaantallen van deze school lagen in oktober 2017, 2018 en 2019 onder de opheffingsnorm van 94. In oktober 2020 kwam deze school ook onder de opheffingsnorm uit, maar kon deze gebruik maken van een uitzondering op basis van de WPO, artikel 152, waarmee het aantal leerlingen drie procent mag afwijken van de opheffingsnorm.

In ons onderwijsstelsel ligt de verantwoordelijkheid voor het al dan niet in stand houden van een school bij het schoolbestuur. Een schoolbestuur kan en moet daarbij financiële en organisatorische afwegingen maken die verder strekken dan de vraag of de school juridisch gezien in stand kan blijven. Bij een sluiting van een school dient de medezeggenschapsraad advies mee te geven. De medezeggenschapsraad heeft hierbij adviesrecht en geen instemmingsrecht. Dit advies is dus niet doorslaggevend voor het besluit van het bestuur. Bij de sluiting van de Koningin Julianaschool heeft de medezeggenschapsraad negatief geadviseerd over de school sluiting, het schoolbestuur heeft hierna alsnog besloten de school te gaan sluiten.

In de brief van de ouders wordt aangegeven dat de basisscholen in de buurt vrijwel vol zitten. Het schoolbestuur heeft aan mij kenbaar gemaakt dat ze met alle ouders een persoonlijk gesprek willen om over de mogelijkheden voor de kinderen van deze ouders te spreken. Ook heeft het schoolbestuur mij laten weten dat er binnen de scholen van het PCBO in Apeldoorn voldoende plek is om de leerlingen te plaatsen.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob

Naar boven